ethisch esperanto
Zowel in De Morgen als in De Standaard besprak Dirk Verhofstadt, het slimmere broertje van, het nieuwe boek van de Nederlandse cultuurfilosoof Paul Cliteur. Daarin zet deze man zich af tegen het zogenaamde cultuurelativisme en pleit hij voor een ethisch esperanto: een set van minimumwaarden die iedereen zou moeten aanvaarden.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Ten eerste is niet erg duidelijk wat de denigrerende term cultuurrelativisme precies inhoudt: als men daarmee bedoelt dat alle culturen gelijkwaardig zijn, dan wordt er terecht de draak mee gestoken. Wie een simultane vergelijking van de huidige culturen maakt, loopt kans verwijten van discriminatie en racisme naar zijn of haar kop te krijgen indien hij of zij de ene cultuur hoger aanslaat dan de andere. Een diachronische of historische vergelijking ligt daarom makkelijker: is er iemand die eraan twijfelt dat de Europese beschaving van vandaag superieur is aan deze in de Middeleeuwen? Met de twee wereldoorlogen nog vers in het geheugen hebben we geen reden om een hoge borst op te zetten, maar het valt moeilijk te betwisten dat nooit eerder zoveel burgers van zoveel rechten konden gebruik maken als in deze tijd. De scholingsgraad en gezondheidszorgen zijn quasi onvergelijkbaar.
Kortom, het is evident dat de ene cultuur boven de andere kan geplaatst worden en sedert de proclamatie van de Universele Verklaring over de Rechten van de Mens in 1948 - mijn tweede punt -beschikken we over een ethisch esperanto, een verzameling principes en normen waaraan culturen kunnen worden getoetst. In Brussel vindt een congres plaats over genitale verminking, niet alleen in Afrika maar ook in Europa waar dokters soms kiezen voor het kleinste kwaad. En met dit voorbeeld stuikt het comfortabele - niet de kern - van onze theorie in elkaar: is het kleinste kwaad wel klein genoeg om het toe te staan? Kan een in onze beschaving gevormde geneesheer een meisje voor de rest van haar leven tekenen omdat het anders met nog barbaarser middelen zou gebeuren?
Of moet zon dokter deze ouders aangeven bij het gerecht wegens poging tot kindermishandeling? En dan is de volgende stap: wat zou het gerecht hiermee moeten aanvangen, kan repressie een ander gevolg hebben dan het verderzetten van de praktijk in de clandestiniteit? Gaat het hier niet voor de zoveelste keer om het moeilijkste wat er is: de verovering van de geesten, het doorbreken van een soort hypnose die van generatie op generatie is doorgegeven. Dit confronteert ons met de urgentie van de verplichte inburgering. Migranten moeten van bij hun aankomst geleerd worden wat hier aanvaard wordt en wat nooit zal aanvaard worden. Gezien het aantal illegale of niet-geïdentificeerde inwijkelingen is in deze problematiek ook een verantwoordelijkheid weggelegd voor de vrijwillige hulpverlening, voor alle individuen en organisaties die zich over vluchtelingen ontfermen. Integratie betekent de aanvaarding van dit ethisch esperanto in de praktijk, niet enkel op papier of bij ronkende toespraken. Je bent toch geen neo-kolonialist als je tot een Afrikaanse moeder zegt dat er geen enkele voorvader of hemelse geest bestaat die mag eisen dat je een kind voor het leven verminkt. En onmiddellijk voel ik mij verplicht hieraan toe te voegen dat tot in de vroege jaren zestig en misschien hier en daar nog, duizenden West-Europeanen psychisch werden verminkt of misvormd door de christelijke cultus van de zonde tegen het zesde gebod. Wellicht vindt Cliteur deze bedenking een voorbeeld van 'cultuurrelativisme'.
|