Over veelzijdige persoonlijkheid van André Demedts We willen hier een archief aanleggen over André Demedts. Uw bijdrage en/of informatie over de veelzijdige activiteiten van André Demedts is hierbij van harte welkom...
10-12-2006
ES-Battement brengt 'Kerst in de Hellevuurhoek'
Na de bijzondere theaterwandeling De Levenden en de Doden' in augustus laatstleden, gaat ook de allerlaatste activiteit in het kader van het André Demedtsjaar in samenwerking met het theatergezelschap het ES-battement. Zij presenteren om woensdag 20 december om 20 u in de Sint-Bavokerk een 'Kerst in de Hellevuurhoek' van Bernauw, Bernauw en Borms in een regie van Anton Cogen. Het stuk werd voor het eerst opgevoerd in 1946 door de "zwarten" van het interneringskamp Elselo.
Kerst in de Hellevuurhoek kan als een actueel sprookje worden gezien dat zich ook aansluit op het werk van André Demedts. In zijn roman De Levenden en de Doden lezen we dat de zwarten werden vergaard in kampen om daar te wachten op hun definitieve straf Men trof daar een allegaartje aan van allerlei pseudo-geëngageerden, opportunisten maar soms ook overtuigde flaminganten, misleid door de Nazi-ideologie. Ze probeerden hun leven zo goed en zo kwaad als het ging, in emotionele banen te leiden en daar mocht de viering van Kertstavond niet aan ontbreken. Weinachten. Dat deze scéances van hoogstaande kwaliteit waren, hoeft geen betoog. Wat speelden zij op Kerstavond 1946? Een pamflet tegen de oorlog, tegen alle oorlogen.
Op het einde van de eerste wereldoorlog (14-18), werden de voor altijd geestelijk bschadigden en de onzienlijk verminkten, in speciale instellingen samengebracht, vooral met de bedoeling om hen aan het oog van de ondankbare en beborneerde wereld te ontrekken. Eén ervan was de "Hellfire Corner" in Groot-Brittanië, in de buurt van Dover. De mascotte van een troepje soldaten, een oorlogsweesje met de symbolische naam "Scharpenelle" en de enige overblijvende van dat troepje soldaten, in onkenneljke horrortoestand, vinden elkaar na jaren terug. Een gruwelijke Kerst! Een actueel sprookje.
Het stuk van ES-battement is een aanvulling bij hun indrukwekkende theaterproductie van augustus jongstleden. Ze brengen immers de kerstscène uit het boek De Levenden en de Doden van André Demedts. Deze kerstscène speelt zich af in het werkkamp van Ribaucourt, waar de drie protagonisten opnieuw met elkaar geconfronteerd worden. Dit zijn het hoofdpersonage Hans Dammaert, de priester Steven Van Huysse en de communist en verzetstrijder Peter DHooghe. Voor alle duidelijkheid dient vermeld dat deze scène niet voorkwam in de zomerproductie. Aansluitend is er gelegenheid tot napraatje bij een hapje en een drankje in het CM-gebouw in omgeving van de kerk.
Tickets kosten 8 Euro en reservatie is mogelijk in de Cultuurdienst van Wielsbeke tel. 056 67.32.70of mail cultuur@hernieuwenburg.be
Info voorzitter Antoon Vandendriessche tel. 056 66.93.58
(toespraak van Dr. Karel Platteau bij uitreiking van André Demedtsprijs te Kortrijk)
100 jaar in Vlaanderen overbrugt één eeuw maar overbrugt meteen ook sociale evolutie, wereldoorlogen, een taalbeweging, politieke emancipatie en culturele groei. Met de ogen van 2006 kijken naar de betekenis en de rol van de mens en de auteur André Demedts, is meteen ook rekening houden met de context tijdens die 100 jaar. En het impact dat hij hierop had.
Zijn 74 publicaties in boekvorm zijn onlosmakelijk hiermee verbonden, naast zijn tientallen artikelen (of het nu poëzie, proza of essayistiek betreft) en zijn honderden uiteenzettingen.
Van kindsbeen af was hij vertrouwd met boeken. Zelf heeft de auteur al heel vroeg veel boeken gelezen. Op de boerderij was er immers een bibliotheek, nog van grootvader Ivo en van zijn vader Maurits. Zijn vader was lid van het Davidsfonds en net als vandaag, bestond toen ook het systeem van koopboeken voor de leden. Zo groeide ook de bibliotheek op de hoeve Het Elsbos.Nog voor André 12 jaar was, had hij bijna de hele Hendrik Conscience gelezen. Dat was een bewijs van de vrijheid die hij kreeg om met literatuur kennis te maken, vaak werden de boeken van Conscience achtergehouden, of aan elkaar gelijmd opdat je ze niet zou ontlenen zonder op te vallen
Maar hij las ook de verhalen van de Lovelings en van Jules Verne. Deze auteur heeft hem bijzonder gefascineerd. Hij getuigde vooral van zijn bewondering voor Kapitein Nemo in Twee jaar vakantie : Nemo, die na een lange strijd, alleen en ver van zijn vaderland, stierf aan boord van zijn duikboot, omdat hij nooit had willen buigen voor de macht die het recht onderdrukt had.
Snel leerde hij via zijn vader boeken kennen als De Negerhut van Oom Tom, van Harriet Beecher-Stowe, later ook Cervantes, Shakespeare en Tolstoj.Hij had dus heel vroeg contacten met de literatuur, En doordat hij veel ziek was, zwakke gezondheid, 2 maanden te vroeg geboren, zwaarmoedige knaap, bleef hij vaak thuis en hield van schrijven: Schrijven was een natuurlijke, doodgewone verrichting voor mij, een middel tot ontvluchting aan mijzelf, omdat een onoverwinnelijke schroom, of was het weerzin en angst, mij beletten te spreken ?
Elders : Reeds als kind heb ik altijd gedacht dat ik moest schrijver worden. Dat leek de enige manier waarop ik, aardig van mijn voorgeslacht, mij kon doen gelden.
Maar naast dit prille schrijverschap als vlucht, aanhoorde hij ook de sagen en legenden uit zijn Beneden-Mandelstreek, die hij als kind verteld werd.
Schokkend voor hem was evenwelhet relaas van een neef die in de Eerste Wereldoorlog als Vlaamse soldaat geconfronteerd werd met schandalige wantoestanden in het Belgische leger. Dit getuigenis kreeg voedingsstof door 2 publicaties. Die kreeg hij van een schoolvriendje in het eenzijdig FranstaligeSt.-Lievenscollege te Gent. Het was de brochure Vlaanderens Weezang aan den IJzer en Arm Vlaanderen van pater Stracke. Uiteraard verboden lectuur op dit college, en toch las hij ze en hij getuigde later in zijn autobiografie De dag van gisterenuit 1966, hoe ontsteld hij was als knaap door deze uitgaven.
Zij gingen hand in hand met de geromantiseerde visie op zijn land die hij zich eigengemaakt had door een gedicht van Leonard De Bo Voor Vlaanderen, mijn Vaderland (1855). Daarin verheerlijkt De Bo Vlaanderen in vergelijking met het nochtans mooie Italië of het geografisch gevarieerde Zwitserland, hij beschrijft ook Vlaamse zeden en gewoonten en eindigt het gedicht met een dreiging aan het adres van een eventuele dwingland. Want in dat geval Loop ik mijn bloed ten beste geven / Voor Vlaandren, voor mijn Vaderland.
Alle uiteenzettingen die André Demedts later gaf over Vlaanderen en de noodzaak aan politieke, economische en culturele emancipatie, waren alle doorspekt met emoties. Hij gaf op een merkwaardige manier uiting aan zijn innerlijke bewogenheid: van ergernis tot weemoed. En die merkwaardige vorm van monoloog, met half gesloten ogen, sloeg aan bij het publiek. Er bestond hiervoor respect, het was hoe dan ook toch een vorm van dialoog.
Ooit schreef André Demedts het boek Hugo Verriest, de levenwekker. Eigenlijk had hij dit woord voor zichzelf moeten bewaren. Hij was een bezieler en zelfs in die mate datzijn ene persoon vergeleken werd met een complete actie- en drukkingsgroep (Gaby Gyselen). En Jozef Deleu typeerde hem als een cultuurpoliticus zonder weerga.
Maar zijn engagement voor de Vlaamse Beweging stond niet los van zijn sociaal engagement. Hij brak trouwens zijn relatie met Cyriel Verschaeve af omdat bij die man het nationale en religieuze veel meer belang had dan het sociale. En in zijn vroege dichtwerk (hij was 18 jaar) ziet men hiervan ook een weerspiegeling: hij schrijft een gedicht voor de overleden Lenin ! hij was een zoon van t langverdrukte volk en miljoenen hebben hem gebenedijd
Zelf was André 10 jaren lang actief voor de Katholieke Arbeidersjeugd. Hij was nochtans een echte boerenzoon. En zijn jeugdboeken zoals Alle Vreugd is eindeloos, Ik wil een dapperen kerel zijn beschreven toestanden in arbeidersgezinnen of de moeilijke weg van een jonge textielarbeider. Tal van de KAJ-leden van toen legden getuigenis af over zijn inzet voor hen: Hij deed al wat hij kon om van ons mensen te maken die van veel dingen op de hoogte zouden zijn ( ) We kregen zelfs lessen in wellevendheid opdat we ons behoorlijk zouden kunnen voordoen.
Ook oud-leerlingen uit Waregem getuigden in die zin, maar dan over een taboe-onderwerp, nl. seksuele voorlichting: Hij gaf ons wél voorlichting, de andere leraars durfden dat niet. En dat deed hij niet op een omfloerste, gefrustreerde manier, maar met respect en heel natuurlijk. Hij maakte indruk op ons omdat hij nadruk legde op liefde en tederheid, terwijl wij alleen maar vuile, rauwe grappen kenden en drankzucht vaak veel pijn veroorzaakte in een liefdesrelatie.
Zijn gedichtenbundel Jasmijnen getuigde evenzeer van deze warme medemenselijkheid.Hij was toen 23 jaar oud en een stoet van publicaties moest nog volgen. 4 jaar daarvoor publiceerde André Demedts al in Dietsche Warande en Belfort en hij bleef er aanwezig met creatief én kritisch werk. Precies op het vlak van het essay is de verdienste van deze auteur het sterkst. In 1955 was er bijvoorbeeld een boekje over Streuvels, maar in 1971 kwam het eerste degelijke boek dat ooit over Streuvelsverschenen was : Stijn Streuvels, een terugblik op leven en werk. Welnu, Hedwig Speliers heeft een biografie over Streuvels geschreven, maar hij zegt zelf dat hij zéér schatplichtig is aan Demedts !
Stijn Streuvels had een bijzondere invloed op André Demedts. Het is trouwens door zijn toedoen dat André zon inzet ontwikkeld heeft voor Frans-Vlaanderen ! Met het Komitee voor Frans-Vlaanderen, (waar de op deze bijeenkomst aanwezige heer Luc Verbeke zon grote inzet voor ontwikkelde) maar zeker ook met het tijdschrift Ons Erfdeel. Dat is ontstaan door een oproep van André Demedts om bij hem thuis bijeen te komen en waar hij aan enkele jonge mensen vroeg of ze boven iedere partijpolitiek contact wilden opnemen met Frans-Vlamingen en met Nederlanders. Om de Frans-Vlaamse problematiek bekend te maken in het Nederlandse taalgebied en ook om de samenwerking tussen de Nederlandssprekenden te bevorderen. Uit die aansporing is het tijdschrift Ons Erfdeel ontstaan met o.a. de 20-jarige Jozef Deleu. Het groeide uit tot een hoogstaand en volwaardig algemeen-Nederlands cultureel blad ! En net in Ons Erfdeel publiceerde Demedts in 1966 een vrijmoedig artikel i.v.m. de splitsing van de Leuvense universiteit. De cultuurpoliticus won het op de auteur.
Zijn romans zijn er blijkbaar geweest opdat de schrijver al schrijvend zichzelf heeft willen uitbouwen en verwezenlijken. Hij schreef met een epische kracht zijn eerste verhalen en zocht later voortdurend naar de essentie van het bestaan; op vele bladzijden treft men immers aforismen aan zoals alleen hij ze formuleren kon; Willy Spillebeen drukte het zo uit: Demedts is inderdaad een denker en allicht zou hij, geboren in een ander taalgebied en filosofisch geschoold, een filosofisch essayist geworden zijn.
Men heeft het proza van André Demedts opgedeeld in 3 perioden: van 1933 tot 1944 : het onmogelijke geluk dan een tweede periode van 1944 tot 1951 met een kringloop om het geluk om dan in een derde periode een steeds duidelijker wordende vernauwing te zien naar het eigenlijke onderwerp toe nl. het menselijk geluk proeven.Marcel Janssens vatte het zo samen in 1966 op een huldedag voor de gevierde schrijver : Zijn prozawerk is er niet omwille van de literatuur, maar omwille van het leven.
Ruim 20 jaar had hij zich ook ingezet voor de radio omroep in het gebouw in de Rijselstraat. Daarbij had hij een voorliefde voor het woord, het volksverhaal en de stem van Frans-Vlaanderen. Hij gaf aan ontelbare mensen de kans omhun specifiek engagement kenbaar te makenin goede radioprogrammas.
In 2006 stellen we dus uitzonderlijke kenmerken vast bij een boerenzoon, die zich sociaal engageert en die vanuit een verontwaardiging een cultuurpoliticus wordt om u tegen te zeggen. Zijn inzet was tomeloos. Dat hij een dichter en schrijver wordt omdat hij zijn zoektocht naar zingeving moet uiten, zonder zich te bekommeren om stilistische kwaliteiten.
Dat hij bovendien een uitzonderlijk goede essayist wordt omdat hij belangrijke schrijvers zoals Hugo Verriest, Albrecht Rodenbach, Abel Coetzee, Ernest Claes, Johan Daisne, Karel Jonckheere en vooral Stijn Streuvels bekendheid wou geven.
Wie een gedrevenheid en eenlevensinzet van dit formaat bezit, die geeft vandaag een boodschap aan iedereen die op zoek is naar zingeving en die aan zijn leven een meerwaarde wil geven.
(met bijzondere dank aan Dr. Karel Platteau voor deze analyse van de figuur van André Demedts)
Gisteren zondag 26 november werd op het stadhuis de 37e André Demedtsprijs uitgereikt. Marnixring Kortrijk Broel kent deze prijs jaarlijks toe aan een persoon of een vereniging die naar de geest en de idealen van André Demedts bijdraagt tot de politieke ontvoogding van ons volk en zijn toekomst als natie, tot de uitstraling van zijn cultuur, tot zijn nauwe verbondenheid met andere leden van de Nederlandse stam of tot de betere bekendheid van Vlaanderen in de wereld. De uitreiking dit jaar stond ook in het teken van het 100e geboortejaar van André Demedts. In samenwerking met het Festival van Vlaanderen werd de zitting opgeluisterd met muziek van Grieg, de lievelingscomponist van André Demedts. Sopraan Inge Van de Kerkhove bracht, met pianobegeleiding van Hein Boterberg, een selectie uit het vocale repertorium van de Noorse componist. Op de feestzitting waren er opgemerkte toespraken van Dr. Karel Platteau over André Demedts als mens en auteur bekeken vanuit 2006 en van advocaat Piet Van Eeckhaut, die het belang van André Demedts schetste vanuit links vrijzinnig standpunt.
De prijs werd dit jaar toegekend aan Hermand De Bode. Hij ontving een eigentijds op André Demedts geïnspireerd kunstwerk van Lieven Demunter. De naam van Herman De Bode is vooral verbonden met het Manifest voor een Zelfstandig Vlaanderen in Europa, dat in het voorjaar 2006 verscheen. Herman De Bode was niet alleen de ondertekenaar van dit manifest, samen met 49 anderen, maar hij behoorde ook tot de kerngroep die meewerkte aan de redactie ervan. Het manifest pleit voor de herstructurering van de Belgische staat en de vorming van twee zelfstandige lidstaten van Europa - Vlaanderen en Wallonië - met een nieuw statuut voor Brussel, dat wel de hoofdstad van Vlaanderen zou blijven en desgewenst van Wallonië zou worden.
Het pleidooi is gebaseerd op een zakelijke, sterk feitelijk onderbouwde, analyse van vooral de sociaal-economische verschillen tussen de twee grote Belgische deelgebieden. Kern van het betoog is dat deze verschillen te groot zijn voor een deugdelijk bestuur en dat in het licht van de grote uitdagingen van deze tijd het noodzakelijk en voor beiden uiteindelijk beter is dat elke regio ten volle zijn verantwoordelijkheid neemt. Scheiding houdt geen afbraak van de solidariteit in, maar de transfers moeten doorzichtig en uitdovend zijn en geleidelijk vervangen worden door de solidariteit in het kader van de Europese Unie.
Dit manifest viel niet in goede aarde bij McKinsey, zodat hij zich verplicht voelde zijn functie als hoofd van het Belgische kantoor op te geven. Hij bleef echter aan McKinsey verbonden als consultant en partner. Op 21 juni jongstleden werd Herman De Bode voorzitter van de Vlaamse Management Associatie. Dat is een netwerk van actieve managers uit het bedrijfsleven en de openbare sector in Vlaanderen en Brussel. Het wil een permanent ontmoetingsplatform zijn voor een betere kennis van managementsproblemen en het vinden van oplossingen voor bedrijfsproblemen.
Hij is sedert 31 januari 2005 ook voorzitter van de Brusselse afdeling van Voka, ook Voka-Comité Brussel genoemd. In die functie wil hij de komende jaren prioriteiten geven aan de ontwikkeling van een economisch toekomstproject voor Brussel en de Vlaamse rand, aan de versterking van het Nederlandstalig onderwijs in Brussel en aan een promotie van het Nederlands in het Brusselse sociaal-economische leven. Hij is geen Vlaams-nationalist in de politieke betekenis van het woord, maar hij is uitgesproken Vlaamsgezind op grond van economische en sociale redenen. foto van uitreiking door voorzitter Jo Devoldere van Marnixring Broel (midden) en kunstenaar Lieven Demunter (links) aan Herman De Bode (rechts).
Zondag 26 november om 10.30 u. reikt MarnixringKortrijk Broel zijn jaarlijkse André Demedtsprijs uit. Dit gebeurt in de Gotische zaal van het Stadhuis te Kortrijk. Gastprekers dit jaar zijn Dr. Karel Platteau en advocaat Piet Van Eeckhaut. Dit jaar wordt de prijs toegekend aan Herman De Bode. Hij moest eerder dit jaar ontslag nemen als managing partner van McKinsey Benelux, na druk van Franstalige klanten. Deze namen hem zijn lidmaatschap kwalijk aan de denkgroep, die zichzelf "In de Warande" noemt en een manifest publiceerde dat een cijfermatig pleidooi vormde voor Vlaamse zelfstandigheid. Het ontslag leverde de denkgroep bijkomende belangstelling en sympathie op.
De feestelijke uitreiking van de prijs wordt dit jaar muzikaal opgeluisterd met de lievelingsmuziek van André Demedts. Hij hield van de zangstukken van Edvard Grieg en daarom brengt sopraan Inge Van de Kerkhove, met pianobegeleiding van Hein Boterberg, een selectie uit het vocale repertorium van de Noorse componist. Het optreden gaat door in samenwerking met het Festival van Vlaanderen en de Stad Kortrijk.
Na de begroeting door voorzitter Jo Devoldere van Marnixring Kortrijk Broel volgt het juryverslag door secretaris Pol Vieren. Karel Platteau, docent aan Katho Kortrijk, belicht dan de mens en de auteur André Demedts. Advocaat Piet Van Eeckhaut, voorzitter van de Provincieraad van Oost-Vlaanderen, brengt vervolgens een links-vrijdenkend standpunt onder de titel : Is André Demedts nog actueel ?. Hierna wordt de André Demedtsprijs 2006 uitgereikt aan Herman De Bode. De academische zitting wordt besloten met het dankwoord van de laureaat en het volkslied. Het stadsbestuur biedt de laureaat en de genodigden een receptie aan.
De Marnixring-André Demedtsprijs wordt jaarlijks toegekend aan een persoon of een vereniging die naar de geest en de idealen van André Demedts bijzonder veel verdiensten heeft verworven op het gebied van:
- het bevorderen van de algemene kunst- en cultuurverspreiding in Vlaanderen, in Frans-Vlaanderen en in alle gemengde taalgebieden;
- de integratie van het Nederlands taalgebied:
- de culturele kontakten met Zuid-Afrika.
Voor informatie over de uitreiking en de organisatie van Marnixring Kortrijk Broel kunt u terecht bij Kris Seynaeve op mailadres kristian.seynaeve@pandora.be
Hierbij de lijst van de laureaten van de Demedtsprijs:
1970 Luc Verbeke- 1971 Flor Grammens - 1972 Emmanuel Looten - 1973 - Vriendenkring van het Komense - 1974Jozef en Annemie Deleu - 1975Sandor Szondi -1976- IJzerbedevaartkomitee -1977 Jozef Van Overstraeten - 1978Clem De Ridder - 1979 Adriaan Verhulst - 1980 Volkstoneel voor Frans-Vlaanderen - 1981 André Lammertyn - 1982 Max Wildiers - 1983 Jacques Fermaut - 1984 Arthur Verthé - 1985 Zuster Aleydis - 1986 Gaston Durnez - 1987 Lieven Van Gerven - 1988 Arie W.Willemsen -1989 Redactie Tijdschrift Vlaanderen - 1990 Guido Sweron - 1991 Vlaamse Leergangen Leuven -1992 Lode Campo - 1993 Aloïs Gerlo - 1994Vernon February - 1995 Francis Persyn - 1996 Eric Ponette -1997 Johan Laeremans - 1998 Mark Grammens - 1999 Guido Moons - 2000 Mathias Storme - 2001 Het Huis van het Nederlands Belle- Bailleul - 2002 Ludo Simons - 2003 Hans de Belder - 2004 Luc Deconinck - 2005 Prof. dr. Jozef Devreese - 2006 Herman de Bode.
Na de poëzieavond Mijn Moedertaal op vrijdag 20 oktober 2006in het H.Hartcollege te Waregem ontvingen alle aanwezigen een kunstzinnig in vierkleurendruk uitgegeven bundel met poëzie van André Demedts. Het fraaie bewaarbundel van 20 bladzijden is een blijvende herinnering aan de poëzieavond. Hierin zijn 21 gedichten opgenomen, geïllustreerd met mooie kunstfotos, die tijdens de voordracht van de gedichten werden geprojecteerd op de achtergrond.
Later zullen de aanwezigen en hun volgelingen eraan herinnert worden dat :
De poëzieavond en deze publicatie ontstonden uit de samenwerking van
De Ouderraad van het H.Hartcollege Waregem & de Werkgroep Levend Archief.
Fotokring Focu Geraardsbergen zorgde voor de illustraties.
Het concept is van CDeSIGN.
Met speciale dank aan :
Dirk Adams
Leerkrachten: Fien Bostyn, Marc Crabeels, Thomas Kemseke, Tys Neirynck, Siska Vandenberghe, Emmanuel Vercruysse, Georges Vermaut.
Poëzieavond derde luik in triptiek hulde ereleerkracht André Demedts
In zijn welkomwoord noemde leraar Georges Vermaut de poëzieavond rond André Demedts op 20 oktober in het André Demedtsauditorium van het H. Hartcollege te Waregem het derde luik van een triptiek rond de auteur en de ereleerkracht van het college. Samen met de tentoonstelling Mijn dorp is de wereld en de gespreksnamiddag op 27 april ll. is deze poëzieavond het sluitstuk van de poging van het college tot hulde, tot eerbetoon aan André Demedts.
Het doet de Oudervereniging en de medewerkers (leerkrachten en leerlingen) oprecht plezier u hierop te mogen begroeten.Meer nog : het is voor ons een hart onder de riem (om een typische uitdrukking van dit huis te gebruiken) om u na een drukke werkweek te mogen begroeten. Mag ik heel in het bijzonder een paar mensen welkom heten die (om in hetzelfde collegejargon te blijven) ons heel nauw aan het hart liggen.
Dat bijzonder welkom was bedoeld voor mevrouw André Demedts (de ondertussen 90 jaar geworden Germaine Ide), de jongste dochter mevrouw Hilde Demedts en de heer en mevrouw Rudolf Van De Perre. Opgemerkte aanwezige was ook Demedts-kenner en verzamelaar Lucien Delange, tevens oud-leerling van het college. Door omstandigheden hadden Luc Verbeke en Oscar Martens zich laten verontschuldigen.
We beschouwen het als een voorrecht deze kranige dame (Mevrouw André Demedts) vanavond hier te mogen begroeten.Haar aanwezigheid is één van de mooiste geschenken die we ons konden inbeelden. Mevrouw Hilde Demedts, de jongste dochter van de schrijver, maakte zich vrij ondanks haar drukke agenda als schepen van ondermeer Burgerlijke Stand van de stad Kortrijk. Ze is Waregem en zijn deelgemeenten, alsook het college, bijzonder dankbaar om haar vader op een passende manier te herdenken. Haar thuisstad kan daar misschien iets van leren.
We zijn verheugd, meer nog vereerd, om dhr en mevr Rudolf Van de Perre te mogen begroeten. Dhr. Van de Perre is germanist van vorming, stond in het onderwijs en publiceerde talrijke dichtbundels, essays en monografieën. Hij behoorde tot de redactieleiding van het tijdschrift Vlaanderen, werkte mee aan de Boekengids, Dietsche Warande en Belfort, Ons Erfdeel en Het Teken. Deze bezige bij schreef ook talrijke kritische bijdragen voor tal van andere tijdschriften en periodieken zoals o.a.de Standaard der Letteren, de Vlaamse Gids, Streven, Kultuurleven etc We inviteerden hem hier vooral als dé biograaf van André Demedts.
Inleider Georges Vermaut herinnerde ook aan de getuigenis van Oscar Martens tijdens de bijeenkomst op 27 april in dezelfde zaal. Samen met Mevr. Demedts legde hij hier voor de lerlingen een gesmaakte getuigenis af als oud-leerling en latere collega van André Demedts.Hij accentueerde dat A. Demedts altijd beklemtoonde dat iedereen gelijkwaardig maar niet gelijkaardig is.In het onderwijslandschap van vandaag met de focus op de school als leer- en leefomgeving met het daaraan gepaarde zorgbeleid is dit uitgangspunt van fundamenteel belang.We moeten jongeren durven accepteren in hun eigenheid en eigenaardigheid.Modern vertaald : ondanks en dankzij de troughput (throughput staat voor de inspanningen, de activiteiten die een organisatie pleegt om tot een resultaat te komen. Denk aan lesgeven, stage lopen, oefenen, enz.) van de leerkrachten en opvoeders blijft de input van de leerlingen de basis voor een evenwichtige output. Een bewijs dat de ideeën van André Demedts progressief waren.
1937 betekende voor André Demedts een keerpunt in zijn leven.Hij legde voor de examencommissie van het handeltechnisch onderwijs de bekwaamheidsproef af van gegradueerde in de handelswetenschappen. Meteen daarna werd hij door de visionaire principaal E.H. Gaston Deweer benoemd tot leerkracht Nederlands aan de Vrije Hogere Technische Handelsschool (de toenmalige titulatuur van het college). Tijdens de mobilisatie en in het eerste oorlogsjaar gaf Demedts ook geschiedenis (ter vervanging van een collega in militiare dienst). Demedts vestigde zich in Waregem, eerst in de Karel van de Woestijnestraat, daarna in de Guido Gezellestraat (waar een paar maanden terug nog een herdenkingsplaat bevestigd werd). Met andere woorden : zelfs zijn woonplaatsen refereerden naar boegbeelden uit zijn passie : de literatuur.
Eén van zijn leerlingen, wijlen Georges Leroy (zelf auteur, musicus en beeldhouwer) omschreef de leerkracht Demedts als een katalysator.Hij leerde in onszelf te kijken.Hij had een moeilijk te omschrijven charisma waardoor hij als mens een hogere dimensie kreeg.André Demedts stond als opvoeder heel dicht bij zijn leerlingen.Die leerlingen inspireerden hem.Het bewijs ervan is dat zijn leraarschap hem aanzette tot het schrijven van jeugdboeken onder het pseudoniem Koen Lisarde. Het meest succesvolle was Ik wil een dappere kerel zijn uit 1943.Het boek geeft trouwens een beeld van de collegesfeer in die woelige oorlogsjaren. Meteen een aanrader om dit werk tijdens de donkere wintermaanden te lezen of te herlezen.
Georges Vermaut van de werkgroep Levend Archief had nog woorden van dank voor deOudervereniging van het Heilig Hartcollege,die de werkgroep benaderde met het voorstel om een poëzieavond te organiseren in het André Demedtsauditorium.Deze avond en hun medewerking aan de multimediale projecten zoals Corpus bewijzen dat zij cultuur hoog in hun (wellicht rood-witte) vaandel dragen.Dankzij hun gedrevenheid en in het bijzonder die van penningmeester-cultuurminnaar Dirk Adams kunnen we na een aantal constructieve werkvergaderingen u deze avond aanbieden. De oudervereniging zorgde ook voor een royale financiële injectie om alle aanwezigen een fraaie poëziebundel gratis aan te bieden.Meteen een blijvende herinnering aan een minder bekend facet van André Demedts als poëet.
Dank was er ook voor de directie, die dit initiatief genegen is.Het was trouwens o.a. de huidige directeur dhr. Noreillie die in 1994 letterlijk en figuurlijk vorm gaf aan dit auditorium.De fraaie Matisse-lithos en de hifitoren maken het nog steeds tot één van de paradepaardjes van de rijke college-infrastrucuur. Expliciet en welgemeend dank was er tenslotte ook voor de leerkrachten-medewerkers die tijdens de drukke opstartmaanden toch tijd maakten om met hun radiofone stem of andere creatieve inbreng de poëtische pareltjes van Demedts tot zijn volle recht te laten komen.
Het waren Mevr. Siska Vandenberghe, germanistedie Engels geeft in de handelshumaniora en o.a. ook de gedreven bezielster van de uitwisselingsprojecten op school. Mevr. Fien Bostyn, eveneens germaniste van vorming, die Engels en Nederlands doceert in de humaniora.Fien is ook één van de zuilen van de tweejaarlijkse multimediale projecten zoals Corpus. Dhr. Emannuel Vercruysse, de laatste germanist en leraar Nederlands en Engels. Hij vormt samen met Tijs Neirynck de tandem van eindredacteurs van de schoolperiodiek Hartslag.Straks vertrekt hij met een 10-tal leerlingen op een uitwisselingsproject naar Noorwegen. Vandaar kon hij niet live van de partij zijn tijdens de poëzieavond. Dhr. Tijs Neirynck, leraar Nederlands en Duits en medewerker van WTV en radio Mango.Met die expertise als mediamieke wonderboy was hij de geknipte figuur om in te staan voor de technische omlijsting van deze avond. Tenslotte moeten zeker ook Thomas Kemseke (leraar klassieke talen en cultuurfreak) en Marc Crabeels (leraar teksverwerking en verantwoordelijk voor het schoolarchief) vermeld worden en de stille maar daarom niet minder gewaardeerde werkers in de coulissenvan het college.
Daarbij konden de organisatoren ook rekenen op een aantal muzikale virtuozen, versbakken promovendi van het college.Het zijn Annelies Colpaert, die dit jaar de 6de Latijnse op de school beëindigde en momenteel studente is in de de richting taal- en letterkunde Latijn en Engels aan de UG. Na een volgehouden studie van 9 jaar behaalde Annelies haar eindiploma dwarsfluit aan de Academie van Deinze.In haar vrije tijd speelt Annelies ook dwarsfluit in de harmonie van Zulte, volgt Spaanse les en heeft ook een uitgesproken interesse voor de betere film. PieterVerhamme wasklasgenoot van Annelies en studeert nu voor handelsingenieur aan de Gentse Universiteit. Naast muziek (ook hij behaalde vorig jaar zijn einddiploma dwarsfluit) is sport zijn grote passie.Pieter is volleybalspeler bij Kuros te Zulte. Sylvie Decabouter is momenteel leerlinge in de vijfde latijnse.Sinds acht jaar volgt ze klarinetlessen aan de muziekacademie te Waregem. Sylvie is dan ook lid van een tweetal fanfares.Daarnaast is ze een heel enthousiast lid van de Desselgemse Chirobeweging.
Bij de poëzieavond liepen woord en beeld (verzorgd door de leerkrachten) en muziek (verzorgd door de leerlingen) naadloos over in elkaar. De aanwezigen wisten de nogal ongewone manier van werken te appreciëren.Om de poëtische pareltjes niet teveel geweld aan te doen werd ervoor geopteerd om niet tussen te komen, maar de nodige achtergrondinformatie te brengen in eenpowerpointpresentatie.
Mevrouw Demedts genoot, niettegenstaande haar hoge leeftijd, van dit eerbetoon. Het deed haar zichtbaar deugd om, na al die jaren, nog eens in het college te komen en dan nog wel in het auditorium dat naar haar man werd genoemd. Op het einde van de avond werden een aantal verdienstelijke leerlingen in de bloemetjes gezet. Het Waregemse stadsbestuur en het stadsarchief waren zo vriendelijk om daarvoor een 5-tal fraaie en waardevolle monografieën van Harold Van De Perre over André Demedts te schenken. Marc Crabeels (de stille en veel te bescheiden collega in de coulissen) slaagde erin de exemplaren door de auteur zelf te laten signeren toen Dhr. Van De Perre in Waregem te gast was bij de officiële herdenking van A. Demedts medio augustus op het stadhuis. Anton Van Wilderodeomschreef dit werk terecht als een opus magnum.Dit werk is een ongemeen boeiende, intelligente en indringende studie die het omvangrijke oeuvre van één van onze belangrijkste auteurs eindelijk recht laat wedervaren. Dit lijvige boek is een uitnodiging om echte literatuur die meer is dan geheimschrift of relaas te (her)lezen.
Zo ontvingen Charles Sobry en Kobe Pappijn (allebei uit 2e Latijn) uit de handen van Hilde Demdts dit boek voor de prachtige schilderijen (portretten van André Demedts) die ze tijdens de lessen PO maakten. Verder overhandigde Rudolf Van de Perre een exemplaar van zijn monografie aan Laura Van Hoorelbeke uit 5 IN voor het boekje "Het Leven - kennismaking met leven en werk van André Demedts" dat ze tijdens de lessen tekstverwerking maakte. Er werden ook nog twee gelukkige winnaars uitgeloot uit de deelnemers aan de wedstrijd over André Demedts vorig schooljaar. Het einde van de avond werd bezegeld met een receptie, eveneens aangeboden door het oudercomité.
André Demedtshuis vzw en Festival van Vlaanderen presenteren koffieconcert
Zondag 5 november om 17 u. presenterende vzw André Demedtshuis en het Festival van Vlaanderen Kortrijk wederom een magnifiek en niet te missen topconcert in de Sint-Bavokerk te Sint-Baafs-Vijve (Wielsbeke). De internationaal gerenommeerde Russische topviolist Valery Oistrakh en de befaamde pianist Thomas Dieltjens brengen drie prachtige, romantische composities. Op het programma staan de Vioolsonate nr. 5 in F groot van L. van Beethoven, de Vioolsonate nr. 3 in d klein van J. Brahms en de Vioolsonate nr. 1 in d klein van Camille Saint-Saëns.
De wereldvermaarde Russische violist Valery Oistrakh vertegenwoordigt de derde generatie van de beroemde violisten-familie Oistrakh en genoot zijn eerste vioollessen van zijn grootvader, de legendarische, wereldberoemde violist en altviolist David Oistrakh. Valery Oistrakh gaf zijn eerste concerten reeds op 14-jarige leeftijd. Hij won vele prestigieuze internationale wedstrijden. Oistrakh concerteerde met de voornaamste orkesten ter wereld zoals o.a. het Deutsches Symphonie Orches-ter Berlin, het London Symphonic Orchestra en het Royal Scottisch National Orchestra.
Pianist Thomas Dieltjens werd laureaat van verschillende pianowedstrijden zoals de J.S. Bachwedstrijd, de Wedstrijd Axion Classics, de S. De Jonghewedst rijd, de prijs B. Diongre, de prijs E. Durlet en de Tenuto-wedstrijd. Als solist werkte hij samen met het Collegium Instrumentale Brugense, het Nationaal Orkest van België en het BRTN Filharmonisch Orkest.
Het koffieconcert is het eerste in een nieuwe reeks. Na de concerten wordt U een drankje aangeboden in het André Demedtshuis en is er gelegenheid tot een informele babbel met de artiesten. Tickets aan 8 euro bij de Cultuurdienst Wielsbeke, tel. 056 67 32 70, mail francesca@hernieuwenburg.be
Van vrijdag 6 oktober tot en met 5 november loopt in het André Demedtshuis nog de tentoonstelling van Karl Mechnig.Deze kunstenaar uit Aalst is heel veelzijdig en actief in verschillende kunstdiciplines. Zo is hij schilder, beeldhouwer en bronsgieter. Karl is de zoon van schilder Wilhelm Mechnig en leerde zijn kunst in het atelier van zijn vader. Hij werkt graag in reeksen en hanteert daarbij verschillende stijlen.In het Demedtshuis kan u van Mechnig schilderijen en tekeningen zien.
J. Claerhout-kring herdenkt André Demedts in jaarboek Leiesprokkels
De geschied- en heemkundige kring Juliaan Claerhout uit Ooigem, Wielsbeke en Sint-Baafs-Vijve bracht begin deze maand zijn jaarboek 2005-2006 uit. In de kleurencollectie kan deze uitgave herkend worden aan een zilveren band, dit naar aanleiding van het zilveren jubileum van de kring.Ander herkenningsbeeld is de afwijking dat de traditionele drie beelden uit elke deelgemeente op de kaft, naar aanleiding van het André Demedtsjaar zijn vervangen door driefotos van André Demedts.
In dit Demedtsjaar heeft de Juliaan Claerhoutkring vooral eer willen brengen aan zijn illustere ereburger. Dit jaar is André Demedts de blikvanger dit jaar met bijdragen van Lucien Delange (bibliografie),Rudolf van de Perre (André Demedts als mentor en schrijver), Gabriële Demedts (herinneringen) en Monique Claerhout (Demedtsland in woord en beeld + Legenden, volksgebruiken en verhalen uit de geboortestreek van André Demedts).
Lucien Delange (°1935) uit Sint-Baafs-Vijve, het geboortedorp van André Demeds, leest en verzamelt al van jongs af het werk van André Demedts. Hij publiceert naar aanleiding van dit Demedtsjaar wellicht de meest volledige bibliografie van de boeken van de auteur. Hij komt aan 78 werken van Jasmijnen in 1929 tot Na jaar en dag in 1986. Van de verschillende boeken vermeldt Lucien Delange de verschillende versies en van sommigen zoals Het leven drijft (ook twee in het Duits) en Ik wil een dappere kerel (ook een Franstalige uitgave) komt hij aan zes verschillende uitgaven.
Boeken van André Demedts kwamen uit bij Steenlandt Kortrijk, De Kinkhoren Brugge, Balduin Pick Verlag Köln, Nijgh en Van Ditmar Rotterdam, Manteau Rotterdam-Brussel-Antwerpen, Desclée De Brouwer Brugge-Utrecht-Bussem-Breda, Verlag Die Rabenpresse Berlin, Eenhoorn Mechelen, Davidsfonds/Clauwaert Leuven, Die Poorte Oude God Antwerpen, Verlag Karl Alber München, Wereldbibliotheek Amsterdam, Kunstuitgevereij Pro Arte Diest, Librairie Saint-Charles Brugge, D.A.P. Reinaert-Uitgaven Brussel-Zele, Horizon-Uitgaven Mariakerke-Gent, Hernieuwen-Uitgaven Roeselare, Standaard-Boekhandel Antwerpen-Brussel-Gent, Arbeiderspers Brussel, t Groeit Antwerpen, Paul Pattloch Verlag Aschaffenburg, Orion uitgeverij Waregem, Ons Leekenspel Bussum, Elsevier Brussel-Amsterdam, Sint-Sixtusabdij Westvleteren, Het Spectrum Utrecht-Antwerpen, Sanderus Oudenaarde, B. Gottmer Nijmegem, Manz Verlag München, Biekorf Brugge, Heideland Hasselt, Algemeen Westvlaams Toneel Zwevegem, Belgische Boerenbond Leuven, Henry Fagne Bruxelles, Story-Scientia Gent-Leuven, Vlaamse Toeristenbond Antwerpen, De Rumberg Koekelare, De Nederlandse Boekhandel Antwerpen-Amsterdam, Provinciebestuur Oost-Vlaanderen Gent, Orion-Colibrant Brugge, Orbis en Orion Beveren, La Renaissance du Livre Bruxelles, Het Volk-Reinaert Gent, Lannoo Tielt.
André Demedts, mentor en schrijver, de titel van de bijdrage van Rudolf van de Perre, wijst op zijn minst op een dubbelaspect in het leven en het werk van de man. In het geval van André Demedts is er echter geen sprake van twee afzonderlijke werkzaamheden, omdat die twee aspecten een onverbrekelijke eenheid vormen, zoals ook de diversiteit van zijn literair oeuvre uiteindelijk als een sluitend geheel moet geïnterpreteerd worden. Rudolf van de Perre behandelt die aspecten wel even apart, maar op die wijze wordt ook duidelijk hoe sterk ze met elkaar verbonden zijn.
De bijdrage van de Demedts-kenner bij uitstek geeft aan dat André Demedts zich al vroeg geroepen voelde tot het schrijverschap. Hij besteedde al vroeg zijn vrije tijd (en zijn geld) aan lectuur en boeken. In literaire tijdschriften informeerde hij zich ook over de internationale stromingen. Maar al even vroeg openbaarde zich zijn Vlaams-sociale bewogenheid. Hij werd diep ontroerd door Voor Vlaanderen, mijn Vaderland van Leonaert de Bo en Vlaanderen Weezang aan den IJzer en Arm Vlaanderen van pater Stracke sterkten hem definitief in zijn overtuiging, dat ook Vlaanderen hem nodig had.
Rudolf van de Perre belicht in zijn bijdrage verder beide aspecten tijdens de verschillende stadia van zijn leven. Het is geweten dat het centrale thema van zijn omvangrijk prozawerk de onophoudelijke zoektocht is naar het geluk. In de loop der jaren is er wel een opmerkelijke verschuiving in deze thematiek. Uiteindelijk wordt na 1970 dit streven naar geluk verbonden met een historische en sociale dimensie en vindt het zijn bekroning in de monumentale romancyclus De eer van ons volk. Deze vierdelige cyclus is uitgegroeid tot het epos van een volksgemeenschap, waarin hoofdfiguur Karel Gillemijn het geloof belichaamt in een betere wereld, die op basis van evangelische naastenliefde en sociale rechtvaardigheid, geluk voor iedereen zou moeten waarborgen.
André Demedts ontzagwekkende bedrijvigheid als criticus en essayist kan niet onvermeld blijven, omdat het samen met zijn poëzie, proza en een paar toneelstukken, een onlosmakelijk geheel vormt. Als hij slechts deze discipline had beoefend, zou zijn naam al niet meer weg te denken zijn uit het Vlaamse literaire leven. Naast honderden bijdragen in periodieken (ondermeer Dietsche Warande & Belfort) en kranten, schreef hij een hele reeks monografieën, essays en studies.
Met Ik herinner mij put Gabriëlle Demedts, zuster van de auteur, uit herinneringen aan hem die niet terug te vinden zijn in zijn Dag voor gisteren. Zo vertelde hij voor haar reeds op zeer jonge leeftijd boeiende verzonnen verhalen. Gabriëlle herinnert zich ook dat reeds van jongsaf een kracht van hem uitging. Zijn grote schuchterheid belette hem niet dat men onder de indruk kwam van zijn anders en méér zijn, wat een vriend-priester de uitspraak aan zijn grootouders ontlokte dat hij eens een groot missionaris zou worden. Toen hij in 1929 arrondissementeel leider werd van de Christelijke Arbeidersjeugd begonnen al zijn jaren van grote inzet, edelmoedigheid en kameraadschap. Dat betekende dat hij bijna elke avond per fiets door de modder, regen en wind of bitter vriesweer, soms driekwartier ver, op weg was om alles te helpen tot stand te komen. Het was toneel spelen, spreken, les geven, bezoeken brengen, bezoeken ontvangen, vriend zijn.
Monique Claerhout is in dit jaarboek al aan haar tweede bijlage over Demedts-land in woord en beeld.Als men zelf afkomstig is van die streek en in het bijzonder van Sint-Baafs-Vijve, vormt het lezen van zijn werken niet alleen een verkenningstocht, maar zeker ook een herkenningstocht. Niet alleen gebouwen, gehuchten en landschappen uit zijn eigen geboortedorp, maar ook verscheidene locaties in de omstreken zijn in zijn romanoeuvre vervat. Meer bepaald analyseert Monique Claerhout voor dit jaarboek de vierdelige reeks De eer van ons volk (De Belgische Republiek, Hooitijd, Goede Avond en Een houten kroon). De 15-bladzijden bijdrage met ondermeer korte tekstpassages wordt geïllustreerd met fotomateriaal van de kerk van Wakken, de Mandel, café Het Schaak, restaurant Het Bourgondisch Kruis, de omgeving van Ooigembos, het kasteel te Ooigem, hoeve t Goed ter Mote, het provinciaal domein De Baliekouter, beeldje uit de vroegere kapel aan t Blauw Kasteelke, de kapel ven de broeders-recoletten te Tielt, de Poelberg, Kapelletje op de Paanders, de Priesterage aan de Sint-Bavokerk, de kerk en De Posterij te Sint-Eloois-Vijve, kruisbeeld op de Dries te Wielsbeke, de omgeving van de Elsbos.
Van dezelfde Monique Claerhout is de bijdrage over legenden, volksgebruiken en verhalen uit de geboortestreek van André Demedts. We krijgen het verhaal van de Kalle, de vervloekte jager uit Kessenburg, hoe het spokenbos aan zijn naam kwam, het volksgebruik met de meitak, de varende vrouw, de vliegende geit of het spook van de Loverhoek.
Het negende jaarboek is opnieuw een lijvig boek van 366 bladzijden vol historische en volkse verhalen en fotos uit het verleden van de drie gemeenten. Naast genoemde bijdragen bevat het jaarboek bevat bovendien een vijftiental andere bijdragen van archeoloog Johan Hoorne, Griet Claerhout, Rudy Verbrugghe, José Tack, Michaël Delange, Geert Vroman, Bernard Delange, Guy Seyns, Emiliëne Vandenbulcke, Jos Colson, Carlos Verbrugghe, Bert De Smet, Marie-Christine Martens. Inleider is afscheidnement stichter-voorzitter Lode Beck, die 25 jaar heemkundige kring Juliaan Claerhout belicht.
Het jaarboek Leiesprokkels 2005-2006 van de Juliaan Claerhoutkring is te bekomen aan 25 euro bij de bestuursleden of via rekening nr 068-2003593-85 van de Juliaan Claerhoutkring, Wandellaan 53 te 8710 Wielsbeke. Info bij Lucien Delange, tel. 056/603 192.
Toespraak van Francis Persyn, leraar Nederlands in Frans-Vlaanderen, op de Frans-Vlaamse Cultuurdag 24 september te Belle (Bailleul).
Ik heb de pretentie niet André Demedts persoonlijk goed gekend te hebben. Ik ontmoette hem één à drie keer per jaar tijdens deze cultuurdagen of in Hulst of Ekelsbeke, d.w.z bij gelegenheden waar het over het algemeen moeilijk is een lang gesprek met iemand te hebben. Dat neemt niet weg dat elke ontmoeting met André Demedts voor mij een indrukmakende belevenis was.
Wat mij bij André Demedts uiterlijk telkens fascineerde en zelfs intrigeerde, was zijn glimlach, een glimlach die wel niet ontdaan was van een zekere schalksheid, maar die vooral de uiting van zijn belangstelling en van zijn genegenheid voor zijn medemensen was.
Al bij de eerste ontmoeting met André Demedts had je het gevoel dat hij onmiddellijk doorgrond had wat voor een mens je was. Deze behoefte om de andere grondig te leren kennen is ook een leidmotief in zijn literair werk.
Ik citeer uit het verhaal Loon naar werken: Grootvader hoorde graag verhalen. Hij had altijd belangstelling gehad voor de mens, een raadsel waar hij kop noch staart aan kon krijgen. Hij hoopte ooit het mysterie dat hij voor zichzelf was, te kunnen doorgronden langs de aandacht die hij aan anderen besteedde. Hier kunnen wij ons afvragen of de houding van Grootvader Ivo ook niet typerend is voor die van de schrijver, van de kunstenaar überhaupt.
Uit deze bij André Demedts fundamentele houding vloeit zijn liefde voor de mens, de gewone mens voort, d.w.z de mens met zijn sterkten, maar ook met zijn zwakten. Ik citeer uit De levenden en de doden: Onvolmaaktheid is de gewone vorm van menselijkheid.
André Demedts glimlach ondervond ik persoonlijk als uiting van echt gemeendevriendschap. Vriendschap was ook de drijfkracht van zijn sociaal, van zijn cultureel engagement.
In verband met Frans-Vlaanderen schreef hij in het tweede nummer van de vierde jaargang van de KFV-Mededelingen: Als er een Komitee voor Frans-Vlaanderen bestaat, waarin vrijwilligers uit de drie Nederlanden, zonder persoonlijk voordeel en zonder lidkaarten, innig samenwerken is het omdat de vrienschap hen bindt. De vriendschap [is zoals de liefde van Paulus.] Ze kent geen afstand, geen berekening, geen verdeeldheid wegens stand of klasse, kleur of nationaliteit. In dit citaat legt André Demedts ook de nadruk op het belang van verdraagzaamheid, een problematiek van schrijnende actualiteit.
Wat volgens mij André Demedts het meest typeert, is zijn humanisme, een humanisme gebaseerd op christelijke waarden die in praktijk gebracht moeten worden, een humanisme dat wars is van ideologie, doctrine en schijnheiligheid, een humanisme waar de mens in harmonie met zijn omgeving, met de natuur zou leven, zoals de personage van Ivo Capelle in de roman In uw handen: Hij had geen slavenziel en voelde zich meer verwant met aarde en water, lucht en vuur, dan met de mensen die rekenden en telden, naar macht en bezit streefden [en, om hun waanzinnige dromen in vervulling te zien gaan, in een tredmolen van nooit eindigende zorgen en angsten liepen, tot zij er bij vielen]. In dit citaat wordt ook een kenmerk van onze moderne samenleving aangestipt, namelijk onze groeiende vervreemding van onze natuurlijke omgeving.
Daarmee komen we op het terrein van de sociale kritiek, een onderwerp dat eveneens een belangrijke plaats inneemt in het werk van André Demedts.
Naar aanleiding van de viering van zijn 70ste verjaardag in de Kortrijkse schouwburg deed André Demedts een oproep tot de jeugd: bezweer degenen die veel bezitten zich om de minder gegoeden te bekommeren en de machtigen om een maatschappij in te richten waar alle vormen van verdrukking uitgebannen zijn.
Als katholieke schrijver schrikt André Demedts er zelfs niet voor terug de kerk scherp te bekritiseren, bijvoorbeeld wanneer hij Pastoor Bogaerts, de hoofdfiguur van zijn roman In uw handen, volgende woorden in de mond legt: De kerk heeft altijd met de rijken samengespannen en nochtans had Christus niet eens een steen om zijn hoofd ter ruste te leggen. Voor ons, priesters, is het zeer erg als wij in Christus naam veroordeeld worden.
Dames en heren, aangezien de korte tijd die mij toegemeten is, heb ik alleen enkele aspecten van de persoonlijkheid en van het werk van André Demedts kunnen aanstippen. Daaruit blijkt toch dat zijn oeuvre niets van zijn moderniteit verloren heeft en ik kan het maar ten zeerste betreuren dat zijn werken bij de boekhandel moeilijk verkrijgbaar geworden zijn. Vandaag de dag schenkt de uitgeverswereld meer aandacht aan wat trendy is dan aan de vaste waarden van de literatuur.
Dames en heren, ik zou graag willen sluiten met een citaat uit De dag van gisteren, aangehaald door Ward Corsmit in zijn boekje over André Demedts. In dit citaat gaat het over de maand september, de lievelingsmaand van André Demedts en toevallig ook de maand waar deze cultuurdag geregeld plaatsvindt. September wordt er gepersonifieerd als een glimlachende mens die grote gelijkenis heeft met André Demedts zelf en met de herinnering die we aan hem hebben: September! Beeld van de enige mens waar het op aankomt, van de beminde die men niet missen kan en die toch weggaat, maar met een glimlach om ons die achterblijven geen verdriet aan te doen.
Herinneringen van Jacques Fermaut aan André Demedts
Toespraak van Jacques Fermaut tijdens de herdenking van André Demedts n.a.v. de Frans-Vlaamse Cultuurdag op 24 september 2006 in Belle-Bailleul.
Dames en Heren
Twee duizend en zes is voor mij een belangrijke verjaardag. Knipoogje van het lot, werden honderd jaar geleden twee voor mij heel belangrijke personen geboren.
Zonder de ene zou ik niet bestaan : t was mijn vader, een moedige landbouwarbeider aan wie ik een pak waarden en een heel stuk maatschappelijke promotie heb te danken.
Zonder de andere, André Demedts en mensen zoals Luc Verbeke, zou ik vermoedelijk hier niet staan.
Ik heb het voorrecht gehad André Demedts tamelijk goed te kennen : een intelligente, lieve en bescheiden man. Toen ik hem Meneer Demedts noemde, zei hij altijd : Zeg gy mo André, Jacques. Typerend is zijn opvatting van het KFV : Frans-Vlaanderen helpen zo lang het nodig is en dan wegwezen.
Ik herinner me nog een uitstapje met hem naar het Lijsternest van Stijn Streuvels en naar zijn ouderlijke hoeve in Sint-Baafs-Vijve.
Het toekennen van het André Demedtsprijs werd dan ook voor mij dé bekroning.
André Demedts sterft nooit : de kerk heeft gelijk als ze zegt opera enim eorum sequuntur illos : de mensen overleven in de vruchtdragende gevolgen van hun daden. Daar zijn we hier allemaal getuigen van
------
Lannée 2006 est un anniversaire majeur pour moi. Clin dil du destin, il y a cent ans naissaient deux personnes capitales pour moi.
Sans la première, je nexisterais pas : cétait mon père, un ouvrier agricole courageux à qui je dois de solides valeurs et toute une promotion sociale
Sans lautre, André Demedts et des gens comme Luc Verbeke, je ne serais sans doute pas ici.
Jai eu le privilège de connaître assez bien André Demedts : cétait un homme intelligent, affable et modeste. Quand je lui donnais du Monsieur Demedts, il disait toujours : « Mais non, appelle-moi simplement André, Jacques ! ». Sa conception du KFV est typique : aider la Flandre française tant quil faudra
Je me souviendrai toujours dune visite avec lui du Lijsternest, la propriété de lécrivain Stijn Streuvels et de sa ferme paternelle à Sint-Baafs-Vijve.
Aussi ai-je éprouvé lobtention du prix André Demedts comme un couronnement.
André Demedts ne mourra jamais : léglise a raison de dire que les uvres des hommes les suivent et, si elles sont fécondes, leur survivent. Nous sommes tous là pour en témoigner
Op vrijdagavond 20 oktober om 19.30 u. presenteert de oudervereniging van het H. Hartcollege een poëzie-avond rond oud leerkracht en auteur André Demedts. Mijn Moedertaal is de titel van een avondvullende activiteit met de medewerking van de leerkrachten (woord)en leerlingen (muziek) van het college. De poëzie-avond gaat door in het A. Demedtsauditorium van het H.-Hartcollege.
Het voorbije schooljaar liepen al een drietal kleine projecten op de school rond André Demedts. Tijdens het derde trimester was er een informatieve tentoonstelling aan de ingang en langs de gang van het auditorium, waaraan ook een wedstrijd (kruiswoordraadsel rond André Demedts) verbonden was voor de leerlingen. Op donderdagnamiddag 27 april 2006 was er een infosessie in het A.Demedtsauditorium, waar oud-directeur dhr. O. Martens en Mevr. H. Demedts getuigden nog over A. Demedts als leerkracht resp. als vader en auteur.
André Demedts kwam ook aan bod in de lessen tekstverwerking en daarin werkten de leerlingen van de vierde handelsklassen rond hun oud-leerkracht een werkje uit, dat dan werd overhandigd aan de familie Demedts. Ook in de lessen Plastische opvoedingvan leraar Jan Callens maakten de leerlingen van 1ASO een tekening/schilderij van Demedts. Hieruit werden uiteindelijk een zestal werkjes weerhouden, die ook zullen te zien zijn op de literaire avond van 20 oktober. Uit die zes selecteerde directeur Rik Deweer er één en liet het prachtig inkaderen. Het geselecteerde werkje is van de hand van Charles Sobry (13 jaar), leerling uit het eerste Latijn (nu tweede latijn) en woonachtig in Beveren-Leie. Het werd op vrijdag 14 augustus, op het stadhuis in Kortrijk, aan Hilde Demedts overhandigd uit dank voor de goede samenwerking het voorbije schooljaar.
Als aandenken aan de poëzie-avond werd een fraaie poëziebundel samengesteld, dat aan alle aanwezigen wordt meegegeven.Kaarten voor de poëzie-avond kunnen besteld worden aan 5 Euro (poëzie-avond, receptie, dichtbundel) op het secretariaat van het college (ingang Stationsstraat) of bij de leden van de oudervereniging.
Theater Kunst en Eendracht droeg voor uit het werk van André Demedts bij de herdenking op 18 augustus 2006 in de raadszaal van het stadhuis in Waregem.
1.Naijver, leedvermaak, slordigheid en wreedheid zijn slechts mogelijk bij iemand, die geen verstand gekregen heeft of weigert het te gebruiken.
2.Waar de algemene welvaart bestaat, maar de geestelijke ontwikkeling van geen tel is, verzinkt de gemeenschap in een vulgair materialisme.
3.Niemand kan de werkelijkheid ineens veranderen. Men kan er slechts in een andere houding er tegenover gaan staan.
4.Een paradijs op aarde zou mogelijk zijn als er geen mensen waren.
5.Als we in een onvolmaakte wereld de volmaaktheid belichamen, stoten we de mensen van ons af.
6.De natuur is nooit zo menselijk, als wanneer ze door de mens verlaten is.
7.Van waar verscheen het kwaad in de wereld, als het niet in de mens aanwezig is ?
8.De liefde is als een vogel in de lucht, niemand kan haar dwingen uit onze handen te komen eten.
9.Zoals de meeste bloemen slechts een keer bloeien om daarna te verwelken, bloeit een liefde slechts een enkele maal, bij sommigen duurt de bloeitijd niet lang.
10.Ik ben niet gelukkig als er mensen die ik ken ongelukkig zijn.
11.Het leven is veel eenvoudiger dan wijzelf.
12.Op de meest dwaze en tragische ogenblikken van het leven worden we door de humor gered.
13.Herinneringen zij het enige bezit dat men ons niet kan afnemen.
14.Er kan altijd maar ee n wedder tevreden zijn.
15.Groot is alleen wie van zichzelf afstand kan doen.
16.Zijn geluk heeft hij zelf veroverd. Zijn ongeluk heeft hij gekregen.
17.Tracht elkaar gelukkig te maken. Een moeilijker opgave is er niet, want we zijn al tevreden als we alleen gelukkig zijn.
18.Het is de drang naar geluk die ons ongelukkig maakt.
19.Wat naakt is, heerlijk naakt kan niet bedriegen.
20.De beste mensen houden van de waarheid, de anderen kunnen niet tegen de waarheid.
21.Kan er een trouwer vriendin dan de aarde gevonden worden?
Zij verstoot niemand; wat haar geschonken wordt geeft ze honderdvoudig terug.
22.De geschiedenis wordt geschreven door wie de overwinning heeft behaald.
23.Wie heel en al zijn land wil dienen. Moet vrij van alle banden zijn.
24.We hechten nog altijd te veel belang aan wat interessant lijkt en te weinig wat degelijk is.
25.Het is niet alleen ontzettend moeilijk om het leven met een lach op te nemen, het is nog veel moeilijker om de mensen ervan te overtuigen dat gij het recht hebt om het op die manier te doen.
26.Als je op deze wereld goede zaken wil doen, moet je maken dat alle partijen menen dat ze er voordeel bij halen.
27.Geschiedenis op zichzelf is zeldzaam. Wat wij gewoonlijk lezen is wat de mensen ervan gemaakt hebben.
28.Als ik niet bekommerd ben om degenen die zichzelf niet kunnen behelpen, dan ben ik niet waard dat ik leef.
29.Met het geluk gaat het als met de waren die in een grootwarenhuis uït gestald liggen, niemand heeft geld genoeg om ze allemaal te kopen, men is tot een keuze verplicht en wat men kiest kan nooit volledig voldoening schenken.
30.Je zult niet oud worden zolang je nog van mensen houdt.
31.Onwetenedheid sticht veel kwaad omdat er achterdocht en vijandschap uit voortspruiten.
32.Je moet het woord mede-lijden in tweemaal uitspreken en dan besef je wat het betekend.
33.Als de meeste mensen hun eer ontnomen worden schiet er niets meer over.
34.Alle veroveringen van de mens zijn als de weerschijn van dezon op het water.
35.De mensen worden klein en dwaas als zu te dicht bij elkander wonen.
36.Een mens die het kwaad niet zoekt, doet het ook niet.
37.De waarheid bevrijdt de mens uit om het even welke gevangenis.
38.Iedereen is ijdel op zijn manier.
39.Wie op de spits van de gezagspyramide staat, is alleen.
40.Er is maar zoveel geluk in de wereld als er liefde is.
41.Als er niets meer overblijft en je vindt de liefde neet, dan ben je verloren.
42.Beminnen is niet gemakkelijk. Onze lichamen vinden elkaar gemakkelijker dan onze zielen.
43.De liefde aanvaardt en heeft geen uitleg nodig.
44.Het volmaakte huwelijk vraagt niet dat man en vrouw op elkander gelijken, maar dat zij elkander zouden aanvullen.
45.Hoe zouden we anderen kunnen gelukkig maken als we zelf niet gelukkig zijn ?
46.Het geluk bestaat erin dat men met zijn ongeluk tevreden is.
47.De doden leven niet waar ze begraven liggen.
48.We hebben doorgaans te veel woorden en te weinig gedachten
met dank aan voorzitter Luc De Fraeye (tekst) en Dirk Verbeke (foto)
Vanaf 1975 organiseert het stadsbestuur van Nieuwpoort een Frans-Vlaamse veertiendaagse, telkens tijdens de Paasvakantie. Twee weken lang staat een bepaalde stad of streek uit Frans-Vlaanderen centraal en worden heel wat grensoverschrijdende activiteiten georganiseerd.
Bij ingewijden was het dan ook normaal dat André Demedts, voorzitter en later ere-voorzitter van het Komitee voor Frans-Vlaanderen, als één der eerste sprekers werd gecontacteerd. Een delegatie uit Nieuwpoort had hem ondertussen leren kennen en waarderen tijdens het bijwonen van de Frans-Vlaamse Cultuurdagen in Waregem en Ekelsbeke, alsook op de zomerse bijeenkomst van de Kon. Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde te Beauvoorde.
Samen met prof. Deveyer uit Hazebroek pleitte André Demedts (op 29-3-1975) voor een noodzakelijke samenwerking met de buren en voor het verbreden van de horizonten waar Vlaanderen een vooraanstaande plaats kan besteden. Over het programma van deze eerste veertiendaagse schreef hij: Het ziet er, concreet en veelomvattend, schitterend uit.
Anderhalf jaar later kwam hij, tijdens de culturele veertiendaagse spreken (op 2-11-1976) over zijn eigen werk als schrijver en dichter.
Ter gelegenheid van de twaalfde Frans-Vlaamse veertiendaagse werd André Demedts, door burgemeester Georges Mommerency, uitgeroepen tot ereburger van Nieuwpoort. Hij werd in 1986 immers 80 jaar oud. Dit gebaar werd zeer naar waarde geschat. De talentrijke auteur had zich immers hard ingezet voor Vlaanderen, voor Nederland maar ook voor Nieuwpoort en werd door menigeen op handen gedragen, als schoon mens (dit zei hij zelf vaak).
Geboren in St.-Baafs-Vijve op 8-8-1906 stierf hij te Oudenaarde op 4 november 1992. Hiermee kwam ook een einde aan de contacten met Nieuwpoort, maar leefde (leeft) zijn herinnering voort via zijn luitenant Luc Verbeke, alsook door het verder zetten van de jaarlijkse Frans-Vlaamse dagen.
Dank zij de Culturele Raad, het Davids- en Willemsfonds en Oswals Maes zal hij nog één maal tussen ons vertoeven op vrijdag 29 september 2006.
In opvolging met de uiteenzetting van Karel Platteau op 13 september voor het Davidsfonds van Waregem, willen we u nog enkele getuigenissen meegeven.
Maria Rosseels heeft haar eerste ontmoeting met André Demedts verteld, toen hij een dertiger was, op een studiedag voor Vlaamse meisjes :
De woorden zijn vergleden verondersteld dat ik ze heb begrepen; maar ik zie nog het gebaar van een jonge man die zich concentreerde, de handen samengevouwen, de ogen half gesloten, de aandacht naar binnen gekeerd. Vanuit die innerlijke wereld sprak hij: gedachten omgezet in woorden, op het ritme van traag vloeiend water. Het was alsof hij sprak tot zichzelf ideeën die opdoemden en verdwenen. En wij luisterden naar die innerlijke monoloog. En toch toch sprak hij tot ons, toch was er die eigenaardige dialoog.
Adriaan Roland Holst schreef hem op zijn 60ste verjaardag :
Uit toespraak van Karel Platteau op lezing bij DF-Waregem op 13 september 2006)
Spreker Karel Platteau was er zich van bewust dat vele aanwezigen André Demedts nog hebben gekend en ontmoet. Zelf kon hij zich vier momenten herinneren, en toeval of niet, het zijn héél kenmerkende momenten geweest voor die mens en die Vlaming.
Toen ik ongeveer 10 jaar oud was, in 1961, nam mijn vader mij mee naar een uiteenzetting van André Demedts in ons dorp, Vlamertinge. Ik herinner me nog levendig een vriendelijke man, die dichtbij zijn publiek kwam staan, met halfopen lachende oogjes. Zijn stem klonk een beetje raar, je moest goed luisteren, en ik begreep niet goed waarover hij sprak. Maar één ding onthield ik : zijn pleidooi voor Vlaanderen en de Vlaamse Beweging.
In zijn autobiografie De dag van gisterenuit 1966, vertelt hij hoe hij hiertoe kwam. Hij had een neef die in de Eerste Wereldoorlog de schandalige wantoestanden in het Belgische leger meegemaakt had als Vlaming. Die neef vertelde in 1918 deze schandalige situaties, zodat André geschokt was en bewust werd van de discriminatie. Zelf was André toen pas 12 jaar ( geboren op 8 augustus 1906) en later kreeg hij van een vriendje in het eenzijdig FranstaligeSt.-Lievenscollege te Gent, boeken over hetzelfde onderwerp, waardoor hij heel ontsteld was. Het was de brochure Vlaanderens Weezang aan den IJzer en Arm Vlaanderen van pater Stracke.Boeken hebben een belangrijke rol gespeeld voor hem, ongetwijfeld ook in zijn jeugdjaren.
Maar terug naar de spreker die ik aanhoorde. Op een bepaald ogenblik sloot hij zijn ogen helemaal, zijn stem ging weg en met een gebroken stem sprak hij moeilijk verder Ik vroeg me af of hij weende En als de spreekbeurt gedaan was, zei mijn vader dat het een zeer mooie en goede voordracht geweest was en dat die meneer veel goed deed door rond te gaan met zijn voordrachten en dat hij wel een keer zo opging in zijn woorden dat hij er door ontroerd was geweest Zelf schreef André hierover : Als ik begin te preken ontstaat het contact met mijn publiek en gedragen door een gevoel van verbondenheid, overwin ik de aarzeling en onzekerheid die mij remden Als dat niet het geval mocht zijn, zou ik mij verloren voelen.
Besluit : een bewogen spreker, over Vlaanderen, met verontwaardiging en met bedroefdheid.
10 jaar later zat ik aan de Kulak in de Germaanse en ik volgde het vak Moderne Nederlandse Literatuur. Tot mijn verbazing kwam André Demedts niet voor in die cursus ! Toch wist ik dat hij zoveel gepubliceerd had, gedichten en romans, essays en zoveel besprekingen in De Standaard. In boekvorm waren er toen al 55 publicaties ! (Later volgden er nog 19 andere. 74 dus in het totaal !)
Ik had ook zelf één boek van hem gelezen toen ik 14 jaar was : Alle vreugd is eindeloos.
Een jeugdverhaal over een jongen uit deze omgeving die in een weverij moet gaan werken. Vooral de beschrijving van die lawaaierige en stoffige weefgetouwen hadden op mij indruk gemaakt; ik vond het erg dat een leeftijdgenootje zo in de textiel terechtkwam Later leerde ik de thuiswevers kennen in Beveren-Leie, toen ik daar op bezoek ging...
Besluit: heel veel gepubliceerd, mét sociale dienstbaarheid in verwerkt. Zijncreatief werk : dichtbundels o.a. Jasmijnen, proza, waarvan In uw handen uit 1954 als de beste priesterroman ooit, aangeduid door Anton Van Wilderode.
Uit zijn eerste bundel werd Jasmijnen voorgedragen uit 1929. André was toen 23 jaar oud en werkte op de hoeve van zijn ouders. Hij hield van de paarden waarvoor hij moest zorgen en bezong ze met het gedicht De paarden. Een gedicht dat de sociale bewogenheid van de dichter uitdrukt is Mei. Daarna volgde nog een fragment uit de roman In uw handen.Later volgde nog Mijn moedertaal.
Men heeft het proza van André Demedts opgedeeld in 3 perioden: van 1933 tot 1944 : het onmogelijke geluk dan een tweede periode van 1944 tot 1951 met een kringloop om het geluk om dan in een derde periode een steeds duidelijker wordende vernauwing te zien naar het eigenlijke onderwerp toe nl. het menselijk geluk proeven. Marcel Janssens vatte het zo samen in 1966 op een huldedag voor de gevierde schrijver : Zijn werk is er niet omwille van de literatuur, maar omwille van het leven.
Zelf heeft de auteur al heel vroeg veel boeken gelezen. Op de boerderij was er een bibliotheek, nog van grootvader Ivo en van zijn vader Maurits. Zijn vader was lid van het Davidsfonds en net als vandaag, bestond toen ook het systeem van koopboeken voor de leden. Zo groeide ook de bibliotheek op de hoeve De Elsbos.Nog voor André 12 jaar was had hij bijna de hele Hendrik Conscience gelezen. Dat was een bewijs van de vrijheid die hij kreeg om met literatuur kennis te maken, vaak werden de boeken van Conscience achtergehouden, of aan elkaar gelijmd opdat je ze niet zou ontlenen zonder op te vallen
Maar hij las ook de verhalen van de Lovelings en van Jules Verne. Deze auteur heeft hem bijzonder gefascineerd. Hij getuigde vooral van zijn bewondering voor Kapitein Nemo in Twee jaar vakantie : Nemo, die na een lange strijd, allen en ver van zijn vaderland, stierf aan boord van zijn duikboot, omdat hij nooit had willen buigen voor de macht die het recht onderdrukt had.
"Snel leerde hij via zijn vader boeken kennen als De Negerhut van Oom Tom, van Harriet Beecher-Stowe, maar ook Cervantes, Shakespeare en Tolstoj.Hij had dus heel vroeg contacten met de literatuur en hoorde ook heel graag sagen en legenden vertellen uit zijn Beneden-Mandelstreek. En doordat hij veel ziek was, zwakke gezondheid, 2 maanden te vroeg geboren, zwaarmoedige knaap, bleef hij vaak thuis en hield van schrijven: Schrijven was een natuurlijke, doodgewone verrichting voor mij, een middel tot ontvluchting aan mijzelf, omdat een onoverwinnelijke schroom, of was het weerzin en angst, mij beletten te spreken ? Elders : Reeds als kind heb ik altijd gedacht dat ik moest schrijver worden. Dat leek de enige manier waarop ik, aardig van mijn voorgeslacht, mij kon doen gelden.
Kort behandelde Karel Platteau nog zijn studieperiode, zijn contacten met het leesblad Die Cnodse, het moeten afbreken van zijn studies wegens financiële problemen bij hem thuis, zijn kennismaking met Zuid en Noord en toneel, dat hem leerde voor het publiek te verschijnen en in hem de onvermoede kracht deed ontwaken. Vanaf 1925 publiceerde André Demedts in Dietsche Warande en Belfort en hij bleef er aanwezig met creatief én kritisch werk
In 1974 werd ik leraar aan het Sint-Amandscollege in de handelsafdeling daar. En een collega germanist, Omer Van de Putte, nodigde daar André Demedts ieder jaar uit om te komen spreken over Stijn Streuvels. Omer las met zijn laatstejaars Leven en dood in den Ast en als traktatie kwam dan Demedts praten over Streuvels. Dat was een vriendschap van jaren geweest. In 1946 al publiceerde Demedts over Streuvels. Het is trouwens door toedoen van Streuvels dat André zon inzet ontwikkeld heeft voor Frans-Vlaanderen !
In 1955 was er dan een boekje over Streuvels, maar in 1971 kwam het eerste degelijke boek dat over Streuvels ooit verschenen was : Stijn Streuvels. Een terugblik op leven en werk. Later kwam er in 1977 nog een boekje. Welnu, Hedwig Speliers heeft een biografie over Streuvels geschreven, maar hij zegt zelf dat hij zéér schatplichtig is aan Demedts !
"Als spreker over Streuvels zag ik André dus in Kortrijk. Maar ik zette mijn laatstejaars aan om deel te nemen aan een wedstrijd voor verhandelingen. De voorzitter van de jury was André Demedts. Het onderwerp was : wat is de betekenis van de humor ?En in de categorie voor leerlingen uit de handelsafdelingen won één van mijn kornuiten. Hij hield een lange en aangename babbel met de auteur.
"Nog wat later, in 1977 organiseerde ik Nederlandse taalstages voor Waalse jongeren. Dat kende een groot succes en ik besloot om André Demedts te vragen of hij wilde geïnterviewd worden door de oudsten van die franstaligen. André was toen 71 jaar, hij grinnikte toen ik het hem vroeg, maar hij zei ja. Het gesprek werd een succes, het ging over schrijverschap en engagement, over Vlaanderen en Wallonië, over jeugd van vroeger en nu. Hij kreeg een daverend applaus van de Waalse jongeren ! En hij vertrok gezwind op zijn fiets weer naar huis. De volgende dag zag ik hem spitten in zijn tuin !
"En telkens als de André Demedts-Prijs uitgereikt werd ( de eerste laureaat was Luc Verbeke ! als eerste secretaris en drijvend kracht achter deFrans-Vlaamse Cultuurdag en het Komitee voor Frans-Vlaanderen en later voor de KFV-mededelingen vanaf 1973) was de schrijver jarenlang zelf aanwezig en gaf hij het slotwoord. Het tijdschrift Ons Erfdeel is ontstaan door een oproep van André Demedts bij hem thuis waar hij aan enkele jonge mensen vroeg of ze boven iedere partijpolitiek contact wilden opnemen met Frans-Vlamingen en met Nederlanders. Om de Frans-Vlaamse problematiek bekend te maken in het Nederlandse taalgebied en ook om de samenwerking tussen de Nederlandssprekenden te bevorderen. Uit die aansporing is het tijdschrift Ons Erfdeel ontstaan met de 20-jarige Jozef Deleu. Het groeide uit tot een hoogstaand en volwaardig algemeen-Nederlands cultureel blad !
"Ooit schreef André Demedts het boek Hugo Verriest de levenwekker. Eigenlijk had hij dit woord voor zichzelf mogen bewaren. Hij was een bezieler en in zijn ene persoon een complete actie- en drukkingsgroep. Ook voor Leuven-Vlaams waar hij bisschop Desmet sterk beïndrukte ! Ruim 20 jaar had hij zich ook ingezet voor de radio omroep in het gebouw in de Rijselstraat. Daarbij had hij een voorliefde voor het woord, het volksverhaal en de stem van Frans-Vlaanderen. Hij gaf aan ontelbare mensen de kans om zich kenbaar te maken en hun specifiek terrein in goede radioprogrammas.
Vrijdag 29 september 2006 organiseert de Culturele Raad, het Willemsfonds en het Davidsfonds een literaire avond rond André Demedts. André Demedts werd in 1986 benoemd tot ereburger van Nieuwpoort en in dit 100e geboortejaar past het om deze Vlaamse auteur, cultuurpromotor en ereburger in herinnering te brengen. Spreker is Oswald Maes, algemeen bekend als Rogeeke uit de VRT-reeks Thuis. Hij vertelt zaterdag om 20 u. over André Demedts in het Cultuurhuis.
Voor de literaire avond hebben de cultuurverenigingen Willemsfonds en Davidsfonds, die een goede samenwerking hebben opgebouwd, de handen in elkaar geslagen en worden hierbij ondersteund door de Culturele Raad van Nieuwpoort. Beide afdelingen organiseren in Nieuwpoort diverse culturele activiteiten zoals deze lezing, voordrachten, toneel, muziek- en zanguitvoeringen, tentoonstellingen, uitstappen, enz.
Oswald Maes is verteller en staat ondermeer ook achter gebeuren in Beselare.In zijn causerie gaat het over het leven en het literaire werk van André Demedts met ondermeer ook voordracht van werk. De voordrachtgever heeft het ook over de mens Demedts. André Demedts werd ereburger van Nieuwpoort in het kader van de Frans-Vlaamse Veertiendaagse.De culturele en sportieve veertiendaagse heeft elk jaar een ruime mix van activiteiten zoals lezingen, een zoektocht, een busreis naar Frans-Vlaanderen, een film en het jaarlijkse harp-concert.
Oswald Maes staat ondermeer ook achter de heksenstoeten in Beselare, waar hij geboren is en ook actief is in de heemkundige kring. Hij heeft daar trouwens ook nog een tweede verblijf buiten zijn woonplaats Sint-Pieters-Brugge. Tijdens zijn middelbare studies in Kortrijk leerde hij Antoon Van der Plaetse kennen en aan de Academie te Ieper werd hij bevriend met Gerard Vermeersch. Hij studeerde verder aan het Koninklijk Conservatorium te Gent, waar hij eerste prijzen behaalde en voordracht en toneel. Met Kris Smet en Gilbert Van Vlaanderen vormde hij het trio De Minnestrelen dat vooral middeleeuwse poëzie bracht.
Als voordrachtkunstenaar houdt hij het meest van de gedichten van Guido Gezelle.
In 1971 speelde hij belangrijke bijrollen, o.a. in Mira of de teleurgang van de Waterhoek.
Als acteur werd hij in 1996 Rogeeke Van de Wiele, in de soapserie Thuis op TV1.
Hij is afkomstig van Beselare. Tijdens zijn middelbare studies in Kortrijk leerde hij Antoon Van der Plaetse kennen en aan de Academie te Ieper werd hij bevriend met Gerard Vermeersch. Hij studeerde verder aan het Koninklijk Conservatorium te Gent, waar hij eerste prijzen behaalde in voordracht en toneel. Met Kris Smet en Gilbert Van Vlaanderen vormde hij het trio De Minnestrelen dat vooral middeleeuwse poëzie bracht. Hij werkte tevens mee aan diverse VRT-programmas op Radio en TV, o.a. de reeks De bossen van Vlaanderen en de familiereeks Thuis waarin hij Rogerke speelde.
Oswald Maes houdt nog regelmatig causerieën over de heksen van Beselare, zowel historisch als folkloristisch, of over literaire onderwerpen als Guido Gezelle, Felix Timmermans of nu André Demedts.Hij houdt van taal omdat hij van mensen houdt. Vooral de dialecten boeien hem.
Info :
Michiel Brysbaert, Davidsfonds en Culturele Raad, Oude Veurnevaart 19, 8620 Nieuwpoort,Tel. 058/23.59.97
Maurice Bellefroid, Willemsfonds, Recollettenstraat 41, 8620 NieuwpoortTel. :058/23.60.56
Culturele Dienst Nieuwpoort, Patrice Van Laethem, cultuurbeleidscoördinator, Tel.: 058/22.44.29. info@nieuwpoort.be
Hulde André Demedts in Bailleul-Belle Frans-Vlaanderen
Persmededeling zondag 24 september 2006 aan Vlaamse pers (vrt, vtm, wtv, vum, persgroep, belga, )
Deze namiddag had op de Frans-Vlaamse Cultuurdag in Belle-Bailleul in Frans-Vlaanderen een herdenking plaats voor de Vlaamse letterkundige en cultuurpromotor André Demedts. Dit gebeurde naar aanleiding van het 100e geboortejaar van André Demedts. De bijeenkomst werd bijgewoond door een paar honderd aanwezigen, waaronder de pers uit Frans-Vlaanderen.
Organisator van de herdenking was het Komitee voor Frans-Vlaanderen, dat al aan zijn 59e Frans-Vlaamse cultuurdag toe was. KFV werd in 1947 opgericht te Waregem door André Demedts en Luc Verbeke. De Frans-Vlaamse Ontmoetingsdagen van toen met ondermeer ook Stijn Streuvels groeiden uit tot een jaarlijkse culturele bijeenkomst, die nu afwisselend doorgaat in thuisstad Waregem en het Franse Belle. Op het stadhuis van Belle ging dit jaar een tweetalige (N/F) plenaire zitting door.
Bij de hulde aan André Demedts waren er getuigenissen van drie Franse staatsburgers, die destijds de André Demedtsprijs hebben ontvingen. Het waren Francis Persyn, oud-inspecteur voor het Nederlands inFrankrijk en ondervoorzitter van KFV, Jacques Fermaut,oud-leraar Nederlands en KFV-medewerker, en Sandrine Demange, directrice van het Huis van het Nederlands.
André Demedts werd op 8 augustus 1906 geboren in het West-Vlaamse Sint-Baafs-Vijve. Hij begon daar zijn beroepsloopbaan als landbouwer. Tussen 1937 en 1949 was hij leraar aan een Waregemse college en van 1949 tot 1971 directeur van de gewestelijke omroep West-Vlaanderen van de BRT, aanvankelijk nog NIR.
Naast zijn beroepsactiviteiten, die hij steeds erg plichtsbewust uitoefende, schreef hij 77 boeken. (25 romans, 4 jeugdromans, monografiën, novellen),gaf hij 5000 voordrachten, beantwoordde hij 30.000 brieven, schreef hij luisterspelen en toespraken voor de radio, schreef hij talloze artikels in uiteenlopende media-organen,was hij er voor alle mensen zonder onderscheid van rang of stand.
Eind deze week volgt ook nog een herdenking van André Demedts door de Culturele Raad van Nieuwpoort, waar hij in 1986 ook tot ereburger werd uitgeroepen.
Voor informatie over André Demedts en het André Demedtsjaar kunt u terecht op de webstek "André Demedtsjaar 2006" op http://blog.seniorennet.be/adjaarof http://andredemedtsjaar.telenetblog.be,waarvan u ook alle informatie vrij mag gebruiken. (op de foto zien we vlnr Secretaris Dirk Verbeke, ondervoorzitter Jacques Fermaut, voorzitter Guido Carron, burgemeester M. Gilloen van Belle en Sandrine Demange van het Vlaams Huis in Belle)
September was de lievelingsmaand van André Demedts en in zijn geboortedorp Sint-Baafs-Vijve volgen de activiteiten in hjet kader van 100 jaar André Demedts zich in snel tempo op. We hebben pas de erfgoedwandeling en het optreden van Flanders Recorder Quartet achter de rug en we krijgen op zaterdag 23 september 2006 al weer een concert van het Jeugdmuziekatelier in de tuin van het André Demedtshuis. Het concert kadert ook in het projectVier-water van de intergemeentelijke culturele samenwerking tussen Meulebeke, Oostrozebeke, Wielsbeke en Ingelmunster die we ook onder het Demedtsland kunnen benoemen.
Het water van de Mandel en het Leiekanaal brengt de vier gemeenten samen. De Leie is nauw verbonden met het André Demedtshuis. De tuin eindigt bij de oever van een prachtige afgesloten Leiearm. En de Leie verbindt ook de drie woonplaatsen van André Demedts: Wielsbeke, Waregem en Kortrijk. In de tuin van het André
Demedtshuis kunt u op 23 september om 20 u. ondermeer luisteren naar de Watermuziek van Georg Friedrich Haendel. Het concert van het JeugdMuziekAtelier o.l.v. Leen Debode is gratis en bij de kraampjes in de tuin kan u proeven van vierwater. Een heel vurig drankje!
Jeugd MuziekAtelier
Het Jeugdmuziekatelier Wielsbeke werd opgericht in 1966. Toen gingen de lessen ook door in de jongensschool van Wielsbeke. Het heeft in de loop van die periode een hele evolutie en uitbreiding gekend. Momenteel telt ons Jeugdmuziekatelier 175 leerlingen en 12 leerkrachten. Om die reden mochten JMA enkele jaren geleden het oud-chirolokaal naast de school gebruiken. Het doel is kinderen vanaf het 2de leerjaar op een heel aangename en speelse manier creatief en actief muziek aan te leren.De leerlingen volgen 4 jaar basiscursus notenleer en daarin krijgen ze zang, orff, blokfluit, theorie en sinds 2004 ook djembe. Er zijn 30 lesweken per jaar.
Samen musiceren, plezier beleven met muziek en al spelende veel bijleren is onze grootste troef.Na 1 jaar basiscursus kunnen de kinderen starten met een instrument. De instrumenten die men momenteel kan volgen zijn: viool, gitaar, klarinet, saxofoon, dwarsfluit, piano, trompet, trombone, tuba, drum, slagwerk, hobo en dit programma kan uitgebreid worden op vraag van de leden.
In 2003 is JMA ook gestart met notenleer voor volwassenen. De volwassenen kunnen onmiddellijk in het eerste jaar starten met een instrument. In 1999 werd het samenspel opgericht. Momenteel telt deze 50 leerlingen. De bedoeling van het samenspel is leren samen spelen met verschillende instrumenten, wat niet altijd evident is. In groep spelen betekent ook rekening houden met de anderen. De jongeren onder ons worden meegetrokken door meer gevorderde leden. We leren dus voortdurend van elkaar. Een derde heel belangrijk aspect is vriendschap. Door iedere week samen te repeteren ontstaat er een hechte vriendschapsband. Dit voel je heel goed tijdens de concerten. Ze spelen met elkaar en nemen verantwoordelijkheid voor elkaar.
Koffieconcerten
Op 1 oktober starten dan weer de koffieconcerten in de Sint-Bavokerk in Sint-Baafs-Vijve met een concert van de Russische virtuoze violist Mikhaïl Besverkhny en de Russische meesterlijke pianist Timur Sergeyenia. Deze presenteren die zondag om 17 u. een magnifiek romantisch programma . Op zondag 5 november om 17 u. zijn violist Valery Oistrakh en pianist Thomas Dieltjens te gast voor een gevarieerd programma.
Herhalen we nog eens de openingstijden van André Demedtshuis, waar de tentoonstelling van kunstboeken aan het laatste weekeind toe is:
Flanders Recorder Quartet voor 100 jaar André Demedts
Donderdag 21 september om 20 u. presenteert het André Demedtshuis als volgend concert in de reeks 100 jaar André Demedts een optreden van het prestigieuze Flanders Recorder Quartet in de Sint-Bavokerk in Sint-Baafs-Vijve. Met optredens over gans de wereld overtuigen Bart Spanhove, Han Tol, Joris Van Goethem en Paul Van Loey op een enthousiaste, attractieve manier het publiek met de onbeperkte mogelijkheden van een blokfluit. De vier blokfluitisten worden alom geroemd om hun gedurfde programma's, de expressieve voordracht, virtuoze vertolking en eigenzinnige profilering. Ze overrompelen hun publiek met de klankschoonheid van de meer dan 150 zeldzame blokfluiten die ze het bespelen. Het Quartet brengt n.a.v. het André Demedtsjaar in zijn geboortedorp Sint-Baafs-Vijve het tot de verbeelding sprekende programma Banchetto Musicale.
Het Flanders Recorder Quartet worden de ambassadeurs genoemd van de blokfluit. De talrijke positieve perskritieken na concerten en cd-opnames beklemtonen de gedurfde en unieke programmatie, het kristalhelder samenspel, de eigenzinnige profilering en virtuoze en expressieve vertolking. Sinds zijn ontstaan in 1987 heeft het Flanders Recorder Quartet Vier op n Rij zich ontwikkeld tot een ensemble dat behoort tot de wereldtop. Met meer dan 1200 optredens in wereldbekende concertzalen op haar naam, is het niet meer weg te denken uit de wereld van de oude muziek en toonaangevende festivals.
Het kwartet maakte verscheidene baanbrekende cd-opnames met vaak onbekend repertoire voor Deutsche Grammophon en Harmonia Mundi. In 1997 ging het een verbintenis aan met het Franse cd-label, Opus 111. De laatste drie cd's die uit deze samenwerking voortkwamen, Armonia di Flauti, Bassano en Magic, vielen één voor één in de prijzen. In 2004 verscheen een opname met werken van Matthew Locke bij het Duitse label Aeolus, het nieuwe "huismerk" van het kwartet. De gedurfde en unieke programmatie, de expressieve voordracht, virtuoze vertolking en eigenzinnige profilering van de vier blokfluitisten wordt alom geroemd en komt steevast in de concertbesprekingen tot uitdrukking.
Het Flanders Recorder Quartet brengt een instrument, dat tweehonderd jaar lang miskend werd, weer voor het voetlicht. Op een attractieve manier overtuigt het de melomaan met een uitzonderlijke verzameling van 150 instrumenten, die, gepaard aan de virtuoze vertolking van gevarieerde programmas, ervoor zorgt dat elk concert een onvergetelijke gebeurtenis wordt. Tot de collectie van het ensemble behoren kopieën van blokfluiten naar Virdung (1511) gebouwd door Adrian Brown; tien instrumenten uit het bezit van Henry VIII, gebouwd door de beroemde Italiaanse dynastie Bassano en voor het kwartet gekopieerd door Bob Marvin en Adri Breukink; de 2,30 meter hoge barokke grootbas die door Friedrich von Huene uit Boston werd ontwikkeld en moderne instrumenten van Hans Coolsma. Deze unieke en uiterst zeldzame blokfluiten zijn niet enkel een lust voor het oog en het oor maar ook een belangrijke pijler waarop het kwartet zijn pleidooi voor de blokfluit steunt.
Het Flanders Recorder Quartet wordt geroemd om zijn smaakvol uitgewerkte arrangementen (waaronder Vivaldi's Vier Jaargetijden) en de meer dan veertig composities die aan de groep zijn opgedragen. Een deel van het uitgebreide repertoire stelt het ensemble ter beschikking aan een groot publiek middels een reeks van uitgaven in The Flanders Recorder Quartet Series, die bij Heinrichshofen in Duitsland verschijnt.
De titel "Banchetto Musicale" is ontleend aan de gelijknamige danssuites van J.H. Schein (1617). Ook G.P. Telemann schreef in 1733 zijn fameuze collectie "Musique de Table". Met deze muziek wilden zij hun gasten een al even rijk "muzikaal" banket aanbieden. Deze gedachtengang inspireerde Flanders Recorder Quartet bij het samenstellen van dit
nieuwe programma, waarin het ensemble de diversiteit van zijn instrumentarium en composities centraal wil stellen. Dit programma is opgebouwd in de vorm van een
rijk gevuld muzikaal diner, waarbij alle gangen ingevuld worden door verschillende muzikale delicatessen van over de hele wereld.
Met een instrumentarium van meer dan 150 blokfluiten (Middeleeuwen, Renaissance, Barok, twintigste eeuw) wil Flanders Recorder Quartet de muziek uit verschillende periodes in haar oorspronkelijke klank ten gehore brengen. Hiervoor worden enkele unieke instrumenten gebruikt die speciaal op aanvraag van het ensemble ontwikkeld werden. Hierbij Von Huenes reuzengrote barokgrootbas en een reconstructie van een middeleeuws consort speciaal geschikt voor vroege polyfonie. De muziek: J.S. Bach, J.B. de Boismortier, M. Locke, J.H. Schein, J. Ciconia, P. Swerts, A. Vivaldi, e.a .
"Flanders Recorder Quartet" is, met meer dan 1200 concerten op vijf continenten op haar naam, niet meer weg te denken uit het internationale muziekleven. Na het behalen van de eerste prijs in het vermaarde "Musica Antiqua Concours" te Brugge in 1990 nam de carrière van het kwartet een enorme vlucht en concerteerde het in wereldbekende concertzalen zoals "Opera City Hall" (Tokyo), "Phoenix Hall" (Osaka), "The Cloisters" en "Frick Collection"
(New York), "Spivey Hall" (Atlanta), "Het Concertgebouw" (Amsterdam) en het Orchesterhaus Salzburg" en tijdens toonaangevende oude-muziekfestivals overal ter wereld.
Info en Tickets aan 8 Euro op de Cultuurdienst Wielsbeke.