Tiende nationale tuinvogeltelling op 6 en 7 februari 2010
Op 6 en 7 februari organiseert Natuurpunt voor de tiende opeenvolgende winter de telling van tuinvogels op voederplaatsen. In Wallonië gebeurt de telling door zusterorganisatie Natagora. De strenge winter brengt veel vogels naar de voederplaatsen, waaronder veel merels. Tellen is heel eenvoudig, iedereen kan er aan meedoen.
Deelnemen is erg eenvoudig. De waarnemers noteren tijdens een halfuurtje of langer welke soorten en hoeveel vogels van elke soort de voederplaats bezoeken. Voor het herkennen van de soorten heeft Natuurpunt een handige folder met fotos van de meest voorkomende soorten op de website www.natuurpunt.be/tuinvogels. Je vindt er alles over wintervoedering, de actie 'Voeren en beloeren', de downloadbare folder en fotos en tips om de meest voorkomende soorten te herkennen. Heel wat vogelsoorten kan je helpen in je tuin. Zonnebloempitten en pindanoten zijn energierijk voer en aangevuld met vetbollen, broodkruimels en gemengd zaad heb je veel kans op succes. Het kijken naar vogels op een voederplaats is leuk en afwisselend. Als je voedert, komen de dieren dicht genoeg om de soorten te herkennen en te tellen. Vooral cultuurvolgers zoals de huismus, de Turkse tortel en de koolmees komen in grotere aantallen voor in woonwijken waar gevoederd wordt.
WINTERTOCHT / WC. AVIAT SINT - TRUIDEN / GELINDEN 25/01/2010
WINTERTOCHT.
WC. AVIAT SINT-TRUIDEN.
GELINDEN.
Gelinden is een Haspengouws landbouwdorp gelegen aan de Herk. Gelinden werd voor het eerst vermeld in 984 als Ghedelu. De heerlijkheid Gelinden was een leen van het graafschap Loon en bestond verder nog uit Groot-Gelmen, Klein-Gelmen, Engelmanshoven, Mettekoven, Batsheers en Opheers. Na het Loonse tijdperk werden de twee laatsten hiervan losgemaakt en werd de rest van de heerlijkheid rechtstreeks bezit van het prinsbisdom Luik. In de 18e eeuw werd de heerlijkheid in pand gegeven aan graaf de Borchgrave. In 1795 bij het ontstaan van de gemeenten werd Gelinden een zelfstandige gemeente. Het bleef steeds een landbouwdorp. In 1971 werd Gelinden de spil van de nieuwe fusiegemeente Gelmen die verder nog uit Engelmanshoven, Groot-Gelmen en Klein-Gelmen bestond. In 1977 werd Gelmen reeds opgeheven en werd Gelinden een deelgemeente van Sint-Truiden.
Wij wandelen vandaag een groot gedeelte van de wandeling in het Overbroek Op 1 september 1986 sloten de eigenaars van de beemden van Overbroek en de Belgische Natuur-en Vogelreservaten een contract af waardoor een prachtig stukje natuur beschermd werd. Ook de groeven van Overbroek, voor het eerst vermeld in 1612, leverden mergel als meststof tegen de verzuring van de zware leemgronden. De mergel bevatten bijzondere en rijke fossiele flora. De natuursite is een oase waar vele zeldzame, vaak kalkminnende plantensoorten gedijen. Verder wandelen we langs plantages en boomgaarden waar de fruitboer nu zijn winter snoei aan doen is. Wij wandelen verder en komen in Klein Gelmen. Hier heeft de tv serie Katarakt een van zijn voornaamste locaties gehad.
Ergens vond ik een oudere beschrijving van deze plek:
Wat afgelegen van de openbare weg, schuchter teruggetrokken achter een perceel laagstam, bevindt zich dit gebouwencomplex. Tussen een laan van fruitbomen door komt men oog in oog te staan met 't Doolhof , een statig oud notarishuis. Ernaast een fabriekje met de typische fabrieksschouw. Opgericht in 1906 - en de oprichter zwaait er nu nog de scepter - was dit oorspronkelijk een siroopfabriekje. Deze handel kreeg in de tweede helft van deze eeuw rake meppen met het gevolg dat het siroopfabriekje werd omgevormd tot wat het nu is : een bedrijf waar fruit wordt verwerkt en ingeblikt.
Uit de dorpskalender Heers 1981, en uitgave van BGJG - Vechmaal)
Vandaag is het Doolhof in restauratie en het fabriekje is lang niet meer actief, de grote stoomketel en koperen stroopketels liggen buiten op het erf. Verder wandelen we langs verschillende prachtige vierkantshoeve die in Haspengouw zou typische zijn. Zo komen we terug in Gelinden. Een mooie en aangename wandeling is dit stukje geweldig Haspengouw.
VOGELBESCHERMING VLAANDEREN LEGT KLACHT TEGEN MAN-BIJT-HOND-SCHUTTER.
Klacht tegen man-bijt-hond-schutter
donderdag 04 februari 2010
Vogelbescherming Vlaanderen heeft bij het Agentschap voor Natuur en Bos en de lokale politie van Kortessem klacht neergelegd tegen de uitbater van herenkapsalon Fausto in de Dorpsstraat te Kortessem. In het televisieprogramma Man bijt hond demonstreerde de "beruchtste kapper uit de streek" dinsdagavond hoe hij vanuit zijn tuin met een luchtkarabijn regelmatig op ondermeer kerkduiven en spreeuwen schiet. De man haalde een trapladdertje uit een berghok, ging er op staan, legde doodleuk aan en nam vervolgens twee spreeuwen onder vuur die postgevat hadden op het kruis van de kerktoren. Beide vogels konden echter ontkomen. Deze korte reportage was een onderdeel van de vaste rubriek 'Het dorp' waarin een inwoner elke dag van de week de kijker rondleidt in zijn dorp of gemeente. Spreeuwen zijn beschermde vogels via de bepalingen van het Besluit van de Vlaamse Regering van 15 mei 2009 met betrekking tot soortenbescherming en soortenbeheer (zgn. Soortenbesluit) en het is dus verboden om ze opzettelijk te doden of te pogen dit te doen. Vogelbescherming Vlaanderen wijst ook met een beschuldigende vinger naar de redactie van 'Man bijt hond'. Ook al flirten de verhalen in 'Het dorp' vaak met uitlachtelevisie, het tonen van dergelijke, illegale praktijken in reportages zou te allen tijde vermeden moeten worden. Vogelbescherming Vlaanderen zal zich alvast burgerlijke partij stellen in deze zaak.
MARCHE DES GADIS DE PERON D'OR / LES GADLIS DE PERON D'OR / REMOUCHAMPS 24/01/2010
MARCHE DES GADIS DE PERON DOR.
LES GADLIS DE PERON DOR.
REMOUCHAMPS.
Remouchamps is een deelgemeente van Aywaille. Het plaatsje is vooral bekend door de grotten van Remouchamps en de heuvel La Redoute, en ligt aan de Amblève. De streek van de Ourthe en de Ambleve is een streek van legenden, op het platteland zijn de kruispunten soms wel plekken waar men het Kwade zou kunnen tegenkomen op zoek naar zielen om in te palmen. Daarom komen we op de wandeling op de kruispunten zoveel kruisen en kapellen tegen, die opgericht werden om de duivel te bestrijden.
We verlaten het centrum van Remouchamps en komen langs een prachtige hoeve in baksteen met hardstenen hoekstenen, maar vooral de versiering rond de deuren en ramen is bijzonder mooi, nog niet veel tegengekomen.
We wandelen verder en komen in Hameau de Henumont gelegen op 220 meter hoogte. Van hieruit klimmen we naar Col de Stoqueu op 347 meter. Verder wandelen we naar Havelange en Nonceveux. Hier ook weer mooie oude gebouwen in lokale steen, stukjes vakwerk opgevuld met bakstenen. De bakoven ligt wat verder van het woonhuis.
We komen wat verder aan de waterbak en pomp. We wandelen door het mooie landschap met bossen en weilanden. Langs de wandelweg krijgen we dikwijls schitterende panoramas te zien over de vallei . Wat verder steken we de rivier over, de mist komt wat opzetten en maakt het allemaal wat sprookjesachtig.
Wat verder zien we het kasteel liggen gehuld in de mist. Zo komen we terug in het centrum van Remouchamps nog even langs de ingang van de Grotten van Remouchamps de rivier over en we zijn terug op ons vertrekpunt.
HOLSTENENWANDELING / JONG, RAP EN KRANIG ZONHOVEN / ZONHOVEN 23/01/2010.
HOLSTENENWANDELING.
JONG, RAP EN KRANIG ZONHOVEN.
ZONHOVEN.
Zonhoven eens een landbouwgemeenschap met veel groen, bij de komst van de mijnen werd het woondorp voor mijnwerkers alhoewel er in Zonhoven geen mijn was. Wat gebleven is zijn de grote groene plekken meer 40 percent van de oppervlakte is bos en heide. Op onze wandeling vandaag zullen we verschillende van deze groene natuurplekken ontdekken. Eigenlijk hebben we het grootste gedeelte van de wandeling in het groen gewandeld. Prachtige heidegebieden met vijvers. Gewoon mooi. Wij waren vergeten hoe mooi Zonhoven wel is.
Wij komen zo aan de Holsteen eigenlijk moeten we Holstenen zeggen, want het zijn er eigenlijk 8, ter plaatse ontstaan uit mioceen zeezandafzettingen. Rond 2.500 v Christus werd minstens eentje (13 meter lang, 10meter breed en 2,5meter dik) hiervan gebruikt voor het slijpen van messen, pijlen en speren, zoveel is duidelijk nog te zien aan het dertigtal slijpsporen, elk van wel 15 tot 20cm lang. Het is meteen de enige vaste prehistorische polijststeen in Vlaanderen.
Zo komen we aan in het natuurreservaat de Teut en Ten Haagdoorn, 2.000ha beekdalen, duinen en bossen. Op De Teut zijn verschillende Sterrenplekjes. Plaatsen waar de natuur op zijn mooist is. Wat verder komen we aan Munitiedepot Molenheide.
Het uitstervend militair leven op de heide heeft er een grote rijkdom aan natuur achtergelaten. Nu een prachtig natuurreservaat, er staan nog gebouwen van het leger. Die nu gebruikt worden om de koeien in te schuilen. Het is een heel mooie omgeving, prachtig om te wandelen. Wij hebben genoten van deze prachtige natuurwandeling. Zonhoven heeft ons verrast.
Als het eens een dagje minder druk is, kan ik nog eens wat foto's maken van onze stroopstokerij. Het word telkens weer wat uitgebreid en nieuwe en grotere ketels geplaats om de vraag naar Loonse stroop bij te houden. Wij kunnen fier zijn op dit Loons product en ik durf zelfs zeggen dat de laatste stroop is die hier op Haspengouwse bodem gestookt wordt. De Gebroeders Bleus houden ervan om elk potje dat de stroopstokerij verlaat ook hier gestookt is. Dit is een garantie die niet iedereen kan geven.
Hier nog wat foto's uit de stroopstokerij Bleus Borgloon gevestigd in het Stoomstroopfabriek Wynants. Het stoomstroopfabriek dat de MONUMENTEN prijs gewonnen heeft, hier zal binnen afzienbare tijd de grote restauratie beginnen, met als eerste de grote schouw en het dichten van de daken. Daarna word het oudste gedeelte afgeschermt om tegen verder verval te behoeden.
Nog enkele beelden van en rond het stoomstroopfabriek
Op toeristisch gebied neemt Gulpen een heel bijzondere plaats in. Het stadje biedt een gezellig en uitgebreid winkelcentrum met verwarmde terrasjes, waar het na een wandeldag goed toeven is. Tevens bepaalt de Gulpener Bierbrouwerij de smaak van Limburgs bier. De brouwerij staat bekend om zijn speciaalbieren.
Wij vertrekken met de wandeling in het centrum en genieten van de prachtige omgeving. Langs de vakwerkhuizen en dan de omgeving. Met grote boerderijen die eenzaam in het landschap liggen, prachtig is het. Wij wandelen door naar Mechelen hier vinden nog vele markante gebouwen zoals bijv. De Heerenhof, dat ruim 800 jaar geleden is begonnen met een boerenhof die door de Johanitters werd omgebouwd tot commanderij. Een aantal eeuwen later werd het een kasteelhoeve tot halverwege de jaren tachtig. Toen werd het gebouw, na een grootscheepse renovatie het bestuurscentrum van de gemeente Wittem. Aan de rand van het dorp ligt de Commandeursmolen die nog steeds in gebruik is.
Wandelend komen we t Höfke tegen, een verzameling van achttiende eeuwse vakwerkboerderijen. Een van deze boerderijen is eigendom van Stichting Natuurmomenten en is geheel gerestaureerd. Het geheel is een beschermd dorpsgezicht. We wandelen langs de Geul, gewoon mooi om langs deze kronkelende rivier te wandelen. Wat verder zien we het klooster van Wittem. Wittem dankt zijn faam vooral aan het Redemtoristenklooster. Het heeft een prachtige kloosterbibliotheek voor exposities en voorstellingen, waar gelovigen de heilige Gerardus vereren. Het is een echt bedevaartsoort.
Het dorp uit wandelend, de glooiende akkers op; dan is het duidelijk waarom Wittem altijd al een heerlijkheid genoemd werd. Aan de Wittemer Allee 3 ligt het kasteel Wittem dat rond 1100 gebouwd is. Bovendien ligt bij het gehucht Cartils dat ten noordwesten van Wittem ligt het kasteel Cartils. Dit kasteel werd al in de vroege middeleeuwen vermeld als kleinste Rijskheerlijkheid in deze streek. Gedeelten van het kasteel dat tot 1776 in het bezit bleef van lijnrechte afstammelingen van de ridders van Cartils, zijn vijftiende en zestiende eeuws, zoals de toren met hoekarkel en het vrijstaande hoekgebouw.
Partij-Wittem bestond een 150 jaar geleden uit 47 huizen met 270 inwoners. Een bijzondere Hoeve de Bek. Hoeve de Bek, was een in lang vervlogen tijden een posterij op de weg naar Aken. Wij wandelen een eindje verder en komen zo terug in het centrum van Gulpen waar deze mooie winterwandeling eindigt.
Een verrukkelijk winterlandschap ligt aan voeten van de wandelaar: het Hoge Veen, het Hertogenbos in 't zuiden, in 't noorden en oosten het Pruisbos (vroeger: Pruys) en in het westen het Herver Heuvelland. Kenmerkend voor deze vriendelijke gemeente in het hart van de Drielandenhoek is de grote menigvuldigheid van de natuur.
Kelmis het Franse La Calamine komt van de zinklagen die al in de middeleeuwen ontgonnen werden. Wij wandelen door het bosrijke omgeving genieten van de sneeuw die hier nog verschillende centimeters hoog ligt. Wij wandelen verder en komen in Moresnet Chapelle. De verering van Maria nam in Moresnet in 1750 toe na de genezing van de jonge Arnold Franck die aan de vallende ziekte leed.
In 1875 vestigden zich daar Franciscanen uit Aken, omdat hun kloosters in Pruisen werden opgeheven. Zij namen de hele dienst aan de genadekapel over en het aantal bedevaarders steeg in hoge mate. Om de verering aan Maria te verbinden me die aan de Heilige Franciscus van Assise, vatte Pater Johannes Ruiter het plan op om een grootse kruisweg aan te leggen waardoor de gelovigen met Maria zouden stappen naar de Verlossing van Christus. Het bedevaartsoord met kapel is prachtig gelegen, we verlaten het dorpje en wandelen door het landschap met mooie landelijke boerderijen. Wat verder komen we in Moresnet.
We hebben een prachtig zicht op het viaduct van Morsenet. Het viaduct van Moresnet is een 1200 meter lange spoorwegbrug over het dal van de Geul in Moresnet. Het is een van de bekendste spoorbruggen van België en van Europa. De brug is onderdeel van spoorlijn 24 (Montzenroute Antwerpen-Aken), die speciaal gebouwd is voor het transport van artillerie en troepen naar het front tijdens de Eerste Wereldoorlog. Het viaduct bestaat uit 22 stalen dubbelsporige brugdelen, steunend op 2 landhoofden, 5 steunpijlers en 16 gewone pijlers uit stampbeton (een nieuwe techniek in die tijd). Elk van de brugdelen is 48 meter lang en weegt ongeveer 260 ton. Onlangs werd de gehele brug gerenoveerd.
We komen langs het Chateau Bempt. De naam van het kasteel komt van het feit dat dit kasteel werd gebouwd in een natte weide in het dal van de Geul. Bempt of Bennelt (vroegere naam) is een verkleinwoord, betekent simpelweg "natte weide". De bruine toren aan de ingang staat er als een wachtpost en dan even door het hek en hebben een mooi zicht op het kasteel, even door het hek en we kunnen een mooie foto maken van het kasteel. Dan komen we aan in het centrum van het dorpje met zijn museum en kerk.
Hier vertrekt ook de wandeling Route des Frontieres : Grenzeloos wandelen! Op de GrensRouten beleeft u het landschap, de cultuur en de geschiedenis van de Drielandenregio. Of u nu wandelt door het open heggenlandschap in Oost-België, langs de oude beuken aan de historische "Landgraben" (oude aardewal op de grens), door het prachtige Geuldal of over de heuvels in het Limburgse Heuvelland u kunt hier uw grenzen verleggen! We verlaten het dorp en wandelen door de weilanden onder het viaduct.
We komen zo aan de St Rochuskapel, deze bestaat al sinds de vroege 17de eeuw. Ze staat op de samenvloeiing van de Hohnbach en de Grünstrasserbach twee kleine beken. Langs de kapel staat de 400 jarige Linde, die vroeger als beschermboom aangezien werd, een oude traditie is dat mensen lindetakken aan hun huizen hingen om bescherming. Nog wat verder wandelen en we komen langs het kasteel Eyneburg. Hoog boven op de rotsen is het gebouwd wij wandelen als het ware er onder door. Dan wandelen we terug naar onze vertrekplaats.
Het is een mooie en aangename wandeling in Kelmis La Calamine. De wandelclub van Kelmis is bekend voor zijn gastvriendelijkheid, waar we graag eens terug willen komen.
WINETRTOCHT TE HEERS / LOONSE STJAFFELEERS / HEERS 11/01/2010
WINTERTOCHT TE HEERS.
LOONSE TSJAFFELEERS.
HEERS.
Een dozijn bescheiden dorpskernen en dorpskerkjes, met vierkantshoeven en kastelen, verspreid over de heuvelachtige, uitgestrekte landerijen, doorspekt met vlekjes bos en fruitboomgaarden.
Kasteel van Heers
Heers een grote en rijke landbouwgemeenschap, van waaruit Razende Raes zich verzette tegen Karel de stoute en het Luikse verzet tegen de Bourgondiërs leidde. In1465 werd hij bij Montenaken echter verslagen, en werd Heers verwoest en tot tweemaal geplunderd. Het oorspronkelijke 10de eeuws Kasteel van Heers werd geheel verwoest en heropgebouwd rond 1500. Vandaag is het eens zo trotse kasteel van Heers nog een bouwval, gelukkig zijn er ingrepen gedaan om het in stand te houden. Een oude pentekening geeft ons een indruk van het prachtige kasteel. Het omwalde kasteel dateert uit de 15de en 16de eeuw. De beruchte Raes van Heers was diegene, die opdracht gaf tot heropbouw van het kasteel (zoals het er nu uitzien). Sinds 1757 is het kasteel in het bezit van de familie Desmaisières.
Kasteel van Veulen
Wij wandelen nu uit Heers en volgen de veldwegen door een prachtige Haspengouwse landbouwland, uitgestrekte landerijen bedekt met een laag sneeuw, wij wandelen naar Veulen. Het dorp Veulen heeft een geschiedenis die enigszins afwijkt van de andere dorpen in Limburg. Veulen is bijna 600 jaar een enclave geweest in het Hertogdom Loon en later - toen Loon werd geannexeerd - in het Prinsdom Luik. Veulen behoorde in die periode achtereenvolgens toe aan het Hertogdom Brabant en de (Nederlandse) Verenigde Provincien. Tegenwoordig maakt Veulen tezamen met elf andere dorpen deel uit van de gemeente Heers.
Veulen
Het landelijke karakter in de directe nabijheid van het grootstedelijk gebied is een unieke combinatie. Hier komen we aan het kasteel werd gebouwd in de 17de eeuw in Maaslandse renaissancestijl. Maar het gebouw bevat ook classicistische elementen ten gevolge van een verbouwing in de 18de eeuw. De classicistische kasteelhoeve vormt samen met de vijver en het park een beschermd landschap. Kasteel Veulen dateert uit 1669. Het Kasteel van Veulen (Heers) kreeg zijn huidige uitzicht in 1745. Voor die tijd is de geschiedenis van het kasteel onduidelijk. Delen van het gebouw dateren van ruim voor die tijd, sommige waarschijnlijk zelfs van de middeleeuwen. Tijdens de feodale periode werd Veulen bestuurd door de heer of dame van Veulen, die in het kasteel zetelde. De meest bekende heer van Veulen is graaf Florimond de Mercy-Argenteau (1727-1794). Hij was Oostenrijks ambassadeur aan het Franse hof van koning Lodewijk XVI en vertrouweling van koningin Marie-Antoinette. De laatste 4 jaren van zijn leven verbleef hij regelmatig in Veulen.
Kasteelhoeve Heers
De torens zijn veel later tegen het hoofdgebouw zijn gezet. Het wapenschild in de hoofdpoort dateert uit 1747. De dakconstructie van het hoofdgebouw dateert uit de15e eeuw terwijl andere constructies zelfs ouder zijn. In 1880 werden de gelijkvloerse kamers aangepast aan de toenmalige mode en voorzien van neoclassicistische interieurs. In 1910 werd op de binnenplaats een galerij tegen de achterzijde aangebouwd. Het kasteel is in de afgelopen 7 jaar zorgvuldig gerenoveerd. Vanaf 1960 zijn het kasteel en het park een beschermd monument. Wij wandelen langs het kasteel naar de O-L-V- Terhemelopnemingskerk, dan wandelen we verder en keren terug richting Heers met de 18de eeuwse Sint-Martinuskerk, met een zicht op de kasteelhoeve en op het kerkhof de grafelijke Kapel. Een mooie winterwandeling.
MARCHE DE LA CHOUFFE / FORTS MARCHEURS EMBOURG / EMBOURG - CHAUDFONTAINE 10/01/2010
23E MARCHE DE LA CHOUFFE.
FORTS MARCHEURS EMBOURG.
EMBOURG-CHAUDFONTAINE.
Daar waar de Vesdre en de l'Ourthe in elkaar samen vloeien, ligt de heuvel waarop het dorp Embourg is gebouwd. Met het beklimmen van deze heuvel verandert langzaam het landschap, van de grauwe stad Luik naar een groen Embourg.
Wij vertrekken aan het voormalige Kasteel du Sartay, nu een college. Wij wandelen en klimmen zo verder met een prachtig panorama op de rivier. Prachtig wandelen langs de rivier bedding, met de sneeuw is het allemaal wat mooier. Toch voorzichtig wandelen want op plaatsen is het erg glad.
We komen aan de samenvloeiing van de Vesdre en de Ourthe . zo komen we in Sainval met zijn prachtige huizen, wat verder komen we aan het kasteel van Sainval. Hier is het mooi wandelen alles is bedekt met een dikke laag sneeuw, de rotsen steken uit en zijn bedekt met sneeuw. Hier tussen wandelen we. Wij wandelen door het bos en komen zo weer in de bewoonde wereld.
We komen aan het fort van Chaudfontaine, eigenlijk aan de toegangsweg wij wandelen verder langs de tank en dan weer een stukje door. We komen aan een betonnen watertoren uit 1922. En dan langs het park en het gemeentehuis. Een fijne sneeuwwandeling.
LES POINTS VERTS / ADEPS / MY - FERRIERS 03/01/2010
LES POINTS VERTS.
ADEPS.
MY - FERRIERES.
Voor de eerste keer wandelen we met Les Pionts Verts van ADEPS. Elke zondag en vakantie wijst Les Pionts Verts de weg naar verschillende wandelingen in het Waalse gebied.
Sportclubs, ouders verenigingen, culturele bewegingen, en anderen, animeren deze activiteiten en maken hun dorp bekend, hun landschap, hun erfgoed. Vandaag wandelen we in MY een deelgemeente van Ferrieres. Tot aan de franse revolutie in 1789, dat is voor meer dan 1000 jaar was Ferrières deel van de Prinsdom van Stavelot in de Logne graafschap. De ijzerindustrie begon te groeien vanaf de eerste jaren van ons tijdperk, met hoogtepunt rond 1570. Die industrie leefde tot 1871. Ferrières bestaat ook uit een aantal charmante en schilderachtige gehuchten waar we nog altijd herinneringen kunt vinden van de metaalindustrie : La Rouge-Minière , Ferot-le-Fourneau
Vandaag is Ferrières rijk aan mooie landschappen en bouwwerken (kastelen, boerderijen en musea). My was één van de vier leengoederen die het kasteel van Logne moest verdedigen. Er was zelfs een gerechtshof. Wij vertrekken met onze wandeling aan de kerk met prachtige huizen, en nu het volop winter is met sneeuw en een blauwe lucht is het gewoon sprookjesachtig.
De zon, blauwe hemel en sneeuw op de bomen ongewoon prachtig. Het landschap met de bossen en weilanden langs de landwegen mooi. In de verte ligt het kerkje van het volgende dorpje wat kan een winterlandschap toch prachtig zijn. Wij genieten van de wandeling door de prachtige natuur en komen zo in het volgende dorpje Sy-Vieuxville met grote boerderijen en door de velden en dan komen we aan de achterzijde van het kasteel van My. Hiermee sluiten we onze wandeling bij de Points Verts
Gemeente Beek, de 17.000 inwoners van de gemeente Beek hebben de keuze om te wonen in een centrum met steedse allures dan wel in nog, uitgesproken landelijke dorpen als Spaubeek, Neerbeek, Genhout, Geverik en Kelmond. De oude kernen van de dorpen zijn zorgvuldig bewaard. Diverse oude hoeven en vakwerkhuizen, vooral in de gehuchten Groot en Klein Genhout, Kelmond, Geverik en Hobbelrade zijn ook bewaard.
De gemeente Beek is rijk aan diverse historische kerken, kapellen, patriciershuizen en enkele indrukwekkende boerderijen. Maar vooral de natuur is nog volop tegenwoordig. Prachtige hollewegen met vel wegkruizen komen we tegen op onze wandeling. Wij wandelen naar Kelmond. Op de splitsing Kelmonderweg/Kelmonderhofweg staat een Maria-wegkapelletje midden op de weg. Vroeger stond hier een wegkruis, dat werd vervangen door een houten kapelletje. In 1903 werd het huidige kapelletje gebouwd. In 1995 heeft men de kapel grondig gerestaureerd. Elk jaar in december fungeert deze kapel als kerststal.
Het nabij gelegen Kelmonderbos is een hellingbos van circa 10 hectare, beheerd door Natuurmonumenten. Uit talloze bronnetjes ontspringt bij dit bos de Cötelbeek, een zijbeek van de Geleenbeek. Midden in het veld boven op de heuvelrug staat de St Hubertusmolen. Deze houten standaardmolen voor het malen van graan, werd gebouwd in het begin van de 19e eeuw. Als bouwjaar wordt 1802 genoemd. In de massieve houten balk bij de trap, die toegang geeft tot het 'molenhuis', is de naam 'Johannes van Mulcken' gegrift, vermoedelijk de eerste molenaar. Het vaste onderstel (standaard) draagt de as, die het hele molenhuis draaibaar maakt. Dit 'kruien' geschiedt vanaf de begane grond. Zeer interessant is het geheel uit hout vervaardigde mechanisme.
De wieken met een vlucht van 24 meter, worden in het molenhuis afgeremd op de gladde zijde van het eikenhouten tandwiel met eveneens houten remstuk, de zgn. 'vang'. De St. Hubertusmolen werd in 1971 van gemeentewegen aangekocht en grondig gerestaureerd. Genhout is een kleine plaats en behoort van oudsher bij de gemeente Beek en ligt op het heuvelplateau ten oosten van deze plaats. De plaats omvat het dorp Groot Genhout en het gehucht Klein Genhout, deze (voorheen) aparte kernen vormen tegenwoordig administratief een geheel met elkaar. In de volksmond wordt nog steeds over twee aparte plaatsen gesproken, op de witte plaatsnaamborden die naast de officiële blauwe borden zijn geplaatst staan enkel de oude namen in het plaatselijke dialect. De kernen liggen slechts enkele tientallen meters van elkaar.
Tussen de twee kernen staat de parochiekerk Sint Hubertus, genoemd naar de schutspatroon van Genhout. Deze kerk werd in 1937 gebouwd naar een ontwerp van de architect Alphons Boosten. Hierbij werd Groot Genhout, waar de kerk in feite staat, een dorp en hoorde niet langer bij de parochie van Beek. De kerk is zeer markant door het spitse groene dak dat van koper is gemaakt en de betonen look van de muren. Ook hier weer enkele prachtige boerderijen, sommige hebben nog delen van vakwerk. Zo komen we terug aan ons vertrek. Een mooie wandeling in een winters landschap.
OUDE GLORIETOCHT / W.C.AVIAT ST-TRUIDEN / GROOT-GELMEN 28/12/2009.
OUDE GLORIETOCHT.
W.C. AVIAT SINT-TRUIDEN.
GROOT-GELMEN.
Groot-Gelmen is een landbouwdorp met een kasteel, gelegen in de vallei van de Herk. Een bijzonder gebouw is de herberg De Zwaan. Reeds van in de 16de eeuw en dat tot 1972 werd hier op deze plaats café De Zwaan uitgebaat. Laatste herbergierster was Jeanne Dumont. Uit oude documenten blijkt dat een zekere Eyben rond 1645 op deze plaats eigenaar was van een boomgaard met hof, genaamd den Swaenhoff. Het is allicht aan die benaming te danken dat ook deze herberg de Zwaan werd genoemd. In het wapenschild van de familie Eyben staat trouwens ook een zwaan afgebeeld. In de muurankers lezen we de datum maar de Zwaan is allicht ruim 100 jaar ouder. In de jaren na 1972 keek er niemand nog om naar het gebouw en in de kortste keren verkrotte het helemaal.
Wat velen nog gekend hebben als een dorpscafé was vroeger veel meer dan dat. Nu ligt de Zwaan ver van het grote verkeer zowat in het hart van het dorp maar vroeger was dat anders. De huidige Luikersteenweg bestond nog niet en de weg Luik Sint-Truiden - Tienen kwam hier vlak voor de deur voorbij. Drie vier eeuwen geleden was het verkeer uiteraard heel wat trager en daarom was het nodig dat langs die oude verkeerswegen ook de mogelijkheid bestond om te overnachten. In de regel was het zo dat om het uur, dus om de vijf à zes kilometer, een herberg annex slaapgelegenheid werd voorzien. Zo was er een in Brustem, vijf km van hier langs diezelfde weg naar Luik,Het Elske en zes km in de andere richting een in Heers, Het Groene Schild. De Zwaan was dus in feite wat we nu een bed and breakfast zouden noemen, een chambre dhôte .
Voor de paarden van de reizigers lag er tegenover de Zwaan een poel die gebruikt werd als drinkplaats. Een keer dat de nieuwe verbindingsweg met Luik werd aangelegd, in de 18de eeuw, zal het aantal overnachtingen wel gevoelig zijn teruggelopen maar het café bleef bestaan. Een tijd lang kwam het bier zelfs rechtstreeks van de brouwketel in de potten terecht want toen was hier ook een brouwerij gevestigd. Niet alleen een brouwerij trouwens, want tot een goede vijftig jaar geleden lag achter het café een gesloten binnenkoer omringd door stallen en schuur zodat we oorspronkelijk te maken hadden met een vierkantshoeve. Gelukkig is het gebouw nu gerestaureerd.
Tegenover de Sint-Martinuskerk een neo-romaanse kruiskerk uit 1880. Wij wandelen door het dorp en de omliggende velden, het is aangenaam om te wandelen en te genieten van het Haspengouwse landschap met zijn Haspengouwse vierkanthoeven.
Wanneer je in Tongeren aankomt merkt je het meteen deze stad is anders. De voorbije 20 eeuwen hebben zonder enige twijfel een blijvende stempel gedrukt op de Oudste Stad van België
.
In het historische stadscentrum maken we kennis met de vele overblijfselen uit lang vervlogen tijden de OLV Geboortebasiliek, het 13de eeuwse begijnhof, restanten van de Romeinse aanwezigheid- kortom, het stadscentrum ademt oude kunst en cultuur. Wij wandelen het centrum binnen voor ons de basiliek, op de Markt het standbeeld van Ambiorix. In 54voor Christus stootten de Romeinse legioenen, onder leiding van Julius Caesar, op het verzet van plaatselijke stammen van de Eburonen van Ambiorix. Na de uitroeiing van de Eburonen bevolkten de Tungri deze streek.
Onder de Romeinse heerschappij groeide Tongeren toen Atuatuca Tungrorum uit tot één van de grootste steden van Noord Gallië. De aanwezigheid van een indrukwekkende verdedigingsmuur, een aquaduct en een tempel geven de toenmalige rijkdom van de stad aan. Een bijzonder stadje binnen de stad is zeker het Begijnhof, hier kun je de ingetogen intieme sfeer die hangt in de straten en steegjes en pleintjes in dit unieke stukje Tongeren.
Het pleintje Onder de Linde eens de boomgaard van het begijnhof, moest wijken voor de enorme uitbreiding van het begijnhof in de 17de eeuw. Hier werden dan ook begijnhofhuisjes gebouwd. De begijnhofkerk is een van de oudste kerken van de stad, ook de infirmerie gewijd aan Sint-Ursula. Deze infirmerie werd rond 1262 gesticht met als functie de verzorging van zieke en bejaarde begijnen. De Ursulakapel dateert uit 1701. We wandelen wat verder en komen aan het prachtig gerestaureerde Agnetenklooster.
Aan de ingang van het begijnhof ligt de Moerenpoort is de enige authentieke Middeleeuwse poort die vandaag nog rest. De oudste vermelding van een poort op deze plaats gaat terug tot in 1241, alhoewel de huidige poort opgericht werd in het jaar 1379. Een belangrijke historische getuigen zijn de Romeinse en Middeleeuwse omwalling. De Romeinse omwalling rond Tongeren werd aan het begin van de 2de eeuw na christus gebouwd, de muur had een hoogte van ongeveer 6meter en was 2 meter dik en had een totale lengte van 4.544 meter. Vele eeuwen later in de 13de eeuw werd er onder impuls van de uitdijende Middeleeuwse stad, gestart met de bouw van de Middeleeuwse omwalling, voor en deel werd hiervoor gebruikt gemaakt van het tracé en restanten van de Romeinse muur.
Van beide omwallingen zijn vandaag nog vele restanten te zien. De wandeling heeft ons verschillende prachtige monumenten laten zien, als je Tongeren eens wil verkennen moet je wel een dag uitrekken, er is zoveel te zien en op de Markt zijn gezellige terrasje zelfs in de winter.