Sei que a alma se ajeitou Ik weet dat de ziel zich klaarhoudt Tomou a voz nas mãos Om de stem te ontvangen Rodopiou no peito Die ronddraait in de borst E fez-se ouvir no ar En die zich laat horen in de lucht E eu fechei meus olhos En ik sloot mijn ogen Tristes só por querer Eenzaam door het verlangen om Cantar, cantar Te zingen, te zingen E uma voz me canta assim baixinho En een stem zong zachtjes in mij E uma voz me encanta assim baixinho En een stem betoverde me zo zachtjes Sou do fado Ik ben van de Fado Sou do fado Ik ben van de Fado Eu sou fadista Ik ben fadista Sei que o ser se dá assim Ik weet wel dat het zo is Às margens onde o canto Aan de grenzen vanwaar het lied Recolhe em seu regaço Terugkeert in uw schoot As almas num só fado De zielen in enkel fado E eu prendi-me a voz En ik wordt geraakt door die stem Como a guitarra ao seu Zoals de gitaar door zijn Trinado, trinado Getril, getril E uma voz me canta assim baixinho En een stem zong zachtjes in mij E uma voz me encanta assim baixinho En een stem betoverde me zo zachtjes Sou do fado Ik ben van de Fado Sou do fado Ik ben van de Fado Eu sou fadista Ik ben fadista
'à Pinheiro Meu Irmão' canta por Manuela Cavaco...
Ó Pinheiro Meu Irmão
Oh Pijnboom Mijn BroederLetra e Música: Amália Rodrigues e Carlos Gonçalves
Ribeiro não corras mais Rivier gij stroomt niet meer Que não hás de ser eterno Want gij blijft niet eeuwig O verão vai-te roubar De zomer zal van u stelen O que te deu o Inverno Wat de winter u gegeven heeft
Até a lenha do monte Het hout van de stapel Tem sua separação Wordt gescheiden Duma lenha se faz santos Van het ene hout maakt men heiligen E d'outra lenha En het andere hout Se faz o carvão Wordt gebruikt als brandhout
Ando caída em desgraça Ik ben terechtgekomen in ellende O que é que eu hei de fazer Ik weet niet wat te doen Todos os santos que pinte Alle heiligen zijn vol van kleuren Demônios têm que ser Demonen hebben dat niet
São tão grandes minhas penas Mijn smarten zijn zo talrijk Que me deitam afogar Dat zij mij zullen verdrinken Vêm umas atrás das outras Zij komen de een na de andere Tal como as ondas Zij zijn zoals de golven Andam no mar die elkaar opvolgen in de zee
Apanho e como as raízes Verslagen ben ik, maar zoals de wortels Que estão debaixo da terra Onder de grond blijven Só as ramas não as como Is het slechts het loof Porque essas o vento as leva Dat meegenomen wordt door de wind
Ó pinheiro meu irmão Oh pijnboom mijn broeder Tu também es como eu Jij bent ook zoals ik Também tu estendes em vão Eveneens wordt jij groter in de ruimte Ó pinheiro meu irmão Oh pijnboom mijn broeder Teus braços p'ró céu Met uw armen gericht naar de hemel
Adélia Pedrosa en de grote fadista, de weemoedige Sebastião Robalinho, zingen samen deze geïmproviseerde fado van Joaquim Pimentel. Dit is één van de eerste opnames uit hun carrière.
In deze video hoor je hen afwisselend vragend (desgarrada) zingen, waarop een antwoord volgt.
Coze-se a sapateira, abre-se, e separam-se as patas. Da carapaça retire um saquinho de areia preto que está junto à boca, de seguida, retire para uma tigela tudo o que houver comestível dentro da carapaça. Batem-se as partes moles, que ficam na casca, com a carne que se tira das patas e os restantes ingredientes. Ponha o recheio na casca, e ponha esta num prato sobre folhas de alface e à volta decore com a restante sapateira. Sirva acompanhada com fatias de pão torrado.
Voorbereiding
Borstel de verse krab schoon en dompel ze in water dat met een ongepelde ui, laurierblad en een beetje piripiri (of ter vervanging tabasco) aan de kook is gebracht. Breng het weer aan de kook, draai het vuur laag en laat de krab 15 minuten pocheren.
Bereiding
Breek de scharen en poten van de gekookte krab af. Breek voorzichtig de onderkant van de schaal, verwijder de longen en andere harde ongerechtigheden en dompel de schaal zonodig even in koud water om restjes zand te verwijderen. Snijd de inhoud van de schaal samen met alle andere ingredienten fijn. Maak de krabbenschaal schoon en vul ze met de op smaakgebrachte massa. Strooi er nog wat extra peterselie over en leg de scharen en poten van de krab er omheen. Opdienen met sneetjes geroosterd brood.
A morte saiu à rua num dia assim Naquele lugar sem nome para qualquer fim
Uma gota rubra sobre a calcada cai E um rio de sangue de um peito aberto sai
O vento que da nas canas do canavial E a foice duma ceifeira de Portugal
E o som da bigorna como um clarim do céu Vao dizendo em toda a parte o Pintor morreu
Teu sangue, Pintor, reclama outra morte igual Só olho por olho e dente por dente vale
À lei assassina, à morte que te matou Teu corpo pertence à terra que te abracou
Aqui te afirmamos dente por dente assim Que um dia rira melhor quem rira por fim
Na curva da estrada hà covas feitas no chao E em todas florirao rosas de uma nacao
Laat je meeslepen door de prachtige klanken van dit lied van Zeca Afonso voor mij onvertaalbaar in woorden de melode spreekt voor zich: een schilder wordt vermoord op straat
O Dia de Portugal, de Camões e das Comunidades Portuguesas!
De Dag van Portugal, Camões en de Portugese Gemeenschappen is de dag waarop het overlijden van Luís Vaz de Camões (10 juni 1580) herdacht wordt en is tevens de Nationale Dag van Portugal.
Gedurende het autoritaire regime van de Estado Novo van 1933 en tot de Anjerrevolutie van 25 april 1974 werd hij als de Dag van het Ras gevierd, het Portugese ras!
Lembranças, que lembrais meu bem passado, Pera que sinta mais o mal presente, Deixai-me, se quereis, viver contente, Não me deixeis morrer em tal estado.
Mas se também de tudo está ordenado Viver, como se vê, tão descontente, Venha, se vier, o bem por acidente, E dê a morte fim a meu cuidado.
Que muito melhor é perder a vida, Perdendo-se as lembranças da memória, Pois fazem tanto dano ao pensamento.
Assim que nada perde quem perdida A esperança traz de sua glória, Se esta vida há-de ser sempre em tormento.
.oOo.
Herinnering die mij geen rust meer laat en dieper voelen doet hoe ik verstarde: geef mij een leven dat ik wél kan harden, laat mij niet afsterven in déze staat.
Maar als het moet, als het niet anders gaat, doe dan in deze ellende enkele flarden geluk verdwalen om een zeer benarde voordat de dood hem uit zijn lijden slaat.
Liever gestorven zijn dan nog in leven zolang herinneringen blijven boren en schade doen en nooit zijn uitgewoed.
Wat is aan een verlorene verloren die ook de laatste hoop heeft opgegeven en levenslang ontredderd blijven moet ?
Overgenomen uit het boek: Luis de Camoëns Saudades en andere Verzen uit het Portugees door Dolf Verspoor Moussaults uitgeverij nv Amsterdam 1961
En om te eindigen deze fado op een tekst van Camões en gezongen door de fadista Ana Moura: Endeixa
- 2 eieren - 6 eierdooiers - 100 g suiker - 50 g bloem
Bereiding
:
Beleg een (biscuit-)vorm met boterpapier. Sla de eieren met de suiker tot een witschuimig beslag. Voeg beetje bij beetje de losgeklopte eierdooiers toe en klop dit alles gedurende een 10-tal minuten met een electrische garde. Schep er voorzichtig zonder te kloppen de bloem onder. Giet dit deeg in de bakvorm en plaats dit gedurende 10 minuten in een voorverwarmde oven van 225°. Haal de taart uit de oven en ontvorm die zonder het papier te verwijderen.
Dit gebak kan de volgende dag gegeten worden (als je zo lang kan wachten ).
Bom apetite!
Ontstaansgeschiedenis:
Het oorspronkelijk recept van Pão-de-Ló was in het bezit van de zusters van het klooster van Coz en werd doorgegeven aan enkele vrouwen van het land die dit origineel recept klaarmaakten op feestdagen. Op een dag, bracht koning Dom Carlos I (1863-1908) een bezoek aan Alfeizerão en er werd aan één van deze vrouwen gevraagd om een Pão-de-Ló te bakken voor de koning. De koning kwam echter vroeger dan verwacht en men wou hem niet laten wachten op het gebak. Daardoor was het bakproces te kort en bleef de binnenkant van de taart vloeibaar. Dit misbaksel viel uiteindelijk enorm in de smaak van de koning en kreeg een uitbundig applaus van alle aanwezigen. Op die manier ontstond het Pão-de-Ló van Alfeizerão.
Een tweede verhaal wil ik jullie ook niet onthouden: Gedurende de ontdekkingsreizen kwamen de Portugezen zowat overal ter wereld en lieten hun aanwezigheid op ontelbare manieren blijken. De Japanners o.a. waren enorm verzot op zoetigheden. Vooral desserten op basis van eieren, die de Portugezen zo goed konden maken, vielen in hun smaak. Het meest succesvolle dessert in Japan noemt: "Pandró, en de bereiding ervan werd hen aangeleerd door mensen van Alfeizerão Men veronderstelt dus dat "Pandró een verbastering is van "Pão de Ló".
Ik ben Maaike/Myriam, en gebruik soms ook wel de schuilnaam LaFadista.
Ik ben een vrouw en woon in Alfeizerão-Sapateira (Portugal) en mijn beroep is mezelf zijn.
Ik ben geboren op 30/12/1949 en ben nu dus 74 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Portugal, Lissabon, Fado, poëzie, reizen in 't algemeen, lezen, kookboeken, fietsen....