Al-ihsaan, volmaakt geloofxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Dit betekent dat je Allah aanbidt, volgens de Qor'aan en de Soennah, met zo'n sterk geloof alsof je Hem ziet (en dat hij wie deze sterkte van geloof niet bereikt heeft, Hem aanbidt wetend dat Allah hem ziet).
Alles wat we tot nu toe genoemd hebben valt onder het begrip Islaam' maar het belangrijkste waar de Islaam naar oproept, is: de aanbidding van Allah alléén. Veel mensen zeggen: "Ik geloof wel in èèn Schepper, maar het maakt mij niet zo veel uit wie iemand aanbidt of waar hij in gelooft. Ik heb gèèn openbaring nodig om mij het goede en het slechte duidelijk te maken. Als ik gewoon niet steel, dood en lieg, leef ik goed!"
Dit is een verkeerde opvatting van sommige mensen, want wat deze persoon eigenlijk zegt is dat iedereen zijn eigen goedheid en kwaadheid' moet vastleggen. Dit klopt niet. De mens kan dit zelf niet, hiervoor heeft Allah profeten gestuurd, hoe zou hij (die het hem nu' niet uitmaakt wie er aanbeden wordt) het vinden, wanneer hij er op de Dag des Oordeels achter komt dat de bij de Schepper het allerbelangrijkste is en dat veel van dat wat hij goed' noemde slecht' was en dat wat hij slecht' noemde goed' was? Dit omdat het verstand van de mens verschilt en vaak zwak is. De één vindt goed wat de ander slecht vindt. Voor de zekerheid kan men alleen weten wat de Schepper wil en goed vindt en blij of kwaad maakt via de profeten. Dat is de reden dat Hij profeten stuurde: dat de mensen op de Dag des Oordeels geen excuus gebruiken door te zeggen: "We hadden een meningsverschil over goed en slecht, en waarheid en leugen. Waarom had U geen profeet gestuurd, dan wisten we wel beter?"
De Schepper Die alles van atoom tot atoom geschapen heeft, kent ons zoals wij onszelf niet kennen en weet wat goed en slecht voor ons is. Het is ook wel vreemd dat zo'n persoon zegt dat hij gelooft in Allah. En toch meent dat het niet belangrijk is wie je aanbidt en wiens wetten je naleeft, en dat hij zelf wel weet hoe en wat. In welke god gelooft hij dan? De Schepper? De God van Abraham (alayhis-salaam), Mozes (alayhis-salaam), Jezus (alayhis-salaam), Mohammed (sallallahoe alayhi wa sallam) en de andere profeten? Waarschijnlijk zal hij dan zeggen: "Ik geloof (ook) in de God van die profeten."
Weet hij dan niet, waarom Allah kwaad was op het volk van Mozes (alayhis-salaam), nadat Hij hen bevrijd had van de Farao? Was het omdat zij van elkaar stalen? Doodden zij elkander?
Waren zij leugenaars?... Nee! Zij namen het gouden kalf als (af)god, dit was de oorzaak van Allah's woede.
Als je naar de vroegere profeten kijkt, was niet (het eerste) wat ze zeiden: "Steel niet, dood niet en lieg niet." Het was echter zo zoals je in de volgende vers kunt lezen: Voorzeker, Wij stuurden Noah tot zijn volk en hij zei: "O mijn volk, aanbid Allah, er is voor jullie niets of niemand die het recht heeft om aanbeden te worden behalve Hij; voorwaar ik vrees voor jullie de bestraffing van een enorme dag." [Soerah Al-A'raf 59]
En tot het volk van Ad (stuurden Wij) hun broeder Hôed, hij zei: "O mijn volk, aanbid Allah, er is voor jullie niets of niemand die het recht heeft om aanbeden te worden behalve Hij, jullie zijn alleen maar verzinners" [Soerah Hoed 50]
En Allah zegt in de Qor'aan: Hij heeft de engelen doen neerdalen, met de openbaring van Zijn Bevel, naar wie Hij wil van zijn dienaren, om te waarschuwen (zeggende): "Er is niets of niemand die het recht heeft om aanbeden te worden behalve Ik, dus vrees Mij." [Soerah An-Nahl 2]
Het alleenrecht van Allah op aanbidding is zo belangrijk, omdat het de reden is waarom de mens bestaat (geschapen is); Het alleen aanbidden van Allah'. Dit wordt duidelijk gemaakt in de volgende vers: En Ik heb de Djin's (wordt vertaald als demonen) en de mens slechts geschapen om Mij te aanbidden. Ik wens geen voorzieningen van hen en Ik wens niet dat zij Mij voeden. Zeker, Allah is de Voorziener en de Bezitter van Sterkste Kracht. [Soerah Ad-Dhariyat 56 - 58]
Dit is de bestaansreden van de mens (en de hele schepping); Het alleen aanbidden van Allah. Het alleen aanbidden van Allah houdt echter ook in dat men geschapen is om goede dingen te doen en zo door Allah getest te worden, en om naarmate zijn daden een beloning te ontvangen.
Degene wiens daden goed zijn, krijgt een goede beloning en degene wiens daden slecht zijn een slechte beloning. Over de betekenis van het woord aanbidden' hebben de Islamitische geleerden het volgende gezegd: "Het is een woord dat alle woorden en daden omvat waar Allah van houdt, zowel de innerlijke en de uiterlijke daarvan en (ook omvat het) het afstand doen van dat waar Hij niet van houdt. Deze aanbidding' gebeurt met het hart, de mond (woorden) en de handen (daden)".
____________________________________________________
Aanbidding' komt voor in vijf verschillende vormen:
1) Het doen van wat verplicht is, de verplichte zaken noemt men in Islamitische (Arabische) termen Waadjib.
2) Het laten wat verboden is, dit heet Haraam.
3) Het doen wat aangeraden is, dit heet Mustahab, Soennah.
4) Het laten wat afgeraden is, dit heet Makroeh.
5) Dat wat toegestaan (niet afgeraden en niet aangeraden) is, heet Moebèh. Ook als men dit doet met een bepaalde intentie wordt dit een goede daad.
B.v. als iemand gewoon eet, omdat hij het lekker vindt is dat toegestaan, maar hij die eet met de intentie om meer kracht te hebben voor het gehoorzamen van Allah, bij hem wordt dit als een goede daad aangerekend.
Ook zeggen de geleerden dat de acceptatie van de daden die iemand doet ter
aanbidding van Allah twee voorwaarden heeft:
1) Dat men het zuiver doet voor Hem (dus niet om hier aanzien mee te verdienen of andere redenen). In een overlevering staat dat Mohammed (sallallahoe alayhi wa sallam) zei: "Waar ik het meest bang voor ben voor mijn volk (de moslims) is, de kleine vorm van Sjirk' (afgodendienst)." (Zijn metgezellen) zeiden: "O Profeet van Allah, Wat is de kleine vorm van Sjirk?" Hij zei: "Hypocrisie." Toen legde hij dit verder uit en zei: "Dat een man bidt en dan zijn gebed mooi (b.v. lang en rustig) maakt, omdat er naar hem gekeken wordt." Silsilah As-saheehah van Al-Albaanie Deel 1 - nr. 951.
2) Dat men het doet volgens de Soennah. Als één van deze twee voorwaarden ontbreekt worden de daden van een persoon niet geaccepteerd. Daden die wel volgens de Soennah, maar niet zuiver voor Hem worden gedaan, worden niet geaccepteerd, evenals daden die wel voor hem worden gedaan, maar niet volgens de Soennah. Hierover zegt A'ischah: "Mohammed (sallallahoe alayhi wa sallam) zei: "De daden van iemand die iets doet waar niet onze aanleiding toe is gegeven worden niet geaccepteerd." (een betrouwbare overlevering)
Bron:
Abdoellah Aboe Jouhaina
Nederlands student in Medina
|