Hieronder het achtste deel van "Uittrekseltjes uit mijn reisverhaal". Dinsdag, 14 november 2006. xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Het veldhospitaal.
Vannacht om 4 uur ineens een sms van UPS. De export-manager schrijft dat "Pandorake" sinds vrijdag vertrokken is! Wie van die kerels zit er nu te liegen?! Want gisteren had iemand haar nog in t pakhuis in Zaventem zien staan! t Was alleszins geen leuk begin van de dag. Waar op deze grote wereld zit mijn arme laptop nu toch?...
Vanmorgen hebben we de truuk gevonden om zelf onze pannekoeken en onze French Toast - wat wij verloren brood - noemen, op te warmen. Ge legt ze gewoon op de broodtoasterplaat!!! Een mens wordt toch slim hé!
We waren met Mek afgesproken om naar de achterzijde van t eiland te gaan snorkelen maar ze hadden hun longtail nodig om een excursie te doen. Dus stelden ze voor dat wij dan maar met een kanootje zouden varen. Ah nee, daar had ik nu echt geen zin in, want gesteld dat ge met zon prutsbootje in zon tropische bui terecht komt is weer heel uw boeltje nat.
Op de duur waren ze wel bereid om ons even met de longtail weg te brengen en ons drie uur later terug op te komen pikken op dat strand. Dat leek me best een leuk idee. Dan konden we gezellig onze spullen op t strand leggen in een plastic zak en rustig gaan snorkelen en als onze batterijen leeg waren konden we makkelijk even uit t water komen en ze verwisselen en als we moe waren eens efkes lekker op 't zachte zand in de zon gaan liggen.
Had ik gedacht dus.
Maar
De bootsman kon niet landen aan dat strand wegens te laag water, dus voer hij ons naar de griezeligste, venijnigste rotsen die ge u kunt voorstellen, Mek begon heel onze hebben en houden in een grote plastic zak te bergen en we konden met al onze rommel aan land beginnen zwemmen. Dat was nog niet zo erg. Maar dan moesten we blootsvoets aan wal kruipen. En ineens hoog genoeg omdat het vloed werd en onze rommel anders t risico liep om weg te spoelen als 't water ging opkomen terwijl wij aan 't snorkelen waren. Een zéér pijnlijke 10 meter voor voeten, knieën en handen want het waren van die lavarotsen waar dan ook nog eens, als extra geseling, dode oesterschelpen op gegroeid waren. Niks dan puntige, messcherpe dingen
Goed dat wij een harde training op de vloer van onze boomhut hebben gekregen
Dan die 10 meter terug naar 't water met onze vinnen en brillen en cameras... Wat een gesukkel... Mek stuurde de boot terug weg en bleef gezellig bij ons om mee viskes te kijken. Vanzelfsprekend bleek de interessante plek 500 meter verder te liggen. Dus, flink sprintje getrokken, maar wat we daar te zien kregen was mooi. Niet te vergelijken met de zachte koralen aan de twee rotskes aan onze kant maar wel de moeite. En 't was lekker laag water dus we zaten met onze neus echt boven op de koralen.
Grote platte ovalen schijven bezaaid met ontelbare bloemvormige topjes, ronde bollen met putjes als honingraten, ingewikkelde spiraalvormen, voorhistorische monsterschelpkes, blauwgrijze groepjes die eruit zien als termietenheuvels met zachte afgeronde toppen, een enkel eenzaam breinkoraal, waarvan het oppervlak lijkt op menselijke hersenkronkels, en mijn favoriete doopvontschelpen, in álle kleuren!
De voorhistorische monsterkes.
En ja, sorry, weer een reeks van mijn geliefde doopvontschelpen... Ik kan 't écht niet laten :-) Ze hebben hun naam te danken aan 't feit dat ze vroeger in de kerken als doopvont werden gebruikt, ge ziet ze ook nog veel als wijwaterbakje.
Hiervoor drie foto's van mondjes, en nu het poepeke...
Beloofd, nu stop ik weer voor minstens twee dagen met u doopvonten te laten zien. Maar ze zijn echt een verslaving voor een macro-fotograaf. Voor Japanners zijn ze ook een verslaving maar dan voor hun tong. Maar ja, wat spelen Japanners en Chinezen nu niet binnen?... Ik heb er ooit eens soep van gegeten in Florida, maar het smaakte naar niks. Dus ik moet die beesten niet in op mijn bord hebben, voor mijn lens is zovéél leuker!
Hier ziet ge een doopvontschelp die zich vastgezet heeft op een bol koraal met daarrond die mooie schijvenkoralen (waar ik toch dringend de naam eens van ga moeten opzoeken...)
Mek had zonder dat ik het wist een doopvontschelp losgewrikt om het vlees (of moet ik zeggen "de vis"?) aan de vissen te kunnen voederen. Ik ben hier niet zo'n voorstander van. Maar kom, er groeien er hier echt wel heel veel.
Een breinkoraal. Heel vergelijkbaar met de krulletjes van onze hersenen.
Een koraaltje waarvan de poliepjes openstaan. Iets wat je zelden overdag ziet.
Weer weinig vissen gezien maar mooie fotos gemaakt van de interieurkes van de doopvonten. We moesten wel zuinig zijn op onze batterijen want we konden niet efkes een kilometerke over en weer zwemmen en rap aan land stappen om te gaan wisselen.
Na drie uur plezant ploeteren moesten we onvermijdelijk dus terugzwemmen en weer die rotsoever op sukkelen om ons gerief te gaan halen. En toen liep het mis, Paul gleed uit en viel met zijn knie op één van die scheermesstenen. Een diepe brede snee, net onder zijn koraalwonde van gisteren. Mek had een koelbox met ijs en fleskes water mee genomen en dus konden we de wonde wel een beetje zuiveren en koelen tegen de pijn. Al snel kwam de boot eraan en konden we terug maken dat we aan boord sukkelden met al onze rommel. Ik zit altijd te zeggen dat duiken voor mij een te groot gedoe en te vermoeiend is maar dat snorkelen is eigenlijk toch ook niet altijd zo simpel als ge er bij stilstaat. (Gesteld dat ge op die moment op die rotrotsen de kans had gehad om ook maar érgens bij of op stil te staan.)
Bij mij vallen de kwetsuren nogal mee op dit moment. Op de meeste reizen zie ik er rond deze tijd al veel erbarmelijker uit. Gisteren heb ik mezelf een beetje beschadigd omdat ik per ongeluk een pirouette tijdens t fotograferen maakte omdat ik te lang onder was gebleven en ik wist dat ik onder een rotsrand zat, dus ik wou mijn kop beschermen om daar niet tegen te knallen bij t boven komen en ik kwam er, knots, met mijn elleboog tegen terecht. Op zich niet erg, maar t is een ambetante plek om een wondje te hebben want ge steunt er altijd per ongeluk op. Zeker tijdens 't genot van diner in 't restaurant...
Paul zijn snee is een heel stuk bangelijker. We hadden een héle grote plakker nodig en die had ik niet in mijn medicijndoos zitten. Dus zijn we na de picknick maar even naar de receptie gegaan in de naïeve veronderstelling dat die wel een serieuze EHBO-kit zouden hebben voor al die kindjes die hier tussen die rotsen rondsukkelen en toch ook al wel eens zullen toegetakeld geraken kan, dat toch niet anders! Dacht ik dus.
De lieverds kwamen voor de pinnen met een klein emmertje, waarin een flesje met een bodempje alcohol zat, een flesje met tinctuur, enkele heel kleine pleisterkes en waar op de bodem twee onverpakte proppen watten rondslingerden. Dat was dus de Eerste Hulp-doos van t hotel. Meer was er niet. Voor een hotel met in t hoogseizoen 300 gasten!!!
Ik mag er niet aan denken als hier ooit iets ernstigs gebeurt
Gaan ze dat dan repareren met hun ondoorgrondelijk glimlachje of een gebedje voor Phra Prot? Meer mogelijkheden zie ik hier echt niet.
Lichtspiegelingen op 't zwembadwateroppervlak. Er is toch zo veel moois op deze wereld als ge er maar even bij stil wil staan...
We hebben ons dan maar t aan t zwembad geploft maar voor mij was t niet boeiend want er zaten een paar kinderen kabaal in te maken. Paul daarentegen sliep binnen de minuut als een roos. Ik wou wat op t strand gaan liggen maar ik ben er niet zo gerust op dat er geen zandvlooien zitten. Ik heb hier een baby-tje gezien dat zo erg gebeten was dat het eruit zag als een vliegenzwam. t Kunnen ook mazelen zijn, zon kenner ben ik niet. Maar de mama zegt dat t beten zijn.
Dus ben ik maar wat stenen en planten gaan fotograferen. Ik geraak op al die vormen en kleuren toch niet uitgekeken.
Lees verder : 9. "Manke Tarzan." Klik hier.
|