Het Islamitische begrip betreffende het levenxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Het voornaamste kenmerk van het islamitische begrip van het leven is dat het geen conflict en zeker geen scheiding tussen geestelijk leven en werelds leven toestaat. Het beperkt zich niet enkel tot het reinigen van het geestelijke - en morele leven van de mens in de beperkte betekenis van het woord. Het gebied van de islaam strekt zich uit tot alle aspecten van het leven. Het vormt zowel het individuele leven als het maatschappelijke leven. Het leidt het individuele leven en het maatschappelijke leven in zuivere banen zodat vrede, tevredenheid en welzijn de aarde mogen vullen zoals de wateren de oceanen vullen.
De islamitische manier van leven is gebaseerd op deze unieke benadering van het leven en een speciaal begrip van de mens zijn plaats in het heelal. Het is daarom noodzakelijk dat we voordat we de morele, sociale, politieke en economische systemen van de islaam bespreken, kennis moeten hebben over het islamitische begrip van het leven. Er zijn bepaalde basis uitgangspunten die begrepen en gewaardeerd moeten worden vanaf het allereerste begin.
Deze uitgangspunten zijn als volgt:
BASIS UITGANGSPUNTEN
1. Allah, Die de Schepper is, de Heerser en ar-Rabb (Heer) van het heelal schiep de mens en voorzag hem met een tijdelijke verblijfplaats in dat deel van zijn onmetelijke koninkrijk (kosmos) welke bekend is als de aarde. Hij Soebhanahoe Wa Ta'ala heeft de mens begiftigd met de vermogens van denken en begrijpen en hem de macht gegeven om goed en slecht te onderscheiden. De mens heeft ook de vrijheid van wil en keuze gekregen en de macht de middelen van de wereld te gebruiken op iedere manier die hij zou willen. In het kort kunnen we stellen dat de mens een soort autonomiteit gekregen heeft binnen de Wil van Allah Soebhanahoe Wa Ta'ala .
2. Voordat de mens op aarde werd geplaatst maakte Allah Soebhanahoe Wa Ta'ala het nauwkeurig aan de mens duidelijk dat Hij alleen de Rabb, de Heerser en de Enige Godheid is. Als zodanig moet het gehele heelal en alle schepselen (inclusief de mens) zich onderwerpen aan Hem alleen. De mens moet niet van zichzelf denken totaal vrij te zijn en hij moet weten dat de aarde niet zijn permanente verblijfplaats is. Hij mag er op leven alleen gedurende de periode van zijn proeftijd en zal, te zijner tijd, terugkeren naar zijn Rabb, om beoordeeld te worden overeenkomstig de wijze waarop hij deze tijd hier op aarde heeft benut.
De enige juiste weg voor de mens is Allah Soebhanahoe Wa Ta'ala te erkennen als de Enige Rabb (Heer), Voorziener en Godheid, en Zijn leiding en Zijn geboden zijn gehele leven te volgen. De mens moet dit leven leven met het besef dat hij beoordeeld zal worden en zijn enige doel zou het verdienen van het genoegen van Allah Soebhanahoe Wa Ta'ala moeten zijn. Dit is de enige manier om succesvol te zijn in dit leven en in het Hiernamaals. Gedrag tegengesteld hieraan leidt de mens op het verkeerde pad. Als de mens het pad van vroomheid en vrees voor Allah volgt (welke men vrij is te kiezen en te volgen) zal hij succesvol zijn in deze wereld en in de volgende: in deze wereld zal hij een leven van vrede en tevredenheid leven, en in het Hiernamaals zal hij zichzelf kwalificeren voor de hemel van eeuwig geluk, ad-Djennah.
Indien hij verkiest het andere pad te volgen, dat van goddeloosheid en slechtheid (welke hij eveneens vrij is te kiezen en te volgen) zal zijn leven er een zijn van corruptie, ontwrichting en frustratie in deze wereld en hij zal enorme straf ontvangen in het Hiernamaals - die verblijfplaats van pijn en ellende wordt Djehennem (de Hel) genoemd.
3. Na deze waarschuwing te hebben gegeven plaatste Allah Soebhanahoe Wa Ta'ala de mens op aarde en voorzag de eerste mensen (Adam en Hawwa) met Zijn Leiding overeenkomstig welke de mens op aarde moet leven. Aldus begon het leven van de mens op deze aarde niet in volledige duisternis.
De allereerste mens was voorzien van een brandende toorts van licht en leiding zodat de mensheid zijn glorierijke bestemming kon bereiken. De allereerste mens ontving geopenbaarde kennis van Allah. Hij had kennis over de werkelijkheid en aan hem was de code van het leven gegeven. Als hij die volgde kon hij een leven van geluk en succes verkrijgen. Deze code van het leven is de islaam, de houding van complete onderwerping aan Allah Soebhanahoe Wa Ta'ala , de Schepper van de mens en van het gehele heelal.
Adam Alaihi As Salaam gaf deze religie, al-islaam, door aan het nageslacht. Maar latere generaties dreven geleidelijk af van het Rechte Pad en namen verschillende foutieve paden aan. Door onachtzaamheid verloren zij de oorspronkelijke leer. Of vanwege dwaasheid of kwaad vervalsten en verdraaiden zij hem. Zij plaatsten naast Allah Soebhanahoe Wa Ta'ala ontelbare mensen, niet menselijke objecten en denkbeeldige wezens als godheden en gaven zich over aan shirk (afgoderij). Ze vermengden de zuivere leer van Allah Soebhanahoe Wa Ta'ala met vreemde mythen, ideeën en filosofieën met als gevolg dat zij een jungle van godsdiensten en culten creëerden. Zij verwierpen de door Allah Soebhanahoe Wa Ta'ala gegeven principes en sociale zeden en gemeenschappelijke moraal, de Shariah, en beroofden het menselijk leven van vrede en rust.
4. De mens week af van het pad van de waarheid. Zij veronachtzaamden en verdraaiden de wetten van Allah Soebhanahoe Wa Ta'ala en sommigen kwamen zelfs in opstand tegen de Leiding van Allah. Ondanks dit vernietigde Allah Soebhanahoe Wa Ta'ala hen niet en dwong hen ook niet het Rechte Pad te volgen. Gedwongen bekering naar het Rechte Pad was niet in overeenstemming met de vrije wil die Hij Soebhanahoe Wa Ta'ala aan de mens heeft gegeven. In plaats daarvan wees Allah Soebhanahoe Wa Ta'ala zekere deugdzame personen onder de mensen zelf aan, om de verantwoordelijkheid van het terugroepen en het leiden van de mens naar het Rechte Pad te vervullen gedurende zijn verblijf hier op aarde.
Deze mensen geloofden in Allah en leefden een leven van gehoorzaamheid aan Hem. Hij Soebhanahoe Wa Ta'ala honoreerde hen door Zijn openbaringen en gaf hen kennis over de waarheid. Deze mannen, bekend als profeten en boodschappers (vrede zij op hen allen), was opgedragen om de boodschap van de waarheid aan de mensheid te presenteren en om de mensen uit te nodigen naar het Pad van hun Rabb.
5. Deze profeten waren er in alle tijdperken, in alle landen en in alle volkeren. Uit de talrijke profeten door Allah Soebhanahoe Wa Ta'ala gezonden noemt de Qoraan er vijfentwintig uitdrukkelijk bij naam. Zij brachten allen dezelfde boodschap. Zij stonden allen voor dezelfde manier van leven (dien al islaam), namelijk de weg welke geopenbaard was aan de mens op de eerste dag van zijn bestaan op de aarde. Zij volgden allen dezelfde leiding: de leiding die was voorgeschreven door Allah aan de mens vanaf het begin van zijn leven op aarde. Zij droegen allen dezelfde boodschap uit; ze nodigden de mens uit tot de islaam, vroegen degenen die de Leiding van Allah accepteerden in overeenstemming hiermee te leven en organiseerden zich in een beweging voor de vestiging van de Wetten van Allah. En zij wilden een einde maken aan alle afwijkingen van het Rechte Pad. Iedere profeet probeerde deze boodschap te vervullen op de beste manier. Maar vele mensen accepteerden deze leiding nooit en velen die de leiding wel accepteerden dreven geleidelijk aan af naar het verkeerde pad en na verloop van tijd verloren ze de leiding of verdraaiden deze door vernieuwingen en vervalsingen.
6. Uiteindelijk verkoos Allah Soebhanahoe Wa Ta'ala de profeet Mohammed Salla Allahoe Alaihi Wa Sallam in het land Arabie en aan hem werd de boodschap, die ook aan eerdere profeten was gegeven, compleet en voltooid geopenbaard. De boodschap van Mohammed Salla Allahoe Alaihi Wa Sallam was voor de gehele mensheid. Hij Salla Allahoe Alaihi Wa Sallam presenteerde opnieuw de leer van de islaam in zijn oorspronkelijke vorm en voorzag de mensheid nogmaals van de Leiding van Allah die hij in z'n oorspronkelijke vorm verloren had.
Hij verenigde al diegenen die zijn boodschap accepteerden in een oemmah (gemeenschap) welke aansprakelijk was voor het opbouwen van zijn eigen leven in overeenstemming met de leer van de islaam. De islaam roept de mensen op naar het pad van rechtschapenheid en de vestiging van het hoogste gezag van het Woord van Allah Soebhanahoe Wa Ta'ala op de aarde. Deze leiding is omvat in de Heilige Qoraan welke het enige juiste woord van leiding voor de mensheid is.
|