politieke zelfbediening
Psychologisch of pedagogisch gezien zijn de politieke partijen in twee groepen onder te brengen: zij die inspelen op intellectuele gemakzucht en (groeps)egoïsme en zij die van de individuele burger een inspanning vragen om het algemeen belang te dienen.
Het voorbeeld bij uitstek van de eerste groep is het VB dat voortdurend allerlei angsten aanwakkert (voor het vreemde, voor de criminaliteit) en van dat groepsegoïsme haar slagzin heeft gemaakt: Eigen Volk Eerst. Wat de demagogen van deze partij aanbieden is het simplisme dat boven alle twijfel en nuance verheven is, en de zogenaamde 'onderbuikgevoelens'. Men hoeft zich niet te verwonderen dat het VB geen werkbare oplossingen voorstelt: het voortbestaan van de problemen is juist de bestaansreden van deze partij.
Het duidelijkste voorbeeld van de tweede groep is Groen!, wat nog klaarder bleek uit hun vroegere naam: Agalev, Anders gaan Leven.
Sedert de jaren 1960 heeft zich ook en vooral bij ons een ontwikkeling voorgedaan naar een consumptieparadijs met allerlei gewoonten en consumptiepatronen die de meesten van ons evident zijn gaan vinden: wij willen minstens één keer per jaar een verre reis ondernemen, we willen onbeperkt rondrijden met een steeds luxueuzere wagen, niet alleen in het beroepsverkeer maar ook in onze vrije tijd. Een simpel voorbeeld is de boodschappentas : hoe moeilijk is het niet om te breken met de gewoonte in de supermarkt of de detailhandel een gratis zakje te krijgen zodat men met vrije handen thuis kan vertrekken; de discipline om naar de oude boodschappentas terug te keren is lastig om opnieuw aan te leren zoals het in het algemeen moeilijker is om iets af te leren dan om iets nieuw aan te leren.
Om die reden zal een ecologische partij nooit razend populair worden: zij zal altijd aan de individuele burger moeten vragen niet alleen aan zichzelf maar ook aan de anderen en vooral aan de toekomstige anderen te denken. Dit gaat regelrecht in tegen de politieke zelfbediening waaraan we gewend zijn: de meesten van ons geven een stem aan de politicus of partij van wie zij denken het meest terug te krijgen.
Kortom, aan een verkiezingsuitslag is het morele bewustzijn van de bevolking af te lezen: hoe rechtser de uitslag hoe sterker het egocentrisme en de intellectuele blikvernauwing, hoe linkser en 'groener' (afgezien van het sektarische extreem-links) hoe ruimer het perspectief en de solidariteit.
In een wereld die via de media (vooral de visuele en populistische) dagelijks als een bedreiging op de bevolking afkomt, kan men niet verwachten dat de tweede optie een volstrekte meerderheid haalt.
Nochtans, het paradoxale zit in het feit dat lastige keuzes een zaak zijn van welbegrepen eigenbelang: de enige manier om de migratie fundamenteel te beheersen is meer ontwikkeling en een rechtvaardiger wereldhandel, en energiezuinigheid is uiteindelijk in het voordeel van iedereen. Demagogen cultiveren de kortzichtigheid omdat ook zij de democratie beschouwen als een self service: zij willen onmiddellijk succes om het even wie daarvoor later de prijs zal moeten betalen.