Oprechtheid en goede intentiexml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Oprechtheid en goede intentie in alle uiterlijke en geheimen daden, uitingen en situaties
Allah de Verhevene zei:
Zij werden niets anders bevolen dan Allah met zuivere aanbidding te aanbidden, als Hoenafa. En (ook) de Shalat te verrichten en de zakat te geven en dat is de rechte godsdienst. (Koran, 98;5)
Jullie zullen de vroomheid niet bereiken totdat jullie van wat jullie liefhebben bijdragen geven. En wat jullie ook van iets bijdragen; voorwaar, Allah is daarover Alwetend. (Koran, 3; 92)
Het is niet hun vlees en niet hun bloed dat Allah bereikt, maar wat Hem bereikt is de vrees van jullie (voor Hem). Zo heeft Hij hen aan jullie dienstbaar gemaakt, opdat jullie Allah verheerlijken omdat Hij jullie leidde. En breng verheugende tijdingen aan de weldoeners.(Koran, 22;37)
1. Umar ibn al-Khattab (moge Allah tevreden met hem zijn) overleverde: Ik hoorde de Boodschapper van Allah (sallalahu alayhi wa salam) zeggen: De daden zijn in overeenstemming met de intenties, en voor ieder mens is wat zijn intentie was. Wanneer hij zijn emigratie voor Allah en Zijn Boodschapper verrichte, dan was zijn emigratie oor Allah en zijn Boodschapper, en wie zijn emigratie deed vanwege een verlangen of om met een vrouw te huwen, dan was zijn emigratie voor datgene waarom hij migreerde.
Authentiek: Sahih Bukhari Nr 1: Sahih Muslim nr 1907
2. Aicha (moge Allah tevreden met haar zijn) overleverde dat de Boodschapper van Allah (sallalahu alayhi wa salam) zei: Een leger zal de Kaaba aanvallen. Wanneer het in Bayda (in de Woestijn) aankomt, zal het hele Leger in de aardbodem zinken.
Ze zei: Ik vroeg, O Boodschapper van Allah! Waarom moeten zij allemaal zinken, als er onder hen ook onschuldigen zijn die niet tot het leger behoren? Hij zei; Zij zullen allemaal (in de aarde) zinken, toch zal ieder van hen (op de Laatste Dag) in overeenstemming met hun intentie heropstaan (behandelt worden in overeenstemming met hun intentie).
Authentiek: Sahih Bukhari nr 2118, Sahih Muslim nr 2884 Deze overlevering komt van Bukhari
3. Abu Huraira Abdurrahman ibn Sachar (moge Allah tevreden met hem zijn) zei: De Boodschapper van Allah (sallalahu alayhi wa salam) zei: Allah kijkt niet naar jullie lichaam of uiterlijk maar in jullie hart.
Authentiek, Sahih Muslim nr 2564
4. Abu Bakr Nufai ibn al-Harith Ath-Thaqafi (moge Allah tevreden met hem zijn) overleverde dat de Profeet (sallalahu alayhi wa salam) zei: Wanneer twee moslims hun zwaarden op elkaar richten, dan komen beide, de moordenaar en degene die vermoord wordt, in het hellenvuur. Daarop zei ik: O Boodschapper van Allah, dat is met de moordenaar, maar hoe zit het met degene die vermoord is? Hij antwoordde: Hij wou ook zijn tegenstander doden.
Authentiek: Sahih Bukhari Nr 31, Sahih Muslim nr 2888
5. Abul-Abbas Abdullah ibn Abbas ibn Abdul-Mutallib (moge Allah tevreden met hem zijn), vertelde dat de Boodschapper van Allah (sallalahu alayhi wa salam) van Zijn Heer, de Gezegende en Verhevene, berichtte; Allah heeft de goede en de slechte daden opgeschreven. Dan verduidelijkte hij: Wie iets goeds als intentie heeft en het niet uitvoert, voor hem rekent Allah, de Gezegende en Verhevene, dit als een volle goede daad. Wanneer hij het als intentie heeft en het ook daadwerkelijk uitvoert, dan rekent Allah dit als tien goede daden oor hem, tot zevenhonderdmaal en een veelvoud ervan. En wie iets slechts als intentie heeft maar het niet uitvoert, voor hem zal Allah dit als een volle goede daad rekenen. Als hij deze slechte daad toch uitgevoerd zou hebben, dan zou Allah het maar als één slechte daad rekenen.
Authentiek: Sahih Bukhari nr 6491, Sahih Muslim nr 131
6. Abu Abdurrahman Abdullah ibn Umar ibn al-Chattab (radi Allah anhu) vertelde, dat er de Boodschapper van Allah (sallalahu alayhi wa salam) hoorde zeggen:
Op een keer moesten drie mannen de nacht in een grot doorbrengen. Een rots viel van de berg naar beneden en blokkeerde de uitgang van de grot. Ze zeiden tegen zichzelf, de enige weg die hun bevrijden kon, was, in naam van hun goede daden tot Allah te bidden.
De eerste man zei: O Allah! Mijn ouders waren oud. Ik gaf noch mijn verwanten noch mijn kinderen melk te drinken voordat zij gedronken hadden. Op een dag, terwijl ik op zoek was naar bomen, keerde ik pas terug toen zij (de ouders) bijna sliepen. Toen ik de dieren gemolken had en hen hun drank gebracht had, sliepen ze al. Ik wilde ze niet storen, maar ik wilde ook niet mijn kinderen van de drank geven voordat mijn ouders gedronken hadden. Dus ik wachtte met het vat in de hand totdat het morgenroot aanbrak, zodat mijn ouders ontwaakten, terwijl de kinderen aan mijn voeten huilden en jammerden. Zoals ze verwachtten, kregen ze hun drinken. O Allah! Aangezien ik dit deed om Uw tevredenheid te zoeken, red ons dan uit deze positie waarin deze rots ons gebracht heeft. Toen verschoof de rots een beetje, toch konden ze er nog niet uit gaan.
De tweede zei; O Allah! Ik had een nichtje waar ik meer van hield dan hoe ooit een man van een vrouw gehouden heeft. Ik wilde haar, zij vermeed mij echter. Toen zij in een jaar in nood verkeerde, kwam ze naar mij toe (om om mijn hulp te vragen). Ik bood haar 120 Dinar aan onder de voorwaarde dat ik met haar mocht slapen. Toen ik bij haar was om gemeenschap met haar te hebben, smeekte ze mij: Vrees Allah en breek het zegel 1 niet, het moet dan rechtmatig zijn! Ik liet haar, hoewel ze de liefste mens voor mij was. Ik liet haar ook het goud houden dat ik aan haar gegeven had. O Allah! Aangezien ik dit deed om Uw welbehagen te zoeken, red ons dan uit deze situatie! Toen verschoof de rots een beetje meer, toch konden ze er nog niet uit.
De derde zei: O Allah! Ik hield me bezig met het uitbetalen van het dagloon van arbeiders, maar een van hen liet zijn loon achter en ging weg. Ik investeerde zijn loon zodat het zich vermeerderde. Na een tijd kwam hij (de arbeider) naar mij terug en zei: O dienaar van Allah, geef me mijn loon! Ik zei tegen hem; Alles wat je ziet is van jouw loon; kamelen, runderen, schapen en slaven. Hij zei: O dienaar van Allah, spot niet met mij. Ik zei: Ik spot niet met jou. Toen nam hij alles en hij liet niks achter. O Allah, aangezien ik dit deed om Uw welbehagen te zoeken, red ons dan uit deze situatie! Toen viel de rots weg en konden zij eruit gaan. Authentiek; Sahih Bukhari Nr 2215, Sahih Muslim nr 2743
1 Hij moest geen zina begaan, maar een rechtmatig huwelijk voltrekken. Dalil Alfalihin 1/84
Bron: Riyadus Salihin - Die Garten der Rechtschaffenen
Imam an-Nawawi
Vertaald vanuit het Duits door Amal
Moge Allah mij vergeven voor het maken van eventuele vertaalfouten, ameen.
|