De mooiste weerspreuken – maart
Sint-Albijn (1 maart), verandert suiker in azijn.
Regent het op Sint-Albinus (1 maart) dat het giet, dan doet de boer dat veel verdriet.
Zoals het weer in de Veertig Martelaars (10 maart) vindt, zo blijft het veertig dagen met zijn wind.
Als vorst de Veertig Martelaars (10 maart) brachten, dan houden zij die veertig nachten.
Als het met de “40” niet vriest, de winter nog lange kniest!
Zoals het nu met de Veertig Ridders (10 maart) weent, het nog veertig dagen wederkeert.
Is het weer op Sint-Gregorius (12 maart) dol, dan kruipt de vos reeds uit zijn hol. Maar is hij schoon en zonder vlagen, hij schuilt nog veertien dagen.
Zo de wind staat op Sint-Gregorius (12 maart), zo staat hij nog veertig dagen.
Sint-Mathilde (14 maart) komt uit drie hoeken, met hagelstenen bakt zij koeken.
Op Sint-Geertruid (17 maart), komt de warmte de grond uit.
Sint-Jozef (19 maart) sta ons bij, of de winter gaat niet voorbij.
Sint-Jozef (19 maart) schoon en goed, een vruchtbaar jaar verhopen doet.
Op Sint-Jonas (20 maart) komt dikwijls nog vuur van pas.
Met zuidenwind op Sint-Benooi (21 maart), neemt het weer een goede plooi.
Sint-Benooi (21 maart), de wind uit noord, blaast zo nog zeven weken voort.
Wind uit noord op Sinte-Benuut (21 maart), ge zijt voor zeven weken gekluut.
|