waterlelie en d(w)aas xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
woorden, ja, met woorden
kun je om, wijze soms
die wijzen: zo moet je
lopen, daar ligt je weg
dan kom je haar tegen:
een moeder met meisjeshuid,
een exotische schone die
jou aanstaart, wacht op
een glimlach, een gebaar
en weer loop je de woorden
voor de voet, haken letter-
grepen in elkaar: je had,
dacht je, nochtans geleerd
om toe te zien en voorbij
te gaan, gelaten zoals een
boom ritselt in de regen,
vreedzaam meedraait
op de schijf van de aarde
een donkere blik, de lichtvlek
van een hals, en de haan
kraait ten zoveelste male
het lichaam verloochent
de wijze en zijn leer: leg je
handen open als een waterlelie
in de zegen van het licht
onder gezang van vogels:
rukt een bloem soms aan
haar wortels ter verovering
zij ligt daar met open
aangezicht, wacht of ze bestoven
wordt, sluit de oogleden en
roert niet meer, deelt haar
ontroering met de zwijgende nacht
|