Donderdag 31 oktober 2002 - 5.55u Godbetert. Angkor Hotel, Siem Reap, Cambodja.
4. Wat is die hoop stenen achter die kudde toeristen?
Pffffffft. Dat komt toch zo mijn strot uit dat zo vroeg moeten opstaan voor niks. Ik zou veel liever om 7 uur aan de bezoeken beginnen, maar door Paul moeten we dan al om 5 uur opstaan en dan voel ik me helemaal geen mens. Ik heb vannacht eens uitgerekend dat ik gemiddeld 2,5 uur op hem moet wachten per dag. (Nu ik Pandorake, mijn laptopke, gekregen heb is dat vanzelfsprekend véél minder erg en kan ik gezellig mijn reisverhaaltjes typen. Maar stel u efkes voor hoe ik, een enthousiast, actief, popelend-van-verwachting-mens, de uren heb afgeteld voordien! Niet te verstaan eigenlijk dat ik geen ongelukken gedaan heb!) Bij ons is het dus kompleet de omgekeerde wereld. Normaal spenderen vrouwen uren in de badkamer. Ik pak 's avonds mijn boeltje klaar, wip 's morgens uit mijn tram, doe een kattewas, plof mijn lensjes in, ontbijt, poets mijn bieterkes, en ik ben op pad - klaar om weeral helemaal bestoft en bemodderd te geraken - en dat alles kan op minder dan een uurke. Voor ik op reis vertrek laat ik mijn wimpers kleuren, zodat de enige make-up die mee moet een mini-lipstickje is, in een kleur die ineens ook als oogschaduw te gebruiken is. Dus de weinige avonden dat ik er "eens werk van wil maken" is dat ook op 3 minuten gedaan. Gisterenavond vertelde die Dominique (hij is met een, zeer mooie), Cambodjaanse getrouwd, dat hij voor haar een schoonheidssalon/kapperszaakje opgezet had. Zijn simpele redenering is : in plaats van pakken geld naar zo'n ding te brengen kon ze er nu ook uren zitten, en bracht ze nog geld mee naar huis. Slim gezien wel. Maar hij vertelde dat op de typisch macho-manier zo van : "Ja, ge weet hoeveel tijd en geld die onnozele vrouwen aan zon stomme dingen spenderen,
" En toen dacht ik, ge moest eens weten. Mijn wimpers kleuren kost 300 fr. per jaar, Lut knipt mijn haarpuntjes, dat is op 10 minuutjes gedaan en klaar is Kees. Paul verliest uren per jaar aan een kapper alleen al. Mannen kunnen toch zo stom aan dat rollenpatroon vasthouden, en blijven denken dat het geslacht bepalend is voor de graad van ijdelheid van een mens. Mannen zijn kiekens.
Gisterenavond in een internetcafé gevraagd om te mailen, en dat zou gegaan zijn moest zijn serverke niet kapot geweest zijn. Dus misschien lukt het vanavond wel en is er nog rapper een briefke (allée-"ke", zie hier juist dat ik weeral aan 9 bladzijden zit) dan verwacht!
Zou dringend een lapke stof moeten vinden, want Haricot loopt hier nog altijd rond in zijn zwembroek en dat vind ik hoogst ongepast. Vrees dat er een zakdoek van Paul gaat moeten sneuvelen.
20.45u
Angkor is de steen geworden nachtmerrie van de fotograaf, het vagevuur en de hel van Dante, op één plek verenigd. Het allereerste beeld dat we zagen was Angkor Wat die daar achter zijn gigantische slotgracht opdoemt, en de "brug" over dat water is ingepakt in blauwe en groene plastic waarop rode verkeerskegels staan. Need I say more?
Het tweede beeld was Angkor Thom. Indien mogelijk nog een grotere verschrikking. Over die prachtige brug omzoomd met zittende beeldjes die een reuze slang torsen, met aan weerszijden allemaal koppekes van goden en demonen, die naar de indrukwekkende toegangspoort van het complex leidt, rijden : auto's, brommers, bussen, riksja's, olifanten met toeristen in bakskes op hun rug
Allemaal door die schitterende poort! Wilt ge een foto nemen van midden op die weg, is het een kwestie van heel rap opzij te kunnen springen.
In het centrum van de site van Angkor Thom (147 hectaren groot!) staat centraal een tempel die denkelijk bij momenten heel mooi moet zijn. Naar 't schijnt zaten onder de honderden felgekleurde Fransen, Japanners, Duitsers, Chinezen, Hongkongolezen de grijze oude stenen van de Bayon-tempel
Enfin, we hadden geen keuze dus we moesten ons wel mee in de maalstroom storten
Gelukkig telt onze groep maar twee leden, dus hadden we tenminste nog een beetje vrijheid.
In de zijwanden van de torens zijn 54 metershoge hoofden uitgehouwen. Op zich een heel indrukwekkend iets. Maar als daar honderden toeristenkopkes met klakskes tussenkruipen is dat al heel wat minder indrukwekkend
Elke keer als ge een foto wil nemen, moet ge achter een "voorgrond" kruipen, goed bukken dat de massa erachter verstopt blijft, zien dat ge er aan de zijkant nog een paal en een vuilbak afknipt, opletten dat de stelling die aan de zijkant van de tempel hangt niet in beeld komt en dan bidden dat er net geen groep begint voorbij te stappen. Elke foto moet dus wel een paar keer genomen worden
Thank Boeddha for the videocamera! Is hier al gewist geworden! Echt niet prettig.
Sokhoeun zijn Engels is heel grappig, de helft van de tijd onverstaanbaar, maar daar maken we ons allang niet meer druk over. Elke keer sukkel ik in blijde verwachting als hij begint over de elfde eeuw, the eleventh century. Want telkens denk ik dat we dan naar een "elephant sanctuary" gaan. En of de tempels hier nu gebouwd werden door Ramakrama, of Rama-sarma, voor mijn part Rama-priba, 't is toch halverwege kapot of uiteen aan t vallen, veel maakt dat niet meer uit. Alles is in een erbarmelijke staat. Iedereen mag dan ook zo ongeveer overal opklefferen. De enige plekken waar verbodsplaatjes staan, is op plaatsen waar alles al zo kapot is dat het ook levensgevaarlijk is om er nog op te kruipen. Ze zijn dapper aan 't restaureren, dat wel, maar al die stellingen maken het zicht er nu niet aantrekkelijker op. De tempel van Baphun kunnen ze momenteel beter Tempel Echaffaudage noemen. En Phimeanakas is nog authentiek maar begint wel intens af te takelen. Het is een hoge, steile, pyramidevormige tempel, en ge moogt er à volonté langs alle kanten opklimmen
Aangezien hij uit zandsteen opgetrokken is, is dat wel problemen zoeken natuurlijk, aan dit tempo blijft er over 10 jaar nog een molshoopke over. 't Is echt triestig wat ze hier laten gebeuren. Maar ja, ze hebben zelf tijdens hun burgeroorlog ook wel een en ander naar de botten geholpen. Drieëntwintig jaar met landmijnen zitten prutsen is ook niet direkt gezond voor uw national heritage
De bas-reliefs zijn prachtig. Vooral heel goed gerestaureerd
Heelder muren van stripverhalen, duizenden ventjes, echt schoon. Maar ge staat daar wel met een ander duizendtal échte ventjes voor te drummen dus. Ik weet niet hoe ge dat hier in een groep moet doen, want ik zou konstant mijn bende kwijt zijn. Dan kunt ge helemaal niet achter blijven en een plek zoeken van waar ge toch nog een iets of wat een zinnige foto kunt nemen. Het is ook allemaal zo oneindig groot en onoverzichtelijk. Ge staat dan op het zogenaamde elephant terrace, zoekt de reliëfs van de olifanten, en dan blijkt dat terras wel honderd meter groot maar ge vindt amper een olifant. Vandaar hadt ge dan wel weer een uitzicht op mooie kleine torentjes maar dat werd dan weer kompleet verknald door stellingen aan de ene kant en toeristenkraampjes aan de andere
Ondertussen waren we gebakken en gekookt
Op de middag bij de Belg gaan eten. Alweer heel lekker. Daarna in ons zwembad gaan plonzen. Ook heel lekker! Vervolgens de fotoos van de video op de computer gesaved, en o wonder, ik ben er toch weer in geslaagd! De mensen gaan weer denken dat we helemaal alleen in Angkor waren
Duizenden toeristen zijn door een slimme cadrage naast de foto gevallen! Dus hoop en al nog redelijk kontent over het resultaat. Tijdens de pauze ook nog snel een "Cambodjaans" kledingstuk voor Haricot gemaakt uit een sjaal die ik bij aankomst in het hotel gekregen had. Kwestie dat hij toch niet altijd in zijn blauwe zwembroek moet poseren middenin de Cambodjanen hun cultureel erfgoed. En dan snel op weg naar Banteay Srey
Eigenlijk is dat een tempel die het meest tot zijn recht komt in de voormiddag, omdat dan de lichtinval het beste is, maar aangezien we die mensenkudde's zo moe waren hadden we het programma laten aanpassen, en alles zo omgegooid zodat we op de slechte uren gingen kijken om niet tussen de drommende massas zoiets moois te moeten bekijken. Ook een maat voor niets, zou even later blijken
Aan 't zwembad had ik al gemerkt dat er flinke, dikke grijze wolken kwamen aanzetten. Ik vreesde een serieus buitje en wou een set reserve kleren en enkele handdoeken meenemen voor 't geval we kompleet doorweekt zouden geraken. Paul vond dit een absurd idee. En ik, kieken, laat me weer doen natuurlijk. Dus géén grote handdoeken mee. Eén kleintje, nota bene een nat, om zich te "verfrissen" vond hij wel nuttig
Ook een maat voor
Onderweg naar Banteay Srey (35 km van hier) komen we dus in een gutsende, plonsende, spuitende bui terecht. Alles wat leeft wordt nat tot op zijn ziel! Het is een prachtig zicht! Al de huizen die al speciaal op hoge palen gebouwd zijn voor gelegenheden als deze, worden schuilplaats voor mens en dier. Iedereen kruipt bijeen onder het huis. Mensen draperen zich in een hangmat, de koeien zetten zich er gemoedelijk naast, een kip verzamelt al haar kuikens grootmoedig onder haar opengezette vleugels, de honden huppelen door de plassen naar huis. En de buffels zijn kontent : nog meer water! De kinderen amuseren zich een kriek en spelen in de beekjes van bruin water. Sommige mensen profiteren ervan om een douche te nemen. Een vrouw staat zich heerlijk te wassen, haar poep achteruit gestoken onder de spuitende afvoer van haar dak. Kompleet doorweekte kindjes hoeden hun even natte koeien, en loodsen heel de bende soppend over de weg. Enfin, 't is allemaal prachtig. Ik probeer dus de driver uit te leggen om af en toe te stoppen voor een foto. Ik zie een jongen met een grijze, aan zijn lijf plakkende, t-shirt enkele grijze buffels verdertrekken, op een grijze weg, onder een grijze hemel. Alle tinten grijs, en allemaal zo verschillend! De chauffeur anwoordt doodgemoedereerd dat ik seffes nog veel "koeien" zal zien. In de zon. Maar verdomme het gaat mij niet om koeien! En nog minder om de zon! Het ging mij om die 47.000 grijstinten in die foto! Maar zoiets begint ge natuurlijk niet tegen zo'ne mens uit te leggen. Dus inderdaad, na enkele kilometers stopt het efkes met regenen, en komt er een kudde rosse koeien over de makadam gelopen, en meneer vraagt of dat nu geen goei koeien zijn
Gelukkig dat onze Paul sliep want die zou met zijn missionarissennatuur weer aan een oeverloze uitleg begonnen zijn om die mens de zaak duidelijk te maken. (Zo heeft hij tegen beter weten in in Bangkok ook al een stadsplan onder de neus van een taxichauffeur die niet kon lezen geduwd. Was dat toch weer een pijnlijk moment! Maar ja, ik heb ooit een kam als kado aangeboden aan een kale monnik, dus ik zal maar zwijgen.)
Na bijna een uur kwamen we in de spetterende regen bij het tempeltje aan. Dit is er echt een kleintje. Hij is tegoei een honderd meter lang, terwijl de anderen terreinen zijn van hectaren groot. En het tempeltje zat alweer vol volk, ondanks het slechte uur van de dag, het tegenlicht dat fotograferen zo hopeloos maakt. Maar opeens werd de regen zo erg dat al de stromen toeristen allemaal tegelijk uit de stenen poortjes geperst werden. Iedereen ging er soppend vandoor, de meesten zonder jasje of paraplu. Heel mooi om zien, en dit was uiteindelijk wat we gevraagd hadden : een tempel zonder volk.
De tempel was uit roze zandsteen opgetrokken, en heel de aarde rondom veranderde in roze en oranje plassen die in een mum van tijd vrolijk beekjes werden. De bas-reliëfs werden donkerder door het vocht en dat maakte hen nog mooier. We sprongen van steen tot steen door heel het tempelcomplex. Ik met een lange rok (elke keer als ge neerhurkt om een foto te nemen ziet ge uw rok voorbijdrijven), een paraplu die lek was, en mijn camera met de groothoeklens, die er regelmatig op en af moest. Een gesukkel!!! Ge kunt het u niet voorstellen! Ik ben er bijna in gebleven van 't lachen. Temeer dat die paraplu te breed was om door al die deuropeningen te geraken, en er nergens een plafond of dak was waar ge efkes kon schuilen. En op zo 'n moment moet ge dan juist een batterij gaan wisselen. Paul sprong vrij grimmig achter mij aan, hij had zijn basketters aan en was nog in de fase om krampachtige pogingen te doen ze niet doornat te laten worden. Ik zat allang in de laatste fase : we laten alles maar vlotten, behalve de camera, die beschermen we ten koste van alles door er een paar dubbele kinnen over te draperen. Sokhoeun hotselde mee door de plassen en de regen, en ik zag hem twijfelen aan ons gezond verstand. Maar ik was toch zo blij eens ergens helemaal alleen te zijn!!!
De lucht rook heerlijk naar de frisse regen, en wij stillekesaan een beetje naar "natten hond". Het regenseizoen moet een ramp zijn voor de mensen in de paalwoningen hier, ze krijgen nooit hun kleren echt 100% droog. Een angstaanjagend idee. Vooral voor uwe neus
En mijn Haricot maakte dat allemaal mee veilig met zijn nieuwe kleren in een plastic zakske. En nergens, maar dan ook nergens vond ik een droog plekje om er een foto van te nemen
Het resultaat van de hoogst prettige uitstap was wel dat ik doorweekt tot op mijn vel terug aan de auto kwam. Paul wou zo lief zijn zijn halfnat mini-handdoekske aan mij te geven
En ik maar knorren dat hij mij mijn droge kleren en twee grote badlakens had moeten laten meenemen. Enfin, 't was te laat. Heb mijn kleddernatte wikkelrok dan maar uitgetrokken en dat piepkleine halfnatte doekske over mijn schoot gelegd. De leukere momenten waren dan wel als ik de chauffeur onverwachts vroeg om te stoppen, (om eindelijk dan toch een grijze buffel in de grijze modder te kunnen fotograferen) en dat ik over Paul moest kruipen om door zijn raam te filmen, terwijl Paul dan zo goed en zo slecht het ging dat mini-handdoekske over mijn achteruitstekende poep gedrapeerd moest houden. Hilarische momenten.
Onderweg naar Siem Reap nog efkes tot boven op de Pre Rup tempel geklommen om toch nog een piepklein zonsondergangeske te kunnen zien. De namen van de tempels zijn voor onze, nog steeds overvolle hersenen, niet te onthouden. Dus hebben we deze tempel nu al minstens tien verschillende namen gegeven, en ze worden altijd maar obscener, dus in 't vervolg noemen we hem gewoon de Schoonselhof-tempel, want er zijn zogezegd twee lijkverbrandingskamers in. (Vanzelfsprekend zijn de wetenschappers het er nog altijd niet over eens dat die kamers ooit dat doel gediend hebben. Comme toujours. Maar allé, 't is ne schonen uitleg, en dat telt ook.) Alles was er moesnat en Sokhoeun begon zelfs stenen te zoeken om in de plassen te leggen als stapstenen om Paul te helpen met zijn onmogelijke projekt om zijn schoenen alsnog te redden. Héél schoon! (En zo worden die tempels altijd maar lager natuurlijk
) Hier dan eindelijk toch een foto van Haricot genomen, met zijn schoon sarongske, bovenop die tempelberg in het ondergaande zonlicht
Thuis direkt in heet bad gedoken, want ik was doorkoud (a ja, die gasten kunnen niet in een auto zitten zonder de airco op vollen bak te zetten, ik denk dat ze anders vrezen dat hun auto niet rijdt ofzo.) En hier blijven eten. O jee. Wel een heel domme beslissing. Onverteerbare, taaie, half rauwe Chinese kost. Vanmorgen bij 't ontbijt waren een fritjes, en vanavond was er op heel 't buffet geen patatje te vinden. En de kok vond dat nog heel logisch ook : In morning are potatoes In evening no. Ben er maar niet verder op in gegaan. (Het ontbijt was hier anders heel goed meegevallen. Naast de eierbakker stond een meisje Chinese noedelsoep te maken, en ge mocht zelf uw ingrediënten kiezen. Maar in tegenstelling tot het rijtje voor de eierbakker stond er geen mens bij haar barakske aan te schuiven, dus hebben we haar maar iets voor ons laten brouwen, en dat was echt heel lekker.)
k Vraag me nu wel af hoe we morgen onze toer moeten gaan aanpakken. De richting van de toeristenkudde volgen, of tegenstroom gaan? De kudde is een marteling. Maar met het tegenlicht valt echt niet te fotograferen, het was vanavond al zo moeilijk en toen was het nog kompleet bewolkt. 't Is echt kiezen tussen de pest en de cholera
Zal er eens een nachtje over slapen. Paul is daar al lang mee bezig
21-01-2009 om 00:00
geschreven door Laathi
|