lancering in 1958 vanaf Baikonur LC1, van de Soviet ruimtesonde E-1 N°3.
De bedoeling van deze lancering is een sonde te pletter te laten vallen op het maanoppervlak - na een rechtstreekse vlucht - zonder tussenfase in aardorbit.
De missie mislukt door het vroegtijdig (bij T+245s) stoppen van de motoren van de 2de trap, door falende brandstoftoevoer.
(afbeelding: model van dit type sonde)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: -
Norad ID: -
Andere namen: AMS Luna
Lanceertuig: 8K72/B1-5(Luna)
Massa: 360 kg.
lancering in 1996 vanaf Cape Canaveral LC17B, van de VS ruimtesonde Mars Pathfinder/MPF, met de rover Sojourner.
De Mars Pathfinder was de tweede van NASA’s lage-kosten planetaire Discovery missies. Het ruimtetuig bestaat uit een stationaire lander en een oppervlakte rover. Het primaire doel was het aantonen van de haalbaarheid van de low-cost landingen op, en de verkenning van, het oppervlak van Mars. De wetenschappelijke experimenten gingen over de atmosfeer, fotografie van het oppervlak, rots- en bodemsamenstelling en klimaat.
MPF landde op 4 juli 1997 in de Ares Vallis regio 19°N – 34°W. De lander is kreeg de naam Sagan Memorial Station. Twee dagen later begon de 10 kg lichte rover zijn tocht op het oppervlak. Na spektakulaire foto’s kwamen spoedig geologische gegevens en meetresultaten binnen bij de vluchtleiding. Hoogtepunten in het onderzoek betroffen oa het rotsblok Yogi en de Barnacle Bill steen. Op de meer dan 9600 foto’s zijn de sporen te zien van uitgedroogde waterbekkens. Metingen geven de temperatuur aan van -32°C(nacht) en +18°C(dag).
De gegevensstroom stopt om onbekende redenen op 27 september.
(afbeeldingen: de rover op mars en een marsbeeld vanaf de lander)
Enkele gegevens:
NSSDC ID: 1996-068A
Norad ID: 24667
Andere namen: MESUR Pathfinder, Carl Sagan Memorial Station
Lanceertuig: Delta II 7925
Massa: 463 kg.
vertrek in 1965 van het ruimteschip Gemini GT-7 (Norad ID: 1812), voor een 14-daags verblijf in een baan om de aarde.
De doelstellingen van deze 4de bemande vlucht in de Gemini-reeks zijn: meervoudige benadering van de 2de trap van de lanceerraket Titan II, rendez-vous met GT-6, evaluatie van verblijf in de capsule zonder ruimtepak en terugval dichter bij de voorziene plaats in zee.
Zoals gebruikelijk behoorden ook technische, wetenschappelijke en medische exerimenten tot het takenpakket.
De astronauten waren na de vlucht in “betere dan verwachte” conditie en hadden enkel hinder ondervonden van een opengebarsten urinezakje. Naar eigen zeggen leek het als “verbleven ze twee weken in een toilet”.
De inzittenden zijn:
Frank J.Borman, bevelhebber-piloot,
James A.Lovell, Jr, co-piloot.
vertrek in 1998 van de ruimtependel Endeavour STS 88 (Norad ID: 25549), voor de eerste uitbreiding van de basismodule van het toekomstig ruimtestation ISS.
Dit wordt het grootste internationaal ruimteavontuur tot die datum, met de koppeling van de meegebrachte Node 1 Unity aan de Zariya Controlemodule die al door de Soviet Unie in orbit gebracht is. Zariya was tot dan het massiefste voorwerp ooit in de ruimte.
Astronaut Cabana bediende de robotarm om de twee modules samen te brengen en de missiespecialisten Ross en Newman maakten gedurende drie buitenaktiviteiten (EVA) de nodige verbindingen.
Tijdens de 12-daagse missie wordt ook de militaire satelliet MightySat 1 in de ruimte gezet.
De inzittenden zijn:
Robert D.Cabana, bevelhebber,
Frederick W.Sturckow, piloot,
Nancy J.Sherlock/Currie, missiespecialist,
Jerry L.Ross, missiespecialist,
James H.Newman, missiespecialist,
Sergei K.Krikalyov, missiespecialist.
geboorte in 1945 te Sault Ste Marie – Ontario, van Roberta Lynn Bondar.
Canadese ladingspecialist/astronaute – Neuroloog.
Lid van CSA 1-1983 groep.
Maakte ruimtevlucht in STS 42.
Verbleef 8,05 dagen in de ruimte.
Was astronaute tot januari 1992.
geboorte in 1952 te Cleveland – Ohio, van Ronald Michael ‘Ron’ Sega.
Amerikaanse missiespecialist/astronaut.
Huwde astronaute Bonnie Dunbar.
Lid van NASA 13-1990 groep.
Maakte ruimtevlucht in STS 60 en 76.
Verbleef 17,52 dagen in de ruimte.
Was astronaut tot juni 1996.
lanceringen van allerlei aard, onder andere
in 1962: de VS fotospion KH-4 9049/FTV 1155;
in 1964: de VS fotospion KH 7-14/OPS 4439;
in 1968: de VS militaire satelliet OPS 6518/KH 8?
in 1969: de VS militaire satelliet KH4B/OPS 6617;
in 1973: een SU militaire communicatiesatelliet Strela-2;
in 1975: de VS fotospion Big Bird 11/KH9-11;
in 1977: een SU fotoverkenner Zenit-4MKM;
in 1981: een SU fotoverkenner Zenit-6;
in 1984: de VS militaire satelliet USA 6/KH11-6;
in 1986: een SU fotoverkenner Oblik;
in 1990: de SU militaire waarnemer Kobal’t en een oceaanobservatie satelliet US-PM;
in 1999: zeven VS telecomsatellieten van de Orbcomm-serie.
|