Het veertiende uittreksel uit mijn reisverhaal. Nog altijd zaterdag 18 november dus...
14. Spartelen, dabbelen en verdrinken voor de goeie zaak...
Het snorkeltripje was bij momenten wel een beetje een uitputtingsslag want sommige van de grootste anemonen zaten op 6 meter diepte en als ge dan een paar keer een verkeerde instelling op uw camera gemaakt heb en ge komt daar telkens voor niets beneden aangesparteld, merkt dat het met deze belichting echt niet gaat lukken, moet dan hangend aan een rotske met uw knopkes zitten frutselen, en moet dan weer heel de weg zonder lucht naar boven dabbelen
wel, dat is een verdraaid vermoeiende bezigheid. Dus mijn foto's op grotere diepte zijn niet echt goed geworden. xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />
Gele waaierkoralen met papegaaivissen.
Donkerbordeaux waaierkoraal.
Clownsvisjes.
Zachte groene sponsachtige minikoraaltjes.
Clownsvisjes met op de voorgrond een geel groene zachte koraal.
Een paarse koraalschotel midden tussen de witte sliertkoralen. Bemerk rechts aan haar voet de zigzag-opening van een dode doopvontschelp.
Vaaskoraal.
Een zachte witte koraal die op een dode doopvontschelp gegroeid is.
Zachte bruine koraaltjes in de vorm van bloemen.
Harde groene takjes met purperen uiteindjes.
Detail van de purperen topjes.
Harde bruine koraal. Zie hoe fijn al de poliepjes zijn. Ze lijken wel op gebitjes! Als die naar de tandarts moet... Ocharme...
Ik begin toch een beetje moe te worden...
Na twee uur kwam er wat golfslag en begon ik helemaal te verdrinken, (ik was per vergissing vertrokken met een verkeerde luchtpijp. Deze was 6cm korter en dat scheelt u bij een wilde zee toch wel een literke zeewater dat ge per ongeluk langs boven binnengeklotst krijgt). Ik was ook echt moe, mijn bril dampte konstant aan, dus die moest ik om de paar minuten uitdoen en poetsen en ondertussen maar proberen om niet tegen die scherpe rotsen gesmakt te worden. t Was dus wel een beetje lijden en afzien maar de foto-oogst is verrukkelijk!
Ik hoop dat het morgen bij laag tij weer zo zalig zonnig is, dan kunnen we hier terugkomen. Enkel bij eb is t hier te doen anders moet ge om de mooiste dingen te zien veel te diep duiken.
Toen we terug in de hut kwamen waren we zo enthousiast over ons fotokes dat Paul mijn boterhammekes gesmeerd heeft, want anders had ik zelfs niet gegeten en was ik blijven kijken naar mijn superscherpe anemoonvisfotokes! (Waarvoor ik elke keer mijn lenzen uit mijn ogen moet prutsen om ze eens goed te kunnen bekijken. Oud worden
)
Na de picknick (maar dan was t al wel vier uur!) besloten we naar de noordpunt van het eiland te wandelen omdat we toch zo graag dat nieuwe Chateau Hill Resort eens wilden gaan bekijken.
Het eerste stukje van de tocht, om langs de rotsen te klauteren die onze baai scheiden van het lange strand, is lastig, maar daarna wordt het een eenvoudige strandwandeling.
Langs onze stevige liaan naar beneden. Zo eens iets anders als de tram of de metro moeten nemen om ergens te geraken.
Flink bezweet, maar we zijn er toch alweer geraakt!
Er is hier nog weinig gebouwd : enkele goedkope bungalowhotels, twee restaurantjes, twee massagehutjes, meer niet. Hun verlichting bestaat uit een lampje dat in een staketsel van stokken hangt die in t zand gestoken zijn en waarrond een kleurige lap stof gewikkeld is. Net zoals op Koh Lanta. Sfeervoller en eenvoudiger kan niet.
De rest van het strand is wild en verlaten, en de begroeïng erachter nog ongerept.
Jammergenoeg gaan ze er toch nog een nieuw hotel bijbouwen... Ik hoop dat het hier bij blijft...
In de tractorsporen voor de aanbouw van 't nieuwe hotel.
Opspattende golfjes met longtailboten onder een prachtige avondhemel...
Een van de eenvoudige restaurantjes.
Na een eindeloze wandeling door t zachte zand met prachtige avondluchten boven Koh Ma kwamen we eindelijk in de pikdonkere aan dat Chateau Hill Resort aan.
De inkom van dit prachtige resort.
In de lobby.
Het zag er feeëriek uit. De bomen waren versierd met lichtslingers, en de inkom van het hotel was een stenen poort met daarachter een lange laan met fakkels, stenen waterbakken met watervallen en planten en beelden en basreliëfs. Heel knap. Het roept een beetje de sfeer op van het eilandraad-decor in Expeditie Robinson.
Een Australiër kwam ons begroeten en we kregen direkt een rondleiding door t complex in een golfwagentje aangeboden. Ja, t hotel is nog maar 3 weken geopend en ze zoeken dringend gasten natuurlijk. Eerst reden we door schitterende decors, met beelden en waterpartijen, en dat alles prachtig uitgelicht helemaal tot boven waar op 45 meter hoogte hun zwembad gelegen is. Overdag moet ge er een magnifiek uitzicht hebben!
In de tuin, tussen vijvers, en te bereiken over een stapstenen-paadje staat een geestenhuisje dat zo fijn afgewerkt is dat het het mooiste poppenhuis overtreft. Het is zelfs bevolkt met kleine monnikskes! Het heiligdom komt recht uit een sprookje. Elk gebouw heeft hier zijn eigen "geestenhuisje". Om de geest die de grond bewoonde voor iemand er zijn woning neerplantte. Die plek wordt zeer zorgvuldig door een priester bepaald want de geest moet gelukkig zijn anders brengt hij ongeluk. De arme mensen bezitten zeer kleine en sobere geestenhuisjes waar dagelijks geofferd wordt. Maar een sjiek hotel als dit kan zijn geest een beetje extra verwennen natuurlijk...
Zijpaviljoen van 't geestenhuisje.
Inkijk in het geestenhuisje. Zeg al maar geesten-"villa".
De Australiër liet ons dan drie types van kamers zien, maar die vielen eigenlijk tegen. Ze waren wel groot, en ze hadden ruime terrassen met ligbedden, maar er was weinig typisch Thais aan. Het enige echt speciale was dat de douchekamer (er was niet eens een bad!) met een glazen wand gescheiden was van een mini-binnentuintje waarin een watervalletje stond, en door de volgende glazen wand keekt ge dan uit op t terras en de zee, zodat ge al douchend de zee kon zien.
De slaapkamer zelf was heel sober gedecoreerd, het enige typische was eigenlijk een groot Thais schilderij boven het bed. Maar de ramp waren de kasten! Die waren precies gekocht in een Stock Americain, het leken wel oude ijzeren kazernekasten. Niet te doen. Hoe prachtig het hotelgebouw en de gemeenschappelijke delen zelf gedecoreerd waren, zo mislukt waren de kamers. Ze hadden totaal geen persoonlijkheid. Ik had veel spectaculairdere kamerinrichtingen verwacht.
De man probeerde ons natuurlijk zon kamer te verhuren aan een soft opening- prijsje. De startprijzen lagen tussen de 2000 en de 3000 bath, maar ge had er zeker en vast nog af kunnen pingelen, want er waren nog maar 3 van de 30 kamers verhuurd. Maar het interesseerde ons echt niet omdat onze boomhut, hoewel veel primitiever, toch veel charmanter is, en trouwens voor enkele dagen nog gaan verkassen dat vinden we toch de moeite niet.
We zijn er wel blijven eten. Helemaal alleen in een groot open restaurant halverwege de heuvel met zicht op zee en op al de verlichte beelden op de helling. Onmiddellijk kregen we gezelschap van twee stompstaartpoezen en een hond van t laag model met grote kop. (Bangelijke inteelt van honden is dat hier, het zijn precies allemaal tempelmonsterkes. Ze zijn dik en stevig maar staan op heel korte pootjes, hebben een lang robuust lijf en een kop die twee maten te groot is voor t geheel.)
Diner in goed gezelschap!
Geef toe, aan zo'n hondeblik kunt ge toch niet weerstaan?... Dus de helft van ons eten is weer in de poezen- en hondenbuik verdwenen. Dat wordt hier echt een gezondheids- en vermageringskuur. Geweldig, want meestal is 't op vakantie kompleet het tegendeel :-)
Het eten was goedkoper en lekkerder dan in ons hotel (maar dat laatste kan ook moeilijk anders natuurlijk.) De cola werd desalniettemin toch weer geserveerd in een fleske met een rietje. Merkwaardig want het begrip "linnen servet" was hier al wel doorgedrongen.
Na t eten zochten we al onze moed bijeen om die kilometers terug over dat pikdonkere strand te gaan dabbelen. Er zat niets anders op want dit hotel had geen boot, dat hadden we bij t binnenkomen al aan de Australiër gevraagd.
We hadden het plan opgevat om tot aan het Fantasy Hotel te stappen en daar te vragen of we een taxiboot tot achter onze rots konden krijgen. We waren dan ook nog onze pillamp vergeten dus ik zag heel erg op tegen dat laatste stuk hoe we in godsnaam in t stikdonder over die rotsrichels gingen moeten sukkelen om terug in onze eigen baai te geraken
Die moest ik toch even knuffelen. Hij trok zo erg op onze Ming. Die heeft, als Vietnamees, ook een stompstaartje.
We betaalden de rekening en ik poseerde nog even met de Ming-achtige poes in mijn armen en opeens stond de Australiër voor ons : Ive arranged a boat for you!
Ik had de kat én de man kunnen kussen!!! Die kerel was er ongevraagd in geslaagd om van t Fantasy Hotel een longtailboot te laten komen (beide hotels zijn van dezelfde eigenaar) waarmee hij ons efkes als gratis service naar huis ging laten varen!!! Ge kunt niet geloven hoe kontent ik was om niet over dat donkere strand en die boomwortels te moeten gaan sukkelen op den tast!!!
De Australiër en de hond begeleidden ons tot beneden aan t strand en inderdaad daar lag een longtailboot op ons te wachten! Ondertussen was het hoogtij dus de boot lag vooraan in t water en ze hadden zelfs een tafeltje als opstapje in zee gezet zodat we vrijwel droog aan boord konden klimmen! Wat een luxe, wat een onverwachte verwennerij!
De binnenkant van de longtailboot, op de achtergrond zie je nog net de feeërieke lichtjes van 't Chateau Hill Resort.
Lang droog zijn we niet gebleven want er stonden hoge golven en binnen de minuut waren we al helemaal nat gesproedeld. t Was een zalig tochtje onder de sterren! De bootjongens begrepen echter niet dat we niet naar t Fantasy Hotel moesten maar naar t Koh Ngai Resort. Dus hebben we hen toch eerst moeten laten aanleggen aan de Fantasy alvorens we met een pantomime konden gaan uitleggen dat we nog een baai verder moesten zijn. Geen probleem, wij werden enkele minuten later netjes gedropt aan onze pier. Het uitstappen was heel moeilijk door de golfslag en de wind maar we geraakten met een grote sprong toch veilig op t droge. (In uitgaanskledij moet ge hier zeker niet op stap gaan.) De jongens rijkelijk beloond. (Ah ja, in den donkere kunt ge toch niet zien welk geldbriefke ge ze geeft.)
Op de hotelcomputer zijn we dan onze mail gaan lezen en bleek dat Paul een fout heeft gemaakt in de data van de reservering voor ons super-de-luxe-hotel op Krabi. We kunnen er pas een dag later dan gepland terecht. Maar daar gaan we niet om treuren, dan blijven we gewoon een dag langer op deze paradijselijke plek. Ik denk niet dat dit hotel al ooit gasten heeft gehad die langer dan 16 dagen gebleven zijn. De meesten houden het na een dag of drie voor bekeken. Ofwel dood door verveling ofwel door de honger.
En nu gaan we na deze eerste echte rustdag (dit wil zeggen dat we eens niet hebben moeten zitten bellen met UPS) lekker slapen in onze groezelige, rommelige, knusse boomhut.
De temperatuur is hier goddelijk! Ge kunt snorkelen - zonder wetsuit - in een warme zee, de hele dag in bikini of pareo rondsleffen, s avonds nat op een boot zitten zonder kou te lijden, en toch kunt ge s nachts slapen zonder de airco op te zetten. Wat wilt ge nog meer?! Ja, OK, lekker eten misschien. Maar och, een mens kan toch niet alles hebben?
Lees verder : 15. "Mirakels bestaan nog in deze uithoek." Klik hier.
|