HERFSTTOCHT.
WC AVIAT. ST TRUIDEN.
GELINDEN.
Gelinden is een Haspengouws landbouwdorp gelegen aan de Herk.
De Herk is riviertje in Limburgs Haspengouw. De waterloop ontspringt in Rukkelingen-Loon (gemeente Heers) nabij de provinciegrens Limburg - Luik. Extra gevoed wordt ze ter hoogte van Sint-Lambrechts-Herk door de instromende Mombeek. Aan de grens tussen Herk-de-Stad en Halen stroomt ze samen met de Gete in het Schulensbroek en de Demer. Het riviertje geeft haar naam aan enkele plaatsen die ze passeert, zoals Herk-de-Stad en Sint-Lambrechts-Herk. Tal van kastelen zijn gebouwd in de vallei van de Herk, onder andere het kasteel van Rullingen. Ook de plaatsen Wellen, Alken, Voort, Gotem, Hoepertingen, Berlingen, Herten, Terkoest en Stevoort en een aantal watermolens liggen aan de Herk. De naam Herk komt van het Keltische woord arika, verkleinwoord van ara dat rivier betekent. Herk betekent dus kleine rivier of beek.
We vertrekken met onze wandeling in het centrum en wandelen al vlug naar het natuurgebied Overbroek. Gelinden ligt in Droog-Haspengouw nabij de vallei van de Herk, waar men het natuurgebied Overbroek-Egoven vindt.
Het gebied is gelegen in de vallei van de Herk, en het is vernoemd naar de twee nabijgelegen gehuchten Overbroek en Egoven. Hier komen de Grondelingenbeek, de Molenbeek, de Fonteinbeek en de Kasteelbeek uit in de Herk. Het gebied bestaat uit kalkgraslanden, vochtige beemden, rietlanden, populierenbossen, en een mergelgroeve. Mergel werd hier in dagbouw gewonnen voor bodemverbetering. De afzetting is 57 miljoen jaar oud en bevat vele fossielen. Er werden 59 fossiele plantensoorten ontdekt, waarvan vele nieuw voor de wetenschap bleken te zijn.
Een bijzondere plek vind ook de landschapschilder die aan schilderen is, wij gaan verder. Wij komen bij het bezoekerscentrum “Mergels van Gelinden “genaamd. Dan wandelen we een prachtige holleweg in. We komen aan het natuurgebied Steenbornbeek. We staan nu bij een knuppelpad dat naar de vijvers waar de bron van het riviertje is. We komen in Ovelingen. Hier veel boomgaarden en plantages. Zo komen we in Engelmanshoven en het gehucht Vrijheers, dat ten zuiden van het dorp lag, vormden reeds vroeg een parochie, toegewijd aan Johannes de Doper. Zij hing af van de abdij van Sint-Truiden dat het gebied in de 10e eeuw had verkregen. Later hingen beide af van de heerlijkheid Gelinden. In Vrijheers bevond zich de Sint-Antoniuskapel, welke bediend werd door de parochie van Engelmanshoven. Wat verder komen we aan de controlepost. Na de rust weer verder tot we aan de holleweg komen in Gelinden, hier duidelijk te zien de mergel.
Mergelgroeve van Gelinden
Tot de opkomst van kunstmest, na de 2de Wereldoorlog werd er eeuwenlang mergel ontgonnen in de steilrand van Overbroek. Die groeven werden reeds vernoemd in 1612. Eertijds werden er over een lengte van 300 meter drie openluchtgroeven uitgebaat, waarvan de mergel gebruikt werd om verzuring van landbouwgrond tegen te gaan. Einde 19de eeuw werd de groeve van Gelinden wereldvermaard als een site van uitzonderlijke wetenschappelijke door de vondst van grote hoeveelheden goed bewaarde, unieke fossielen van planten (boombladeren, zaden, zeegrassen) uit het vroeg tertiair van West-Europa. De kalkmergel van Gelinden is ongeveer 58 miljoen jaar geleden afgezet in een vermenging van zout zeewater met zoet rivierwater, ideaal voor het fossiliseren van zee- en landplanten.
Engelmanshoven en het gehucht Vrijheers, dat ten zuiden van het dorp lag, vormden reeds vroeg een parochie, toegewijd aan Johannes de Doper. Zij hing af van de abdij van Sint-Truiden dat het gebied in de 10e eeuw had verkregen. Later hingen beide af van de heerlijkheid Gelinden. In Vrijheers bevond zich de Sint-Antoniuskapel, welke bediend werd door de parochie van Engelmanshoven. We klimmen tot op het plateau en dan dalen we weer af naar de straat en we komen zo terug aan ons vertrek. Een mooie en aangename wandeling.
|