Vandaag wil ik zoals afgesproken iets meer uitleg geven hoe ik de plooien  en de lichtval op het kleed heb gemaakt. Zoals ik reeds beschreven heb is het aanbrengen van contrasten en de daarmee gepaard gaande schaduwen en licht reflecties van uitzonderlijk belang om een object een driedimensionele uitstraling tegeven. Ook bij het maken van een stofuitdrukking zoals hier bij het kleed is dat van zeer groot belang. Als je nu op de foto kijkt dan zie je eigelijk de drie grote eigenschappen die je moet toepassen om een goede drapage te krijgen. In de eerste plaats is dat hou het eenvoudig. Ga niet onnodig veel plooien en vouwen weergeven want dan krijg je een onoverzichtelijk kluwen van lijnen en kleuren waarbij de toeschouwer wel eens het noorden zou kunnen verliezen. Tenzij je natuurlijk wilt dat er een meer onoverzichtelijk geheel ontstaat maar dat is in mijn geval niet van toepassing.
Ten tweede creëer in dit geval de donkerste schaduwen of slagschaduwen en ga vanuit deze donkere vlakken werken naar de lichte vlakken. Dit doe ik meestal door de lichtere vlakken op dezelfde manier  op te zetten en de twee vlakken (donker en licht) zodanig in mekaar te werken tot je een goede tussentoon krijgt.
Ten derde vanuit deze tussentoon werk ik dan weer aan de ene kant naar de donkerste slagschaduw en aan de andere kant naar de  hoogste lichtkant toe. Dit blijf ik net zolang herhalen tot ik tevreden ben over de verschillende tonen en tussentonen.
Als laatste handeling verdonker ik dan meestal de slagschaduw met puur zwart daar waar de slagschaduw het object raakt. En hoog ik het lichtvlak op met wit daar waar de grootste lichtintensiteit op het object valt. Deze laatste twee bewerkingen worden zeer karig toegepast en op het allerlaatste moment. Op deze manier verkrijg ik dan een object dat naar mijn menig alles heeft wat het nodig heeft om geloofwaardig over te komen bij de toeschouwer.
Morgen wil ik de stoel en het schilderijtje bespreken en daarna zullen we het afgewerkte schilderij nog een keer onder de loupe nemen.