al die directeuren desinformatie.xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
In zijn verweerschrift tegen Eric Goens (zie De Morgen van zaterdag) stelt Guy Polspoel een ongecontroleerd opbod vast inzake de misdaadverslaggeving en hij vraagt zich af: Is de kijker daar immuun voor of wordt hij er angstiger van en gaat hij bijgevolg vragen om een hardere hand?
Een direct antwoord kan men daar moeilijk op geven omdat angst vooral een onbewust proces is en men kan bezwaarlijk heel de bevolking onderwerpen aan een psychoanalyse.
Maar er zijn wel indirecte of symptomatische aanwijzingen.
Om te beginnen is er de toegenomen consumptie van bepaalde geneesmiddelen zoals kalmeer- en slaapmiddelen, anti-depressiva en angstremmers.
Ten tweede is er het politieke succes van al wie oproept tot het herstel van law and order in Nederland normen en waarden genoemd en in de taal van Leterme rechten en plichten .
Lastiger om te bewijzen is het vermoeden dat de mensen vandaag explosiever zijn geworden: ligt de frustratiedrempel nu lager dan voordien, is het waar dat de meeste burgers nu minder kunnen incasseren dan vroeger, is de onverdraagzaamheid toegenomen?
Er zijn een aantal indices die in die richting lijken te gaan zoals het juridisch vervolgen van spelende kinderen, maar misschien wijst dit meer op de juridisering van de samenleving, de zogenaamde processitis, dan op het vermeerderen van burenruzies en gelijkaardige conflicten. Er is het huiselijk geweld tegen kinderen en partners met weerom dezelfde vraag: komt dit nu vaker in de media omdat er een markt voor is of omdat het vaker gebeurt?
In elk geval heeft Polspoel in die bewuste Morgen Beter een interessante opmerking gemaakt over zijn ervaringen in de VS. Daar werd in verband met een item steeds de vraag gesteld: zit er een goed verhaal in? De voorbije week heeft aangetoond dat de VRT en de andere media die Amerikaanse toer opgaan: van de steekpartij in Oostende werd een feuilleton gedraaid met dagelijkse afleveringen, niet in een ontspanningsprogramma maar in het journaal. Een duidelijker bewijs dat de media, en in het bijzonder de VRT, mikken op ramptoeristen en verslaafden aan kijkfiles is niet te bedenken. En zo is de informatieve opdracht van de VRT stilaan verworden tot infotainment, tot een gemakzuchtig inspelen op de zucht naar sensatie en spektakel.
Wat mij bij deze observatie bezig houdt, is de vraag of de politici die de evaluatie van de openbare omroep gekoppeld hebben aan kijkcijfers, nu trots zijn op zichzelf. Hun kortzichtigheid zou wel eens als een boemerang in hun gezicht kunnen slaan: een ernstig beleid wordt met een kiespubliek dat beheerst wordt door oppervlakkige sensatie zeker niet gemakkelijker - in tegendeel: sensatie en inspelen op onbewuste (angst-)reflexen maakt de weg vrij voor demagogen.
|