Je bent gegaan zoals je bent gekomen lief klein meisje uit mijn dromen je bent niet levend aangekomen dus bleef je het lief klein meisje uit mijn dromen.
Je vader kijkt mij verwijtend aan weer een prettig gesprek naar de maan als ze vragen hoeveel kinderen we hebben kan ik niet zwijgen en vertel over het kleine meisje dat we niet levend mochten krijgen.
Kijk dat zijn de moeders de moeders van een overleden kind een hele zaal bij elkaar, ze delen dezelfde pijn zij allemaal ze vertellen elkaar snikkend hun verhaal ze voelen dezelfde pijn zij allemaal.
Kinderstemmetjes klinken in mijn hoofd er was mij ook een kindje beloofd maar dat werd zomaar uit mijn buik geroofd nu hoor ik telkens haar stemmetje in mijn hoofd het stemmetje van het kindje dat mij was beloofd.
Ik hoefde niet met jou uit wandelen gaan of naar de dokter te gaan niet als je ziek was bezorgd aan je bedje te staan ik kon alleen maar verdrietig bij je grafje staan.
Nooit met mijn dochter winkelen gaan haar nooit voor het altaar zien staan nooit naar mijn kleinkinderen gaan die zijn me nu ook ontnomen die zullen nu ook niet komen.
Niets is er erger dan als ze meewarrig naar je kijken gôh wat ben jij dom wat weet jij er weinig van zo is het niet hoor zij weten het beter jij weet niks
maar je hebt toch gelijk en het komt nooit meer goed......
Ik ben toch in een ziekenhuis doe wat wil je schreeuwen heel luid maar uit je keel komt geen geluid je word afgevoerd als een lam naar de slachtbank stomgeslagen zonder één klank.
Treurend staat een moederdier bij haar overleden kind uiteindelijk gaat ze weg maar komt weer terug in een sprint want stel je voor....... ik kijk naar Spoorloos op tv want stel je voor.......
Ze ziet me met de vrouw van mijn zoon, en zegt dan doe je toch met je dochter mee? dan doen je dochter en jij dat toch met z n twee dan ga je samen met je dochter je dochter doet dat ook etc etc etc de tranen schieten in mijn ogen maar ik hou me groot terwijl ik het uit wil schreeuwen mijn dochter die is DOOD.
Een slanke dolfijn doorklieft het heldere water van de diep blauwe zee o kon ik maar met hem mee naar waar de zeemeerminnen wonen dan kon ik je ook daar gaan zoeken mijn kind.
Ik zag in een van mijn dromen een rij baby engeltjes voor bij komen giechelend trokken zij aan mijn ogen voorbij ik kon je niet vinden... maar jij was vast ook daarbij.
Ben je die ster daar hoog in de lucht ben je die vogel in vrolijke vlucht ben je die geurige uitbundig bloeiende bloem ben je het huppelende lammetje daar in de wei toe zeg het mij of ben je alleen maar in mijn hart.
Ach nee daar is dat mens weer met haar dode kind loop door voor ze er weer over begint het is altijd hetzelfde liedje over haar verloren dochter Grietje.
Hoog aan de zomerse blauwe hemel verwoord een vogel mijn verdriet Griet o Griet o Griet misschien dat jij hem deze zomer ook eens hoort de vogel met mijn lied Griet o Griet o Griet.
Alles van jou wat ze hadden weggehaald heb ik terug gevonden maar in de wieg lag ongeloof aan je kleertjes zat verdriet aan je knuffels verloren vertrouwen en pijn alles was terug gevonden maar het zou nooit meer hetzelfde zijn.