Zij zit voor 't raam in gedachten haar dagen zijn bijna geteld een mens, zij is een van de velen maar niemand die haar ooit eens belt. En is dan de avond gevallen en klopte geen mens bij haar aan dan is al haar hoop weer vervlogen zo is het al heel lang gegaan.
Ze heeft altijd hard moeten werken dat heeft ze met vreugde gedaan haar kinderen werden steeds groter en zijn toen het huis uit gegaan. Ze wonen nu ver in de vreemde maar denken ze ooit nog aan haar zo af en toe krijgt ze een kaartje met Kerstmis en soms met Nieuw Jaar.
Alleen zijn is moeilijk te leren alleen zijn doet dikwijls verdriet je ziet daag'lijks mensen passeren zo velen, maar jou zien ze niet. Alleen zijn is moeilijk te leren geen sterveling die jou verwent je bent zo alleen, geen mens om je heen alsof je n' verschoppeling bent.
We dromen in 't leven van geld en succes geluk, dat je duur moet betalen. Maar leren met schande en schande, de les dat niets in de wereld kan halen bij 't simpel geluk dat een kind voor je heeft. Dat op je verjaardag een bloemetje geeft en dan kijk je ontroerd naar die twee kinderhandjes naar die knuistjes, geklemd om een bloempje voor jou dan ligt al je geluk in die twee kleine handjes en geen rijkdom in geld die je dat geven zou.
We hebben een kind in een wereld gebracht vol spoetniks, raketten, atomen een argeloos kind, dat nog speelt en nog lacht en niet weet hoe angstig wij dromen 't pakt onze hand, met z'n handjes zo klein en denkt dan naïef, dat 't veilig zal zijn en dan kijk je ontroerd naar die twee kinderhandjes naar die knuistjes, geklemd om een bloempje voor jou dan ligt al je geluk in die twee kleine handjes en geen rijkdom in geld die je dat geven zou.
Wat wil je weten en nooit meer vergeten vraag wat je wilt, stel duizend vragen, vergeet de tijd, ik zal niet klagen, reik mij je handen en ik zal je dragen. Ik luister...
Wat is er meer, wat is het leven? Wat is geluk, wat kan ik geven? Waar zijn gevaren en wie zorgt er voor mij? Wie ben jij?
Wat je moet weten en nooit mag vergeten niet één moment, nooit in je leven, wat jij ook doet, of zult beleven, maak je geen zorgen, sta open voor morgen. Op al je vragen is er maar een antwoord; Geef liefde...
Ik weet nog hoe je lag daar in je wiegje, ik weet nog wat je eerste woordje was, ik weet nog van je allereerste stapjes en je eerste morgen in de kleuterklas.
Ik weet nog van je eerste onvoldoende en hoe je ooit alleen naar school mocht gaan, het allereerste vriendje dat je zoende en ook nog dat je zei: nu wil ik gaan.
Nu sta ik naast een wiegje stil te kijken jouw kindje met een glimlach om haar mond, alsof ze jou en mij daarmee wil zeggen de cirkel van het leven is weer rond.
Jij hebt een kleur, en ik ben wit, snap jij waar het verschil in zit? De mensen kijken ons steeds aan, of zeggen zie me dat eens aan, we lopen samen hand in hand, en dat moet kunnen in een land, waar iedereen het hardste roept hoe je werkelijk leven moet!
Het kleurverschil tussen jou en mij, maakt me echt niet uit, het is gewoon jou huid, en de mensen die wat zeggen, hoeven mij niks uit te leggen, laat ze toch maar praten, trek je er niks van aan, want er komt een tijd dat het over zou gaan als men zich gaan realiseren dat gepraat ons niet kan binden.
Denk aan al die mensen, ze liggen in de zon, ze hopen bruin te worden, racisme, hoho wat zijn ze dom.
Want weet je waar het verschil in zit? Zij willen het liefste bruin zijn en jij wit, ook al was je geel, wit of zwart, waar het mij om gaat is de kleur van je hart, en meisje jou hart heeft de kleur van goud.