Ik ben Vanden Broucke Jean Pierre, en gebruik soms ook wel de schuilnaam jipie.
Ik ben een man en woon in Lauwe (Belgiƫ) en mijn beroep is gepensioneerd.
Ik ben geboren op 21/12/1954 en ben nu dus 70 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: wandelen, fotografie en tuinieren.
Deze keer ging ik wandelen naar Lapscheure. Daar was er een wandeling georganiseerd door levenslijnteam Damme.
Lapscheure is een dorpje in de Belgische provincie West-Vlaanderen en een deelgemeente van Damme, het was een zelfstandige gemeente tot aan de gemeentelijke herindeling van 1971. Het dorp ligt in het noordoosten van de provincie, tegen de grens met Nederland. Het is een plattelandsgemeente in De Polders, met in het landschap verschillende dijken, kreken en grachten.
Over de oudste vermeldingen van de naam is onduidelijkheid. Reeds in documenten uit 938 duiken de namen "Conbescura" en "Betscura" op, die waarvan sommigen vermoeden dat het Latijnse benamingen voor de plaats zijn. De vermelding "Lappesscura" dateert uit 1019, wanneer er reeds sprake is van een kapel die afhankelijk was van de kerk van Oostkerke. In 1200 wordt Lapscheure een zelfstandige parochie. Een eerst gebedshuis van Lapscheure lag noordelijker dan de latere dorpskern.
Bij een transgressie van de zee halverwege de 12de eeuw lag Lapscheure voor een groot deel in overstromingsgebied. De daaropvolgende eeuw wordt door middel van dijken een groot stuk van Lapscheure weer droog gelegd. Lapscheure zou echter veelvuldig te maken krijgen met zowel oorlogen als overstromingen tot aan de 20ste eeuw. In 1583 worden de dijken nabij Lapscheure om strategische redenen door de geuzen doorstoken, waardoor een groot stuk van het grondgebied weer overspoeld wordt. Er ontstaat in het oosten een kreek, het "Lapscheurse Gat". De kerk komt op een aparte schor te liggen. Sluis wordt door de Spanjaarden met forten verschanst. In het noorden van Lapscheure worden twee forten gebouwd rond 1600, namelijk de forten van Sint-Donaas en Sint-Job. In het begin van de 17de eeuw worden nieuwe dijken aangelegd. De deken van Aardenburg besliste na een bezoek aan Lapscheure in 1639 dat het geïsoleerde kerkje niet meer voldoet, en een nieuwe kerk moet worden opgericht. Een eerste houten kerk wordt in 1640 gebouwd, ten zuiden van de oude kerk, in de Sint-Jobpolder. In 1650-1652 wordt uiteindelijk een stenen kerk opgetrokken, met materiaal van de oude kerk. De forten Sint-Donaas en Sint-Job werden in 1783 onder keizer Jozef II ontmanteld. Bij de Belgische onafhankelijkheidsoorlog (1830) werden nog eens de dijken doorgestoken en werd de grens met Nederland bewaakt, maar daarna bleef het dorp gespaard van grote overstromingen en oorlogen, en kon het zich rap ontwikkelen. Halverwege de 19de eeuw was de bevolking toegenomen tot 700 inwoners. In de 20ste eeuw verdwijnen echter geleidelijk lokale winkeltjes, werden er geen nieuwe verkavelingen gelegd, en nam de bevolking weer af. Lapscheure bleef een zelfstandige gemeente tot 1971, toen het samen met Hoeke bij de gemeente Moerkerke gevoegd werd. In 1977 werden deze deelgemeenten van de gemeente Damme.
De start van deze wandeling was in Zaal Heldewijs en men kon kiezen uit een 5tal afstanden. Ik ging terug voor de langste afstand van 23km. Wandelen op de grensstreek tussen Lapscheure en Nederland. Nieuw parcours! Vanaf 15 km ga je naar Sluis, de meest Vlaamse stad in Nederland. De 4-9-12 km ontdekken de poldernatuur rond Lapscheure en Hoeke. Overzet over Damse Vaart voor iedere afstand is extra troef.
Zicht op St Anna Ter Muiden
Hier in St Anna Ter Muiden was onze 2°rust. Sint Anna ter Muiden (West-Vlaams: Anna-ter-Mu) is een zeer kleine stad in de gemeente Sluis in westelijk Zeeuws-Vlaanderen (Nederlandse provincie Zeeland), aan de Belgische grens. De stad heeft ongeveer 50 inwoners (2006) en concurreert met het iets kleinere Staverden en het iets grotere Bronkhorst en Eembrugge om de titel 'kleinste stad van Nederland'. Van deze plaatsen met historische stadsrechten kan alleen Sint Anna ter Muiden aanspraak maken op een naar middeleeuwse maatstaven stedelijk verleden. Een ander uiterste is dat Sint Anna ter Muiden op het westelijkste punt van het Europese deel van Nederland ligt. Sint Anna ter Muiden ligt in het zeekleipoldergebied op een hoogte van ongeveer 1,5 meter. In de omgeving vindt men diverse historische polderdijken die ook de Belgisch-Nederlandse grens overschrijden. In het zuiden ligt de Damse Vaart en in het nabijgelegen België vindt men kreken en overblijfselen van de Staats-Spaanse Linies, zoals de Linie van Cantelmo. Hier moest ik een lus maken van 8km richting Sluis
Hier ging ik over de vestingen van Sluis.
Een regenvlaag kwam opzetten
Het begon stilaan te regenen. Hier een zicht op de molen van Sluis. De Brak is een ronde stenen stellingmolen die zich bevindt te Sluis en als korenmolen is ingericht. Hoewel de stad Sluis in de 15e eeuw wel zeven windmolens telde zijn de meeste daarvan gesloopt. De laatste twee, beide houten standerdmolens, in 1926 en 1937. Gebleven is De Brak, genoemd naar een hondenras, die gebouwd is in 1739 en zich op een 2,5 m hoge molenbelt bevindt. Het was de eerste stenen molen van Sluis. In 1933 werd de molen stilgezet maar werd het malen op de begane grond voortgezet met een oliemotor. Op 31 oktober 1944 brandde de molen af ten gevolge van oorlogshandelingen. In 1950 werd hij echter hersteld. Op de begane grond kwam een elektrische maalderij, die echter in 1964 buiten bedrijf werd gesteld. Sindsdien is er een horeca-inrichting in gevestigd.
Sluis is een vestingstad in het westen van Zeeuws-Vlaanderen, in de Nederlandse provincie Zeeland. De gemeente waartoe het stadje behoort heet eveneens Sluis, maar de hoofdplaats van deze gemeente is Oostburg. Tot 1995 was Sluis een zelfstandige gemeente. Op 1 januari 2021 had de stad Sluis 2.350 inwoners. Sluis ligt in het zeekleipoldergebied op een hoogte van ongeveer 2 meter. De omgeving wordt gekenmerkt door akkerbouw. De Wallen van Sluis en de Damse Vaart zijn belangrijke natuurgebieden. Ten oosten van Sluis ligt de Krabbekreek terwijl de Belgisch-Nederlandse grens ten zuiden van Sluis gevormd wordt door het Lapscheurse Gat, dat overgaat in de Stierskreek. Enkele overblijfselen van de Staats-Spaanse Linie, zoals de Kruisdijkschans en Krabbeschans, zijn nog in het landschap aanwezig.
Na deze felle regenbui klaarde de hemel terug open en zo zou het nog de hele wandeling bliven.
Zicht op de Hoekemolen van Hoeke. De Hoekmolen is een windmolen in het tot de West-Vlaamse gemeente Damme behorende dorp Hoeke, gelegen aan Natiënlaan 21. Het betreft een ronde stenen molen van het type grondzeiler, die fungeerde als korenmolen.
Na gisteren een wandeling te hebben gedaan in Ingelmunster, ging ik vandaag wandelen in de streek van Zottegem. Ikreed naar Erwetegem.
Erwetegem is een dorp in de Belgische provincie Oost-Vlaanderen en een deelgemeente van de stad Zottegem, het was een zelfstandige gemeente tot aan de gemeentelijke herindeling van 1971. Erwetegem ligt in de Vlaamse Ardennen. Het hoogste punt van het dorp ligt rond de Emmerstraat, op ongeveer 102m boven zeeniveau, en is daarmee het hoogste punt van de stad Zottegem. In Erwetegem werden muntvondsten gedaan uit de Gallo-Romeinse periode en uit midden 11de eeuw. In 1116 bekend als "Herwetengem". Uit geen enkel document blijkt dat Erwetegem reeds als vastomlijnde levens-, rechts- of kerkelijke gemeenschap zou bestaan hebben voor de 12de eeuw. Op het grondgebied van de latere parochie Erwetegem is nochtans zeker een vroeg-Frankische nederzetting, waarschijnlijk in de 5de eeuw, gebouwd geweest, zoals de Saal-Frankische naam aanwijst (1087 Heruetingehem): "Hariwith - inga - heim" of: "woonst van de lieden van Hariwith. Vanaf de 13de eeuw beheerden de Sint-Pietersabdij van Gent en de abdij van Mont-Saint-Martin (die vanaf 1162 het patronaatsrecht had verkregen over de kerk) er veel eigendommen (pachthoeves). Tot de 13de eeuw behoorde het dorp aan de heren van Erwetegem (Zeger van Erwetegem 1118) en nadien, tot de 18de eeuw, aan de heren van Zottegem.
De start was vanuit het OC en men kon uit een 5tal afstanden kiezen. Ik ging voor de langste afstand(21km). Parcours naar Steenhuize-Wijnhuize, deelgemeente van Herzele, waar de centrale rustpost was.
Na gisteren te hebben gewandeld in Oost-Vlaanderen, ging ik vandaag richting Oedelem, waar de wandelclub uit Beernem er hun Zomertocht hielden.
Oedelem is een dorp in de Belgische provincie West-Vlaanderen en een deelgemeente van de gemeente Beernem, het was een zelfstandige gemeente tot aan de gemeentelijke herindeling van 1977. In het oosten van Oedelem ligt het gehucht Oostveld. Oedelem is sinds 906 terug te vinden in geschreven bronnen. De schrijfwijze was toen Udelhem. De naam komt van "odila" en "haima" en betekent "woning van het erfgoed of van het domein", een naam die geen verwondering wekt gezien de heren van Praet al in de jaren 900 een heerlijkheid stichtten in Oedelem. De Oedelemse geschiedenis gaat echter veel vroeger terug in de tijd. In een grafheuvel op Wulfsberge zijn sporen teruggevonden van prehistorische bewoning. Er zijn ook sporen van Romeinse aanwezigheid. In de kleiput van de vroegere steenbakkerij is zelfs een waterput uit de Romeinse tijd teruggevonden. In die tijd waren Oedelem, Maldegem en Aardenburg de meest noordelijke bewoonde plaatsen in de streek. Wat noordelijker lag was een groot moerassig gebied. Bij Oedelem ondernam Filips van Artevelde op 3 mei 1382 een verrassingsaanval op de aanhangers van graaf Lodewijk II van Male die hij versloeg, in wat men de Slag op het Beverhoutsveld noemt. Oedelem behoort tot Zandig Vlaanderen en het landschap wordt gekenmerkt door de cuesta van Oedelem-Zomergem, welke leidt tot een golvend landschap op 10 à 23 meter hoogte. De drempel van de kerk ligt op 18 meter hoogte. De bodem bestaat uit lemig zand. Er zijn enkele bossen te vinden ten oosten van Oedelem, namelijk het Koningsbos bij Oostveld en het domein van Kasteel De Wapenaer. Ten noorden van Oedelem ligt een bescheiden hoogte, Berg genaamd, van meer dan 23 meter. Beken lopen in westelijke richting, zoals Hellepoelbeek en Bergbeek.
De start was vanuit de school De Notelaar en de wandelaars konden uit een 5tal afstanden kiezen. Ik besloot om de langste afstand te wandelen (22km). Omloop door het rustige en landelijke Oedelem met tal van nieuwe wegen en weggetjes.
Zicht op Oedelemberg.In het groene landschap ten noorden van Oedelem is het vooral de Bergbeek die door de tijden heen het glooiende reliëf tekende en vorm gaf. Op vandaag steekt de berg nog steeds 23 meter boven zeeniveau uit. De zachte heuvelrug heeft haar ontstaan te danken aan een langdurig proces van sedimentatie en erosie. De ondergrond van Bartoonse klei werd eeuwenlang ontgonnen in functie van steenbakkerijen in de omgeving. Oedelemberg is een typische cuesta met een langgerekte, zwakke helling naar het noorden en een iets steilere zijde aan de zuidkant. De berg spreekt tot de verbeelding. Echt klimwerk komt er niet aan te pas, maar het uitzicht van de top is zeker de moeite waard. Je kan de omgeving van Oedelemberg verkennen aan de hand van het wandelnetwerk Velden en Meersen of de Oedelembergwandelroute.
Vandaag ging ik wandelen in Oost-Vlaanderen, al hoewel bij ons ook enkele wandelingen doorgingen, besloot ik toch om een tocht te maken in Oordegem.
Oordegem is een dorp in de Belgische provincie Oost-Vlaanderen en een deelgemeente van de gemeente Lede, het was een zelfstandige gemeente tot aan de gemeentelijke herindeling van 1977. Oordegem ligt in de Denderstreek. De heerlijkheid Oordegem behoorde achtereenvolgens toe aan de familie de Ordengem, de Laval, Turpin, Mastaing en aan de familie Vilain tot eind 18e eeuw. Ten slotte kwam ze in handen van hertogin de Laragnais. De vrijheerlijkheid Hof ter Lichtervelde was in 1544 eigendom van de familie de la Force. Oordegem was in 1801 kantonhoofdplaats.
De start was vanuit het OC en de wandelaars konden kiezen uit een 5tal afstanden. Alle afstanden vertrekken in dezelfde richting via “Keibergstraatje en Burchtstraatje” richting rustpost te Papegem. De 14, 18 en 21 km bewandelen van daaruit, via talrijke veldwegeltjes, een lus van 6 km richting Impe, om daarna samen met de 6 en 10 km via “Papegemdries” en “Oude Heirweg” terug te stappen richting startplaats.
In het midden van het dorpsplein staat de Sint-Martinuskerk. Deze gotische kerk werd in de 14e eeuw opgericht in Lediaanse steen. In de 17e en 18e eeuw werden de zijbeuken aangebouwd in baksteen. Boven de kerkdeur ziet men het ruiterbeeld van Sint-Martinus, de patroonheilige van de parochie.
Na het eerste gedeelte, moest men nog een tweede lus maken(10-14-18-21km) respectievelijk 3.6km en 7.3km. Een rustige tocht met heel wat afwisseling.
Vandaag reed ik naar Kanegem waar de wandelclub uit Tielt de Watewystappers er hun tocht Tielt Zomert hielden. De start was niet vanuit de gebruikelijke zaal, daar die wordt afgebroken, moesten we starten vanuit Moeninckhof in de Nagelstraat.
Kanegem is een dorp in de Belgische provincie West-Vlaanderen en een deelgemeente van stad Tielt. Het dorp ligt in het oosten van de provincie, tegen de grens met Oost-Vlaanderen. Het is een landelijk dorp met ruim 1000 inwoners. Het draagt de bijnaam "Bloemendorp" of ook "Groen Dorp". Kanegem was een zelfstandige gemeente tot aan de gemeentelijke herindeling van 1977. Kanegem ligt in Zandlemig Vlaanderen, op het Plateau van Tielt. De hoogte bedraagt 12-37 meter. Kanegem ligt op de cuesta die van Aarsele naar Koolskamp verloopt. Van de beken, die ingesneden zijn in de cuestarug, kan de Reigerbeek worden genoemd, die uitmondt in de Poekebeek.
De dorpskern Kanegem is van Frankische oorsprong: ‘Caningahem’ wat ‘het heem, de woning van de volgelingen van Cano’ betekent. Volgens de legende vestigde Cano zich omstreeks de 6de eeuw op de hoeve Groot Goet Ten Broucken. De eerste geschreven naamsvermelding Caningahem dateert van 967 in een klaagbrief van de abt van de abdij van Sint-Baafs in Gent. Het agrarische en verstilde dorp Kanegem staat vooral bekend om de faam die het dorp geniet omwille van zijn bloemenpracht. Op 4 november 1956 werd het comité Kanegem Bebloemd opgericht en zo ontstond dan ook letterlijk een bloeiende geschiedenis! Jaarlijks bloeien duizenden rozenstruiken in minstens 75 variëteiten. Ook heel wat dorpsbewoners sieren hun gevels met kleurrijke geraniums. Vier eigen bloemvariëteiten werden gecreëerd: de roos ‘Kanegem’ (1982), de zalmkleurige dahlia ‘Kanegem Star’ (1990), de ‘Pink’ (1998) en de ‘Fuchsia Caninga’ (1998). Talrijke gedenkplaten en sfeervolle monumentjes op en rondom de dorpskern herinneren aan de vele provinciale, gewestelijke, nationale én internationale prijzen die het comité reeds in ontvangst mocht nemen. Het dorp is ook bekend om tweevoudig wereldkampioen wielrennen Briek Schotte. Hij werd door Jef Claerhout vereeuwigd en siert het in 1997 heraangelegde dorpsplein.
Men kon kiezen uit een zestal afstanden, ik koos voor de grootste afstand van 25km. het beloofde terug een warme dag te worden van om en bij de 30°. Dus vroeg vertrekken was de boodschap. De wandeling ging richting Poeke via enkele mooie paden, afgewisseld met autoluwe wegen. Eénmaal in Poeke aangekomen , moest ik nog een deeltje door het kasteeldomein gaan alvorens de rustpost te bereiken.
Aangekomen in de gemeente Poeke, waar de wandelaars van de grootste afstand hier een mooie lus moeten maken.
Poeke (Frans: Poucques) is een dorp in de Belgische provincie Oost-Vlaanderen en een deelgemeente van Aalter, het was een zelfstandige gemeente tot aan de gemeentelijke herindeling van 1977. Poeke ligt op de grens tussen Zandig en Zandlemig Vlaanderen. Het is gelegen in de driehoek Tielt-Deinze-Aalter. Ten noorden van het dorpscentrum loopt de Poekebeek.
Het Kasteel van Poeke is een kasteel bij Poeke, een deelgemeente van Aalter in de Belgische provincie Oost-Vlaanderen. Het gebouw is volledig omgeven door water en is zowel voor- als achteraan toegankelijk via een brug.Wanneer de eerste burcht ter plekke werd gebouwd is onbekend, maar Poeke werd in 1139 reeds vermeld. Het gebouw heeft wel een voorname rol gespeeld in het conflict tussen Lodewijk van Male en de Gentenaars in 1382. In datzelfde jaar sneuvelde Eulaard II van Poeke toen hij aan het hoofd van de grafelijke troepen bij de slag op het Beverhoutsveld de opmars van de Gentse milities die zijn burcht hadden ingenomen trachtte tegen te houden.
De kasteelheren van Poeke waren trouwe vazallen van de graaf van Vlaanderen. Zo was Anastasia van Oultre, tweede vrouw van Eulaard III van Poeke, hertrouwd met Robert van Vlaanderen, bastaardzoon van Lodewijk van Male. In 2021 verkocht de gemeente Aalter het kasteel voor een symbolisch bedrag aan Toerisme Vlaanderen. In 2019 werd het kasteel gebruikt in de Netflix-serie De bende van Jan de Lichte als woning van de burgemeester.
Een hele mooie wandeling. Jammer van de magere opkomst, de spelbreker was andeermaal het te warme weer. Een 600tal mensen hebben die wandeling gedaan.
Al hoewel er een wandeling was op het thuisfront, verkoos ik tcoh te wandelen in Oost Vlaanderen, ik ging naar Lokeren waar de wandelclub Reynaertstappers er hun zomertocht hielden.
Lokeren is een stad in de Belgische provincie Oost-Vlaanderen en ligt in het Waasland, ook wel Land van Waas genoemd, waarvan het de tweede belangrijkste stad is na Sint-Niklaas. De stad, gelegen aan de rivier de Durme, de Lede, en de autoweg E17, telt ruim 43.000 inwoners, die Lokeraars of Rapenfretters worden genoemd. Omdat Lokeren aan de Durme is gelegen, wordt de stad ook vaak "De Durmestad" genoemd. Lokerse paardenworst is officieel erkend als streekproduct.
Lokeren is volledig gelegen in de Durmevallei, waardoor er op sommige plekken nog steeds een moerassige ondergrond aanwezig is. Het natuurreservaat Molsbroek is hier een goed voorbeeld van. In het verleden waren de enige belangrijke waterlopen in de stad de Durme en de Lede. Maar door de eeuwen heen is de Durme nabij Eksaarde en Moerbeke vele keren aangepakt geweest, waardoor die delen van de Durme nu bekend staan als de Zuidlede en de Moervaart, die ter hoogte van Daknam samenvloeien. De Vondelbeek en de Lokerenbeek zijn voorbeelden van kleine waterlopen die nog steeds aanwezig zijn in de stad. Buiten het stadscentrum ligt de rest van het Lokerse grondgebied in vijf polders: Polder Moervaart en Zuidlede, Polder Sinaai-Daknam, Polder Schelde Durme Oost, Polder tussen Schelde en Durme en Polder van Belham.
De start was vanuit de jeugdkantine van de Lokerense voetbalclub. de wandelaars konden uit diverse afstanden kiezen.
Overgrote deel van het parcours gaat langs open velden. Eerste deel tot aan de rust op 7.5 km loopt hetzelfde parcours als de 10 km. Na de rust gaan we via de boorden van de Durme naar het Natuurreservaat het Molsbroek en komen terug via het Natuurreservaat de Buylaers. Ook het Bospark en het Verloren bos worden aangedaan, vooraleer terug te komen aan de startzaal. Plekken die aangedaan worden, Molsbroek en Buylaers (beiden een natuurreservaat). Hamputten, verloren bos en verschillende parken in Lokeren. Aan natuur gaat het op deze wandeling niet ontbreken.
Een mooie en aangename wandeling met heel veel variatie.
Vandaageen weekse wandeling in Tiegem van de wandelclub uit Vichte..
Tiegem is een dorp in de Belgische provincie West-Vlaanderen en een deelgemeente van Anzegem, het was een zelfstandige gemeente tot aan de gemeentelijke herindeling van 1977.
Vanaf het paleolithicum waren er nederzettingen op het grondgebied van Tiegem, zoals op de Tiegemberg. In 1904 waren er al aanwijzingen voor Gallo-Romeinse bewoning en in 1983 werden resten van een villa uit dit tijdvak ontdekt. In de eerste helft van de 9e eeuw werd Tiegem voor het eerst vermeld, namelijk in het Liber Traditionem van de Sint-Pietersabdij te Gent. Het patronaatsrecht behoorde toe aan de Sint-Diederiksabdij bij Reims. In 1040 werd Sint-Arnoldus hier geboren. Hij was de zoon van de plaatselijke heer. Tijdens de 14e en 15e eeuw was de heerlijkheid achtereenvolgens in bezit van de families Van Rode, Gistel, Betune en Ailly. Tijdens de 15e en 16e eeuw kwam het aan de familie Van Kleef en van einde 16e eeuw tot 1792 was de familie de Plotho de eigenaar. Tiegem had veel te lijden onder de godsdiensttwisten (eind 16e eeuw) en de Negenjarige Oorlog (eind 17e eeuw). De economie beperkte zich -naast de landbouw- tot de thuisweverij van vlas en katoen. In 1910 kwamen er twee katoenweverijen, waar in totaal 326 mensen werkten. Later kwam er ook een wolweverij. Op 26 oktober 1918 vielen er 75 dodelijke slachtoffers door Duitse gasaanvallen, maar op 31 oktober werd Tiegem door Welshe en Schotse troepen bevrijd.
De start was vanuit de parochiezaal De Mesinde en de wandelaars konden uit een 4tal afstanden kiezen. De kleinste afstand deed een lus in Tiegem zelf. De langere afstanden gingen richting Inooigem en Otegem.
Aangekomen aan het Sint Arnolduspark
Het Sint-Arnolduspark is een bedevaartpark op de Tiegemberg in Tiegem, dat tot de West-Vlaamse gemeente Anzegem behoort. Het park is een overblijfsel van het voormalige Holdebroekbos, en er is een bron in een uitgesneden dal waar zeldzame plantengroei is te vinden. Ook zijn er bijzondere parkbomen en huizen er zeldzame vogels. Het was Vital Moreels die het initiatief nam tot de aanleg van het park. Zo kwam er in 1866 een neogotische bedevaartkapel, die in de plaats kwam van een eerdere kapel die in 1817 bij de bron was gebouwd als dank voor een genezing. Landschapsarchitect Hubert Van Hulle ontwierp om de kapel heen een park met kunstmatige grotten, bruggetjes, watervalletjes en een houten uitkijktoren, die omstreeks 1900 vervangen werd door de Belvedère, een cementen constructie. Dit alles leidde tot de komst van bedevaartgangers en toeristen. De bedevaart betrof de heilige Arnold van Soissons, de stichter van de Sint-Pietersabdij in Oudenburg. Die is in 1040 in Tiegem geboren, en dat trekt pelgrims aan. Ook kwamen er kunstenaars wonen, zoals Staf Stientjes die omstreeks 1926 de Villa 't Vossenhol liet bouwen. In 1937 kwam er een openluchttheater bij de bron. Alfons Moortgat schreef speciaal voor deze plek enkele vrome toneelstukken, zoals De Passie van ons Heer. Ook de Villa Albert werd gebouwd, waar kunstenaars zich tijdelijk konden vestigen.
Ik ben Vandevoorde Dorine, en gebruik soms ook wel de schuilnaam Doortje.
Ik ben een vrouw en woon in Lauwe (Belgiƫ) en mijn beroep is sinds 1 mei op rust gesteld.
Ik ben geboren op 20/10/1963 en ben nu dus 61 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: sport in het algemeen.