zinloos geweld: lessen uit de geschiedenis
Volgens historicus Maarten van Dijck (zie De Standaardvan dinsdag) heeft geweld niets te maken met verstedelijking en individualisering. Hij beweert enerzijds dat de steden veiliger zijn dan het platteland omdat in de steden meer sociale controle heerst, en anderzijds schrijft hij: 'Nauwe samenlevingsverbanden en hechte familierelaties werken geweld immers in de hand.' Begrijpe wie kan.
Op geen enkel moment legt hij de relatie tussen welvaart - of het ontbreken daarvan - en gewelddadigheid: gedragen wij ons beschaafder omdat wij een hoger niveau van moreel bewustzijn hebben bereikt of omdat wij tot het inzicht zijn gekomen dat wij met geweld meer te verliezen hebben dan te winnen?
Waarom worden wij de laatste jaren geplaagd door Oost-Europese bendes: omdat Roemenen en Albanezen in een hechter familieverband leven of omdat die landen economisch en sociaal onderontwikkeld zijn?
En verklaart de onderontwikkeling niet eveneens de gewelddadigheid in Zuid-Afrika, samen met de demografische evolutie; doet de grootste criminaliteit in Latijns-Amerika zich niet voor in de sloppenwijken van de grote steden? Waar worden in die landen de straatkinderen opgejaagd als ongedierte: in de dorpen of in de steden?
De voorbeelden van geweld door familiedruk - onder meer de 'eermoorden' - haalt van Dijck eveneens uit samenlevingen die zich nog bevinden onder een verdrukkend patriarchaat en een clanbewustzijn, met een achterlijke visie op (vooral vrouwelijke) seksualiteit. Hoe kun je echter Vlamingen van vandaag ervan overtuigen dat hun gezinsleven en niet hun individualisme verantwoordelijk is voor een al dan niet toegenomen gewelddadigheid? Wordt verdraagzaam samenleven niet juist aangeleerd - niet altijd met succes, dat is waar - in het gezin, of moeten we aannemen dat éénkindgezinnen en vrijgezellen de beste waarborg bieden voor een geweldloze samenleving?
|