Vogels voeren in de winter
Vogels kunnen in de winter wel een handje geholpen worden. Door verschillend vogelvoer aan te bieden, lok je allerlei vogels naar je tuin. Al die af en aan vliegende vogels zorgen direct voor veel leven in de wintertuin. Hoe en welke vogels je met welk voer lokt?
Welke vogel lok ik met welk voer?
Iedere vogelsoort heeft andere eetgewoonten. Zo zoeken heggenmussen en vinken hun voedsel op de grond onder de dichte struiken. Mezen komen af op voedertafels en voederhuisjes en merels laten zich het liefst voeren op beschutte, sneeuwvrije plaatsen. Met een divers aanbod aan voeding kun je veel verschillende soorten vogels je tuin in lokken. Wil je een specifieke vogelsoort vooral je tuin in lokken, maak dan gebruik van het juiste voer:
- Mussen en vinken: deze kleine vogels komen vooral af op bruin brood, zonnebloempitten, pinda’s en gemengd strooivoer.
- Winterkoninkjes en roodborstjes: broodkruimels, ongekookte havermout en gemengd strooivoer.
- Mezen: ongezouten pinda’s, zonnebloempitten, vetbollen en gemengd strooivoer.
- Merels: brood, rozijnen, (fruit)schillen en klokhuizen, bessen en zoutloze etensresten als rijst en aardappelen.
- Boomkruiper: pindanetje of vetbol
-
Drinkwater
Bij lichte vorst kun je met een gerust hart een drinkbak vullen met vers water. Zelfs als de vogels erin gaan badderen is dat geen probleem. Door hun vette verenpak rollen de waterdruppels er zo van af. Ook uit de vijver kunnen vogels drinken of ze kunnen er in badderen. Bij vorst kan een vijver open gehouden worden door een luchtpomp en in het vogelbadje kan het water verwarmd worden door middel van aquariumverwarming. In geen geval mag iets aan het water worden toe gevoegd, zoals antivries. Wel kun je een paar scheppen suiker door het water mengen. Zo bevriest het drinkwater minder snel. Hierdoor maak je alleen wel het water ongeschikt om in te badderen. Dit los je weer op door een stuk gaas over de drinkbak te spannen.