k vind het niet zo gemakkelijk je blog te verbeteren k heb nog veel te leren hoor,hopelijk vind ik hoe het moet ,k hang daar in de midden en weet niet hoe t moet maar alles komt on orde,dat voel ik ,als ik al die mooie berichten zie,ben ik nog vere van ,allen de ze stuurden zeg ik bedankt?love roger
Er wordt oveel geschreven over pijn en pijn bestrijding maar; wat doe je als de pijn veroorzaakt wordt door suikerziekte. Voornamelijk de benen en de voeten? voorlopig kan ik mij verhelpen met toevoeging van magnesium en inspuitingen met vitamine b,voor de rest is t wel beter maar weggaan doet het niet. makelijk gezegd maar,voor de rest geloof ik niet dat tussen mijn twee oren zit(makelijker gezegd dan gedaan) mail roge.clement@skynet.be
(FOTO Het puin van Meessen)En daar noordelijk zijn nieuwe benden vijanden over den Yzer gedrongen, om de geblevenen op hun trefpunten te versterken. De onzen hier aan de rivier, bevinden zich als in een val, dan, want thans kunnen ze omsingeld worden. Ze hebben geen voeling schier met andere troepen, welke meer achterwaarts worden gehouden worden door het moorddadig spervuur. Den avond is gevallen, gewonden klagen als geheimzinnige schimmen in de duisternis. En weer halen wij een episode aan uit de reeds meer genoemd roerend werk van Marguerite Baulu. Er zijn mannen weggestuurd om versterking en munitie. De oversten wachten ongeduldig op den terugkeer. In dien tijd hoort sergeant Colette van het 8° die op den dijk staat, niet ver van de plaats waar majoor 'dOultremont gevallen is, een stem:"Golette, Colette neem een boekje; we gaan de dooden idetificeeren." "Popote( bijnaam van kommandant Pottier) wordt gek", mompelt de sergeant. Men ziet geen meter ver, want de natuurlijke duisternis wordt nog verzwaard door een mist, die de weerkaatsing van alle dingen verdoezelt, tot bleeke gezichten der dooden toe.Langsde helling ligt een lugubere rij van dooden,ineengewrongen, anderen met het geweer naast het lichaam, als slapend gelijk beelden van een grafzerk. Dan zijn er , die dwars over gewonden neervielen. Onder de lijken klinkt geklaag. Geen enkele gezondheidsdienst bereikt dit oord van ellend, in deze velatenheid doen officieren en soldaten voor hun gewoden, wat zij kunnen.Kapitein Pottier en de soldaten betasten de dooden. De eerste doode, dien soldaat Colette herkent is juist zijn luitenant. Kapitein Pottier, die dezen officier lief had, begint te weenen, terwijl hij bij het licht van een lucifer, welke den kapitein achter zijn jas beschut, den naam op het plaatje leest, snikt de sergeant het uit als een kind.De kogel fluiten en een ontrukken den lucifer aan de hand van den kapitein."Laten wij voortgaan", zegt deze,zich beheerschend.Uit een stapel lijken, die bijna tot aan de kruin van den dijk rijkt, halen ze drie gewonden,welke zich niet meer kunnen bewegen en ook niet meer de kracht hebben te spreken. Vervolg op 13.
Wij weten niet dat ooit eens de zon voor ons nog zal schijnen morgen? Wij weten niet wat ons het leven nog te bieden geeft, en daarom is het beter dat wij nog vandaag er 't beste van maken, genieten en gelukkig zijn, doen alsof wij nog een zee van tijd hebben. Laat ons de dag plukken alsof het onzen eersten is, want God alleen weet wat er ons te wachten staat, wij weten 't niet,en daarom doen alsof "er nooit geen eind aan komt."
Met de groetjes van ploef(die je nog vele mooi en gelukkige dagen toewenst)
Een dag zonder jou is ontbijt naast een lege stoel, werken,nadenken en missen,steeds meer,steeds erger.
Een dag zonder jou is de pijn die aan je vreet, de vragen zonder antwoord,'t huis komen,stil, geen enkel verhaal meer...alleen gemis.
Een avond zonder jou in weemoed en heimwee naar hoe het vroeger was.
Een lege kamer,alles is stil,niets leeft, beweegt. Je knuffels staren voor zich uit, alleen de klok flikkert zoals je ogen toen.
Weer een nacht dromen van jou, weer een nacht dichter bij jou. Een hopgevende gedachte,is mijn reis naar jou, om samen met de goede Vader, verenigd te zijn.
(Met de groetjes van ploef voor allen die er alleen voor staan)
Dat 't leven niet langer is dan een rol papier, hoe dichter 't einde komt hoe rapper 't voorbij is? Dat God ons niet alles geeft dat wij vragen. Dat geld ook niet alles goed maakt. Dat het de kleine dingen zijn die alles goed maken. Dat onder je vel iets verborgen zit dat alles goed maakt. Dat negeren van feiten niets verandert. Dat liefde niet alle wonden heelt, Dat om iemand te zijn ik mij tussen de mensen beheef. Dat niets aangenamer is dan de adem van je geliefde te voelen bij het slapen gaan. Dat niemand perfect is tot je er verlieft op wordt. Dat het leven hard is en ik nog harder. Dat kansen die ik mis door anderen worden genomen. Dat wat ik graag zag uit mijn leven verdwenen zijn. Dat de beste manier is je inzicht te verbeteren. Dat ik niet kan kiezen wat ik voel maar wel wat ik doe. (Met de beste groetjes van ploef)
(Foto op wacht te Diksmuide) Zwaar zijn de verliezen. De gewonden kermen,stervenden roepen om hulp of drinken. Vreeselijk wordt den aanblik op het veld."Grenadiers, volg mij?" klinkt de stem van den majoor. Hij stelt zich bloot aan het gevaar en zijn voorbeeld werkt verrassend. De marsch wordt voortgezet al dunt gestadig de groep.Luider schallen de hoornen. Daar ligt den dijk van den rivier, maar hem te bereiken is levens offeren."Grenadiers, volgt mij, wij zijn er roept weer d'Oultremont. En de mannen van het 8°zien dat een van van de laatste grenadiers en worden meegesleurd en karabiniers ook mengen zich in de schare...."Vooruit wij zijn er... daar den Yzer?" klinkt weer de stem van den koenen aanvoerder, om er boven wien de kogels fluiten, de granaten vallen,bersten en pletsen.En niets blijkt nu nog de Belgen te kunnen weerhouden, want daar zien ze grijze gedaanten als ratten uit de slooten en kuilen,van tusschen lich en riet,van uit het puin eener hoeve kruipen en vluchten."Daar zijn ze.?" klinkt het"Ze loopen weg? Ha ,de lafaards.?Vooruit?Dinant? Leuven?Dendermonde?"""Blaast ,klairons,blaast?" gilt 'd Oultremont, die zelf een geweer heeft genomen." Nog een sprong,vooruit, ze zijn terug geworpen?"En de weinige grenadiers, want de meesten zijn gevallen, stormen hijgend den dijk op,grijpen de Duitschers dan in een gevecht man tegen man, beuken hen het hoofd in of slingeren ze naar beneden,de helling af ,den Yzer in.Drenkelingen grijpen in doodsangst, huilend en tierend de pijlers van de brug.Anderen hechten zich aan het riet.Lijken drijven heen.Gewonden worstelen nog een wijle tegen den vloed,dompellen onder, komen weer even te voorschijn en zinken voor goed heen.De vijand is teruggeslagen en den bocht schijnt weer geheel van ons. Maar neen, ganch gezuiverd is hij niet.De vlakte is te groot voor onze wakke afdeelingen en vijanden zijn achtergebleven,groepeeren zich en bestoken nu de onzen in den rug, terwijl na een korte stilte ook van de overzijde de kanonnen huilen en de mitrailleurs knallen.En de helden, daar op den dijk, zijn nu als gegrepen tusschen twee vuren, of zelfs drie, want ook in den flank barst een hevig vuur los.Majoor d' Oultremont geeft zich rekenschap van den toestand.Is het dan nog geen zege?Even staat den kranige officier ongedekt. Dan valt hij als een boom neer....dood? Hier staat nu de schamele groep grenadiers, mannen van het 4° en het 8°grenadiers, maar samen slechts een handvol, hijgend nog van de buitengewone krachtinspanning,oververmoeid en met weinig munitie.(Wordt vervolgd op 12)
Als je leven wordt als de nacht, en nergens nog een lichtpunt is, dan eerst wordt het pijnlijk,als je leeft zonder liefde is het leven niet de moeite; om te bestaan. pluk je dag en maak er een vrolijke bedoening van,en geniet van alle kleine dingen om je geen,droom van al die mooie dagen die op u liggen te wachten. Geluk is niet altijd gelukkig zijn,want leven is een kunst je moet het leren beleven zonder tranen,zonder pijn,geloven in de liefde,blij zijn er te mogen zijn al de dagen van je leven je gegeven in dit aardse leven.
Leef het in vriendschap als in gezondheid, de waarde is niet geweten tot je ze verliest. Denk niet altijd wat er morgen komt, want alles gaat z'o snel voorbij. denk niet aan je zorgen maar geniet; wees blij. Niets heeft meer waarde dan vandaag. 'T leven is te kostbaar,te breekbaar, je moet je leven beleven en er 't beste van maken en stel niet uit tot morgen,en doe het nu terwijl je het nog kan.
Hoe komt het toch dat liefde kan eindigen en vriendschap breken kan? Waar zit em de oorzaak van 't mislukken.
Gaat het ook niet om kleine eenvoudige dingen 'in het elkaar beminnen zoals ons zelve. Ik ben zeker dat in liefde en vriendschap,kleine dingen niet kleiner zijn dan grote.
Als je 't efkens niet niet zitten,als de dagen om je heen eventjes teveel geworden zijn;denk dan eens goed na,sluit eens je ogen,stop watten in je oren en laat je geest de tijd om te ontsnappen aan de dingen om je heen.
Op den duur zul je weer blij zijn te ontdekken hoe mooi en duurzaam 't leven is,hoe mooi de dagen die u gegeven zijn nog wezen, hoe duurzaam al die mooie dagen in je leven zijn,hoe mooi en heerlijk deze wereld in elkaar verweven is. Laat alles maar weer los ,herneem je leven zoals 't is? met al zijn mooie en ook minder mooie kansen ,ontdek de mooie dingen in je leven en leer de mindermooie te laten bezinken, neem de tijd aan jou gegeven om nog gelukkig te kunnen leven want de beste zon is nog een blij gezicht. Met de groetjes van ploef)
Als ik een ijsberg was dan deed mijn hart hem smelten van liefde, dan zouden zilte tranen me reinigen. Als ik een wolk was; zou ik al uw zorgen mee dragen. als ik de liefde was; werd alles gekleurd met je eigen gevoelens. Als ik een vogel was;zouden mijn gedachten jou bereiken. Als ik een engel was; deed ik alles gedaan worden wat nodig was. Als ik de zon was zou er altijd warmte zijn. Als ik een boom was;dan zou er altijd een schuilplaats zijn voor je herinneringen. Als ik de maan was;kwamen alle mooie dromen in je geest binnen. Als ik een bloem was;vervulden heerlijke bloemen je hart. Maar; ik ben maar een mens,vol twijfels en onzekerheden maar vol optimisme omdat ik uiteindelijk maar een mens ben. (Met de groetjes van ploef) Love
Lieve Heer,Als ik 's avonds in mijn bed lig,prevel ik met gesloten ogen.,een lief en kort gebed. Heer zegen al mijn vrienden,waar zij ook mogen wezen,drijf hen weg uit de ellende;anders doet 't mij ook veel pijn. En God er is nog iets waarvan ik hoop dat jij het doet, een moeilijke vraag? 't en is niet niets. Zorg dat mijn computter 't altijd doet,'t is wel een vreemde vraag,maar nodig want ik zweer,en als ik het niet meende,dan vroeg ik 't niet. Ik heb veel vrienden leren kennen,door al wat ik van mensen kreeg,Z'o 't wordt toch even wennen als mijn computter 't niet meer deed. (Met de groetjes van ploef voor al mijn vrienden die ik zo heb leren kennen)
(Foto Gevechten om Nieuwpoort, Belgische soldaten verscholen achter een muur)Geen georganiseerde eenheid meer; ieder worstelt voor zich zelf,'t is een verwarring van met slijk en bloed bedekte mannen,het gelaat zwart van den rook der ontploffingen... zoodat het niets meer menschelijks meer schijnt te bezitten. en die soldaten strijden met moede gebaren en verwilderden blik,tusschen het flikkeren van een hellevisie. Wat gaat dat worden? Is het het einde van alles? Op dat oogenblik komt het bevel het offensief te nemen, en in een algemeenen tegenaanval kost wat kost den vijand over den stroom te werpen. De instruktie luidt als volgt;" Dat uw charge een wilde stormloop zij?"Als een stroom loopt dit order door de ontwrichte rangen.Al deze vlottende wrakken van troepen vormen weer een blok en ieder neemt plaats in die rij,daar waar hij zich bevindt; de troepen vermengen zich."Maar den stormloop stuit op het geweldig vuur.Artan de Saint-Martin, kommandant van het 3° bataljon van het 4° valt een der eersten.Hij heeft zijn mannen dapper aangevoerd, hen meegesleurd door de veschrikking, onder granaten, door kogels. De vijand heeft de beweging gezien, en vuurt geweldiger nog. De overste roept zijn soldaten hem te volgen,wijst den weg, maar stort in een watergang en werdwijnt. komandant De Hollogne neemt het bevel over.Wat al strijders vallen rond hem. De helft van het bataljon is wedra buiten gevecht. De een hecht zich aan het kruid,dat los laat en den ongelukkige plonst in den vliet , worstelt nog om zijn leven,zakt in het slijk, voelt zijn laatste kracht bezwijken en is nu geheel verloren;de ander kruipt, springt om een sprong voorwaarts te doen, wordt bij deze beweging door een kogel geraakt,slaakt een gil en valt bloedend neer. Weer anderen sterven zonder een blik,blijven bewaard voor een bangen, langen doodstrijd.Twee kompagnies van het 24° volgen het 4° maar zien den weg afgesloten door een gordijn van vuur.Ze kwamen niet verder, de afgematte soldaten, wien de vermoeienis van twee, drie weken op de leden weegt.Majoor Lauwers van de karabiniers wardt ernstig gewond.Wat later treft hetzelfde lot kolonel Biebuyck.Van het 3°bataljon van het 4° kunnen eidelijk nog slechts 190 man naar den weg van Schoorbakke wijken.Ook de grenediers hebben het zwaar te verantwoorden. Zij komen van Pervijse; marscheren nog in volkomen orde;het 2° bataljon van het 1° voorop, onder majoor 'dOulteremont.Deze heeft zijn mannen als volgt toegesproken:"Grenadiers den cijand is den Yzer overgetrokken Men vertrouwt u de eer toe hen terug te werpen.Als straks uw vrees beklemt, went u dan tot mij en volgt mijn voorbeeld?Vooruit, voor het recht, den koning en het vaderland?" In de naakte weiden, waarover het vuur schijnt te laaien, wordt de orde verbroken.De klaroenen schallen om de mannen aan te moedigen. Men ijlt over planken,welke bruggen vormen over de vlieten en buigen onder het gewicht, dan moet men door de verwenschte watergangen doorwaden, omhoog kruipen langs de glibberige oevers, en dat alles geschiedt onder het vreeselijkst bombardement in een orkaan van vuur.wordt vervolgd op 11.
Bij 't opstaan vanmorgen ben ik blij,blij omdat de zon schijnt,om de mensen rondom mij ,mijn hondje ploef,de kippen in den tuin en ook dat ik er nog mag zijn.'Kben blij met al mijn vrienden op de blogs,met de bloemen in de wijde en de bomen die zachtjes wuiven door de wind,die in alle stilte rondom mij vertellen,hoe mooi het leven nog kan zijn,met al zijn heel eenvoudige dingen. 'K ben blij dat God mij deze dag nog geven wil,het zit hem in al die eenvoudige dingen, je moet ze alleen maar willen zien en de kans grijpen om al die grootse dingen nog te voelen; nog te zien ;nog te begrijpen.
(Je krijgt van mij een dikken zoen en veeeeeeeelgroetjes van ploef)
Op een dag kwam een arme man bij een rijke man, De man was steenrijk en gierig.
De arme man nam de rijke bij de hand en leidde hem naar een raam. "Kijk naar buiten".zegde hij. De rijke man keek naar buiten,"Wat zie je ?" vroeg de arme man. "Mensen" antwoorde den rijke man.
Weer nam de arme man hem bij de hand en leidde hem naar een spiegel. "Wat zie je nu?" vroeg hij. "Nu zie ik mezelf", antwoorde den rijke man.
Toen zij de andere arme man? Onthoud dit goed: in het raam zit glas en in de spiegel zit ook glas, maar het glas in den spiegel is bedekt met een laag zilver,en daarom ziet men geen andere mensen in den spiegel,maar alleen jezelf.
Wie leeft van hebzucht en droomt van goud en zilver,ontmoet nooit een ander maar alleen zichzelve.
(met de groetjes van ploef,)ik ben terug van weggeweest en alles is weer beter,'t is beter 'thuis dan in het hospitaal ) Aan al wie mij bezoekt een mooie zondag en een mooi lang weekeind.
Als je niet kan worden wat je wil,blijf dan maar wie je nu bent, in liefde jezelf blijven geven is goed ,zelfs met al je gebreken. Ik hou van de dag want ik weet niet als 't morgen nog mag. Ik denk nu niet aan morgen,want ik weet niet wat morgen nog mag. Het gaat allemaal zo vlug voorbij en ik geniet ;dat maakt me blij. De waarde van vriendschap weet je te waarderen,wanneer je het verloren bent;want niets is toeval ,je kan er altijd wat uit leren.
(Op de foto da benne 'k ik)kijken naar morgen je bang maakt en achter je kijken triest, dan wordt je bang en kijk ik naast mij ;dan zie ik jou en wordt weer blij, een blik ,een woord een stille wenk, is een geschenk van jou. Ik ga weer even weg naar het Uz in Gent ,'k ben even weg voor een paar weken,hopelijk hoor je weer van mij in 't volgend weekeind.
Aan al wie mij bezoeken komt wens ik u een goede gezondheid en een mooi weekeind toe en hopelijk ben ik op 't weekeind 't huis want ik zal mijn ploefken missen jammer dat hij niet met mijn vrouwken mee mag komen op bezoek,maar ja ik zie hem wel weer volgend weekeind.
(Met de groetjes van ploef en tot weldra in 't volgend weekeind)
'T elkens weer ;zullen weer duizenden mensen zingen en bidden, duizende kaarsen zullen de duisternis verdrijven, duizende mensen zullen dankbaar Maria gedenken, en telkens weer zal men Haar bloemen schenken. Maria mijn Hemelse moeder,zo rein en zo goed en zo schoon,gezeten naast God op de troon,als een waterval glinstrend als kristal. U Maria ;U bent de moeder boven al.