Over veelzijdige persoonlijkheid van André Demedts We willen hier een archief aanleggen over André Demedts. Uw bijdrage en/of informatie over de veelzijdige activiteiten van André Demedts is hierbij van harte welkom...
11-05-2006
DF viert André Demedtsjaar met verzamelbox aan voordeelprijsje
We nemen hier de bijdrage over uit het ledenblad Omtrent van het Davidsfonds. Deze verschijnt deze maand in de rubriek Taal & Lezen op bladzijde 16.
Dit jaar is het precies honderd jaar geleden dat auteur André Demedts geboren werd. Tijd dus om even terug te blikken op het leven en werk van deze kleurrijke figuur en zijn rol in de Vlaamse beweging.
André Demedts (1906-1992) debuteerde in 1929 als schrijver met de gedichtenbundel Jasmijnen. Demedts was een veelzijdig auteur. Hij schreef psychologische romans met een sociaal-religieuze toets, waagde zich aan theater, literatuurbeschouwing en jeugdliteratuur. Zijn belangrijkste prozawerk is de vierdelige historische roman De eer van ons volk, waarin hij het dagelijkse leven in West-Vlaanderen in de periode 1782-1815 beschrijft tegen de achtergrond van het politieke, economische en sociale leven in West-Europa.
Hij speelde ook een belangrijke rol in de oprichting van het literaire tijdschrift Ons Erfdeel en was redacteur van Dietsche Warande & Belfort. Voor zijn literaire verdiensten kreeg hij verschillende prijzen. In 1990 werd zijn volledige schrijverscarrière bekroond met de Driejaarlijkse Staatsprijs.
Maar Demedts was meer dan alleen schrijver. Hij was een fervent voorstander van de Groot-Nederlandse gedachte. Demedts ijverde voor het behoud van het Nederlands in Frans-Vlaanderen, was de grondlegger van de Frans-Vlaamse cultuurdagen en medeoprichter van het Christelijk Vlaams Kunstenaarsverbond.
Hij was bovendien gedurende meer dan 20 jaar directeur van de gewestelijke omroep West-Vlaanderen van de toenmalige BRT en secretaris van het Nationaal Fonds voor de Letterkunde in Brussel.
De eer van ons volk(verzamelbox met 5 boeken: Een houten kroon, Hooitijd, Verzamelde gedichten, Goede Avond en De Belgische Republiek) kost in de boekhandel 86,75. Ter gelegenheid van de 100ste verjaardag van André Demedts betaalt u nu slechts 35. De aangekondigde bestelbon met korting is echter niet afgedrukt. Voor bestellingen verwijzen we u dan ook voorlopig naar het Davidsfonds, Blijde-Inkomststraat 79-81, 3000 Leuven tel. 016/310.600 mail: uitgeverij@davidsfonds.be.
André Demedtsjaar brengt Quintessens in Sint-Bavokerk
Donderdag 11 mei om 20 u. brengt de vzw André Demedtshuis in de Sint-Bavokerk in Sint-Baafs-Vijve een concert met het houtblazerskwintet Quintessens in het kader van het André Demedtsjaar. In het André Demedtshuis zelf loopt deze maand een tentoonstelling met hartverwarmende Keramiek van Pieter Verhoye. Later deze maand op zondag 21 mei is er in het kader van het André Demedtsjaar in Wielsbeke ook nog een concert van Anke Lapierre & Ciurlionis Strijkkwartet in het nieuwe Ontmoetingscentrum Leieland in Ooigem.
Als organisator hebben we het hier niet meer over de Stichting André Demedts omdat deze niet meer in overeenstemming is met de nieuwe vzw-wet. We hebben het nu dus gewoon over de vzw André Demedtshuis.De vzw staat in voor de activiteiten die doorgaan, tentoonstellingen, concerten, enz. De culturele dienst Hernieuwenburg in Wielsbeke werkt ook voor het André Demedtshuis, bijvoorbeeld voor de programmering, de permanentie, het ophangen van de werken. Dat gebeurt nu eigenlijk in opdracht van vzw André Demedtshuis.
De tentoonstelling in het museum André Demedtshuis toont van 6 tot 28 mei 2006 een 80-tal werken van Pieter Verhoye. De keramist zal daar op zondag 7 en 14 mei in de namiddag met plezier al uw vragen over zijn werk beantwoorden. Sinds een twaalftal jaar is Pieter Verhoye bezig met keramiek. Zijn technische vaardigheid haalde hij uit tientallen cursussen, voornamelijk in de Franse Elzas en het Kunstcentrum Bosener Mühle in het Duitse Saarland. Verder volgt hij al ruim vijf jaar keramiek aan de Kunstacademie van Tielt. Zijn werken zijn gevisualiseerde impressies en emoties in keramische objecten, in reële figuren of in abstracte figuraties. Het André Demedtshuis is open op vrijdag,zaterdag en zondag van 14 tot 18 u. en ook op zondagvoormiddag van 10 tot 12 u.
Donderdag 11 mei komt in de concertreeks het houtblazerskwintet Quintessens op het podium. In 1982 vonden vijf jonge musici elkaar in de klas kamermuziek aan het Koninklijk Muziekconservatorium te Brussel. Ze behaalden er samen hun Hoger Diploma kamermuziek en verzorgen sindsdien talrijke concerten in binnen- en buitenland in opdracht van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, SABAM en Jeugd en Muziek. Als afgevaardigde van Jeugd en Muziek gaven ze in oktober 1985 concerten in Bulgarije, in Sofia en Plovdiv.
In mei 1986 werd Quintessens laureaat van de Nationale Kamermuziek-wedstrijd te Tervuren. Ze werden in september 1988 tevens laureaat van Festival-Award, een wedstrijd voor jonge kamermuziekensembles in organisatie door Festival van Vlaanderen en Festival de Wallonie. Ze traden dan ook diverse malen op in het kader van het Festival van Vlaanderen, ondermeer ook in solistisch verband met de kamerorkesten I Fiammanghi en Sinfonia.
Samen met pianist Jan Michiels namen ze in december 1991 voor Eufoda een CD op met werk van Beethoven, Pulenc en van Lannoy. Andere CD-producties kwamen in 1994, wanneer samen met Jan Michiels het kamermuziekoeuvre van Albert Huybrechts werd opgenomen voor het label Vox Temporis en eind 1995 met een CD-project rond de kamermuziekwerken van Robert Herberigs.
Het repertorium van Quintessens omvat alle muzikale genres en periodes met vooral aandacht voor eigentijdse en Belgische muziek. Diverse componisten droegen werk aan hen op : Frank Nuyts, Jan Van Landeghem, Jaan Huylebroeck, Jan Emmery, Roland Coryn, Hans Cafmeyer Quintessens zelf bestaat sinds zijn ontstaan uit Marijke Gheysen (dwarsfluit), Jan Mabbe (hobo), Geert Baeckelandt (klarinet), Rik Vercruysse (hoorn) en Bart Snauwaert (fagot).
Quintessens speelt donderdag werk van oa. Farkas ,Ibert, Gistelinck, Shostakovich, Jongen, Milhaud, Huylebroeck en Peter Benoit.Ticketreservatie kan aan 8 euro bij de Culturele Dienst van Wielsbeke op Hernieuwenburg 14, tel. 056/67.32.50 of cultuur@hernieuwenburg.be
Er komt een André Demedtsstraat in Waregem. Dat is zeker geen primeur, want er zijn al meerdere Demedtsstraten in Vlaanderen. In Waregem wordt zijn naam nu verbonden met de nieuwe pijpekop langs de Stijn Streuvelsstraat in de Hoogmolenwijk. De gemeenteraad keurt vanavond de plaatsnaam goed. Vooral in het kader van het Andre Demedtsjaar en het ereburgerschap in Waregem van André Demedts is de naamgeveing geen verrassing.
André Demedts is geboren op 8 augustus 1906 en we maken dus dit jaar het André Demedtsjaar mee naar aanleiding van het honderdste geboortejaar van deze belangrijke Vlaamse auteur en cultuurpromotor. André Demedts werd in 1986 de eerste ereburger van Waregem en het ligt dus in de lijn van de verwachtingen dat het stadsbestuur dit jaar zijn ereburger speciaal herdenkt . Hij was hier van 1937 tot 1949 leraar aan het H. Hartcollege en ook toen hij diensthoofd werd van de gewestelijke radio-omroep West-Vlaanderen van de N.I.R. (Nationaal Instituut voor Radio-omroep), later BRT, bleef tot in 1953 wonen in Waregem. In Waregem woonde hij eerst in de Vandewoestijnelaan en laatst in de Guido Gezellestraat.
Van André Demedts verschenen 77 boeken waaronder 25 romans, 4 jeugdromans en verder monologen, enzomeer.De belangrijkste monografie over Stijn Streuvels is trouwens van zijn hand. Hij besteedde daar jarenlang opzoekingswerk aan. Maar André Demedts was bovendien overal in het Vlaamse land geliefd om zijn 5000 voordrachten. Hij beantwoordde ook 30.000 van zowat 2500 verschillende personen, waaronder veel bekenden als bekende schrijvers zoals Walschap of politiekers maar ook totaal onbekenden in moeilijkheden, die hem om raad vroegen. Daarnaast maakte hij talloze artikels voor kranten, tijdschriften en speciale uitgaven en zorgde hij voor culturele bijdragen zoals luisterspelen en besprekingen voor radio. Hij werkte ondermeer als gast ook mee aan culturele TV-programmas.
André Demedts verwierf bekendheid als dichter, toneelschrijver, essayist en romancier. Van zijn hand verschenen ondermeer de dichtbundels Jasmijnen (1929), Geploegde Aarde (1931), Vaarwel (1939), jeugdboeken onder zijn pseudoniem Koen Lisarde en romans van De mannen in de straat (1933) tot het drieluik Wintertijd (1982). Daar zijn belangrijke romans bij als Geen tweede maal (1941), Het heeft geen belang (1944), Kringloop om het Geluk (trilogie, 1947-1951), de vier priesterromans, De Levenden en de Doden (1958), Je komen halen (1969), het vierdelig historisch monument De eer van ons Volk (1973-1978) en Geluk voor Iedereen (1981). Zijn familiegeschiedenis vinden we in Geluk voor iedereen, De Weg terug en de dag voor gisteren. Maar er zijn ook nog een aantal toneelwerken als De Rechtvaardige Keizer(1951), dat toen ondermeer is opgevoerd door de Waregemse toneelgroep Pogen. In 1961 speelde Kunst en Eendracht Te veel van het Goede als jurystuk voor het Algemeen Westvlaams Toneel.
Werk van André Demedts werd vertaald in het Frans en het Duits. Dit jaar wordt de 100ste verjaardag herdacht en in Waregem komt er dit jaar met monumentendag ook nog een gedenkteken aan het huis in de Guido Gezellestraat, waar hij heeft gewoond.
H. Hartcollege Waregem koestert zijn oud-leraar André Demedts
André Demedts was van 1937 tot 1949 leraar aan het H.Hartcollege in Waregem. Daar koestert men zijn nagedachtenis. Bij de lessen tekstverwerking voor de leerlingen van het Handelsinstituut wordt dit schooljaar gewerkt rond André Demedts. Gisteren namiddag konden die leerlingen een speciale herdenking meemaken over hem. Zijn dochter Hilde Demedts en gewezen directeur Oscar Martens legden hierbij voor de huidige leerlingen van het Handelsinstituut getuigenis af over hun vader respectievelijk leraar en collega. De bijeenkomst had plaats in het auditorium van de school, dat niet voor niets is genoemd naar André Demedts. In het College is naar aanleiding van het André Demedtsjaar in zijn 100e geboortejaar ook een tentoonstelling geopend rond het leven en het werk van deze Vlaamse auteur en veelzijdige cultuurpromotor.
De tentoonstelling toont documenten uit het eigen archief van de school, aangevuld met materiaal uit het stadsarchief van Waregem en van de familie Demedts. De tentoonstelling richt zich vooral naar een ruim leerlingenpubliek door een aantal markante gebeurtenissen uit het leven van Demedts te belichten. De tentoonstelling is opgebouwd rond drie perioden met name de Elsbosperiode (1906-1937), Successtory (1937-1971) en Schemeravond (1971-1992), maar toont ook enkele werken en fotomateriaal over zijn periode in het college (1937-1949). In het kader van deze tentoonstelling is een korte brochure gemaakt en wordt er ook een prijsvraag aan gekoppeld, waarvoor de stad Waregem enkele prestigieuze prijsboeken heeft geschonken (Mercator-uitgave van monografie van Van de Perre).
De tentoonstelling in het H. Hartcollege en Handelsinstituut loopt nog gedurende het ganse derde trimester. De leerlingen van het Handelsinstituut werken ook nog aan een boekje over André Demedts, dat als herinnering van het André Demedtsjaar op het einde van het jaar wordt overhandigd aan de familie Demedts. Leerlingen van het eerste ASO hebben een tekening gemaakt over André Demedts en het Waregemse college. In het najaar organiseert de school nog een poëzieavond met het werk van André Demedts als thema.
André Demedts was 12 jaar leraar van het Waregemse college van 1937 tot 1949. Daarna werd hij directeur van onze West-Vlaamse radio-omroep NIR en BRT, functie die hij 22 jaar uitoefende tot hij op rust ging op 65-jarige leeftijd. Naast zijn beroepsactiviteiten, die hij steeds erg plichtsbewust uitoefende, schreef hij 77 boeken. (25 romans, 4 jeugdromans, monografiën, novellen),gaf hij 5000 voordrachten, beantwoordde hij 30.000 brieven, schreef hij luisterspelen en toespraken voor de radio, schreef hij talloze artikels in uiteenlopende media-organen,was hij er voor alle mensen zonder onderscheid van rang of stand.
Oscar Martens bracht getuigenis over zijn gedrevenheid, vakbekwaamheid en natuurlijk talent als leraar. Aan hem was er geen oppervlakkigheid. Alles aan hem was gedegen, menselijk, fundamenteel. Hij huldigde het devies: Niet gelijkaardig, maar gelijkwaardig. Zijn naambekendheid, zijn competentie, zijn eenvoudig optreden en zijn toewijding maakten dat hij een natuurlijk gezag had. Hij had geen problemen met discipline. Straffen deelde hij heel zelden of niet uit. De achting voor André Demedts kwam niet alleen van de leerlingen. Hij was ook de spreekbuis van het lerarenkorps. Op het college gaf hij als hoofdvak Nederlands, maar ook Nederlandse Handelscorrespondentie en in het graduaat ook Economische Geschiedenis kreeg de heer Martens van André Demedts. Elkeen was onder de indruk van zijn brede kennis. Kenmerkend daarbij was de eenvoudig en klare aanbreng. Als geen een wist hij op een eenvoudige en gemoedelijke manier verstandige dingen te zeggen.
Kruiswoordraadsel bij de tentoonstelling rond André Demedts
Horizontaal:
1. Jeugdbeweging waar André Demedts lid van was?
2. André Demedts overleed in die maand van 1992.
3. Eén van de vakken die André Demedts gaf op het college?
4. Naam van de eerste dichtbundel van André Demedts die in 1929 verscheen?
5. Voornaam van de jongere zuster van André Demedts die ook enkele dichtbundels schreef.
6. Aantal leerlingen (getal in letters) in het eerste Handel B in het schooljaar 1937 - 1938?
7. Naam van het geboortehuis van André Demedts.
8. In 1990 ontving André Demedts de voor zijn hele literaire loopbaan.
9. Aantal (getal in letters) verschillende jeugdboeken geschreven door André Demedts.
10. Familienaam van de echtgenote van André Demedts.
11. Vul de titel van deze roman uit 1981 aan:" Geluk voor".
Opmerking: in DRUKLETTERS invullen & de letter ij is één vakje!
De illustratie geeft het rooster weer.Klik op de figuur voor het bekomen van een grotere afbeelding, die u kunt overnemen op uw PC en afdrukken.
Dit moet verticaal het pseudoniem opleveren, dat André Demedts gebruikte om zijn jeugdboeken te ondertekenen.
Dit ingevulde kruiswoordraadsel mogen de leerlingen van het H.-Hartcollege-Handelsinstituutdeponeren in de doos op de tentoonstelling.
Einde mei zal een onschuldige hand 6 gelukkige winnaars uitloten die elk een exemplaar van de monografie van R. van de Perre over André Demedts ontvangen.
Tentoonstelling en Getuigenissen in H.Hartcollege Waregem
Naar aanleiding van het honderdste geboortejaar van auteur en oud-leerkracht André Demedts organiseert de Werkgroep Archief van het Heilig-Hartcollege en -Handelsinstituut in Waregem een aantal activiteiten waar we worden uitgenodigd. Volgende donderdag 27 april 2006 wordt er vanaf 13.30 u. een sessie georganiseerd tijdens het vijfde en zesde lesuur in het auditorium van het college, waarbij oud-directeur O. Martens en Mevrouw Hilde Demedts getuigen over André Demedts als leerkracht, resp. vader en auteur.
Tijdens het derde trimester loopt er in de gang van het A. Demedtsauditorium een tentoonstelling rond het leven en werk van deze auteur. Hierop worden documenten geëxposeerd uit het schoolarchief, het Stadsarchief en archivalia in het bezit van de dochter van Demedts. De Werkgroep richt deze tentoonstelling vooral naar een ruim leerlingenpubliek door in telegramstijl een aantal markante gebeurtenissenuit het leven van Demedts te belichten. Aan de expo is er een kleine opdracht voor de leerlingen gekoppeld, die hiermee de door Mercator fraai uitgegeven monografie van Harold Van de Perre over Demedts kunnen winnen. De prestigieuze prijsboeken werden geschonken door het Waregemse stadsbestuur en archief.
Op donderdagnamiddag 27 april (tijdens het vijfde en zesde lesuur in het auditorium)
getuigen oud-directeur dhr. O. Martens en Mevr. H. Demedts over A. Demedts als leerkracht
resp. als vader en auteur. Deze sessie wordt op de eerste plaats georganiseerd voor de
leerlingen van de vierde handelsklassen (die in de lessen tekstverwerking werkten rond onze
oud-leerkracht) maar iedereen is meer dan welkom.
Ook het Oudercomité is van plan om nog een activiteit (wellicht een poëzie-avond) rond
Demedts te organiseren.
Met deze activiteiten wil de Werkgroep Archief van het College een poging doen om de veelzijdigheid van André Demedts als literator, poëet, leraar, voordrachtgever en gezinsman te belichten.
UitGaby Gyselen Woorden inde wind. Het boek bevat de tekst van dertig toespraken die Gaby Gyselen binnen bijna even zoveel jaren heeft gehouden als directeur van de Dienst Cultuur van de Provincie West-Vlaanderen.De teksten staan te lezen in hun oorspronkelijke vorm. Het boek is in 1989 uitgegeven in opdracht van de Bestendige Deputatie van de Provincieraadvan West-Vlaanderen. Volgende tekst werd door Gaby Gyselen uitgesproken op een provinciale hulde op 26 februari 1966 in Menen. André Demedts was toen nog geen zestig jaar.
HULDIGING VAN ANDRE DEMEDTS
Toen de Vlaamse Provincies in 1962 hun gezamenlijke vierjaarlijkse Prijs voor Letterkunde hadden toegekend aan André Demedts, kon men uit het verslag van de jury afleiden dat deze zijn roman De Levenden en de Doden had bekroond op grond van de eerlijkheid en beheersing, de rijkdom en de diepte van gemoed, en het indringend psychologisch vermogen waarmede de auteur de menselijke problemen had weten te benaderen.
Deze hoedanigheden kenmerken André Demedts echter niet alleen als letterkundige, zij sieren de gehele mens.
Ik prijs mij gelukkig dit hier te mogen getuigen met een beknopte en zonder twijfel erg onvolledige schets van zijn persoonlijkheid als cultureel werker.
De bibliothecaris van de gemeentelijke bibliotheek te Maldegem vertelde mij onlangs dat hij, vele jaren geleden, een der eersten was geweest om Demedts te vragen als spreker op een literaire avond. De man was daar terecht trots op en hij zei de biograaf te beklagen die ooit de volledige lijst zou willen aanleggen van de spreekbeurten welke André Demedts in de vier windstreken had gehouden. Wij kunnen het ons voorstellen. Niet alleen in het Leieland, binnen de schut van de geboortestreek waar men de mensen en hun gevoeligheden beter denkt te kennen, maar dagreizen ver heeft Demedts zijn boodschap gebracht waar hij dacht haar te moeten brengen, of waarheen hij gevraagd werd omdat men in hem een stem had ontdekt die de waarheid durfde zeggen.
Men denkt het éérst aan dit deel van zijn cultureel werk omdat het tot de verbeelding spreekt. Men kent ongeveer de landkaart. Men raamt de afstanden, en men vermoedt de reisperikelen naar gelang van het jaargetijde en de kansen op een willig gehoor. Steeds weer mag een spreker op onze dagen het podium betreden met een billijk gevoel van trots omdat hij daar komt als Vlaming. Hoeveel eeuwen heeft het na de Guldensporen geduurd dat mensen van dit ras waar zij kwamen opnieuw hun eigen laken mantels moesten vouwen tot een kussen op de harde bank. De staatsie en het luisterrijk onthaal in binnen- en buitenland Demedts aangeboden in Rome, Kaapstad of Paderborn, maken hem echter niet blind voor de onverbiddelijke noodzaak van zijn bezielend woord in deemoedige parochiezaaltjes ergens in Frans-Vlaanderen of diep in Limburg. Een mens moet weten wat hij wil, maar over de middelen is hij niet altijd meester.
Demedts trotseert vrijwel wekelijks deze taak met een gelijkmoedigheid die het benijden waard is en eerbied afdwingt voor zijn erfdeel des geestes, overgedragen van vader op zoon als een harnas waarmee men niet alleen het lijf en het gelaat kan beschermen maar ook het wankelmoedig hart. Deze landelijke gelijkmoedigheid, gedragen en goed bevonden door de ervaring van geslachten, is slechts een houding, geen motief. Zij verbergt, naast vele andere dingen die de ene mens van de andere niet kan weten, een vastberaden, ja een verbeten strijder die men soms onderschat omdat hij zo zachtmoedig is.
U moet de bladzijden lezen die Demedts, in het tijdschrift Biekorf onder de titel De weg terug gewijd heeft aan zijn familie, aan de stamgenoten van wie hij, oudste zoon, de geestelijke erfgenaam is met al de verplichtingen vandien. Men ontdekt daar geen klinkende verklaringen, geen slagzinnen die men met grote koppen zou kunnen afdrukken op de frontpagina van een of ander manifest, zwart op wit omdat hij weet dat de werkelijkheid, de moeite waard om voor te leven, oneindig meer geschakeerd is en rijker van inhoud. Instemmend monkelend vertelt hij over de Tieltse collegeopstellen van zijn vader dat zij beurtelings geschreven werden in blauwe, rode, groene en gele inkt "want in zijn jonge jaren moet hij zwart zonder meer vervelend gevonden hebben, te eentonig om mooi te zijn" !
Wie gewag maakt van de culturele betekenis van André Demedts voor de gehele Nederlandstalige gemeenschap, denkt vooral aan zijn rol als levenswekker, als bouwer, als verkondiger van culturele waarden, en aan de uitstraling van zijn gedachten bij middel van woord en geschrift. Niemand kan die betekenis met een exact toestel meten, maar dat hoeft ook niet.
De Nederlandse gemeenschap kan helaas niet altijd rekenen op de onverdeelde trouw van al haar lidmaten. Vlaanderen telt veel afwezige Vlamingen.
André Demedts echter is aanwezig. Hij is het als directeur van de Gewestelijke Omroep West-Vlaanderen te Kortrijk. De luisteraars horen ie stem van de omroeper en het werk van de programmator. Maar achter beide tronen de geest en de wil van de leider, die levenswijs genoeg is om het betrekkelijk belang van de modeverschijnselen, ook voor een radio-omroep, te doorzien en te weten dat men het morgen weer op een andere manier zal moeten doen, maar die tegelijk ook zoveel verantwoordelijkheidszin heeft dat hij in dit communicatiemedium een onmisbaar instrument blijft zien voor de volledige ontvoogding van stad en land. De stem van de gewestelijke zenders groeit thans uit tot een volwaardig tweede programma, waarin de eenheid in de verscheidenheid gedragen wordt door de vakbekwame radiomensen van Antwerpen, Gent, Hasselt en Kortrijk, straks wellicht Vlaams Brabant, Brussel inbegrepen. Zij ruggesteunen op hun manier het groeiend Vlaams zelfbewustzijn binnen een homogeen taalgebied dat tegenover de concurrentie van het Frans chanson, de angelsaksische songs en de Duitse gewichtigheid ten allen prijze kan stellen: het onloochenbaar talent van taaischeppende spreekvaardigheid, de trouw aan het eigen wezen en een rijk cultureel patrimonium, waarvan men kan houden met hart en ziel.
Ik denk dat een gelijkaardig inzicht Demedts ook drijft naar dat volledig zich wegschenken op zijn andere, vrije werkterreinen.
Hij is de grondlegger geweest en hij blijft, met Luc Verbeke, de bezieler van de Frans-Vlaamse cultuurdagen van Waregem, jaarlijkse bezinningsdagen over de lotsverbondenheid van de Nederlandse stam, waarvan wij de weerklank opvangen in het voortreffelijk tijdschrift van Jozef Deleu Ons Erfdeel, dat hem onder zijn ereleden telt.
Hij behoort tot de redactieleiding van het tijdschrift Vlaanderen, voorheen West-Vlaanderen en in de schoot van het Christelijk Vlaams Kunstenaarsverbond is hij niet weg te denken als man van gezag en van onvermoeibare aanhankelijkheid aan de stichting die Gedeputeerde Jozef Storme, nu meer dan vijftien jaar geleden, in het leven riep. Demedts is daar wat hij elders is: een man uit een stuk, trouw en onverstoorbaar, in goede en in kwade dagen.
Hij vertegenwoordigt, vanaf de oprichting, de provincie West-Vlaanderen in de Kultuurraad voor Vlaanderen, en hij werd door dit hoog cultureel gezagsorgaan gekozen tot lid van de raad van beheer, degelijk en doordacht in al zijn bijdragen.
Hij is ook lid van de Vlaamse Akademie voor Taal en Letterkunde, en hij heeft zich deze vererende benoeming laten welgevallen met dezelfde wijsgerige glimlach waarmee hij vandaag deze nieuwe huldiging ondergaat, er voorzeker op reagerend met stilletjes te zeggen, zoals in de titel van een zijner romans : "Het heeft geen belang".
Toen wij, in de retorika, met een of andere verhandeling al te nadrukkelijk dweepten met het driemanschap Gezelle-Verriest-Rodenbach, zei de leraar dat wij moesten proberen die cirkel te doorbreken. Wij leefden immers voor morgen. Demedts zou voorzeker onze teleurstelling hebben getroost met de bedenking dat op de duur alleen herinneringen overblijven, het enige dat ons niet kan ontnomen worden. In later jaren stapelen de herinneringen zich op, en het is voor de culturele ontplooiing van een volk onmisbaar dat het te allen tijde kan terugdenken aan grote persoonlijkheden en dat het met die wijsheid gewapend, ze ook terug vindt onder de eigen tijdgenoten. Wat zou er van Vlaanderen geworden zijn zonder herinneringen ?
Ik meen te mogen zeggen dat André Demedts tot dit onmisbaar deel van ons levend patrimonium is gaan behoren, en dat wij hem niet meer kunnen missen, noch zijn mediterend schrijverschap, noch zijn milde aanwezigheid onder ons, noch zijn humor die dikwijls getemperd wordt door de kennis van de omstandigheden en vandaar licht omfloersd met weemoed, noch zijn vastberaden trouw aan de kristelijke en aan de Vlaamse beginselen, trouw als edelste vorm van gehoorzaamheid. Men kan daar gedichten over schrijven, zo men wil, men kan het ook van man tot man, koel en zakelijk waarderen met te zeggen : hij is een hele drukkingsgroep waard.
Mijnheer Demedts,
U moet aanvaarden dat uw vrienden U af en toe, onder verschillende en in uw ogen misschien belachelijke voorwendsels, willen huldigen. Zij willen daarmee, luidop voor zichzelf, zeggen hoe belangrijk, in dit moeilijk land en in een nog vormeloos Europa, de kardinale deugden zijn welke U zelf in uw dagelijks werk hebt pogen waar te maken, en waaraan wij ons kunnen optrekken, zeggend of althans in stilte wensend : ik zou willen zijn gelijk André Demedts.
Gaby Gyselen
Menen. 26 februari 1966
Met dank aan Ludo Valcke, directeur Dienst Cultuur provincie West-Vlaanderen.
André Demedtsherdenking met theatergebeuren 'De Levenden en de Doden' op 8 augustus 2006
Dinsdag 8 augustus 2006, de 100e geboortedag van André Demedts, moet een hoogtepunt worden van het André Demedtsjaar. Op die datum wordt de première gepresenteerd van het indrukwekkende toneelgebeuren, dat het theatergezelschap ES-battement naar aanleiding van het André Demedtsjaar heeft geproduceerd. Reeds twee jaar heeft het theatergezelschap zich geëngageerd voor deze opmerkelijke activiteit rond het leven en het werk van André Demedts. De roman 'De Levenden en de Doden' wordt door televisie- en radioacteur Anton Cogen bewerkt tot een toneelgebeuren, dat zal gespeeld worden op verschillende podia rond de André Demedts site in zijn geboortedorp Sint-Baafs-Vijve.
Het ES-battement is een bijzonder heterogeen theatergezelschap. Professionele acteurs, semi-professionele en amateurs werken samen aan diverse theaterprojecten, die niet alleen in de thuisbasis worden gebracht maar die ook op tournee gaan, daar waar een gunstige theaterwind hen heen blaast. ES-battement streeft naar theater dat diep genoeg op de dingen ingaat en het artistiek-waardevolle koppelt aan maatschappelijke en persoonlijke inhoud en inzichten die iedereen aanbelangen zonder het broodnodige amusement uit het oog te verliezen. Alle toneelgenres zijn vertegenwoordigd in hun programma-aanbod en de artistieke aanpak kan van traditioneel overslaan naar experimenteel, soms zelfs progressief of regelrecht baanbrekend zijn. Het is bedoeld voor jong en oud, niet politiek getint en vooral volks. Het gaat om monologen, avondvullende stukken, komedie, sociaal drama, absurd theater, straattheater, enz Ook het genre amusement is ons niet vreemd. Het gezelschap trekt het Vlaamse land door met een heus café-chantant programma.
Op de première van 8 augustus 2006 om 20 u. wordt iedereen verwacht die dit eeuwfeest kan en wil promoten. Daarop worden dus langs deze weg al zeker alle vertegenwoordigers van culturele organisaties, politici, persmensen van diverse nieuwsmedia en sympathisanten van de gedachten van André Demedts op uitgenodigd. Dit hoogtepunt van het André Demedtsjaar mag door u, uw bestuur en uw organisatie alvast niet gemist. Daarom hier nu reeds deze aankondiging en warme oproep. Op zaterdag 12, zondag 13 en maandag 14 augustus 2006 moet het daar in de tuin en de omgeving van het André Demedtshuis een volks gebeuren worden met elke dag twee opvoeringen om 18 en 20 u.
Daarna kan het theatergezelschap met de productie gastvertoningen brengen over het ganse Vlaamse land, Nederland en Frans-Vlaanderen. De initiatiefnemers zijn dan ook op zoek naar samenwerkingsverbanden om deze productie bij een zo breed mogelijk publiek te brengen en om alle mensen uit de entourage van André Demedts van vroeger en nu te laten afzakken naar de site waar zijn hart nog steeds klopt. Personen en organisaties die daarvoor belangstelling hebben kunnen terecht bij Antoon Vandendriessche, voorzitter ES-battement
De Gavergids, lentenummer 2006 bijdrage van Patrick Meuris
André Demedts als dichter
Op 8 augustus 2006 zou romanschrijver, dichter, essayist, recensent, redenaar en
cultuurpoliticus André Demedts 100 jaar geworden zijn. Ter gelegenheid van die
verjaardag besteden we in de vier nummers van de Gavergids jaargang 2006 telkens
aandacht aan een ander aspect van Waregems veelzijdige ereburger. In dit eerste nummer
komt de poëzie van André Demedts aan bod, mede naar aanleiding van de feestelijke
poëzieavond op 17 februari jl. in de Sint-Bavokerk van Sint-Baafs-Vijve.
André Demedts debuteerde met de gedichtenbundel Jasmijnen (1929) in een humanitair-expressionistische stijl, maar evolueerde geleidelijk naar een vrijere, mijmerende bijna prozaïsche vorm en taal. Achtereenvolgens publiceerde hij de bundels Geploegde aarde (1931), Vaarwel (1940), Daarna (1968), Verzamelde gedichten (1976), De Jaargetijden (1979) en Na jaar en dag (1986). In 1995 werd zijn volledige poëtische oeuvre gebundeld in Verzamelde Gedichten.
In Demedts' gedichten (en romans) is, aldus G.J. van Bork, een constant zoeken te zien naar de factoren die het menselijk geluk bepalen, aanvankelijk pessimistisch, later spiritueel (katholiek) geïnspireerd en berustend, conform zijn motto dat we de ons toegemeten tijd moeten gebruiken om gelukkig te zijn. Jooris Vanhulle merkt naast de weemoed en milde levensaanvaarding vooral drie kenmerken op: de vrije, natuurlijke vorm, waarbij het gedicht eerder een belijdenis is dan een taaiexperiment, de grote visualiteit en concrete natuurbeschrijving, en Demedts' liefde voor zijn streek en taal (het Nederlands).
De bekendste gedichten van André Demedts zijn allicht Lof van mijn land en Gelegenheidsvers, beide uit de bundel Vaarwel (1940), die we eerder al publiceerden in het Demedtsnummer van de Gavergids (1995 nr. 2). Hier kozen we drie iets minder bekende maar daarom niet minder mooie of interessante gedichten: De wilde kerselaar, een opvallend fysiek en bitter verhaal, Mijn moedertaal, een ode aan het Nederlands, en Op wandel, een lichtvoetige mijmering over het leven en de opeenvolging van de generaties.
Patrick MEURIS
Bronnen
André Demedts, Verzamelde Gedichten, Davidsfonds / Clauwaert, 1995, 271 p.
G.J. van Bork, 'André Demedts', in: Schrijvers en dichters, Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse
Letteren, biografieënproject I, 2003-... (www.dbnl.org/tekst)
Jooris Vanhulle, 'De poëzie van André Demedts', inleiding bij poëzieavond 100 jaar André Demedts, Sint-Baafs-Vijve, 17 februari 2006.
Met dank aan Patrick Meuris van de Gidsenkring Waregem. Op de volgende bladzijden van het lentenummer 2006 van De Gavergids vinden we de gedichten De Wilde Kerselaar, Mijn Moedertaal en Op Wandel.
Noem André Demedts in een ouder poëzieminnend gezelschap en er zal wel iemand zijn die de eerste regels van zijn Gelegenheidsgedicht opzegt. Wie het nooit op school heeft geleerd of geen verstokte verzenlezer is, zal er wel even bij opkijken. Pas na de volledige strofe zal hij beseffen, dat Lieze geen wonderlijk met de oren wenkende vrouw is, maar een paard dat de dichter tot diepzinnige weemoed inspireert.
Demedts, de boerenzoon, had iets met paarden. Hij voelde zich eigenlijk alleen thuis in de natuur
Er is alleen mijn land,
mijn land dat blijft,
om in te liggen
als het leven zelf verloren drijft
en de paarden maakten daar onafscheidelijk deel van uit. Hij had ze lief,
,,lijk al wat ruig en sterk is en gemeend.
●
De naam Demedts zal dit jaar nog wel meer te horen of te lezen zijn, hoop ik. In West-Vlaanderen wordt de viering van zijn honderdste geboortedag voorbereid. Op 8 augustus 1906 is het een eeuw geleden dat hij in Sint-Baafs-Vijve ter wereld kwam als afstammeling van een oud boerengeslacht. Na zelf een tijd lang de ouderlijke hoeve te hebben begaan zoals dat in zijn taal wordt gezegd , heeft hij in het onderwijs gestaan en is ten slotte hoofd van de toenmalige gewestelijke radio-omroep Kortrijk geworden. Ondertussen was hij een zeer bedrijvige literator die zowat 75 publicaties op zijn naam heeft, in diverse literaire genres. Niet minder omvangrijk was het werk dat hij voor en achter de schermen van de culturele wereld presteerde, niet het minst in de sociale sector. Want hij vergat ook nooit dat hij een leidende rol had gespeeld in de Katholieke Arbeidersjeugd (KAJ).
Demedts overleed in 1992 na een lange ziekte op 86-jarige leeftijd. Sindsdien is het rond zijn naam stil geworden in het paarse Vlaanderen. Een paar gedichten zitten nog in ons volksgeheugen: ,,Klein broertje heeft gebeden om deze Kerstdag wit te zien en ,,Zwanen, zeg je, zijn er nog zwanen?
●
Ik lees nog vaak in zijn verzenboeken vol mannelijke melancholie en christelijke levensaanvaarding-ondanks-alles. Toch, als ik aan hem denk, zie ik hem altijd eerst als de biechtvader van velen. Wie raad of troost nodig had, kon bij hem terecht. Hij luisterde en gaf bedachtzaam in enkele zinnen zijn mening. Zo was hij ook als inspirator voor menig initiatief. Bekend is het verhaal hoe hij de piepjonge onderwijzer Jozef Deleu uitnodigde voor een vrijblijvende bespreking over een ideetje van hem: een algemeen cultureel tijdschrift dat Zuid en Noord zou verbinden. Deleu heeft er Ons Erfdeel van gemaakt en Demedts werkte daar bescheiden aan mee en gaf adviezen als ze werden gevraagd, zonder ooit de handen van zijn vrienden te binden.
●
In de loop der jaren kreeg hij enkele mooie literaire onderscheidingen en werd hij tot lid van de Academie gekozen. Toen hij al 84 was en ziek, ontving hij zijn belangrijkste lauwerkrans: de staatsprijs voor een schrijverscarrière. Het is niet niks, maar alleen al als voorman en inspirator uit de tijd van voor de Vlaamse culturele zelfstandigheid had hij meer verdiend. Ik kan mij er nog altijd in opwinden dat Leuven zijn invloedrijke houding in de strijd om de splitsing van de universiteit is vergeten. Onder meer daarom had hij later, bij de eindelijk Vlaamse universiteit, als een van de eersten in aanmerking moeten komen voor een eredoctoraat. Jammer dat dit niet kan worden hersteld. Of is het mogelijk iemand postuum doctor honoris causa te maken?
●
Een van mijn ontroerendste herinneringen aan die vaderlijke man heeft te maken met onze samenwerking. Op een mooie dag, in de sterke jaren van De (oude) Standaard, mocht ik hem vragen, of hij kronieken wilde schrijven voor De Standaard der Letteren. Hij aanvaardde onvoorwaardelijk, zonder naar een honorarium te informeren. Er was geen trouwer en stipter medewerker dan hij. Precies op de afgesproken datum lag s morgens zijn keurig getikte bijdrage op de redactietafel. Over zijn inzicht en oordeel kon natuurlijk worden gediscussieerd, maar altijd toonde hij eerbied voor het gepresteerde werk en liet hij de besproken kunstenaar in zijn waarde. Later, in de grote crisis van de dagbladonderneming, in 1976, trad hij zonder aarzelen toe tot de kring van beschermheren die de principes van een christelijke, democratische, Vlaamsgezinde krant wilden helpen waarborgen. Zij hebben de evolutie niet kunnen tegenhouden, maar dat heeft de zieke Demedts niet meer echt gezien.
Stichting A.Demedts presenteert Scola Gregoriana met 'Tribus Mariis'
In het kader van het André Demedtsjaar brengt het Brugse Scola Gregoriana het Catalaans mysteriespel De tribus Mariis (De drie Marias) in de Sint-Laurentiuskerk in Wielsbeke.Het XIIe eeuwse manuscript is afkomstig uit de kathedraal van Vic, gelegen in Catalonië tegen de Spaanse Pyreneeën. Hierin wordt het drama van de drie Marias bezongen en uitgebeeld die het graf van de Heer komen bezoeken en het lichaam willen balsemen. Ook twee engelen en de tuinman, die Christus blijkt te zijn, komen in het stuk voor. Voor het eerst verschijnt hier echter, en dit 100 jaar vroeger dan waar ook in Europa, een niet-bijbelse figuur voor. Het is een koopman, een personage gegrepen uit het dagelijkse leven, bij wie de drie Marias onderhandelen en Maria Magdalena één gouden talent dient te betalen voor de balsem.
De Scola Gregoriana werd gesticht in 1970 door Roger Deuwe, die het koor nog steeds leidt.De kathedraalorganist schaarde toen een aantal zangers om zich heen om wekelijks de hoogmis in de Sint-Salvatorkerk op te luisteren. Die kern groeide uit tot een Scola, die zich intens bezighield met de studie van het Gregoriaans. Al vlug werd het koor internationaal gekend en worden ze gevraagd naar grote Europese muziekfestivals.
Zo werd opgetreden in het Festival du Mosan, de Bregenzerfestspiele, het Festival "Musique en Bourgogne", het Festival van Avignon, het Festival Estival de Paris, het Kirchenmusikfestival te Salzburg, de Spaanse Festivals van Santander, San Sebastian, Palma, Cuenca en Girona. Ook in Nederland, Engeland en Zwitserland trad de Scola op. Het koor verleent regelmatig zijn medewerking aan eucharistievieringen op radio en tv. Een aantal van haar audities werden uitgezonden door de VRT, de RTBF, France Musique, de Spaanse en de Baskische radio en tv.
De Scola heeft 4 cd-opnames op haar naam staan: Laudes Mariae, Puer natus est, Requiem en Resurrexi. Wat de stijl betreft heeft de Scola zich gericht naar het pionierswerk en de uitvoeringspraktijk van de monniken van Solesmes. Daarnaast heeft zij open oog voor de ontdekkingen en verantwoorde benadering van de gregoriaanse semiologie. De Scola stelt zich tot doel bij te dragen tot de herontdekking en vernieuwde appreciatie van de gregoriaanse muziek als een van de grote kunstschatten van de Kerk en basis van de West-Europese muziekcultuur. Zij ziet het gregoriaans niet als een in de loop der tijden gestolde kunstvorm. De Scola ziet de Gregoriaanse muziek als één van de grootste kunstschatten van de kerk, en de basisvan de West-Europese muziekcultuur. Na 25 jaar dienst in de Sint-Salvatorskathedraal verzorgt de Scola sedert 1996 wekelijks de hoogmis bij de paters Karmelieten in Brugge.
De opvoering van de historische Tribus Mariis gaat door in de Sint-Laurentiuskerk om 19.30 u. De toegangstickets kosten 8 Euro en zijn te bekomen bij de culturele dienst van Wielsbeke, tel. 056/67.32.50 of mailadres cultuur@hernieuwenburg.be
We geven u hierbij ook nog graag mee dat in het André Demedtshuis in Sint-Baafs-Vijve van 1 tot en met 23 april een tentoonstelling loopt van glaskunstenaar Marc Leseur en schilder Vincent Opbroek. Marc Leseur is een Luikse glaskunstenaar, maar brengt in tegenstelling met de tentoonstelling van maart geen glassculpturen of glasobjecten. Hij schildert met glasresine op het glas zelf en toont dus glasschilderijen. Hij genoot zijn opleiding aan het Sint-Lucasinstituut van Luik en volgde dan nog twee jaar publicitaire grafiek. Vincent Opbroek studeerde ook aan hetzelfde Sint-Lucasinstituut van Luik en brengtschilderijen op doek, zowel abstract als figuratief. Het museum André Demedtshuis is open op vrijdag, zaterdag en zondag van 14 tot 18 u. De zondag is het cultuurhuis ook open tijdens de voormiddag van 10 tot 12 u.
5-9-1993 : Cyriel Moeyaert over André Demedts op 46e Frans-Vlaamse Cultuurdag in Belle
...Sinds André Demedts vorig jaar op 4 november 1992 gestorven is, is bij velen en zeker bij mij, het bewustzijn en het inzicht almaar gegroeid wat hij als grote uit ons volk betekend heeft. Van niemand in Vlaanderen kan meer terecht gezegd worden dat hij dat was, wat hij over Hugo Verriest schreef, nl. een LEVENWEKKER. André Demedts lijkt bovendien in veel opzichten op die grote voortrekker Hugo Verriest, niet alleen als streekgenoot, maar ook als kristen, als Vlaming, als Nederlander, als sociaal voelende en innemende persoonlijkheid.
Als letterkundige overtrof hij zelfs Verriest en terecht dichtte van Wilderode vorige zondag op de IJzerbedevaart over hem, over z'n werk: tachtigmaal z'n eigen boodschap, officieel misprezen door al wie, om die boodschap, hem niet lezen; gedreven, stout en Vlaams en sociaal! (zie vorige bijdrage).
Maar vandaag wil ik vooral de nadruk leggen op zijn moeilijk te overschatten aandeel in de opgang van ons volk, van Vlaanderen, voor wie hij het zwaarste wilde dragen om z'n vrijheid te zien voor onze dood! Maar z'n volk, dat was dat van de hele Nederlanden, van de Somme tot de Dollaert. Vooral groot was z'n aandeel als levenwekker in de Nederlanden in Frankrijk, in Frans-Vlaanderen.
Levenwekker zijn, dat deed André Demedts in z'n geschreven woord, z'n 80 boeken, in z'n honderden artikels, honderden voordrachten op 11-julivieringen, voor Davidsfonds- en andere afdelingen, in z'n vele mondelinge en vooral schriftelijke kontakten.
Persoonlijk heb ik hem als scholier leren kennen in z'n.gedichten: M'n Paarden" of ,,Klein Broertje heeft gebeden", waarin hij veel liefde vroeg voor Vlaanderen, want het wordt zo dikwijls verraden".
Het feit dat hij samen met Luc Verbeke het Komitee voor Frans-Vlaanderen gesticht heeft, is van ontzettend groot belang. Het heeft zeker een andere, betere wending gegeven aan de taal- en cultuurontwikkeling in Frans-Vlaanderen. Vandaag zal dat weer duidelijk worden. Is het ook Demedts niet die Jozef Deleu ertoe bracht om met Ons Erfdeel van wal te steken, dat samen met Septentrion en het Jaarboek de Franse Nederlanden van ontzettend belang geweest is voor de herleving van onze gemeenschappelijke kultuur en het groeien van het eigen historisch bewustzijn in Nederland in Frankrijk?
Omdat André Demedts vooral hier, in deze regio (Frans-Vlaanderen) een zo belangrijke levenwekker geweest is, brengen we hem op deze plaats onze dankbare hulde. In die dankbare hulde betrekken we de hier aanwezige Mevrouw Demedts. We weten dat haar aandeel in zijn werk en z'n vruchtbare en aktieve dienstbaarheid niet te onderschatten was.
Gebedswake (9.11.1992) en uitvaartplechtigheid (10.11.1992)
Uit KFV-mededelingen, 20e jg, nr 3, december 1992
Op 9 november werd in de mooie geklasseerde Romaanse St.-Bavokerk in St.-Baafs-Vijve, het geboortedorp van André o.l.v. pastoor V. Gesquière, een gebedswake gehouden waarop, naast de familie, vijfhonderd dorpsgenoten en vrienden van André aanwezig waren. Ook Mgr. R. Vangheluwe, bisschop van Brugge en de heer O. Vanneste, gouverneur van West-Vlaanderen, woonden de gebedswake bij. Burgemeester Noël Demeulenaere sprak een mooi In Memoriam" uit en namens de familie dankte de oudste zoon Prof. Dr. Maurits Demedts.
Op 10 november volgde dan de grootse uitvaartplechtigheid in de Kortrijkse St.-Rochuskerk. Zoals in St.-Baafs-Vijve was ook hier de kerk te klein voor de grote massa vrienden, kennissen, lezers, vereerders, literatoren, prominenten uit de politieke, geestelijke en culturele wereld, afgevaardigden van de vele verenigingen waarvan André lid was, erelid of ridder (o.m. 't Manneke uit de Mane) enz. We noteerden de aanwezigheid van o.m. L. Van Velthoven, Mgr. Laridon, Mgr. De Kesel.
De bekende dichter Anton Van Wilderode ging voor in de concelebratie met de dekens V. Deschacht en G. Oost en nog een vijftal priesters w.o. onze voorzitter C. Moeyaert en pastoor G. De Clerck. Hij sprak een schitterende homilie uit en voerde ook het woord namens de Koninklijke Vlaamse Academie. Voor de vijftienhonderd deelnemers w.o. ook heel wat vrienden uit Frans-Vlaanderen en Nederland waren er bidprentjes te kort. Namens de B.R.T. bracht administrateur-generaal Cas Goossens hulde aan André Demedts, die van 1949 tot 1971 hoofd van BRT-West-Vlaanderen is geweest.
Een paar honderd deelnemers begeleidden daarna de familie en de afgestorvene naar St.-Baafs-Vijve waar de bijzetting gebeurde in de familiegrafkelder op het kerkhof.
Tot onze verwondering zagen we 's avonds geen enkel beeld over de uitvaart op onze TV-zenders. Terwijl we aan het kijken waren zagen we wel beelden van een rommelige en vervallende IJzertoren en hoorden we dat de toren volgens sommigen als officieel Memoriaal" te katholiek en te rechts zou zijn... Daarmee dachten we dan toch weer aan André Demedts, lid van het bestuur van het IJzerbedevaart-komitee, als de ernstige, diepzinnige, ruimdenkende, verdraagzame katholiek, die torenhoog uitsteekt boven sommige eigentijdse, ideologisch minder-ruim georiënteerde auteurs, die dank zij extraliteraire buitenissigheden met inhoudloos werk in de kijker lopen.
Volledigheids- en eerlijkheidshalve moeten we hier toch aan toevoegen dat André bij het overlijden zelf zowel door VTM als de BRTN op een passende wijze werd herdacht en dat TV2 op 12 november een mooie heruitzending bracht van ,, In de voetsporen van André Demedts", beelden van de plaatsen die hem inspireerden in zijn werk. Ook radio 1 en 2 en de meeste kranten en weekbladen hebben aandacht gewijd aan het afsterven, de begrafenis en de betekenis van onze dierbare vriend.
L.V.
(met dank aan Luc Verbeke, stichter-secretaris en later nog voorzitter van KFV)
...VRT overweegt op 8 augustus 2006 een herdenking op Canvas met fragmenten uit het programma In de voetsporen van André Demedts, eventueel gecombineerd met rechtstreekse beelden van het culturele gebeuren op 8 augustus 2006 met toneelopvoering van De levenden en de doden op verschillende podia in de tuin van het André Demedtshuis.
André Demedts, stichter, oud- en ere-voorzitter van het Komitee voor Frans-Vlaanderen, groot letterkundige, in 1990 bekroond met de Driejaarlijkse Staatsprijs, is na enkele jaren van ziekte en lijden in afzondering, stilletjes van ons heengegaan. Het afscheid gebeurde in de vroege morgen van een milde, zacht-zonnige herfstdag, in de Allerheiligen-week van de dodenmaand. Hoe vaak heeft hij die voor hem mooie herfsttijd in zijn werk niet beschreven of bezongen? En toen we samen in de wagen in die periode ergens op weg waren kon hij nooit nalaten te wijzen op de pracht van de natuur en de gevarieerde kleuren van de vallende blaren. Het was voor hem de tijd van de herinneringen, van het mijmeren, denken en dromen over het naderende afscheid. De tijd was voor hem heel kostbaar geworden, zei hij, want de dagen die voor hem lagen konden al worden geteld.
Uit enkele gedichten citeren we:
,,De herfst komt ras.
Bestaat er één zo stil gerucht
als van de blaren het gekraak onder mijn voet,
dat zoveel wakker roept?"
(Najaarslied)
Of:
Herhaal dat ik moet sterven
en dat er een eind aan is,
geen beter rijm dan zwerven,
op leven, dan droefenis..."
(November)
Of nog:
,, 's Levens getijden
komen en gaan,
streven en lijden,
en eindelijk, alles aanvaardend,
zich innig verblijden,
voor alles voorgoed
heeft afgedaan''.
(Herfst)
Er ligt veel weemoed in die woorden maar ook aanvaarding en zelfs blijheid omdat de taak is vervuld na, zoals het voor hem is geweest, een leven van streven en strijden" en ook van lijden", niet enkel in de fysieke zin maar ook zoals hij het zelf zag een lijden aan het leven" omdat men nooit metterdaad kan realiseren wat men droomt en nastreeft als ideaal.
Net na het huldejaar 1986 begonnen zijn sterke lichaam en zijn schitterende geest het te begeven. Het werd voor André een langzame aftakeling en een langdurig sterven. Het was zoals hijzelf had geschreven: Sterven is een langzame sloping van onze lichaamskracht, verrijzen een langzame loutering van onze ziel" of nog: Wij sterven reeds terwijl wij leven en wij verrijzen terwijl wij sterven".
André Demedts heeft een indrukwekkend oeuvre bijeengeschreven: poëzie, romans, novellen, toneelstukken, hoorspelen, jeugdboeken, essays en artikelen maar even indrukwekkend daarbuiten was zijn niet-literaire bedrijvigheid in dienst van de medemens, in dienst van zijn Volk. Het hele werk van André Demedts is gekenmerkt door een bestendige wijsgerige bezinning over de fundamentele bestaansproblemen, over de zin van leven en dood, de zin van ons werk, de zoektocht van de mens naar geluk, de droom om het welzijn en de culturele opgang van het Vlaamse Volk en het geluk voor iedereen te verwezenlijken.
Dat moge al blijken uit de titel van zijn trilogie Kringloop om het geluk" en de titel van zijn laatste grote roman Geluk voor iedereen". Dat geluk, dat in zijn christelijke visie wordt voltooid in de eeuwigheid, wenst hij zijn medemens toe, niet enkel individueel maar ook collectief d.w.z. voor iedereen. En zo komen we tot de sociale dimensie in zijn romans: een sociale bekommernis die ook al in zijn eerste dichtbundel Jasmijnen" doorkwam en zelfs al duidelijk was in het eerste gedicht dat hij op 18-jarige leeftijd in het tijdschrift Pogen" van Wies Moens publiceerde: Gebed voor Lenin". Een gebed voor het zieleheil van een zoon van 't langverdrukte volk". (Pogen, 2e Jg. nr. 3, maart 1924).
Demedts neemt het altijd op voor de armen en verdrukten en hij spreekt zijn bewondering uit voor de strijders voor gerechtigheid, familie en volk, voor de werkers en zwoegers, de mannelijken, de moedigen en wilskrachtigen, voor de idealisten en onbaatzuchtigen, voor de machtelozen en de trouwen. Dat zijn voor hem de levenden" die hij stelt tegenover de materialisten, de profiteurs, de uitbuiters, de verraders en de ontrouwe machthebbers die voor hem ,,de doden" zijn, zoals duidelijk blijkt uit zijn grote roman De levenden en de doden".
Bij het sociale motief sluit ook zijn volksverbondenheid in historisch perspectief aan. We verwijzen daarvoor naar zijn belangrijke vierdelige romancyclus uitgegeven onder de samenvattende titel ,, De eer van ons volk", gegroeid uit de overleveringen van zijn eigen familie, opgetekend door zijn vader, en uit onze eigen nationale geschiedenis.
Demedts is echter méér geweest dan een heimatschrijver. Zijn verbondenheid met familie, land en volk, liet hij in concentrische kringen uitdeinen naar de hele mensheid toe. Zijn boeren- streek- familie- en historische romans, bevolkt met intellectuelen, priesters, dokters, leidende figuren, worden aldus opgetild tot een algemeen menselijk, universeel niveau.
Zoals hij het heeft uitgedrukt in het gedicht De Avondster" heeft hij ook altijd geprobeerd om in werk en strijd" hart en ziel uit te storten en droom en daad", die ver uit mekaar kunnen liggen, nader bij mekaar te brengen. Hij heeft daarom zijn idealen willen concretiseren in een dagdagelijkse activiteit en inzet voor medemens en volk. Zijn Vlaamsgezindheid stoelt daarop en zijn levenslange strijd voor eigen taal en cultuur in het hele gebied waar die taal wordt gesproken: ons eigen Vlaanderen, Frans-Vlaanderen, Nederland en Zuid-Afrika. Hij was een taal-, cultuur- en volksnationalist maar dan niet in een partijpolitieke en ook niet in een staatspolitieke zin. Hij had een grondige afkeer van machtsmisbruik en oorlogen maar toch respecteerde hij de door militairen of door diplomaten van machtige mogendheden getrokken staatsgrenzen zoals hij ook alle wettelijk gezag, burgerlijk of kerkelijk, respecteerde. Staatsgrenzen beschouwde hij evenwel niet als eeuwig en voor taal en cultuur ook niet onoverschrijdbaar.
Met zijn veelzijdig talent heeft hij zijn volk gediend als auteur, als spreker en als wijs inspirator, die ook durvend en moedig optrad als hij dit nodig vond. Zo is hij met zijn gezag als schrijver radicaal en onverzettelijk opgetreden telkens als hij de Vlaamse rechten bedreigd zag. We denken hier aan zijn inzet voor Komen-Moeskroen (1962), zijn rol bij de splitsing van de Leuvense universiteit (1966), de verklaring i.v.m. met het Vlaamse karakter van Brussel (1976),zijn houding bij het sluiten van het Egmontpakt (1978) enz.
Maar ook door zijn geschriften zelf heeft hij van jongsaf velen beïnvloed. We denken aan bepaalde gedichten van hem als Vlaanderen" met de bekende slotverzen en schoon en goed willen we u maken/ en uwe vrijheid zien vóór onze dood". En wie kent niet zijn mooi gedicht Lof van mijn land"?
We verwijzen naar zijn vele artikelen over Vlaamse voormannen en de Vlaamse Beweging, naar zijn boek over Frans-Vlaanderen onder de titel Uit ons eigen erfgoed" naar de in- en de uitleiding die hij schreef in mijn eigen boek Vlaanderen in Frankrijk" enz. We denken ook aan de duizenden brieven en briefkaarten die hij schreef om mensen bij hun inzet te steunen en te bemoedigen. En hoeveel invloed heeft hij niet uitgeoefend door zijn drieduizend en meer (Wie zal ze tellen?) lezingen en voordrachten tot in de verste uithoeken van Vlaanderen, maar ook in het Walenland, Frans-Vlaanderen, Noord-Nederland, Zuid-Afrika of Zaïre. Hij sprak over allerlei onderwerpen en voor welk publiek ook maar het meest over het verleden, het heden en de toekomst van Vlaanderen of over de grote Westvlamingen in wier spoor hij stapte: Gezelle, Verriest, Rodenbach, Streuvels... of nog, en waarschijnlijk het liefst, over Frans-Vlaanderen...
In 1947-48 waren we samen, onder zijn inspiratie en met de medewerking van het Waregemse Kunstverbond en Davidsfonds, met de werking voor dat toen zo goed als onbekende en vergeten stuk van Vlaanderen begonnen. Elders heb ik uitvoerig over dit werk geschreven. Ik kan hier dus kort zijn. Ik ben ervan overtuigd dat Frans-Vlaanderen in de onbekendheid zou zijn weggedeemsterd als daar niet uit Waregem na de oorlog het eerste signaal was gekomen van André Demedts, die na een contact met Streuvels op het idee kwam om in 1948 een eerste ontmoeting met Frans-Vlamingen te organiseren.
Dat initiatief van André heeft mijn eigen leven een wending gegeven die ik vooraf niet had kunnen vermoeden. Als kind had ik hem vaak gezien in mijn geboortedorp, dat in zijn romans een centrale rol heeft gekregen. Als scholier had ik zijn poëzie en zijn eerste prozawerken verslonden. Als twintigjarige was ik als jonge dichter met hem bevriend geraakt. En voor de rest van mijn leven heb ik gewerkt om zijn droom te helpen realiseren: het voortleven en herleven van onze taal en cultuur in Frans-Vlaanderen. Twintig jaar lang is André Demedts voorzitter geweest van het langzaam gegroeide Komitee voor Frans-Vlaanderen en tot zolang het in zijn mogelijkheden lag is hij als ere-voorzitter betrokken gebleven bij ons werk. Ontelbare keren zijn wij samen in Frans-Vlaanderen op toernee geweest.
Daar is enorm veel uit gegroeid: herleving van het Vlaamse en historische bewustzijn, cursussen Nederlands, allerlei cultuurdagen en ontmoetingen, toneel, tijdschriften... We mogen gerust zeggen dat zonder André Demedts er b.v. geen sprake zou zijn geweest van het bestaan van Notre Flandre", of van Ons Erfdeel" of van ,,KFV-Mededelingen" en ook niet van het tijdschrift Vlaanderen". André Demedts heeft zijn stempel geslagen op het cultuurleven in Vlaanderen. Die blijft onuitwisbaar. We blijven hem gedenken, met dank ook aan zijn goede echtgenote Germaine die dat enorme werk van André mogelijk heeft gemaakt en hem tot zijn laatste uur tot stut en steun is geweest.
Luc Verbeke
(met dank aan Luc Verbeke voor toesturen van KFV-mededelingen van december 1992)
KFV-mededelingen , 33 ann., n° 4 de mars, avril, mai 2006, p. 2
Avant-propos
André Demedts. 1906-2006
° Sint-Baafs-Vijve, 8 août 1906
Audenarde, 4 novembre 1992
En 1947, il fonda avec Luc Verbeke, le KFV (Comité pour la Flandre Française), pas encore officiel à lépoque, mais déjà en rapide essor et très actif. Il en assuma la présidence de 1947 à 1968 inclusivement, et en fut ensuite président dhonneur.
Il faudrait que 2006 soit une année Demedts, commémorant le centième anniversaire de sa naissance, et quelle ne le soit pas seulement à Wielsbeke, Waregem, Nieuport et Courtrai.
Demedts navait rien dun poseur. Cétait une personnalité et un visionnaire dont le regard transcendait toutes les frontières : aussi bien entre les conceptions de la vie quentre les Etats.
Fils dune famille paysanne, il fut dabord fermier et autodidacte dans ses temps libres, puis professeur au collège de Waregem (1921-1937) et de 1949 à 1972 directeur de Radio-Télévision Flandre occidentale, la future BRT2. En 1990, il fut lauréat du Prix Triennal dEtat de Littérature. Son uvre littéraire est indissociable de ses convictions et de son engagement concret en matière sociale, religieuse et de promotion de son peuple.
Demedts déploya son activité dans bien des domaines. Il pratiqua notamment la politique culturelle avant la lettre. Cétait en outre un moderne au sens le plus noble du terme. Sa chaleur humaine navait dégale que sa gentillesse.
Linfluence de Demedts et son talent dinspirateur sexprimèrent indéniablement sur bien de terrains. Avec Luc Verbeke, pour qui il fut un mentor, il fonda en 1947 une cellule de travail pour la Flandre française, dont linfluence fut immense et dont on est loin davoir tout dit. Il fut aussi le père de la revue Ons Erfdeel (Notre Patrimoine), qui dut sa naissance et son essor aux objectifs et à lactivité du Comité de lépoque.
Au cours de la cinquante-neuvième Journée culturelle de la Flandre française organisée par le KFV à Bailleul le 24 septembre 2006 trois Flamands de France, lauréats du prix André Demedts, lui rendront hommage. Cest que Demedts a durablement marqué de son sceau le KFV : il lui a laissé pour consigne de fournir un travail concret, mais avec la prudence nécessaire, compte tenu du fait que la Flandre française se situe à létranger, que les préjugés et les méprises y sont parfois bien grands, par manque dinformation correcte. Ce nest pas moins le cas du reste de ce côté-ci de la frontière. Eviter les paroles grandiloquentes, les parades à drapeaux, pour sadonner à un travail opiniâtre sur le terrain, en se gardant des illusions quotidiennes.
Ce labeur, nous le continuons sans désemparer Cest ainsi que faisant mentir les statistiques qui montrent que la plupart des associations de bénévoles tiennent tout au plus une trentaine dannées le KFV fêtera en 2007 son soixantième anniversaire.
Dirk Verbeke
secrétaire du KFV / rédacteur en chef des KFV-Mededelingen
dessin à la plume de lartiste flamand de France Jean-Claude Bottin
In het pas verschenen maartnummer van KFV-mededelingen vraagt Dirk Verbeke, secretaris van vzw Komite voor Frans-Vlaanderen en hoofdredacteur van KFV-mededelingen, uitgebreid aandacht voor het André Demedtsjaar 2006. Op de voorpagina van het nummer 4 van de 33e jaargang van dit tijdschrift prijkt ook de beeltenis van André Demedts. De bladzijden 2, 3 en 4 zijn volledig gewijd aan André Demedts en het André Demedtsjaar. We geven u hier het woord vooraf mee, dat staat afgedrukt op bladzijde 2 van dit nummer.
Woord vooraf / Avant-propos
ANDRE DEMEDTS 1906 2006
° Sint-Baafs-Vijve, 8 augustus 1906
┼ Oudenaarde, 4 november 1992
In 1947 stichter, samen met Luc Verbeke, van het toen nog niet officiële maar vlug groeiende, actieve KFV. Voorzitter van het KFV van 1947 tot en met 1968, en dan erevoorzitter.
2006 zou een Demedtsjaar moeten worden, 100 jaar na zn geboorte, en niet alleen in Wielsbeke, Waregem, Nieuwpoort of Kortrijk.
Demedts was geen poseur. Hij was een persoonlijkheid met visie, over alle grenzen heen: levensbeschouwelijke grenzen, maar ook staatsgrenzen.
Zoon uit een landbouwersgezin, eerst landbouwer en tussendoor autodidact, dan leraar aan het college in Waregem (1921-1937) en van 1949 tot 1972 directeur van Omroep West-Vlaanderen, de latere BRT2. In 1990 werd hem de Driejaarlijkse Staatsprijs voor Literatuur toegekend. Zijn literaire werk is niet te scheiden van zijn sociale, religieuze en volksnationale bewogenheid en zijn concrete inzet.
Demedts was op vele terreinen actief. Hij was o.m. een cultuurpoliticus avant la lettre. Demedts was bovendien modern, in de meest onbezoedelde bete-kenis van het woord. Demedts was ook een warme, goedhartige man.
De invloed van Demedts en zijn inspirerende kracht op velerlei terreinen is onmiskenbaar groot.Samen met Luc Verbeke, voor wie hij een mentor was en trouwe vriend, startte hij een werking op voor Frans-Vlaanderen, die gevolgd werd door tal van initiatieven in, door en met de steun van het KFV, en die tot op vandaag op heel wat terreinen doorloopt of officieel werd. Hij was trouwens ook de vader van het tijdschrift Ons Erfdeel, dat ontstond en groeide uit de doelstellingen en de werking van het toenmalige Comité.
Op de 59e Frans-Vlaamse Cultuurdag van het KFV in Belle (Bailleul) - 24 september 2006 - wordt hulde gebracht aan Demedts door drie Frans-Vlaamse Demedtsprijswinnaars. Demedts heeft immers een blijvende stempel gedrukt op het KFV: concreet werken, maar met de nodige omzichtigheid, rekening houdend met het feit dat Frans-Vlaanderen buitenland is, en dat de vooroordelen, misvattingen ter plaatse maar ook aan deze zijde van de grens soms groot zijn, wegens een gebrek aan degelijke voorlichting. Geen grote of hoge woorden, geen vlagvertoon, maar ononderbroken veldwerk, wars van de waan van elke dag.
We ploegen voort Op die manier - en wars van de statistieken die aantonen dat de meeste vrijwilligersverenigingen het hoogstens 30 jaar uitzingen - zal het KFV in 2007 zn 60e werkjaar vieren.
Bijdrage vanHendrik Ghistelinck verschenen in Het Nieuwsblad en Het Volk op zaterdag 4 februari 2006
Vlaanderenishemdankverschuldigd
André Demedtsjaar krijgt vorm
De Waregemse heemkundige Bernard Delange onderneemt een ware kruistocht om de figuur van de Vlaamse literator en culturele voorvechter André Demedts (1906-1992), honderd jaar na zijn geboorte, te belichten. Hij maakte een website en coördineert het overzicht van alle feestelijkheden die dit jaar gepland zijn.in Wielsbeke, Waregem en Kortrijk.
Vooral Wielsbeke plant tal van festiviteiten met onder meer de poëzieavond met werk van Demedts op vrijdag 17 februari in de St.-Bavokerk. Maar ook Waregem wil zijn ereburger extra belichten. Uiteraard brengt de bibliotheek in augustus een ode aan de literator en in het H.-Hartcollege zijn ze hun leraar van toen niet vergeten. Aan het huis waar hij enkele jaren woonde, aan de Vande Woestijnelaan of in de G. Gezellestraat, komt er allicht een gedenkplaat", verklaart Delange.
Pluralist
Als Waregem wel eens de hoofdstad van Frans-Vlaanderen wordt genoemd, dan is dit te danken aan André Demedts en Luc Verbeke. In opdracht van het Waregems Kunstverbond organiseerden zij in augustus 1948 de eerste Frans-Vlaamse Begroetingsdag. Dit alles groeide nadien uit tot het Komitee voor Frans-Vlaande-ren (KVF), dat nu al bijna zestig jaar de Nederlandse taal en cultuur in Frans-Vlaanderen promoot en overeind houdt."
Niemand kende André Demedts allicht beter dan bloedbroeder" Luc Verbeke. Het was zeker niet simpel om in 1946 op te komen als promotor van de Vlaamse cultuur in Frans-Vlaanderen. André durfde het aan en was nadien voorzitter van het KVF van 1947 tot 1968". Demedts was zeker niet alleen een groot schrijver en dichter. Hij was vooral een groot mens, die iedereen probeerde te helpen. En bovenal een consequent Vlaming en katholiek, maar met zeer veel respect voor ieders mening. Daarom waren er bij de opening van het Demedtshuis in Sint-Baafs-Vijve (1983) ook vertegenwoordigers uit alle politieke partijen aanwezig."
Het Komitee voor Frans-Vlaanderen brengt hulde aan Demedts tijdens de cultuurdag in het Franse Belle (september). Drie winnaars van de Demedtsprijs lezen er voor uit zijn werk", besluit Verbeke.