| 
											
											   
  
                     
                                        DE GROTE WAARHEID. 
                                                            
  
  
  
  
De voortdurende drang 
  
Het stuwend verlangen 
  
Om de opperste waarheid, 
  
Diep in jezelf verscholen 
  
Op te sporen 
  
Brengt je in contact 
  
Met onvermoede gevoelens 
  
Waarvan jezelf de drager bent
 
  
  
Hoe intenser de zoektocht wordt 
  
Des te smaller de paden van herkenning. 
  
 Parallel loopt de verzuchting 
  
Om alles te bevatten,  te begrijpen, 
  
Te verwoorden maar ook te omklemmen. 
  
 Alsmaar verder over onbekende wegen 
  
Zoete waters,  zilte smaken, onverwachte valkuilen 
  
Dwingen tot versterkende ruststonden  
  
Vragen om emotionele bezinning 
  
  
 Doen je vervolgens ontwaken 
  
Met een gevoel van verbazende verwondering 
  
Omarmd door een blik van bewondering 
  
Geheel naar binnen gekeerd nu 
  
In volle ontdekking van de rijke schatkamer 
  
Van de eigen,  puur unieke entiteit 
  
Een glimp van de kroon der eeuwigheid 
  
  
  
En dan, na vele fases van angsten, ontroering 
  
Beleving, nieuwe inzichten, uiterste onthechting 
  
Leg je je in een bed van instemming terug te rusten 
  
Naast je pas ontdekte ik 
  
Die altijd al je metgezel was, 
  
Trouw als een engel, een gids 
  
Die je zonder behoefte aan taal, leidde 
  
  
  
Dan ook groeit het reikend weten 
  
Dat de ultieme beelden 
  
Van je eigen zijn zich enkel laten vatten 
  
In gevoelens die geen nood hebben 
  
Aan enigerlei uitdrukking 
  
Of ontoereikende woorden 
  
  
  
 Want waar een mens tracht 
  
Het goddelijke te verklaren 
  
Zitten stilte en besef hoofdschuddend 
  
Op de zitbank van de tijd  
  
Voor zich uit te staren
 
  
  
  
  
  
  
											
											 |