Uit het rapport "Het kind in Vlaanderen" van Kind en Gezin blijkt dat er in 2011 in Vlaanderen minder baby's geboren werden dan het jaar voordien. De daling was er vooral in de tweede helft van het jaar.
In het Vlaams gewest zijn vorig jaar 70.319 kinderen geboren, waarvan 67.870 ziekenhuisbevallingen. Dat zijn 1.128, of 1,6 procent, geboortes minder dan in 2010.
Er zijn regionale verschillen. Zo is vooral een daling merkbaar in Antwerpen, waar het aantal bevallingen de afgelopen jaren met rasse schreden vooruitging dankzij de migratie. Het aantal verlossingen daalde er nu met 1 procent. Limburg, de provincie met de jongste populatie, is de sterkste stijger met maar liefst 1,4 procent. In de rest van de Vlaamse provincies bleef de situatie min of meer ongewijzigd.
Het percentage eerstbarende vrouwen daalde bescheiden en is met 45,8% het laagste dat we ooit hebben genoteerd. Toch een minpunt. De logica zegt dat hoe meer eerstbarende vrouwen er zijn, hoe groter de garantie is op meer bevallingen de jaren nadien omdat de meeste vrouwen het niet bij 1 kind laten. We mogen bijgevolg voor de komende jaren een terugval van het aantal bevallingen verwachten.
1.595 (= 2,3%) vrouwen waren 40 jaar of ouder op het moment van de bevalling. Een nieuw hoogte-record. 1.249 (= 1,8%) vrouwen waren geen twintig. Een laagterecord.
De gemiddelde leeftijd waarop een vrouw in Vlaanderen haar eerste kind krijgt is 28,3 jaar. Tien jaar geleden was dat 27,7 jaar en 25 jaar geleden was dat 25,7 jaar.
Er werden 1.254 (1,83%) meerlingen geboren: 1.241 tweelingen en 13 drielingen.
Bij bijna een kwart van de kinderen die in 2011 geboren werden, was het Nederlands niet de moedertaal, de taal die de moeder met het kind spreekt. Frans is de meest gebruikte andere taal (4,6 pct), gevolgd door Arabisch en Turks (telkens ruim 3 pct).
Omdat het aantal geboortes tot vorig jaar bijna voortdurend toenam, stijgt wel het aantal jonge kinderen in Vlaanderen. In 2011 ging het om 812.679 kinderen onder de 12 jaar, ruim 11.000 meer dan het jaar daarvoor.
|