ONZE VRIENDEN DE VOGELS HEBBEN ONZE HULP NODIG
Wanneer de vrieskoude blijft aanhouden is het goed de vogels afdoend ter hulp te komen met drinkwater. Langdurige vorstperiodes beletten de vogels namelijk aan water te geraken om hun dorst te lessen: de meeste beekjes, poelen, plassen en meren zijn immers dichtgevroren. De beste manier bestaat erin een ondiepe schaal met zuiver water te vullen zonder toevoeging van enig product, zoals antivries, zout of suiker, om het vriezen te beletten. Men kan beter een theelichtje of gloeilamp onder de schaal plaatsen om te voorkomen dat het water in ijs zou veranderen. Span over de schaal wel een stuk gaasdraad of leg er een roostertje op zodat de vogels zich niet kunnen baden: hun veren zouden bevriezen, zodat ze moeilijk uit de greep van roofdieren kunnen blijven.
Ververs het water drie of tot vier keer per dag op dezelfde tijdstippen. Wanneer er sneeuw ligt, is water geven echter overbodig, de vogels eten ervan om zodoende hun dorst te lessen. Indien je zelf een vijvertje hebt of nabij een waterplas woont, is het aangeraden verschillende keren per dag een gat in het ijs te smelten (met heet water) zodat de vogels bij het water kunnen geraken. Doe het op die manier, want door het ijs in een klap te breken kunnen er onder water grote drukverschillen ontstaan waardoor de dieren die onder water leven (vissen of kikkers in winterslaap) kunnen sterven. Je kan ook ijs fijnkloppen tot fijne ijskristallen die dan door de vogels opgepikt kunnen worden.
|