In de kamers naast mij, hoorde ik baby s huilen en nergens kon ik schuilen. Telkens hoorde ik pasgeboren baby s huilen, alleen niet die van mij. En nergens kon ik schuilen.
Ik sta bij je grafje. Verdriet giert door mijn lijf, lig je hier echt mijn kind? Ik wil gaan graven, waarom mocht ik je niet vasthouden bekijken voelen ruiken in mijn geheugen prenten. Men heeft je zomaar meegenomen en ik, ik heb je nooit meer terug gezien.