Ik, Claude Hoofdstuk IVxml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Louisa straalde als een echte filmster, die kleine blonde troela. Fier als een pauw liep ze aan mijn arm door het dorp naar de kerk. Tijdens de plechtigheid werden haar ogen glazig en gelukzalig zag ze zichzelf al als bruid voor het altaar staan met mij aan haar zijde. Mijn gedachten gingen ook die kant uit, maar dan met een ander als mijn bruid. Als paria s werden we achteraan in de kerk verbannen, maar van daaruit had ik een uitstekend zicht op alle aanwezigen. De kerk zat stampvol. Alle notabelen van het dorp waren aanwezig. Zelfs de burgemeester! Dit bevestigde mijn vermoedens dat de familie Genova van het grootste belang was in hogere kringen. Na de plechtigheid werden we verwacht op de receptie. Plechtig stonden de fiere ouders langs het bruidspaar om felicitaties in ontvangst te nemen. Na deze verplichting zochten mijn ogen de feestzaal af. Louisa liet mijn arm geen moment los. Ik kreeg het flink benauwd door haar constante aanwezigheid. Plots gaf ze een gilletje en sleurde ze me mee naar de andere kant van de zaal. Uitgelaten op en neer springend begroette ze haar beste vriendin: Elena
Geheel onverwacht stond ik plots oog in oog met haar. Ik kon geen woord uitbrengen. Gelukkig had op dat moment niemand oog voor mijn aanwezigheid, zo kon ik haar onopvallend observeren. Zij was blijkbaar de babysit van haar jongere broertje en zusje. Een tweeling zo op het eerste zicht. Het jongetje had ik de vorige keer in de winkel gezien. Nu was hij helemaal opgekuist en hij blonk bijna als een spiegel. Zijn zusje was net een engeltje. Een jongere versie van Elena. Ik had onmiddellijk een hekel aan die twee snotapen. Zij waren op dit moment het grootste obstakel tussen ons. Door het geroezemoes door hoorde ik Louisa mijn naam vernoemen. Fier stelde ze me voor, maar voor ze me haar verloofde kon noemen nam ik elegant Elena s fijne hand in de mijne en verklaarde dat ik jongste vennoot was van Vermeers stoffen en kleding, waarna ik haar complimenteerde met de trouwjurk die zij uit onze stof hadden gecreëerd. Eerlijk gezegd had ik helemaal niet op de jurk in kwestie gelet. Als het ontwerp niet van mijn handen afkomstig was, kon het niet de moeite waard zijn
Duidelijk een bewijs dat de familie geen kapitaal meer in hun bezit had, anders hadden ze wel van mijn artistieke talenten gebruik gemaakt. Maar helaas, dit was niet aan hen besteed.
Galant boog ik me licht en kuste ik haar hand. Kleine, zachte blanke handen had ze. In ieder geval geen handen die het gewoon waren om hard te werken. Maar daar kon verandering in komen. Hard werken viel aan te leren, vooral na enkele maanden leerschool bij mijn moeder! Heimelijk had ik al leedvermaak bij het beeld van deze breekbare schoonheid die zich uit de naad werkte, voor mij. De glimlach die door deze gedachte op mijn lippen verscheen, werd aarzelend beantwoord door haar. Maar veel gelegenheid had ik die avond niet om met haar door te brengen. Die twee rotkinderen eisten haar volledige aandacht op. Het was duidelijk, die twee moesten op de één of andere manier uit de weg worden geruimd.
De bruidegom lustte graag een stevige pint. Al snel zag ik dat er met hem wel te praten viel. Zo vlug ik kon liet ik Louisa aan haar lot over en knoopte een gesprek aan met de bruidegom, die al niet helemaal vast meer op zijn benen stond. Hij bleek een echte Don Juan te zijn die de vrouwtjes wel kon smaken en na dit huwelijk zou daar geen verandering in komen. Daar maakte hij geen enkel geheim van. Ik vroeg me af hoe hij die vrouw dan had kunnen overtuigen tot een huwelijk. Eerlijk gezegd, als ik haar wat aandachtiger bekeek, echt gelukkig zag ze er niet uit.
Haar vader
Verklapte hij me zijn geheim. Je moet haar vader aan jouw kant krijgen. Hij is nog van de oude stempel. Hij gelooft nog in het arrangeren van huwelijken. Waarschijnlijk nog een overblijfsel van hun adellijke afkomst.
Voor ik nog meer vragen kon stellen werd hij aangeklampt door een ander lid van de familie. Zijn familie zonder twijfel. Nog een lallende Hollander.
Voor het avondfeest werden we niet uitgenodigd. Er was alleen voorzien voor de naaste familie en enkele goede vrienden. Een beetje beduusd dropen we af. Ik bracht Louisa naar haar fiets die op de hoek van de feestzaal stond. Ikzelf was te voet gekomen. De meeste genodigden hadden op die korte tijd zoveel mogelijk gedronken. Zingend en roepend liepen ze door de dorpsstraat om het feest in de plaatselijke cafés verder te zetten.
Weet je, fluisterde ze poeslief in mijn oor, we hoeven nog niet naar huis te gaan.
Meer uitleg had ik niet nodig. Ik nam het stuur van haar fiets over en met haar op het bagagerek reden we het pad achter de kerk in, dat het bos en de velden in leidde. Ik gooide haar fiets op de grond en wilde haar het eerste het beste bosje in sleuren, maar ze verzette zich en rukte zich los uit mijn sterke armen. Een beetje verder op het smalle pad zat een spierwitte poes brutaal naar ons te kijken. Haar vacht weerkaatste in het maanlicht. Louisa zette zich op haar hurken en met zachte woordjes lokte ze het dier. Ik begon het serieus op mijn heupen te krijgen. Altijd was ze in de weer met dieren en vooral met poezen. Ik had een hekel aan die beesten. Aan alle beesten eigenlijk. Als ik er over nadacht, moest ik ook niet veel hebben van mensen. Vooral vrouwen vond ik vervelende schepsels. Een noodzakelijk kwaad. Al even irritant als die verdomde katten. Ze nam het witte mormel in haar armen en begon haar liefdevol te strelen. Ik had dat kreng wel kunnen verscheuren. In de plaats van mijn noden werden nu die van die vervloekte vlooienbak bevredigd. Luid spinnend nestelde ze zich in Louisa s armen.
Ik moet je eerst iets vertellen, Claude! Fluisterde ze dwingend, terwijl ze zich neerzette op een omver gevallen boomstam. Ongeduldig zette ik me naast haar neer en verwachtte me weer aan haar onzinnig gekakel.
Ik heb fantastisch nieuws Claude! Nieuws dat ons hele leven zal veranderen, in de goede zin. Dit is hetgene waar ik om gebeden heb sinds ik jou ken
voorspelde ze.
Ik begon me een beetje ongerust te voelen. Ik kreeg het gevoel dat ik in de val gelopen was.
Claude
Ik ben in verwachting! We krijgen een kindje
Is dat niet fantastisch? Riep ze opgewonden uit.
Ik kreeg het warm en koud tegelijkertijd bij het horen van die woorden. Het werd even donker voor mijn ogen, waarna ik haar en die stomme kat in een bloedrode nevel zag verschijnen. Mijn handen kromden zich tot klauwen en ik hoorde mijn hart in mijn hoofd kloppen. Ik kon niet meer nadenken, niet meer ademen. Het was alsof mijn strot ter plaatse werd overgesneden. Ik boog me hijgend naar haar toe. Ze keek me met wijdopen gesperde ogen aan en ze deinsde zo ver mogelijk achteruit. Het beest in haar armen begon te krijsen en te blazen. Beschermend sloeg ze haar arm rond het vieze witte schepsel. Ik trok het beest met één ruk aan haar nekvel uit Louisa s armen. Spartelend hing het gillend en spuwend in mijn grote, krachtige hand te spartelen. Grijnzend keek ik Louisa aan en siste:
Luister goed naar me
ik heb hier niets mee te maken. Zorg dat je van dat duivelsjong vanaf komt of ik help wel een handje.
Zonder met mijn ogen te knipperen brak ik de nek van de kat met één ruk. Plots was het doodstil. Het krijsen was opgehouden. Alleen de zware onregelmatige ademhaling van Louisa galmde in mijn oren. Ze gooide haar benen naar de ander kant van de boomstam en holde huilend naar haar fiets. Zonder om te kijken fietste zo snel ze kon over het zandpad in de richting van het dorp. Ik gooide het levenloze kreng van de kat in de struiken en wandelde vrolijk fluitend met mijn handen ontspannen in mijn zakken naar huis.
|