Het schijnt dat de oude groote hofstede een overblijfsel dier heerlijkheid is of dezelve vervangt
Burgemeesters 1799
of Maire de Rolleghem
In 1769 werd te Moorsele Constantin France Vandermeersch geboren, hij trad in het huwelijk met Marie Theese Everaert en woonde op de plaatse. Hij bleef burgemeester en wierd lid van den Provincieraad, en stierf in 1849.
Van 1849 tot 1866
De zoon Constantin Vandermeersch
Van 1866 tot 1870
Joseph Warrot hij gaf onmiddelijk ontslag en August Herbau was dienst doende burgemeester.
Woordenboek der toponymie Du Flou: deel III, blz. 484: een tiende sectie te Rollegem.
Verwijs en Verdam blz. 1757-1758: splete (spleet) een van iets afgenomen deel, vooral van een leen. Ook in de betekenis van splitsing, splijting van een leen.
Woordenboek der Nederlandse taal blz. 276-77-78 n° 5: stuk land, dat in twee evenwijdige tongen of strooken uitloopt.
n° 6: afgespleten stuk; door splijten of splitsen ontstaan deel. Naar het schijnt alleen in toepassing op een afdeeling og afgescheiden deel van eengrondgebied of grondbezit of van een recht; ingezonderheid van een leen.
Fonds D’Ennetieres: 1868: het Mortaensche in Rolleghem: Nicolas François Du Boccage had twee partijen land “ genaemt de doorns” ( deze twee stuuken land zijn op de kaart aangeduid met de nummers 59 en 60) Land met doornstruiken begroeid?
Fonds D’Ennetieres: disland van Rolleghem cfr. Situering op plan.
Fonds D’Ennetieres: 2408: den disch van Rodelghem abouterende met de oostzijde jegens het landt B. De Smet, west jegens het landt Claeys de Smet, noord jegens ’t landt van voorgenoemde Claeys.
Aanwinsten VI 6848: heerlijcken renteboek der Heerlijckhede van Polliere of pomerie geleghen in de prochie van Rolleghem (1761) Vermelding van de naam in de beschrijving en situering van een stuk grond.
Woordenboek der Nederlandse taal deel 3 II/III blz. 2647-2648: disch: znw. m. disc, eng. Dish on diskr. Een oude ontlening aan grieks-Latijn discus, schijf, schotel.
1 tafel. 2 toonbank. 3 voor een maaltijd gedekte tafel. 4 de tijd dat men aan tafel zit, maaltijd. 5 hetgeen opgedragen wordt, maaltijd. 6 fonds waaruit armen bedeeld worden en vandaar armbestuur.
Het dischgoed= het goed van het armbestuur
Het dischhuis= het huis aan het armbestuur toebehoorende.
Loquela. G. Gezelle Blz. 115: Het dischland= grond die aanden dich, aan ’t armbestier toebehoort, dischgoed “De Bo”
Westvlaams Idioticon de Bo blz. 207: disc = armbestier, bureel van weldadigheid, fr. Bureau de bienfaisance.
Fonds Colens 204 leen gehouden van mijnen heere van Nevele, zich streckende binnen de prochie van Cortryck, Harelbeke, Rolleghem, Petegem en Heule.
Geschiedenis der stad Kortrijk door Frans De Potter (1873) Deel I, blz 257: de heerlijkheid van Diestveld bestond uit eene rente geheven op gronden te Kortrijk, Harelbeke, Hulste, Ottergem en Rollegem.
Zij behoorde in de loop der 15de eeuw aan Gillis van der Meere, ten jare 1496 aan Jacob Savarijs, in 1674 aan Joost de Bie, nadien aan Pieter Gilles Marissal die de bezitting verkocht aan C. de Gruson, echtgenoot van Anna Marren. In 1714 behoorde het aan de beide dochters van deze laatste.
Woordenboek der toponymie Du Flou: deel III, blz. 189: een groepering van parochiën in de kasselrij van Kortrijk, samengesteld als volgt: Dottignies, Coyghem, Espierres, Mouscron, Herseaux, Luingne,
Reckem, Lauwe, Aalbeke, Rolleghem, Belleghem, Marcke en een deel Kortrijk-buiten.
Cart. L. De Male I, 105 : (1349) : onze goede liede vanden XIII parochiën gheseten in ons castelrie van Curtricke
Sanderus A. Flandria Illustrata: (1641) Roede van de XIII parochiën.
Carte Fricks (1744) les 13 paroisses
Geschiedenis der stad Kortrijk I, 279: s.d. de dertien prochien.
Scabinale II, n 430: blz. 148 n° 9: zuid het straetken gaande van den lerberchboom naer Rolleghem, noord ende west ’t lant van J.Palatro.
Scabinale II, 430: landboek spijker Kortrijk 1644. De spijker Kortrijk had te Rollegem in totaal 59 percelen waaronder het crommestick.
- Bunder: benaming van een landmaat.
- Daar de landmaten, zoals ook de inhoudsmaten en munten verschillend waren van streek tot streek, is het zeer moeilijk de oude maten in de huidige om te zetten. Voor de omzetting verwijzen we naar het werk van K. Van Landschoot: 1 Kortrijkse bunder= 16 hondertlands= 400 roeden= 14176ha
Cartularium en kroniek van de abdij van Groeninge: 1650:……. Tegen tcrommebundere
Acten en contracten reg. 1494-1497, f° 122 v: zijn goet ghenaemt te Cromelins gheleghen in de parochie Rolleghem.
Studie van persoonsnamen in de Kasselrij van Kortrijk (1350-1400) door Frans Debrabandere. Blz; 260 n° 1109: crommelin te kortrijk: Jhan Crommelijn (1357-1361) Willem Crommrlin (1355) en nog vele andere –dim op –lin van krom.
Fonds D’Ennetieres: 2399 f° 3: eene partije landt genaemt de „coyweede“ paelende oost ende noord aan de hoirs van Jose Parent, zuid de beke ende west den meersch van den biscop van Doornijck.
Aanwinsten VI 6848: Joanne Parent: seven hondert meirsch den westkant palende int geheele…… oost dhoirs Louis van neste zijn zelfs coeijweede.
= heerlijcken renteboek van de heerlijckhede van Polliere of Pomerie geleghen in de prochie van Rolleghem.(1761)
Coeweide= of weiland – of recht om koeien op een land te weiden (Middelnederlands woordenboek 1674)
Aanwinsten VI 2126: Rentebouck vander heerlichede van Moorenacker besteckende op diverschen gronden van erfven daer geghouden die ligghen in de parochie van Curtrycke- 1601
Fonds D’Ennetieres: 2399 f° 6: vermelding de naam ‚t goet Costers (1761)
Acten en contracten reg. 1539-40 f° 97 : den goede ende leen tcosters ligghende inde parochie van Rodelghem.
Acten en contracten reg. 1521-22 f° 29: zijn goed genaemd ’t goet scosters
Acten en contracten reg. 1510-11 f° 34 ’t goedt Scosters.
Acten en contracten reg. 1494-97 f° 202: leengoed ghenaemt tgoedt tscoters ligghende binne voors. Prochie van Rodelghem groot…..
Woordenboek der toponymie Du Flou: deel 8blz. 425 : het goed te Costers: hofstede te Rollegem
Fonds Colens 206 leenboek van Cortryck (1649) vermelding van Goed te Costers. De groote denmbrement van eenen suyden anden erfgrond van Loys Guie in Doonick ende ande gronden Joos Hanecourt, vanden westen an ’t landt Pieter Verelst ende Joos Vanoverschelde, noort ande oost de wegh loopende van Tombrouck naar Cortryck ende ande landen van Gillis Van neste
Geschiedenis der stad Kortrijk door Frans De Potter: deel I blz. 275: te Rollegem: de heerlijkheden van Rollegem en van ’s Costers.
Fonds D’Ennetieres:2399 f° 11 : Jan Bapt. Du Mortier had een leen genaemt ’t goet te Corsellis. Liggende in de parochie van Rolleghem. Oost de straet leedende vanplaetse van rolleghem naar Tombrouck, zuyt, west ende noort sels cheijnslanden.
Woordenboek der toponymie Du Flou: deel 8, blz. 338: Te corselis: leengoed te Rolleghem.
Fonds Colens 306: Leenboek van Cortryck (1649) blz. 50 te Corselis
Oud sak 860 : Registre des fiefs et arrieres fiefs tenu du chat. De Courtray folio 442 Adriaan van Rokegem hield een leen genamt; “de coninginne”
Monografie van Rolleghem: blz. 50 ter coninginne
Woordenboek der toponymie Du Flou: deel 8, blz. 208: Ter Conninghine: leengoed te Rolleghem;
Fonds D’Ennetieres:1858 (1789): Livre des fiefs tenus et relevant de la Seigneurie tMortaensche dans les paroisses de Belleghem, Dottignies et autres. Blz. 87: leen genaemt de heerelyckheyde van Conninginne.
P. Boncquet: Heerlijkheid en Leen in de roede van de dertien parochies blz; 130 De “Coninginne” kan verband houden met de familienaam de Coninc (Koning, hij die de eerste prijs behaalt) en ander gelijkaardige bijnamen als Grave, de Keizer. “Coninc” betekent ook koning van een schuttersgilde.