BLOESEMTOCHT.
W.C. AVIAT SINT-TRUIDEN.
GELINDEN-DORP.
Gelinden ligt in Droog-Haspengouw nabij de vallei van de Herk, waar men het natuurgebied Overbroek-Egoven vindt. De hoogte loopt op van ongeveer 50 meter nabij de Herk tot 102 meter in het zuiden. Gelinden kent landbouw, waaronder fruitteelt. We vertrekken aan de classicistische Sint-Quintinuskerk uit 1791 en er staan ook verschillende grote 18e-19e-eeuwse vierkantshoeves. We komen ook bijna aan de boerderij waar katarakt opgenomen is de voormalige stroopfabriek van Gelinden. We komen zo in Overbroek-Egoven, is een natuurgebied tussen Heers en Gelinden. Het gebied wordt beheerd door Natuurpunt. Het gebied is gelegen in de vallei van de Herk, en het is vernoemd naar de twee nabijgelegen gehuchten Overbroek en Egoven. Hier komen de Grondelingenbeek, de Molenbeek, de Fonteinbeek en de Kasteelbeek uit in de Herk. Het gebied bestaat uit kalkgraslanden, vochtige beemden, rietlanden, populierenbossen, en een mergelgroeve. Mergel werd hier in dagbouw gewonnen voor bodemverbetering. De afzetting is 57 miljoen jaar oud en bevat vele fossielen. Er werden 59 fossiele plantensoorten ontdekt, waarvan vele nieuw voor de wetenschap bleken te zijn. We wandelen verder en komen aan het mooiste deel van de wandeling. De helling van het natuurreservaat staat vol met narcissen. In de kalkgraslanden vindt men wilde narcissen. Ook de gulden sleutelbloem wordt hier gevonden. Ook naakte lathyrus en hokjespeul behoren tot de zeldzame planten in het gebied. In het natuurgebied Overbroek ligt een oude mergelgroeve. Echte mergel, dat bestaat uit kalk, klei en leem, werd vroeger gebruikt om akkergronden minder zuur te maken. Het gaat om een openlucht groeve met erbovenop een bos en een permanent grasland met kalk minnende planten. Speciaal zijn wilde narcis en de wasplaten-paddenstoelen. Kalkgraslanden zijn eeuwenlang blijven bestaan doordat rondtrekkende schaapskuddes ze jaar na jaar begraasden. De schapen hielden de plantengroei kort, zodat snel groeiende agressieve planten zoals brandnetel en kleefkruid de typische kalkplanten niet konden overwoekeren. De rondtrekkende schaapskuddes zijn nu uit het Overbroek verdwenen. Om de typische kalkplanten in stand te houden, schakelen ze nu gallowayrunderen in. Deze koeien, afkomstig uit de Schotse landstreek Galloway, zorgen net zoals de schapen van vroeger, dat typische, kalk minnende planten zoals naakte lathyrus en hokjespeul kunnen overleven. Gallowayrunderen stellen weinig eisen aan de kwaliteit van hun voeding. Deze eigenschap laat toe om deze dieren op onbemeste gronden te laten grazen. Van hier hebben een prachtig zicht op de omgeving en voor ons het tapijt van wilde narcissen. Nog even dalen en dan komen we terug in Gelinden dorp waar onze prachtige wandeling eindigt.
|