Ezau nam zijn vrouwen, zijn zonen en zijn dochters, en
alle personen die tot zijn huis behoorden, zijn vee en al zijn dieren, en al
zijn bezit, dat hij in het land Kanaän verworven had, en ging naar een ander
land, weg van zijn broer Jakob, want hun bezittingen waren te groot dat ze bij
elkaar zouden kunnen wonen; het land waar zij vreemdeling waren, kon hen niet
onderhouden vanwege hun vee.
Genesis 36:6,7
Hier zien we opnieuw hoe de Heere mensen zegent die
met Hem wandelen. Ezau had zoveel vee dat hij moest verhuizen. Hun bezittingen
waren zo groot dat ze niet bij elkaar konden blijven wonen. En dan waren ze nog
vreemdelingen. Ze waren beiden zo gezegent, dat het land waar ze verbleven, hen
niet kon blijven onderhouden, vanwege al hun vee. En vee was rijkdom in die
tijd. Dus als God hen zegende, hoeveel te meer wil Hij ons zegenen, wij die Zijn
kinderen zijn. Het enige wat wij hoeven te doen, is een relatie hebben met de
levende God. Ons laten leiden door Zijn Heilige Geest. Door onze relatie en door
Gods leiding, willen we een heilig leven leiden, gelijkvormig worden aan Jezus
Christus en mensen het evangelie brengen. Zijn Koninkrijk zoeken en al de rest
zal ons bovendien geschonken worden.
Hemelse Vader,
U bent zo goed. U bent zo rechtvaardig. U bent zo
heilig. U bent het Heer die zegent of vervloekt. Heer, ik wil met U wandelen. Ik
wil U kennen. Ik wil Uw wil doen. Niet meer mijn wil, maar Uw wil Heer. Ik zal
Uw Naam groot maken en Ik wil dat Jezus wordt gezien door mij heen. En ik wil
graag Uw zegen ontvangen.
In de Naam van
Jezus Christus,
Amen.
|