Koortsdreun
't Is triestig dat het regent in den herfst, dat het moe regent in den herfst, daarbuiten, - En wat de bloemen wégen in den herfst; - en de óude regen lekend langs de ruiten...
Zwaai-stil staan grauwe bomen in het grijs, de goede sidder-bomen, ritsel-wenend; - en 't is de wind, en 't is een lamme wijs van kreun-gezang in snakke tonen stenend...
- Nu moest me komen de oude drentel-tred, nu moest me 't oude vreê-beeldje gaan komen, mijn grijs goed troost-moedertje om 't diepe bed waar zich de warme koorts een licht dierf dromen, en 't wegend wee in lede tranen berst...
... 't Is triestig dat mijn droefheid tháns moet komen, en lomen in 't atone van de bomen; - 't Is triestig dat het regent in den herfst...
Karel van de Woestijne uit: Werken van Dishoeck, Bussum 1928
21-09-2018 om 16:26
geschreven door julie (Arlette)
|