Vrijdag 13 juni
Donderdag gaat het nu richting Canada. Het is duidelijk dat we ons in de Rocky Mountains bevinden overal hebben we zicht op de bergen.
Eureka is het laatste Amerikaanse stadje dat we doorrijden. Kort nadien komen we bij de Canadese grenspost. Wanneer we op vraag van de beambte positief antwoorden of we fruit aan boord hebben, worden we verplicht dit achter te laten in een diepvrieskist. Veel verschil merken we niet met de VS alleen zijn de vrachtwagens hier nog groter en de huizen mooier. Bij de Kootenay rivier stoppen we op de plaatselijke campground, we hebben er al wel mooiere gezien maar het kan toch. Het is nog warm maar de hemel trekt toe, ’s nachts regent het flink.
Op vrijdagmorgen zijn de flanken van de bergen gehuld in wolken. Het belooft niet veel goeds om hoog de bergen in te gaan. Bij de ingang van Kootenay Park betalen we toegang voor twee dagen.
Kort na de ingang loopt een kudde “Bighorn sheep” op de weg. Door een smalle kloof komen we in het eigenlijke park. Het is ondertussen beginnen te regenen en de bergen zijn helemaal onttrokken aan onze blikken.
Hogerop is het zelfs aan het sneeuwen. Over de pas heen neemt de sneeuw af en wanneer we afgedaald zijn in het dal is het zelfs droog. Bij Banff trekken we naar een fijne camping. Vanaf de camping kunnen we gratis met de bus naar het stadje.
Banff is een levendige plaats met veel winkels met voornamelijk vrijetijdskleding. Er is een gezellige drukte en we hebben nog een leuke ontmoeting met de plaatselijke politie.
|