Vasudeva aan de Lethexml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
duw je boot af, haak
de bomen in hun beugel
ze staan al aangeschoven
wenken aan hun overkant
eerbiedig de stroming, volg
langs draaikolk, zandbank
drijf in de lijzijde voor het lis:
geroepen ben je, volbreng
je zending, deze overtocht
ze nemen het meertouw, slaan
het om de bolder en jij staat
schrijlings op roeiboot
en oever, biedt je arm
aan een moeder, een wankele
vader nauwelijks schommelt
een doft, zo licht is hun lichaam
vaar nu, veerman, voer ze
naar deze kant waar alles
doorgaat alsof geen ziel
verhuist, geen naam wordt
gewist door wind en getijden
hoe stil hun gezicht
je zag het in het water
onder ruisen alsof je
bladerde in een boek
|