Woensdag 21 juni
De camping waar we verblijven ligt op een 30-tal kilometer van Aberdeen, maar met de bus komen we er gemakkelijk.

Aberdeen wordt wel de granieten stad genoemd, alle gebouwen zijn in grijze graniet gebouwd en het grijze weer maakt het nog grauwer.

Union Street is de hoofdstraat, getooid met wimpels die flink wapperen in de stevige wind. Op het oude marktplein staat een mooi marktkruis. Om te schuilen voor het slechte weer bezoeken we het maritiem museum waar een grotet makkette staat van een olieplatform, wel drie verdiepingen hoog.

Vanuit het raam hebben we mooi zicht op de haven. Aberdeen is nauw met de zee verbonden als vissershaven en de bevoorradingsschepen voor de olieplatforms en dat wordt uitvoerig belicht in het museum.

De volgende dag keren we terug om het oude stadsgedeelte te bezoeken. De universiteit huist er in prachtige oude gebouwen.

De kathedraal van St. Machar is nog de helft van wat ze origineel was, bij het instorten van één van detorens werd de helft van de kerk vernield.

In de kerk valt vooral de zoldering op waar alle wapenschilden van de toenmalige vorsten en kerkvorsten zijn afgebeeld.

In een plaatselijke pub gaan we aan de koffie. Terug in het centrum van de stad bekijken we nog het Marischal College en nemen de bus naar het strand.

Voor de rede liggen verschillende schepen te wachten om de haven binnen te varen. Het is wel droog maar het waait hard en het is maar fris, de promenade ligt er dan ook maar troosteloos bij.
|