Mijn naam is Loreanne, afgekort 'Lore'. Die naam verschijnt onder mijn blogjes. Mijn bedoeling is mijn belevingen trachten te uiten. Als psychische zieke word je immers vaker de mond gesnoerd dan als de fysisch zieke mens. Loreanne
LEVEN MET EEN BORDERLINE PERSOONLIJKHEIDSSTOORNIS, Josephine Giesen-Bloo
BORDERLINE PERSOONLIJKHEIDSSTOORNIS, een praktische gids voor behandeling, Roy Krawitz, Christine Watson
GROOTSE PATIENTEN, KLEINE THERAPEUTEN. Narcisme en Psychotherapie, Mark Kinet, Luc Moyson
ROSALIE NIEMAND, Elisabeth Marain
HET MOET ERUIT, Marie Cardinal
ONTSPOORD, Ria van de Ven
DE UREN, Michael Cunningham
BORDERLINE STOORNIS. Crises in hechten en onthechten, E. Van Meekeren
BORDERLINE HULPBOEK. Zelf leren omgaan met, Jaap Spaans en E.Van Meekeren
WAT BORDERLINE MET JE DOET, Arthur Hegger
BOEKEN
BORDERLINE PERSOONLIJKHEIDSSTOORNIS. Handleiding voor training en therapie', M.Linehan
VER HEEN, P.C. Kuiper
MORGEN BEN IK EEN LEEUW. Hoe ik mijn schizofrenie overwon.', Arnhild Lauveng
DE STILTE VOORBIJ. Mijn weg terug.', Nancy Venable Raine
ALS LIEFDE IS PIJN DOET EN JE WEET NIET WAAROM, Dr.Susan Forward en Joan Torres
DILEMMA'S IN DE PSYCHIATRISCHE PRAKTIJK, Kaasenbrood, Kuipers, van der Werf.
De lijst boeken die ik vermeldde, gaan uiteraard niet allemaal over borderline persoonlijkheidsstoornis. Het zijn boeken die me om één of andere reden steun boden al was het door de (h)erkenning van bepaalde gevoelens, gedachten, bedenkingen. Er zijn boeken bij die me een beter inzicht gaven in wat tijdens mijn huwelijk speelde ('Als liefde pijn doet en je weet niet waarom') of over het verworpen worden door die je lief zijn. ('Ontspoord')
Niets van deze teksten mag zonder toestemming van de auteur gebruikt worden.
over depressie en persoonlijkheidsstoornis
23-04-2011
15. Van de wereld
Ik ben van de wereld, zo voelt het wel... maar met mijn verstand registreer ik positieve zaken die ik volbracht. We brachten goedkope viooltjes mee... kon ik mijn terras toch een beetje opvrolijken. Ik heb er me na anderhalf uur rust en het wasgoed ophangen meteen aangezet. Ik weet dat die bloemen anders verkommeren... in het washok. Een grote bak... en enkele hangpotjes kunnen vullen.Daarna opnieuw rust... om dan het overvolle kaftje onder handen te nemen... aan de tafel met een biertje zodat ik rustiger word en me beter kon concentreren. Heb al een aardig stuk gesorteerd. Het moet... want er worden weer bewijzen gevraagd. Ik snap er echter dit keer geen jota van. De moed zonk me in de schoenen toen ik de dubbelzinnigheid in de vragen ontdekte... wat zoveel betekent als opnieuw aanschuiven aan één van de loketten en ten prooi te vallen aan mogelijk sadistische bedienden? (ik spreek jammer genoeg wat dàt betreft uit ervaring)
Ik ontdekte ook nog papieren van gasdistributie en elektriciteit waarin ze melden dat wanneer je niet meer kan genieten van het sociale tarief je kan intekenen op electrabel plus of zoiets... dat is in mijn situatie zowat onmogelijk... te complex om hier uit te leggen. Uitzonderingen vallen buiten de regels en door de mazen van het sociale vangnet. Ik voel me een speelbal... een gammel bootje op een wilde oceaan. Soms ben ik moe van al die papieren, de talloze addertjes onder het gras waardoor je net toch mogelijke kortingen misloopt. Teveel wordt van jou gevraagd, als je al je energie nodig hebt om te vechten voor je leven tegen de depressie. Welke buitenstaander snapt dat? Alleen mensen die er aan lijden of aan leden... of die over een hoge empathie kunnen beschikken? Ze wonen blijkbaar ver van mij...
Soms is de leegte en pijn zo groot dat ik angstig ga zoeken en grijpen naar mogelijke houvasten... iets dat kan helpen. Ik dacht aan een zelfhulpgroep, aan mensen waarmee je ervaringen kan delen, die weten waar je over spreekt en die niet oordelen, veroordelen, betuttelen, infantiliseren. Zodat je niet alleen voelt met de hele zooi maar toch veilig over je voelen kan praten. Die zichzelf niet voor je stellen... alsof hun ervaring en hoe ermee om te gaan dé juiste is voor jou en ieder ander. Zulke houding zorgde immers voor nog meer faalangst en ontgoocheling... omdat ik niet alleen lijd aan depressies, niet alleen lijd aan de borderline persoonlijkheidsstoornis, niet alleen lijd aan fibromyalgie en CVS en gelukkig niet langer of veel minder aan angst- en paniekstoornissen maar aan alles tesamen. Ik wist de problemen door borderline persoonlijkheidsstoornis en de veelvuldige depressies de meeste jaren goed onder controle te houden... maar door absurde zaken in mijn leven... brak de hele lijn. Toen kwamen de andere problemen opzetten, fibromyalgie, CVS, paniek/angststoornis. Gelukkig is het laatste in heel wat mindere mate dan toen... want het ontnam me ook de broodnodige slaap.
Soms heb ik het gevoel dat ik houvasten blijf zoeken en ze wil grijpen... De voorraad houvasten lijkt echter uitgeput of ze bieden geen houvast meer, ze zijn als plukken gras boven een ravijn. Ze breken af en je valt, valt en valt steeds dieper. Op jezelf teruggeworpen, weten dat je leven ondertussen voorbij gaat en daar zit je, als een bloemzak. Je moet op zulke ogenblikken beslist stoppen met denken... en proberen wat je ervoor ook probeerde, het NU en alleen dat te be-leven. Genoot je een tikje? Dat is dan meegenomen. Heeft het je niets gedaan.. dan laat je dat voorbijgaan zonder daaraan te denken. Verdringen de zooi..., wegduwen de ellende. Je weet zelfs niet of je er nog ooit bij zal geraken, bij dat wat je hele leven heeft voortgestuwd, die levenslust en energie, de moed en dat blijvend geloof in dat het goed zal komen uiteindelijk. Dat wat gebeurde was zo absurd dat geloven dat het ooit opnieuw goed komt, niet eens meer tot je 'fantasie' behoort. Daarom probeer je je te beperken tot het beleven... en dankbaar aanvaarden wat is, wat op je afkomt, waar je rust in vindt, hoe zeldzaam ook. Niet meer verwachten dus ook minder ontgoochelingen.
Ik dacht aan de psychiater die volgende week terugkomt uit vakantie. Dubbel gevoel... enerzijds is er die stille hoop dat het dan opnieuw beter zal gaan, anderzijds de hopeloosheid hoe dat dan wel zou kunnen. Wat brengt er nog soelaas en wanneer? En wat moet ik of net niet? Te midden de smurrie. Het evenwicht vinden in duwen en laten gaan... noch het ene noch het andere overdadig beoefenen. Ik duwde me altijd vooruit en kon niet rusten omdat ik hét het hoofd moest blijven bieden tot ik ontdekte dat rust het milder maakt. Bovendien was er op een dag een grens bereikt. Toen ik nog verder duwde, mezelf altijd vooruit duwde, gaf mijn hele lichaam er de brui aan en brak zodat ik mezelf niet meer KON vooruit duwen. Waar ik amper zulke grenzen kan voelen, gaf vanaf die periode mijn lichaam de grens aan. Ik kon die niet meer negeren, ze liet zich namelijk niet meer negeren.
Ik was altijd een praatvaar... nu ben ik stil. Het kost me zelfs moeite een zin te zeggen... zelfs een woord. Ik vertelde graag... dat is voorbij. Alsof de zin ook uit het vertellen verdween. Wanneer ik toch vertel, is het alsof het levendige uit mijn vertellen verdween... Het luisteren doet het ook niet meer. Ik moet me er meer dan normaal voor inspannen. Die inspanning kan ik amper nog opbrengen. Ik wil alleen maar stilte... en gerust gelaten worden. De warmte van deze dagen brengt me in de war. Het voelt tegennatuurlijk, alsof het al zomervakantie is... Ik probeer me aan te passen aan dit staaltje klimaatverandering maar het is niet eenvoudig. Alsof niet alleen mijn leven een hele slag draaide maar ook het leven om me heen. Ik maak me klaar... ga op boodschappentocht. Ik moet namelijk jammer genoeg ook eten.
Ik werd erg stil, voel vaak de zin niet meer om te spreken. Ik die steeds zoveel wist te vertellen en zo graag praatte. Ik loop het liefst in volslagen stilte rond met niemand om me heen... Het is erg dat ik dat wat ik een openheid noem, verloor, een grote toegankelijkheid voor anderen. Er was steeds veel ruimte voor anderen... tot mijn leven door elkaar geschud werd door talloze emotionele aardbevingen. Alles viel in puin wat nog niet in puin lag. Behalve het leven dat toen overbleef al heb ik er moeite mee dat nog leven te noemen. Zoveel wat vroeger mijn interesse wekte, doet dat nu niet meer. Net als bij andere depressies maar met dit verschil dat ik me er nu niet meer toe kan brengen wat dan ook te doen. Waar ik ook aan begin, er is niet veel dat lichter maakt. Alleen de stilte voelen en die beleven, geeft nog rust. En lezen... eenvoudig handwerk, liggend op de sofa. Geen muziek meer beoefenen, niet eens meer beluisteren, geen verf meer op het doek. Wanneer ik toch probeer, voel ik me erna nog ellendiger dus vermijd ik dat tot... tot ja wanneer...? Ondertussen vervul ik met mondjesmaat de klusjes en probeer niet meer te eisen van mezelf dan waartoe ik in staat ben. Ook dat staat in schril contrast met vroeger. Ik bleef veel van mezelf geven, ondanks de jaren psychische pijn waar amper mijn omgeving vanaf wist. Altijd de lach en toen dat niet meer kon... nam niemand of amper iemand me ernstig. Ik instorten? Dat was onmogelijk... De pijn liet me strompelen als ongeoliede robot en nog suggereerden ze dat ik het veinsde... terwijl ik mezelf precies om die haperende bewegingen dood geneerde en het strompelen zo goed en zo kwaad mogelijk probeerde te verbergen door ultra langzaam te bewegen. Sommige wondes die toegebracht werden, genezen niet...
Ik schonk mensen mijn vertrouwen, elke keer opnieuw. Het duurde soms lang eer ik hen mijn volledige vertrouwen schonk. De klap nadien sloeg in als een krater. Het verwondde.. natuurlijk... dat doet het toch altijd...? Alleen misschien niet bij de ongenaakbaren of mensen met een dikkere huid, een goed functionerend filter? Het werd wonde op wonde... Een emotionele schok geconfronteerd te worden met wreedheid en hardheid van wie je het niet verwacht... Ik was zeker niet argeloos of onbevangen... hield vaak een afstand in acht, onopvallend, liet een vroegere vriendin zich ooit ontvallen... alsof ik een dans uitvoerde die vaag nabijheid suggereerde maar die in feite voorzichtige afstand was... want ik wilde niemand kwetsen. De angst werd groter... door te veel schokken. Ik voel me een schaduw van die ik ooit was. En wat had ik al vele watertjes en watervallen doorstaan...
Vroeger vroegen mensen me of er eigenlijk wel iets bestond wat ik niet kon... Alles wat ik aanpakte, kreeg ik voor mekaar. Niet dat ik dat zelf geloofde... Door gebrek aan zelfvertrouwen en angst. Meestal leerde ik wat dan ook uit mezelf, met behulp van boeken of door het gewoon te proberen. Ik haal er mijn schouder bij op... ik weet dat het jezelf alles aanleren me beschermde tegen beledigingen, krenkingen, misbruik, willekeur, geweld, machtsvertoon, psychische terreur. Ik was wat ze noemen, autodidacte uit angst voor mensen en wat ze met mijn zichtbare twijfel en onzekerheid allemaal uit konden spoken... Tjonge wat waren ze creatief... Toch verloor ik nooit mijn vertrouwen helemaal in ze, vreemd genoeg. Ik bleef telkens opnieuw vertrouwen... Tot de ene ramp de andere volgde. Ondertussen voel ik me een volslagen mislukkeling. Iets is geknapt van binnen... dat wat het levensvlammetje brandend hield.
Na het schrijven, ging ik na eerst even platte rust aan het rommelen. Dit keer was de wiegstoel aan de beurt, die lag volgeladen, zaken die een strijkbeurt behoeven, die moeten hersteld worden... of versteld... en ook een stuk stof, de derde lap voor een kamerscherm. Ik sorteerde de stukken en ben aan de lap voor het kamerscherm begonnen, de overige twee... werkte ik verleden jaar af... Goed... dit klusje is geklaard... de ene zijde naaide ik liggend op de sofa, de andere zijde moest ik ter plekke naaien en afwerken... staande dus... Daarna was een pauze opnieuw noodzaak... zeker door het uitje gisteren. De laatste portie spaghetti is binnen... met anderhalf glaasje wijn. Ondertussen twee mensen wisten me te vertellen dat het niet goed is dat je alcohol gebruikt en fibromyalgie hebt. ... Nu... dat kan best zo voor ze zijn... maar neem aan dat het altijd kan verschillen... zo blijkt... zonder het glaasje wijn kan ik niet koken, noch als ik te moe ben, eten... tenzij ondersteund, dat heb ik vier jaar geleden echter al genoeg moeten doen. Medicatie zou ook soelaas kunnen brengen maar in mijn geval is dat alweer een hachelijke onderneming. Het heeft een hele periode geduurd eer er een geschikt anti-depressiva werd gevonden waar ik niet al teveel hinder van ondervind, niet op korte en ook niet op lange termijn. De dosis die ik nam was belachelijk laag (de laagste dosis in acht stukjes... en zo stilaan opbouwen... het is de enige mogelijkheid) Ik reageer zeer heftig op nogal wat geneesmiddelen die mij voorgeschreven werden. Gezien het verhoogd risico op nog meer bijzonder akelige gevoelens en het hoge risico op dissociatie..! Heel wat geneesmiddelen maken zelfs in geringe dosis dat ik half buiten westen ben gedurende anderhalve dag, alsof ik een slag van de hamer kreeg... Of ze op lange termijn verdwijnen? Kan best... maar dan treedt er vervreemding op in zeer hoge, gevaarlijke mate. Door mijn stoornis zijn vervreemdingsverschijnselen nooit ver weg... maar die weet ik wel te hanteren. Echter wanneer die door medicatie nog verhoogt, is dit niet haalbaar, amper te verdragen, geeft nog meer psychisch leed. De vervreemding wordt vaak zo erg dat ik in mijn huid kan prikken zonder wat te voelen. Als ik in die perioden warme douches neem, moet ik op de temperatuurregelaar letten omdat ik amper wat voel en me zou kunnen verbranden. Ook voor angsten kan ik om die redenen niets innemen. Wat het glaasje wijn of bier betreft, de behandelende psychiater zag evenmin bezwaar als ik daar comfortabeler mee voel.
Overdag gaat het weghouden van problemen, en andere bijzonder nare zaken nog net. De ene keer wat vlotter dan de andere. Echter voor het slapen gaan is het een moeilijke onderneming. Of wanneer je ontwaakt. Even blijven liggen is er daarom zelden bij. Het leven is erg vlak momenteel. Geen pieken, geen dalen... niet eens lichte glooiingen. Geen fijn gevoel. Komt het door de medicatie? Misschien. Ik heb ze verminderd maar nog steeds is alles één lijn. Deze depressie lijkt in niets op de vorigen. Ik zou willen zeggen dat het hopelijk de laatste is, maar ik weet dat ik dat niet moet doen. Er zijn zaken die niet meer genegeerd of ontkend moeten worden. Het blijft moeilijk om ze te aanvaarden omdat je blijvend af te rekenen hebt met onbegrip, minimalisering en negaties. Je doet amper nog moeite om je kenbaar te maken of over jouw toestand te spreken, je te verdedigen omdat onbegrip het allemaal nog erger maakt. Dus zwijg je zoveel mogelijk behalve bij je psychiater en een goede vriendin die weet waarover je spreekt omdat ze je al zo lang kent en weet wat jou ondermijnde en nog ondermijnt, wat uiteindelijk je benen onder je romp sloeg. Ondanks de zoveel levensjaren psychische pijn bleef je vechten en lachen, bleef je alle zooi trotseren... tot dat niet meer lukte.
Het leek wel een voorgevoel. Gewoonlijk te moe om tijdens avonduren nog achter de computer te zitten. Een heel eind in de namiddag rustte ik uit. Omdat ik ondertussen al vijf dagen slechts met ons hondje een klein stapje maakte, kon ik wat beweging na die rust wel gebruiken. Ik dweilde de woonkamer en herstelde enkele badkamertegels. Daarna kwam de trap aan de beurt en een deel van de badkamer. Daarna was rust weer een must maar wat heb ik het heerlijk gevonden eindelijk nog eens iets te kunnen verzetten (wat ik hier verzetten noem, was vroeger een peuleschil, nu een reuze opgave). Ik sorteerde kleding uit mijn kasten... en dan... juist ja opnieuw rusten. Gelukkig hoefde ik niet meer te koken... want ik kon gewoon niet anders meer dan kreupel door het huis strompelen. Er is nog spaghetti voor twee dagen. Een glaasje wijn erbij... en opnieuw op de sofa... liggend, de pijnlijke delen met kussens gestut. Ik ben het ondertussen in feite gewend en let er niet meer op. Ben al dankbaar dat ik af en toe normale dagdelen heb en door de vele rustdagen ook niet meer alle dagen als een robot de straat door moet strompelen. Ik ben uitzonderlijk laat dus... nog achter mijn computer gaan zitten. Ik wilde eerst van het idee afzien maar iets trok me ernaar. Het leek wel een voorgevoel. Ik opende mijn mail en het berichtje dat ik ontving, gaf mijn hart vleugels. Er kwam voor het eerst sinds hoe lang een glimlach om mijn lippen. Een lieve mail van mijn broer. Die band kreeg zelfs mijn moeder niet stuk. Er was ook een foto van hem toegevoegd. Ik zag mijn broer al in geen tijden meer en dus was ik héél erg blij met de foto. Ik zette ze op mijn bureaublad als achtergrond. Ik moet nu naar bed... de medicatie begint te werken... waardoor ik stilaan aan het tollen ga. Goed dat ik het voorgevoel heb gevolgd en de computer toch even heb opgezet, ik ga met de glimlach slapen. Morgen staan er leuke dingen op het programma, een uitje met mijn jongste een een vriendin van haar... Ik merk dat ik me niet werkelijk verheug op uitjes, ze gaan grotendeels aan me voorbij. Het kan me weinig schelen.
Bemoedigend dat de ochtend vandaag iets lichter verliep. Ik ontwaakte zonder die zware, donkere kwal die me meteen bij het prille ontwaken opslokt. Mijn hondje was rustig bij het buitengaan. Ik droomde maar dit keer niets akeligs. In een van de dromen kwam mijn tante voor. Verder herinner ik me niets meer van de dromen. (ik weet dat het er minstens drie waren) Waar gewoonlijk dromen me uitputten, deden ze dat nu niet, ik voelde me uitgerust... dat is lang geleden. Ik bereid me voor op wat komen moet... en ook dat ik moed moet houden. Verder wil ik niet denken. Gisteren vulde ik formulieren in. Belachelijk hoe zelfs dat me uitput. Na het eerste formulier begon ik zo erg te beven dat ik moest ophouden. Rusten, wasgoed ophangen, daarna het tweede formulier.Vandaag nog enkele regeltjes en opnieuw iets dat me geen druk meer zal bezorgen.
Ik schreef de zoveelste mail, nam de zoveelste keer de telefoon in mijn hand maar werd van de ene instantie naar de andere gestuurd... Zenuwslopend zoeken, slopende spanning en druk, oeverloos blijven vragen naar je recht... het resultaat is dat ik nog net zo min recht heb als voor ik de hele weg aflegde... Alleen voel ik me uitgeput door de behandeling, een pingpongbal die van de ene naar de andere zijde wordt geklopt. Ik val door de mazen van het sociale vangnet, naast de medische problemen die ik heb, werd het nog een pak moeilijker. Ik kan er bijna niet meer van slapen. In mij is bijna steeds een schreeuw aanwezig. Dat gevoel aan je lot overgelaten te worden. Het wordt me soms te veel. Dat ik in deze situatie verzeild geraakte, is niet mijn schuld en toch word ik jaar na jaar steeds harder afgestraft. Ik weet niet waar dit eindigen moet.
Ik moest me afsluiten, afschermen van bepaalde instanties, personen daarbinnen. Omdat het onbegrip of de ongevoelige opmerkingen die er soms gemaakt worden, me nog zieker maken. Dat was vorige week het geval. Deze week werd een uitstapje gepland... het jaagt me angst aan... de zorg om me voor te bereiden om het toch maar te kunnen laten doorgaan... Meestal wens ik dat uitje niet eens meer... Zelfs in de zeldzame momenten dat ik nog uitkijk naar zaken blijft dat gevoel jammer genoeg niet tot het zover is. Ik leerde echter er geen of amper aandacht aan te schenken. Als het vastgelegd is zoveel mogelijk mij daaraan te houden. Soms is het echter nodig aan de andere zijde toe te geven en mezelf niet te dwingen toch te gaan. Het maakt dingen vaak nog erger, nog ondraaglijker. Precies dat evenwicht vinden en vooral voelen, is moeilijk... nooit weten wààr je nu precies goed aan doet. De ene keer is wél gaan beter. De andere keer kom je nog ellendiger terug. Ik heb ervaren hoe rust het zware, ondraaglijke gevoel milder maakt... niet meteen... soms moet ik een uur of wat geduld hebben en me proberen te concentreren op het boek dat ik lees. Tijd nu om te rusten.
Ik schrijf en wis... maak een site aan en wis ook die... tot ik de goede formule vind... een waarin ik kan ventileren... een waarin ik niet langer verdwaal. Weinig verleden... alleen maar heden...? Laat ik beginnen met vandaag. Hoe ik s'ochtends wakker word en opnieuw onder het donsdeken wil kruipen, me verschuilen voor de dag, voor het leven, voor mezelf. Hoe ik wil blijven liggen... maar toch moet opstaan... omdat ik de gedachten anders niet langer kan weghouden. Dan vervul ik de ochtendlijke klusjes... een kop koffie maken, tanden poetsen, hondje uitlaten. En dan aan het schrijven van de verlossende woorden... Moe voelen... en niet rusten... betekent misselijkheid. Ik kwam vier dagen niet verder dan het kleine toertje met mijn hondje... Ik nam wel iedere dag een douche maar mijn haren werden niet gekamd. Ik at en straks hoop ik ook was in de machine te stoppen... ik vrees gezien het uur dat het voor morgen zal zijn. Als ik stop met bezigheden en rust zonder leesvoer... krijg ik pijn, psychische pijn... die zo voelbaar is dat ik nare zaken wens... Daar vertel ik liever niet meer over. Ik kreeg andere medicatie. Ik was daarvan zo misselijk en voelde me platgeslagen voor anderhalve dag. Ik nam me voor daar niet mee verder te gaan. Mijn evenwicht en het volhouden is al zo breekbaar, onnodige risico's vermijden dus. Ik hou het bij de oude medicatie al is ze dikmakend. Vorige week werd ik ziek, ook weer op het randje een krak in mijn rug. Het werkt op mijn gemoed dat de dagen wanneer ik me wat beter voel, geveld word door lichamelijk klachten als ik niet angstvallig de grenzen die ik zelden tijdig voel, in de gaten hou. Het komt erop neer dat ik er al-tijd rekening moet mee blijven houden. Ook als er niets aan de hand schijnt te zijn. Zelfs de belachelijkste uitstap, kost me minstens twee dagen ziekte als ik niet op voorhand rust inbouw, als ik niet tegelijk verschillende rustpauzes inbouw én op tijd, als ik niet belachelijk doseer. Ik vind het belachelijk dat doseren terwijl je je kiplekker lijkt te voelen.