Net als Frans Baudoin kwam ook Jan Clynk van de Zuidelijke Bond.
In het jaar 1952 kwam Jan naar de KNMV, het was al snel duidelijk dat deze Jan Clynk op zijn Norton heel veel talent had.
Het was voor de Nederlandse crosswereld een verrijking dat het nu drie toprijders bezat.
Zoals gezegd Jan Clynk had veel talent en naarmate het materiaal ook beter werd ging Jan ook prestaties neerzetten.
Hij werd met recht het Atoomkanon van Helmond genoemd, hij had meestal een vliegende starten en ging in de eerste ronden vreselijk hard.
Toen Jan ook een contract van de BSA importeur kreeg en hij enige tijd met Hennie Rietman de wedstrijden afliep, ging Jan ook prestaties neerzetten.
Grote Internationale wedstrijden kon hij winnen zoals Schijndel en St Anthonis,
ook in het buitenland was Jan een graag geziene gast.
Vele malen heeft Jan de kleuren van het Nederlandse Motocrossteam verdedigd.
Zijn grootste prestatie was een Grand Prix overwinning in Schijndel 1956, toen hij op de reserve motor van het Engelse BSA fabrieksteam de overwinning binnenhaalde.
Het zou nog enige jaren duren voordat een andere Nederlander te weten Broer Dirkx in 1959 te Norg hetzelfde presteerde
Jan Clynk was een prof geworden, hij reed dan ook veel in België en Frankrijk waar de wedstrijden voor hem beter betaald werden.
Hij liet de kampioenswedstrijden voor wat ze waren, wat tot gevolg had dat Jan aan het eind van het jaar niet genoeg punten had.
De KNMV kon niet anders dan Jan zijn internationale licentie intrekken.
Noodgedwongen moest Jan Clynk stoppen, misschien wat te vroeg moest hij afscheid nemen van de Nederlandse crosswereld.
Een klein smetje op zijn carriere is dat hij nooit kampioen van Nederland is geweest.
Uit die tijd hoorde hij zekere bij de groten van Nederland zoals Rietman, Baudoin, Broer en Albert Dirkx.
tekst en foto: Peter Rietman
copyright etienne willems
06-02-2008 om 19:47
geschreven door etienne willems
|