WEERSPREUKEN
Een droge april dat is niet der boeren wil; maar aprilse regen daar is veel aan gelegen.Enkele algemene weerspreuken voor de maand april:
- Als april blaast op de hoorn is het goed voor gras en koorn.
- April heeft zijn gril.
- April koud en nat veel koren in het vat.
- April koud en nat vult zak en vat.
- Een natte April belooft veel vruchten.
- Een natte april dan doet de boer wat hij wil.
- Een natte april dan hebben de boeren hun wil.
- Geeft april veel regen zo brengt hij rijke zegen.
- April warm, mei koel juni nat, vullen de schuur en ook het vat.
- April regen boerenzegen.
- Aprilletjes zoet geeft nog wel eens een witte hoed.
- Maartse wind en aprilse regen beloven voor mei grote zegen.
- Nooit is aprilletje zo zoet of het sneeuwt op de scheper zijn hoed.
- Aprilweer en herengunst, daar is geen staat op te maken (Friese spreuk).
- De heren en aprillen bedriegen wie zij willen.
- Een droge april is niet der boeren wil. Maar aprilse regen daar is hen veel aan gelegen.
- 't Mag vroeg of laat zijn, april wil kwaad zijn.
- In april heldere maneschijn zal de bloesem schadelijk zijn.
- Is april klaar en rein dan zal mei des te wilder zijn.
- Is april mooi dan zal de mei niet deugen.
- Mag het dauwen in april en mei wij zijn in oogst en september blij.
- Regen in april en wind in mei maakt de boerkens blij.
- Valt in april veel nat dan zwemmen de druiven tot in het vat.
- Verschaft in april veel mooie dagen dan pleegt mei de last te dragen.
- Warme aprilregen is een grote zegen.
|