25E MARCHE D'APRES-MIDI. / LA SAVATE ALLEUROISE. / ANS-LONCIN. 02/02/2013.
28E MARCHE DAPRES-MIDI.
LA SAVATE ALLEUROISE.
ANS-LONCIN.
We vertrekken met de wandeling naast de kerk van Loncin, even binnen kijken een prachtige kerk binnenin. In het portaal hangt een prachtig tegelschilderij. Het is een gedenkplaat voor de gevallen soldaten van het fort Loncin. Uit de oorlog 1914-1918. Het is een prachtig gedenkteken voor deze droevige gebeurtenis.
We wandelen door de straten en over de pleinen. Opvallend is hoe toch op verschillende plaatsen de pleinen heraangelegd en verzorg worden voor het oude gemeentehuis is een nieuw plein aangelegd, met een loopbrug naar het ronde plein, omgeven door nieuw aangeplante bomen, binnen een paar jaar is dit een prachtig plek.
Wij wandelen verder komen aan de kerk en kunnen even binnen kijken. Mooi. Weer verder door de straten en langs weilanden een eindje langs de spoorweg en dan keren we terug naar ons vertrekplaats nog even langs een groet kasteelhoeve midden in het dorp en dan komt de kerk weer in het zicht en hier eindigt onze wandeling.
5E PISTLAMPENTOCHT - PANNENKOEKENTOCHT. / W.S.V. DE SCHOVERIK. / DIEPENBEEK. 01/02 &04/02/1013.
5E PISTLAMPENTOCHT
PANNENKOEKENTOCHT.
W.S.V. DE SCHOVERIK.
DIEPENBEEK.
De wandeling vrijdagavond is de Pitslampentocht, een wandeling waar je niet veel ziet maar die wel gezellig is. Je kun er kennismaken met de andere wandelende leden van je eigen club. We wandelen een eind langs het kanaal en dan wandelen we De Maten in.
Twee rustplaatsen met koffie en wafels, speculaas en een lekkere Diepenbeekse drupje. Na de wandeling samen komst in de voetbalkantine van SK Rooierheide om een fijne avond samen af te sluiten.
Maandag de maandelijkse wandeling van De Schoverik. Na een week van regen en wind ziet het parkoers niet uit water, modder overal grote plassen met water op de velden en veldwegen, toch even op wandel. We wandelen het Jongenbos binnen en zien in de verte het kasteel Jongebos.
Wij wandelen door het bos, langs velden en weilanden. Het grootste gedeelte is door de velden en landerijen. Hier en daar een stukje bos, wij verder vechtend tegen de wind en regen. Toch fijn om even te wandelen en vooral als je binnen komt en de vele wandelvrienden ziet die in je de loop der jaren gemaakt hebt. Wij zetten ons even aan de tafel met Fleron en Josefa, Mia en Jac. Een gezellige namiddag met vrienden.
WINTERTOCHT. / W.C. AVIAT ST. TRUIDEN. / GELINDEN. 28/01/2013.
WINTERTOCHT.
W.C. AVIAT SINT-TRUIDEN.
GELINDEN.
Een wandeling in Gelinden die ons naar Engelmanshoven brengt. We wandelen even door Gelinden om dan in Engelsmanshoven te komen.
Engelmanshoven, een uniek staaltje geologische vernuft. Van heinde en ver komen wetenschappers de geologische wanden bestuderen op zoek naar fossielen van schelpen en naar afdrukken van sponsnaalden. We komen hier kalksteenwanden tegen en de kalksteen heeft al een lange reis achter de rug. Zestig miljoen jaar geleden bevond dit gebied zich aan de rand van een zee die een groot stuk van Europa overspoelde. Een mooie wandeling om deze kalkwanden te ontdekken is de wandeling Verborgen Moois van het Regionaal Landschap Haspengouw en Voeren die start in Engelsmanshoven Dorp.
Wij wandelen nu voorbij de startplaats van deze wandeling en komen zo aan de kalkwanden. Wij wandelen rechtdoor om zo boven op de heuvel een prachtig zicht op het Haspengouwse landschap en het dorp Gelmen. Nu weer verder tot we aan de kerk van Gelmen komen. Hier is de controle- en rustpost. Wij dalen de trappen aan de kerk af om zo op de hoofdweg te komen die we oversteken. In de schaduw van de Gelmense kerktoren, schittert weer De Zwaan, de oudste herberg van Limburg. In 1656 was De Zwaan een afspanning. Reizigers die te voet of met de koets naar Tongeren, Luik of Sint-Truiden wilden, hielden er even halt om weer op adem te komen. Vandaag kunnen de wandelaars er halte houden als ze Haspengouw bezoeken. Hoe mooie de glooiende akkercomplexen rond grootse vierkanthoeven, minuscule dorpjes met eigen kerktoren, weidse uitzichten over een open landschap, een Romeins verleden, het hoort allemaal bij Haspengouw.
We wandelen nu voorbij de boerderijen langs de akkers en weilanden met nog verschillende prachtige hoogstamboomgaarden, door de holle wegen mooi zichten hebben we hier. Nog even verder en we komen aan de steenweg Luik St. Truiden die we over steken en zo wandelen we weer Gelinden in. Hier eindigt voor ons een mooie en aangename wandeling.
23E MARCHE DE A.C.T. DE MANAIHANT. / MARCHEURS AMICALE CYCLO DE MANAIHANT. / BRUYERES-BATTICE. 26/01/2013.
23e MARCHE DE A.C.T. DE MANAIHANT.
MARCHEURS AMICALE CYCLO DE MANAIHANT.
BRUYERES-BATTICE.
Een winterse wandeling met sneeuw, door het land van Battice. Wel mooie huizen in het winterse landschap. Prachtige vergezichten over velden en weilanden. Het is maar een korte wandeling het is koud en met sneeuw.
We nemen daarom de tijd om van onze wandeling te genieten. De zichten zijn prachtig zeker met het sneeuwdeken. We wandelen een heel eind langs de straten. Het land van Herve in een wit deken. Het Land van Herve is een zeer groen landschap. Het plateau wordt gekenmerkt door lage heuvels van 200 à 350 meter, weinig bos en hoofdzakelijk weiden en boomgaarden omheind door typische hagen. Vooral een landbouwgebied, bekend onder meer Hervekaas met zijn zeer doordringende geur, een Europees beschermde herkomstbenaming, boter, cider, appelen en peren en appelstroop (gedeeltelijk met peren gemaakt) ook wel Luikse Stroop genoemd, fijne vleeswaren en bier in de brouwerij van de voormalige Abdij van Val-Dieu.
Een mooie streek om te wandelen en te genieten van de pracht van het landschap met hier en daar een grote boerderij. Een korte maar fijne wandeling.
LIGNE 44a HOCKAI - STAVELOT. / HOCKAI. 12/02/2013.
LIGNE 44a
HOCKAY STAVELOT.
HOCKAY.
We vertrekken met de wandeling in Hockay. Op het kruispunt aan Hotel Beau Site steken we de weg over en dalen af naar de spoorweg. Vandaag is de Ligne 44a een Ravel.
Lijn 44 werd gebouwd tussen 1852 en 1867 en was destijds deel van de internationale lijn Luik - Luxemburg. In 1959 is het zuidelijke deel van de lijn gesloten, en hier kunnen we vandaag wandelen. Een dikke sneeuwlaag van rond de 20cm bedekt het landschap. Wij kiezen voor het stuk van Hockai-Francorchamps en terug. Een dikke 10kilometer over het oude spoor. Het is prachtig om zo door het landschap te wandelen, de zichten over het besneeuwde landschap zijn uitzonderlijk mooi. Spijtig dat de zon niet schijnt.
Samen met Ivon en Marissa en de kinderen wandelen we door het landschap. Soms wat klimmen en dalen maar heel fijn. Na een uurtje komen we in Ster-Francorchamp. Hier verlaten we de Ravel om even het dorp binnen om een drankje. Een gezellig taverne om even te rusten en van de warmte van de haard te genieten. Dan keren we terug naar de Ravel om naar Hockay terug te wandelen. Jefke en Gismo hebben plezier in de sneeuw en zo verloop de wandeling prachtig. Na een uurtje zijn we terug in Hockay. We klimmen terug uit de Ravel en komen terug aan hotel Beau Site. Telkens we hier komen wandelen is dit voor ons onze uitvalbasis.
We gaan er genieten van een lekkere maaltijd. Het is fijn om met groepje samen te wandelen en dan samen iets gaan eten. Het mag gezegd worden het eten is er super, de bediening is top en de vriendelijkheid is ongekend. Steeds weer worden we er hartelijk ontvangen. Een lekkere wild menu smaakt na een lange winterwandeling. We hebben een fijne dag gehad samen met vrienden, in een fijne en aangename dag in een winterse Ardennen.
26E MARCHE D'APRES-MIDI DES MAUVES ET BLANCS. / LES GLOBE-TROTTERS-AWIRS. / AWIRS-FLEMALLE. 26/01/2013.
26E MARCHE DAPRES-MIDI DES MAUVES ET BLANCS.
LES GLOBE-TROTTERS-AWIRS.
AWIRS-FLEMALLE
In het centrum staat de statige kerk Saint-Etienne. Het heeft een toren die terug zou kunnen gaan naar de dertiende eeuw. Gebouwd in zandsteen en kalksteen, deze toren heeft meer een defensieve structuur dan een religieus gebouw.
De rest van het gebouw dateert uit 1831. Sinds de Middeleeuwen bevind het oude kerkhof zich rond de kerk St-Etienne, in het centrum van het dorp. De geschiedenis is nauw verbonden met Awirs. De grafstenen weerspiegelen de verbazingwekkende diversiteit van volkskunst, nu met uitsterven bedreigd, sommige inscripties en symbolen onthullen de persoonlijkheid van de overledene en de omstandigheden van zijn dood. Hier vertrekt onze wandeling en al vlug wandelen we het drop uit. Hier heeft de natuur de bovenhand. Een stevige sneeuwbui maakt het allemaal anders. Een eind door het bos en dan klimmen, is wel wat moeilijk want het is glad. Toch verder met onze tocht.
Beneden een prachtige hoeve. Weer wat verder komen we op de weg en hier een pracht van een hoeve, een Vierkants hoeve met poortgebouw Ferme dOtet nu wandelen we weer langs de velden en weilanden, wel mooi het sneeuwtapijt in het golvend landschap. Langs de bosjes en hier zitten een groepje Kramsvogels.
De kramsvogel is een schaarse broedvogel, maar trekt door en verblijft 's winters in België in zeer grote aantallen. Ze komen dan vooral in open terreinen voor, vaak samen met andere vogels zoals koperwieken, spreeuwen en kieviten. Is familie van de lijster. Heel goed te herkennen aan zijn licht borst met rode plekken. Nog wat verder wandelen door een prachtige laan en dan weer het dorpje in en hier eindigt onze wandeling.
Vandaag is er een studie dag in Herkenrode over Erfgoed. Het eerste gedeelte gaat over het erfgoeddepot hoe dingen bewaard en hoe een fotoarchief aangelegd word. Voor het tweede gedeelte kozen we voor de rondleiding in de abdij en een bezoek aan het belevingscenter. Het is een pracht van een site aan worden nu de restauratie van de gebouwen al een heel stuk verder zijn. Even een korte wandeling langs de gebouwen.
Het Poortgebouw:
Het poortgebouw dateert van 1531. Het vormde de belangrijkste schakel tussen de abdij en de wereld. Het was in die tijd het enige gebouw dat communiceerde met de buitenwereld. De portier stond in voor de ontvangst van de gasten, opvang voor de pelgrims en bedeling van brood aan de armen. Het gebouw was ook een belangrijk economisch scharnierpunt waar contracten en pachtovereenkomsten afgesloten werden met bezoekers die de abdij niet mochten betreden. Het poortgebouw voldeed perfect aan alle eisen en is tot op vandaag het symbolische referentiepunt van de abdij naar haar omgeving. Nu wordt het gebouw gebruikt voor tentoonstellingen, lezingen en recepties.
De Portierswoning:
De portierswoning leunt aan tegen het poortgebouw en was het woonhuis van de knechten en het dienstpersoneel. De woning werd gebouwd door abdis Barbara de Rivière dArschot (1728-1744).
De Stallingen:
De stallingen van de abdijhoeve met het statige koetshuis liggen aan drie zijden van het neerhof. In de westelijke vleugel met het koetshuis is het bezoekersonthaal en het belevingscentrum ondergebracht. In de stallingen van de zuidelijke vleugel en de duiventoren zal Uitgeverij Clavis zich vestigen en er een bezoekerscentrum rond het kinderboek uitbouwen.
De Tiendschuur:
In de monumentale tiendschuur uit 1656 werden de tienden opgeslagen. De abdij had het recht verworven om een belasting te innen op de jaarlijkse oogst van landbouwgewassen en op vee. Die belasting, de tienden genoemd, bezorgde hen een deel van de granen en andere gewassen van de pachters. Om dat op te slaan bouwde abdis Anna Katharina de Lamboy (1653-1675) de tiendschuur. Met een minimum aan investeringen en arbeidskracht stroomden daardoor elk jaar aanzienlijke hoeveelheden landbouwproducten naar de voorraadkamers van de abdij.
Het
Historisch hart:
Hier liggen de archeologische resten verborgen van het historische hart van de site. Met de kerk, het kloosterpand en de zusterverblijven was het de plek waar het ora et labora, het bidden en werken van de cisterciënzerzusters gedurende 600 jaar onafgebroken plaats vond. Met de archeologische opgravingen kwam de grootsheid van de verdwenen abdijkerk en de omliggende gebouwen opnieuw aan het licht.
De Sacramentskapel:
De bouwdatum van de sacramentskapel achter het koor van de verdwenen kerk geeft 1661 aan. Het is niet duidelijk of dit gebouw oorspronkelijk enkel een sacristie was met de benodigdheden voor de eucharistie of als een devotiekapel voor het Heilig Sacrament van Mirakel gebruikt werd.
De Abdijmolen:
Zelfredzaamheid was heel belangrijk voor de cisterciënzers. De abdij beschikte over een ambachtelijke zone met een watermolen, een bakkerij, een huidvetterij en een aantal werkateliers met verblijven voor het dienstpersoneel. Enkel de abdijmolen en het bescheiden huisje van de molenaar (het zogenaamde vissershuisje) zijn nog overgebleven.
De
Paardenstallen:
De paardenstallen zijn gebouwd onder abdis Anna Katharina de Lamboy (1653-1675). Ze lagen toen langs de oprit die toegang gaf tot het abdissenkwartier. Men verzorgde er de paarden die gebruikt werden om de koetsen te trekken.
Het Klooster:
Deze zone met onder meer de voormalige abdissenverblijven en het bijhorende landschappelijk park, de infirmerie en de sacramentskapel werden in 1972 gekocht door de Reguliere Kanunnikessen van het Heilig Graf. Zij richtten een gedeelte in als bezinningshuis en bouwden een nieuw klooster met respect voor de oorspronkelijke architectuur.
Een bijzondere mogelijkheid werd ons geboden om het belevingscentrum te bezoeken.
In het belevingscentrum in de stallingen met koetshuis krijg je in een authentiek historisch kader het verhaal van een van de eerste en vooral ook rijkste vrouwenabdijen in de Nederlanden.
Het verhaal volgt een chronologisch parcours door de boeiende geschiedenis van 600 jaar vrouwen op Herkenrode, in voor- en tegenspoed. Gedurende 600 jaar kenden de cisterciënzerinnen van Herkenrode afwisselend bloeiperiodes met economische rijkdom en een cultureel hoogstaand leven en moeilijke periodes, met oorlog, ziekte en geweld. De tijdlijn verbindt het verhaal van de abdij met de grote maatschappelijke gebeurtenissen en de lokale Limburgse verhalen. Het verhaal van de abdij stopt niet na deze 600 jaar, bij het gedwongen wegtrekken van de zusters. Ook de periode erna, waarbij industrie en landbouw de site verwonden, en de nieuwe start voor de abdijsite, krijgt een plaats in het parcours.
Met de audiogids De abdis vertelt komt het verhaal helemaal tot leven. De abdis neemt je mee in haar tijd en vertelt over de moeilijke beslissingen die ze moet nemen, over het belang van Herkenrode als pelgrimsoord, over de aanwezigheid van een invloedrijke mecenas die veel mogelijk maakte voor de abdij, Het is een verhaal vol emoties, dat je niet loslaat en je meesleept in de fascinerende leefwereld van een vrouwenabdij. Oorspronkelijk beeldmateriaal, ensceneringen, filmopnames met acteurs, klankdecors, realistische opstellingen en info- en opzoekkiosken, waar je op je eigen tempo ontdekt hoe het verhaal van Herkenrode in elkaar zit, maken van het bezoek een totaalervaring. Een unieke beleving: geëngageerd, aantrekkelijk en beklijvend.
Het belevingscentrum is ook een uitnodiging om de vele plekken in Limburg te bezoeken waar Herkenrode haar sporen heeft achtergelaten.
KLOOSTERSITE
In de 16de eeuwse kelders van het klooster kan je via de tentoonstelling "900 jaar Orde van het H. Graf - Van Jeruzalem tot Herkenrode" kennismaken met de eeuwenoude geschiedenis van de Orde van het Heilig Graf. Gesticht in Jeruzalem in 1099 verspreidde deze religieuze Orde zich over heel Europa. De tentoonstelling geeft een boeiend beeld van de oorsprong, evolutie en invloed in Limburg en Hasselt. Je krijgt ook inzicht in het leven en de spiritualiteit van de Kanunnikessen van het H. Graf die sinds 1974 in Herkenrode wonen.
EENHOORN, SYMBOOL VOOR HERKENRODE
De eenhoorn is een fabeldier, een kruising van een paard en een bok met een leeuwenstaart. Op zijn voorhoofd draagt het beest een enkele hoorn. Volgens de legende is een eenhoorn zo sterk, dat geen jager hem kan vangen. Maar als een maagd haar schoot opent en de eenhoorn legt zijn kop daarin, dan verliest hij zijn woeste aard en valt in een diepe slaap. In de christelijke beeldvorming is de eenhoorn zelfs het symbool van Jezus zelf. In familiewapens is de eenhoorn het symbool voor kracht en dapperheid, maar in het wapenschild van de abdij van Herkenrode verwijst hij naar de christelijke symboliek, de kuisheid en de maagdelijkheid. Vandaag staat de opspringende eenhoorn ook in het logo van de Abdijsite Herkenrode voor het herrijzen van de site in zijn tot de verbeelding sprekende glorie.
Wij kunnen alleen beamen dat een bezoek aan de Abdijsite de moeite is en zeker het belevingscentrum.
LANDSCHAPSWANDELING RULLINGEN / PARELS IN HET GROEN. / REGIONAAL LANDSCHAP HASPENGOUW EN VOEREN. / RULLINGEN-BORGLOON 18/01/2013.
LANDSCHAPSWANDELING RULLINGEN.
PARELS IN T GROEN.
REGIONAAL LANDSCHAP HASPENGOUW EN VOEREN.
RULLINGEN-BORGLOON.
Het kasteeldomein van Rullingen, omringt door boomgaarden en uitgestrekte akkers, is samen met het fruitspoor, het natuurgebied Meersbeemden, het kasteel en kasteelhoeve van Kuttekoven één van de parels in een gevarieerd landschap in het hart van Haspengouw.
Een landschap dat een flinke stempel kreeg door de Herk en Rullingenbeek. Onze wandeling start normaal aan het kasteel van Rullingen maar wij pikken het parkoers op aan de oude spoorwegzate richting Kuttekoven, dit is één van de voordelen van deze wandelingen je moet niet te starten aan het begin.
Het zijn rondwandelingen die toch steeds weer op de zelfde plaats eindigen waar ze begonnen. We wandelen het natuurgebied van Kuttekoven in, wat is het prachtig vandaag alles bedenkt met een wit deken. Wij gaan langs de plantage richting Kuttekoeven en komen langs het kasteel De Klee. Kasteel de Klee ligt in een domein dat vroeger tot het patrimonium van de abdij van Herkenrode behoorde.
KASTEEL DE KLEE
KASTEELHOEVE DE KLEE
Nu rest er nog een herenhuis uit 1907 met 17de eeuwse hoektoren en een kwadraathoeve met wapenschilden die herinneren aan de vroegere banden met de abdij van Herkenrode. Gebouwd voor de barones Sneyers-d'Attenhoven in 1904-07. Gerestaureerd na een brand in 1933. Het geheel ligt in een park in landschapsstijl, afgesloten door een ijzeren hek; toegangshek tussen hardstenen pijlers. We wandelen langs het domein en dan draaien we rechts af naar Widdingen en volgen deze veldweg tot aan de kruising en draaien daar weer links naar het kasteel domein van Rullingen.
KASTEEL RULLINGEN
We wandelen door het domein langs de vijvers en door het park. Dan verlaten we het domein om naar Kuttekoven zelf te wandelen. Langs de kapel en onder de spoorwegbrug en dan een eind langs het Fruitspoor richting Borgloon.
KUTTEKOVEN
Nog een mooi zicht op de kerk van Kuttekoven die van buiten mooi gerestaureerd is. Nu komen we terug aan ons vertrek, Hier eindigt een prachtige wandeling in Borgloon, kastelen en hoevens. Boomgaarden en natuurreservaat. Een stukje geschiedenis van het zo rijke Haspengouw.
PAREL VAN HASPENGOUW. / DE LOONSE TSJAFFELEERS. / HOEPERTINGEN-BORGLOON 14/01/2013.
PAREL VAN HASPENGOUW.
DE LOONSE TSJAFFELEERS.
HOEPERTINGEN-BORGLOON.
Rust, ruimte en zuurstof, drie troeven die van Haspengouw de wandelregio bij uitstek maken. de natuurwandelingen leiden ons langs mooie en unieke plekjes. De natuur in Haspengouw is apart en mooi. Pittoreske dorpjes, glooiende landschappen, prachtige boomgaarden en welige akkers. De ideale plek om te genieten van de natuur. Een van deze dorpjes is Hoepertingen. Heeft al troeven in handen om een mooie wandeling te bieden.
KASTEEL RIJKEL.
We vertrekken in het centrum van het dorp. Met de classicistische Sint-Vedastuskerk uit 1788. De kerk werd gebouwd in opdracht van de abdis van de abdij van Herkenrode. De romaanse toren dateert uit de 12de eeuw en is een overblijfsel van de eerste kerk. Het gotische koor uit de 15de eeuw is een overblijfsel van de tweede kerk. Tegen over de kerk het Kasteel Mariagaarde was ooit een versterkte middeleeuwse burcht. De oudste vermelding gaat terug tot 1150. In de 17de en 18de eeuw werd het verbouwd tot een prachtig adellijk herenhuis. Van dit 17de eeuwse complex bleven enkel het poortgebouw en de hoektoren bewaard. Momenteel wordt het kasteel gebruikt als centrum voor vorming, bezinning, streekverkenning, kunstbeoefening en cultuurtoerisme.
KASTEEL HOEPERTINGEN
Op het kasteel zijn nog zusters van de Gemeenschap van zusters Annuntiaten In 1929 kochten de zusters Annuntiaten van Heverlee het kasteel van Karel de Moffarts en maakten er een landelijke huishoudschool met internaat van. Na een 50-tal jaren onderwijs werd de school door fusie opgenomen in de scholengroep van de stad Borgloon. In 1985 kreeg het complex een andere bestemming : de zusters richtten het internaat in als verblijfscentrum: Kasteel Mariagaarde. Er werd bewust gekozen voor een rustige bestemming, die de leefwijze en levensopvatting van de zusters respecteert. De spiritualiteit van de zusters is proberen evangelisch Mariaal te leven. Dit houdt in dat zij in het evangelie Maria ontdekken als de vrouw die Jezus aan de wereld gegeven heeft. Zo trachten de zusters, door dienstbaarheid en eenvoud, door gebed en aanwezigheid in Mariagaarde, in dienst te staan van het Rijk Gods.
Zij zijn de stiltemensen van het huis zover het kasteel Mariagaarden.
PAANHUIS HOEPERTINGEN
Wij wandelen nu langs Het Paanhuis op de hoek van de Langegracht en de Hoepertingenstraat was de banbrouwerij van de 17e-eeuwse heerlijkheid. Boven de deur hangt het wapenschild van Willem van Scharenberg. Het huis had vanaf de 17e eeuw verschillende functies: bierbrouwerij, plaatselijk gerechtshof, gevangenis en lokaal van de schuttersgilde Sint-Sebastiaan, gesticht in 1571. Nu wandelen we de velden in langs de eindeloze plantages van laagstam. Veel plantage zijn er en in de lente zijn ze wel mooi maar toch kunnen ze tippen aan de hoogstamboomgaarden. Wij wandelen nu richting Rijkel. Voor ons duikt het silhouet van het kasteel op. In de dorpskom staat de eenbeukige neogotische Sint-Jozefkerk van 1912, tegenover het renaissance-kasteel van Rijkel dateert uit de 17de eeuw en is een voorbeeld van hoe een 16de-eeuwse omgrachte herenwoning uitgroeide tot een 17de-eeuws U-vormig waterkasteel met drie hoektorens opgetrokken in Maaslandse stijl. Het kasteel werd grondig omgebouwd in de 18de eeuw volgens de toen nieuwe woon- en stijlopvattingen. Zo krijgt het interieur een klassiek statiekarakter. Het kasteel behoorde aan de Graven van Rijkel toe. Opmerkelijk is ook de museumboomgaard van het kasteel met allerlei oude fruitsoorten. Van 1965 tot 2003 was het kasteel in handen van de provincie Limburg, die er een aantal diensten onderbracht. In 2003 werd het kasteel verkocht aan een particulier. Vandaag is het privé bezit, de mooie kastanjelaan die tussen de hoogstamboomgaard loop is afgesloten voor het publiek, waar is de tijd dat we er vrij konden in lopen.
Wij wandelen Rijkel uit en komen aan de steenweg hier liggen mooie boerderijen, onder andere een neoclassicistische hoeve van 1882 aan de Sint-Truidersteenweg, en boomgaarden. Zo wandelen we verder langs de oude spoorwegzate die ST Truiden met Tongeren verbond. Bij ons beter gekend als het Fruitspoor. We wandelen weer Hoepertingen binnen.hier ook weer verschillende boerderijen, zoals de d'Awanswinning van 1799, een Haspengouwse vierkantshoeve, die sinds 1886 eigendom is van de familie Vanormelingen. Op de hoek van de Hoepertingenstraat en de Bartholeynsstraat staat de Bartholeynshoeve van 1700. In de Daelhofstraat staat het in 1994 mooi gerestaureerde 17e-eeuwse Renaissancehuis. Op de hoek van de Bergstraat en de Oude Truierweg staat de 18e-eeuwse Bilterhoeve, het tweede paanhuis van de heerlijkheid, en tevens een buitenherberg.
Wat verder komen we terug in het centrum waar onze wandeling eindigt. Een wandeling die ons het rijke verleden van Haspengouw laat zien, gelukkig zijn er vele mooie monumenten bewaard.
BILZEN LIVE. / DE DEMERSTAPPERS BILZEN. / BILZEN-WALTWILDER. 19/01/2013.
BILZEN LIVE.
DE DEMERSTAPPERS BILZEN.
BILZEN-WALTWILDER.
Waltwilder de dorpskern heeft een oude geschiedenis. De eerste sporen van menselijke bewoning dateren uit de Romeinse tijd, zoals blijkt uit archeologische vondsten in een Romeinse tumulus. Deze Gallo-Romeinse woonkern was gelegen nabij de huidige dorpskern van Waltwilder en het gehucht Amelsdorp, waar ook resten van een latere Frankische nederzetting werden gevonden. Wij vetrekken met de wandeling en gaan zo het dorp uit langs verschillende kapellen, lijkt wel dat iedere hoek van elke straat een kapel staat. Zo komen we in het domeinbos Groendaal; is een oud loofbos dat behoorde tot het gelijknamige kasteel. Het bos ligt tussen de Kempen en Haspengouw waardoor een mozaïek aan flora het bos siert. Graslanden, loofbos en landbouwgebieden zorgen voor een afwisselend landschap in de regio van Groenendaal. Wij wandelen door het domein het is wel een natte bedoeling vele beekjes door het landschap met bomen. We vervolgen onze weg en komen in Hoelbeek, wordt voor het eerst vermeld in 1178 als Holenbeken. Het was een Loonse heerlijkheid. Op het grondgebied van de huidige gemeente bevond zich echter een belangrijker Loons leen, Jonckholt . Vanaf de 14de eeuw bezitten de heren van Jonckholt ook de heerlijkheid Hoelbeek. We wandelen verder en komen aan de ruïne Jonckholt. Jonckholt was een leengoed van het graafschap Loon. Dankzij archeologisch onderzoek is het grondplan van deze middeleeuwse waterburcht nog te bewonderen. De burcht had een uniek dubbel grachtensysteem uit de periode van de eerste vuurwapens. De mergelstenen fundamenten van de muren en de vier robuuste hoektorens kwamen haast onbeschadigd uit de moerassige bodem. Vandaag kun je deze plek bezoeken en even rondwandelen binnen de ruïne. We verlaten de ruïne en komen aan de Hoeve Kljeskes in Hoelbeek deze vakwerkhoeve uit de 18de eeuw zijn een parel in het landschap. Weer verder door de velden en zo komen we terug in het centrum van Waltwilder waar onze wandeling eindigt.
35E MARCHE DE LA CITADELLE. / LES SPITANTS DE NAMUR. / NAMUR 13/01/2013.
35E MARCHE DE LA CITADELLE.
LES SPITANTS DE NAMUR.
NAMUR.
Elegantie langs de waterkant
We kuieren door het historische hart van de stad. We zien er prachtig gerenoveerde historische gebouwen. Bij de samenvloeiing van de Samber en de Maas weeft zich een web van steegjes aan de voet van de Citadel van Namen. Ze torent boven de stad uit en biedt je mooie uitkijkpunten over de stad en de Maas en de Samber.
In Namen, hoofdstad van Wallonië, staan veel historische gebouwen die teruggaan op de 18de eeuw en die dankzij een perfect renovatie hun oorspronkelijke gedaante hebben behouden. Een van de belangrijkste monumenten die zeker het bezoeken waard zijn is de Barokke kerk van Saint-Loup, zetel van de Jezuïeten. De kerk werd opgetrokken tussen 1621 en 1645 en is een mooi voorbeeld van religieuze architectuur met een invloed van de Italiaanse Renaissance. Dit meesterwerk in barokstijl zou twee eeuwen later diepe indruk maken op Baudelaire. De Place du Marché aux Légumes is een mooi vertrekpunt om de oudste gebouwen van de stad te ontdekken, met de typische (bak)stenen gevels.
Wanneer we door de Rue du Président, Rue Ruplemont en Rue Fumal wandelen, zien we de oudste en interessantste gebouwen. In nummer 20 van de Rue Ruplemont valt bijvoorbeeld het Oratorium van de Armen op uit 1660 en in de Rue Fumal bevindt zich het Huis van de Poëzie. De stad is met zijn in 1868 gebouwde Koninklijk theater van Namen goed voor een honderdtal voorstellingen en concerten per jaar. De Citadel van Namen heeft altijd al een strategische positie bekleed in het hart van Europa. Ze was eerst het commandocentrum van een belangrijk graafschap in de Middeleeuwen en werd nadien erg gegeerd en dus ook belegerd door alle Europese grootmachten van de 15de tot de 19de eeuw. Vanaf 1891 werd ze omgebouwd tot een uitgestrekt park, een heuse groene long die over de hoofdstad van Wallonië uitkijkt.
We ontdekken en bewonderen de vindingrijkheid van de vele bouwers die elkaar hebben opgevolgd opdat deze versterking de eeuwen zou kunnen trotseren en de talrijke conflicten overleven waarmee haar geschiedenis bezaaid is. Het kasteel van de Graven van Namen, gelegen aan de rand van de rotskam van de Champeau, waakt sedert de middeleeuwen over de stad.
Wij kunnen over de site wandelen door de gangen en zo verkennen we de omgeving de lichte sneeuwval nemen we er graag bij en maak het allemaal nog mooier we dalen terug af en komen zo terug aan ons vertrek. Een interessante wandeling.
26E MARCHE DE LA CHOUFFE. / FORTS MARCHEURS EMBOURG. / EMBOURG-CHAUDFONTAINE 12/01/2013.
26E MARCHE DE LA CHOUFFE.
FORTS MARCHEURS EMBOURG.
EMBOURG-CHAUDFONTAINE.
Tot aan de grote crisissen van de jaren 1970 en 1980, was steenkool een natuurlijke rijkdom die nauw verbonden was met Luik en zijn regio. Tot aan de grote crisissen van de jaren 1970 en 1980, was steenkool een natuurlijke rijkdom die nauw verbonden was met Luik en zijn regio.
Pays des Terrils werkt aan de verandering van het imago van deze industriële regio en wil bijdragen tot een beter begrip van verleden en van de natuurlijke rijkdom van deze mijnstreek. Op enkele mijnberg , zijn er een paar van borden met verklaringen van de biologische kenmerken en geschiedenis. Onder de 12 mijnbergen in het Luikse bekken, ontdekken op « Pays des Thermes & Coteaux » : De terril van Basse-Ransy in Chaudfontaine. Ook in Embourg zijn er nog getuigen van de mijnindustrie. Op onze wandeling komen we ze wel tegen.
We wandelen nu een heel eind langs de Ourthe. Het is een prachtig zicht op de rivier met zijn oevers vol met bossen en de vele mooie plekjes langs de rivier. Niet alleen vinden wij het een fijne plek maar ook de dieren en we komen geregeld tekenen van de bevers tegen. De aan geknaagde bomen zijn er een bewijs van, nog nooit hebben we dit zo dicht bij kunnen bekijken en wat een tanden moeten deze beesten wel hebben om deze bomen door te knagen en de sporen van hun tanden zijn heel duidelijk te zien, hopelijk zien we ooit eens een bever op één van onze wandelingen. We wandelen een heel eind langs de rivier en dan klimmen we de oever op éérst langs een boerderij uit 1773 en dan maar klimmen. Tot we aan het Chateau de Colonster komen. Het park van kasteel Colonster dateert uit de eerste helft van de 19e eeuw. Het is een prachtig park met brede grasvelden en statige lanen die uitnodigen voor een aangename wandeling. Bijzonder is de verscheidenheid aan vegetatie, esdoorns, lindebomen, beuken en prachtige oude eiken. Het park ligt aan de voeten van het oude Colonster kasteel. Vroeger was dit kasteel een eigendom van de prinsbisschoppen van Luik.
Van op een rotsachtig voorgebergte kijkt het kasteel uit over de Ourthe-vallei, genesteld in een beschermd gebied van meer dan 50 hectare. Het kasteel van Colonster ligt op het domein Sart-Tilman en dateert gedeeltelijk uit de 14e eeuw. Het is gerestaureerd in 1740 en in 1966. Het is eigendom van het domein Sart-Tilman van de Luikse Universiteit. Het bestaat uit een hoofdgebouw omringd met twee ronde torens. Het gebouw is voornamelijk van natuursteen gebouwd. Wij wandelen door het prachtige park en hebben een mooi zicht op het kasteel. Wat verder wandelen we door de prachtige natuur en komen zo op de rust post, weer klimmen we vanop de rust en komen zo aan het station van Tillf. Wat verder komen we aan het Parc du Domaine Brunsode.
Het publieke park ligt rondom het kasteel van Brunsode (kasteel van Tilff) uit de 17e eeuw en is een opmerkzame plaats met zijn vijver en waterpartijen. Het geheel van de bijgebouwen van het kasteel van Tilff staat op de monumentenlijst sinds 1972 en is in Luikse Renaissance stijl gebouwd in 16e eeuw. De stallen (ruïnes)worden verbouwd. De huidige activiteiten zijn: In de oude hoeve: Jeugdherberg In de oude schuur : Bijenmuseum In de stallen: gedeeltelijk ruïnes In de oranjerie: gemeentelokalen.
We wandelen nog even door het dorp en dan wandelen we weer een stuk langs de rivier en we dan klimmen we weer op naar ons volgende kasteel. Het kasteel van Sainval ligt stroomafwaarts langs de Ourthe, in Tilff. Het dateert uit de 18e eeuw. Het is een originele bouw, voorzien van twee polygonale vleugels. Het hoofdgebouw is in neoklassieke stijl. Het geheel is gebouwd in baksteen en natuursteen. In de 19e eeuw is het herbouwd. Nog een eindje langs de Ourthe en hier ook weer de sporen van de bevers. Nog even en dan komen we terug op ons vertrek. een pracht van een wandeling.
NIEUWJAARSTOCHT. / W.S.V. DE SCHOVERIK. / DIEPENBEEK 07/01/2013.
NIEUWJAARSTOCHT.
W.S.V. DE SCHOVERIK.
DIEPENBEEK.
Vertrek met de wandeling vandaag in Lutselus. We wandelen een eindje langs de Stemer en dan gaan we langs het bosje van het rusthuis om zo komen we aan één van de vele vakwerkhuizen die nog in Diepenbeek zijn.
Haspengouwse vakwerk, de traditionele woning. Eén enkel niveau en symmetrie Wie Haspengouw zegt, denkt meteen ook aan graanzolder en tegelijk aan een grote vierkantshoeve. Toch mogen we niet vergeten dat er naast die grote complexen ook kleinere traditionele exploitaties bestaan die onder het ancien régime de meerderheid uitmaakten. Ze waren meer bescheiden en op schaal van hun eigenaars. Huizen in hout met lemen muren. Er resten vandaag nog weinig vakwerkhuizen. Bij dit bouwprocedé was hout het belangrijkste materiaal en het werd gebruikt als raamwerk. Daartussen bevond zich een vlechtwerk met een invulling van stro en leem. Enkel een stenen sokkel scheidde de bodem van de vergankelijke materialen.
Voor het gebruik van baksteen gemeengoed werd en het oude procedé verving, waren de meeste woningen in onze dorpen in vakwerk gebouwd en dat bleef zo tot de helft van de 19e eeuw. Er zijn nog enkele zeldzame voorbeelden te vinden, bijna uitsluitend schuren. Sommige zijn slechts gedeeltelijk bewaard gebleven.
Gelukkig zijn er in Diepenbeek verscheidene bewaard in goede toestand en worden met veel zorg bewaart. We wandelen een eindje verder en komen aan de Kapel van Lutselus gebouwd in 1908 met geld van de weldoeners uit het dorp, oudere vermeldingen verwijzen naar 01/04/1476 naar de vorige kapel die hier stond en kapel Hemelsveld noemde. Nu wandelen we verder en wandelen door het veld en komen zo terug op ons vertrek. Een fijne wandeling met onze club.
Tot het dorp Vijlen behoren de buurtschappen Camerig, Harles, Rott, Melleschet en Cottessen. Hier zijn ook nog de oude vakwerkhuisjes te zien. Het dorp is gelegen tussen Epen en Vaals aan de Mergellandroute, met uitzicht op het Geuldal.
Vijlen ligt zelf op een heuvelrug die zich uitstrekt vanaf de Vijlenerbossen, via de Rugweg, het dorp zelf, Hilleshagen tot aan Mechelen. Ten noorden van het dorp ligt in het beekdal de Selzerbeek die onder andere gevoed wordt door de oostelijk van het dorp gelegen Harleserbeek. Aan de andere kant van de heuvelrug stroomt in het dal ten zuidwesten van het dorp de Lombergbeek. Wij gaan op verkenning in dit prachtige dorp en ook de fijne leden van deze wandelclub. Dé grote trekpleister zijn de Vijlenerbossen, die bekend staan om de geweldige flora en fauna.
Vele tientallen boomsoorten en planten maken dit bos zo uniek. Het kan zo maar gebeuren dat je oog in oog staat met een ree of wild zwijn. Of een das, die na zijn nachtelijk uitstapje op zoek naar eten, weer zijn burcht opzoekt. Ook de kleinere diersoorten zoals vossen, hazen, konijnen, marters, hermelijn en hazelmuis, ze zijn er allemaal. Midden in dit mooie bosgebied is een gezellige pauzeplaats ingericht, waar we even kunnen bijpraten onder het genot van een hapje of drankje, dat hier tegen een zeer schappelijke prijs wordt verstrekt.
Aan de rand van het bos hebt we een panoramisch uitzicht van vele kilometers richting de Belgische Ardennen en over het dal van de meanderende Geul. Verder komt de route door de idyllische gehuchten Cottessen en Camerig. Deze twee Vijlense gehuchten stammen uit de 14de eeuw en zijn nog praktisch ongeschonden bewaard gebleven. Het ene vakwerkhuis nog mooier en authentieker dan het andere. Zeer de moeite waard om deze mooiste gehuchtjes van Zuid Limburg in alle rust te bewonderen.
We genieten van de wandeling en als we binnen komen we Leo Jehae, Oud-Voorzitter, tegen al meer 25 jaar kennen we hem en zijn vrouw, twee lieve mensen en goede vrienden die zolang al hun schouders onder de wandelclub steken.
Prachtige landschap, fijne wandelclub en lieve mensen. Wat is het toch fijn om deze mensen te kennen en er mee te wandelen.
29E MARCHE DES ETRENNES. / LES POMPONS DE GEMBLOUX. / MEUX. 05/01/2013.
29E MARCHE DES ETRENNES.
LES PIMPONS DE GEMBLOUX.
MEUX.
Meux gelegen tussen Samber en Maas is een van de dorpjes dat hoofdzakelijk bestaan uit landbouw die in een harmonie zijn met de heuvels die met doornhagen begroeid zijn. De streek was in het verleden dikwijls toneel van oorlogen en invallen maar gelukkig zijn er nog vele getuigen van het verleden bewaard gebleven. Grote boerderijen zijn getuige van het roemrijke verleden en zijn bewijs van de nog steeds rijke landbouw in de streek. De wandeling vandaag laat ons duidelijk zien dat we in de landbouwstreek zijn, akkers en weilanden grote boerderijen is alles wat we te zien krijgen. Het weer zit ons vandaag ook niet bij regen en mist is ons deel. Zo wandelen we de hele tijd en zo komen we terug in het dorpje. Spijtig dat het niet veel voorstelt. Een wandeling die je liever vlug vergeet.
14E WAFELTOCHT. / WC CAESAR. / BEEK. NL. 02/01/2013
14E WAFELTOCHT.
WC CAESAR.
BEEK. NL.
De gemeente Beek is rijk aan diverse historische kerken, kapellen, patriciershuizen en enkele indrukwekkende boerderijen. Belangrijk is ook de luchthaven Maastricht - Aachen Airport, voortgekomen uit een door de Amerikaanse bevrijders tegen het einde van de tweede wereldoorlog (1944) aangelegde militaire vliegbasis en op weg uitgebouwd te worden tot een internationaal luchtvrachtcentrum.
We wandelen door de velden en langs weilanden klimmen een klein bosje binnen weer velden en akkers. Hier en daar een boomgaard en dan komen we aan de Cijnsberg met de struinboomgaard een nieuwe aanplanting van hoogstambomen. Nu wat verder en we komen aan de Sint Hubertusmolen is een standerdmolen in het Limburgse Klein Genhout (Beek). De molen is in 1801 gebouwd en is tot eind veertiger jaren in bedrijf geweest. In 1970 is de Sint Hubertusmolen voor 1 gulden verkocht aan de gemeente Beek, die hem heeft laten restaureren.
Vandaag een mooie plek met een bijzonder mooi gerestaureerde molen. Een opvallend plaatje in de omgeving. Genhout is een kleine plaats en ligt op het heuvelplateau ten oosten van Beek. De plaats omvat het dorp Groot Genhout en het gehucht Klein Genhout, deze (voorheen) aparte kernen vormen tegenwoordig administratief een geheel met elkaar. In de volksmond wordt nog steeds over twee aparte plaatsen gesproken, op de witte plaatsnaamborden die naast de officiële blauwe borden zijn geplaatst staan enkel de oude namen in het plaatselijke dialect. De kernen liggen slechts enkele tientallen meters van elkaar. Hier vele vakwerkhuizen en grote boerderijen. Twee bijzondere monumentale Printhager carréboerderijen: één (de Onderste) uit 1744 met bakhuis en één (de Bovenste) uit 1806.
De Onderste boerderij is gesitueerd rond twee binnenplaatsen. Een tussengevel bestaat uit gedeeltelijk vakwerk, baksteen met speklagen en een hoekblok van mergel. Een inscriptie geeft de letters IMCW 1744 weer. De bovenste boerderij bestaat uit drie losse gebouwen rond een binnenplaats. De meeste onderdelen dateren uit de 19e eeuw, behalve een hardstenen kruisvenster en de geprofileerde mergelen daklijst. Wij wandelen verder door het dorp met zijn prachtige huizen in vakwerk en met mergelstenen. Nog een eind door het veld en dan komen we aan de Oude pastorij.
De Vroenhof was een landhuis, vermoedelijk uit de 12e eeuw. Het ligt halverwege het huidige Beek en Neerbeek en is vernoemd naar het ten oosten gelegen perceel met de veldnaam Vroenhof (vroonhof). Door de heren van Valkenburg, die in de 12e eeuw eigenaar waren van de Vroenhof, werd veel domeingoed in leen uitgegeven. Een groot deel hiervan is in de 13e eeuw in handen gekomen van de landcommanderij van Alden Biesen van de ridderlijke Duitse Orde die ze uit het leenverband heeft losgeweekt, waardoor de orde een groot deel van Beek in bezit kreeg. Door schenking werd de orde in 1293 eigenaar van de Vroenhof of Heerenhof te Neerbeek. Hierbij verkreeg de orde naast de laathof en tiendrechten ook het patronaatsrecht van de parochiekerk.
Vermoedelijk was dit hetzelfde landgoed dat in 1225 werd vermeld als de villa van Neerbeke, die gezien wordt als de zetel van de oude heerlijkheid van Beek. De Vroenhof is tot tot 1796, toen de orde werd opgeheven, in bezit gebleven van de Duitse Orde te Alden Biesen. De orde leverde ook meestal de pastoors van Beek. Hierdoor stond de Vroenhof de pastoor als pastorie ter beschikking. In 1841 was de Vroenhof eigendom van de rooms-katholieke gemeente van Beek en diende het nog als pastorie. Nadat een nieuwe pastorie bij de kerk in het dorp was gebouwd, staat het gebouw bekend als de Oude Pastorie. Nog even verder en we komen zo terug aan ons vertrek. een mooie en aangename wandeling in Beek en omgeving.