familiemanxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
vader was een familieman
het leek erop dat over heel
het dorp een net spande
van onverwoestbare draden
met Nieuwjaar zat een oudtante
naast gloeiende spiralen
boven een etalage met
kamizolen en korsetten
een schemerig rijhuisje in de
Biezenstraat, de snuifdoos
op tafel: ome Wannes die
een chauffeurspet droeg,
tante Rachel die zo graag
vertelde, mij deed hikken
van haar zoete kalissesap
wit gepleisterd het bakkerijtje
in de Kapellestraat, de rijzige
bakker onder het meel, een lieve
Sint zonder baard met steeds
een handvol rozijnen op de toog
en pas op voor de treden
je ging daar aan boord van een sloep
zij zwaaiden ons uit met:
tot in den draai
als t God belieft
ja, inch Allah: familievaders
laten vandaag hun schoenen
bij de stoep, de moeders
dralen bij kistjes fruit en noten
zij dragen een deelteken
in hun naam: Özgün, Aïsja
er spannen draden door het dorp
de netten hebben geleden
onder een vertraagde storm
|