De jaloerse koningin brengt Sneeuwwitje met een giftige appel om het leven. Dat is mogelijk. Dat gebeurt. Maar dat de prins met een zoen Sneeuwwitje weer tot leven brengt, dat bestaat niet. Geen enkele mens begint er aan. Rond de jaren 1960 ontstond er een grote strekking om aan kinderen geen sprookjes meer te vertellen. Zij stroken niet met de werkelijkheid. Leer de kinderen met beide voeten op de grond staan. Deze gedachtengang is geheel voorbijgestreefd. Volgens een oudleerlingenblad kon vroeger de beste leerling alles goed onthouden en juist weergeven. Nu zoeken werkgevers mensen met fantasie, die nieuwe ideeën aanbrengen en samen oplossingen bedenken voor problemen, die opduiken. Het is toch wel erg wanneer kinderen heel zakelijk worden groot gebracht. Het is een verarming van het leven. Erger nog, de opvoeders van die tijd hebben de diepe levenswijsheid van het sprookje van Sneeuwwitje niet begrepen : haat leidt tot de dood en liefde wekt tot leven. Als wij echt luisteren naar een mens in nood, dan begint die mens te leven en bloeit hij helemaal open.
1
In het begin van de ruimtevaart tekende Willy Vandersteen het verhaal van Suske en Wiske bij de Wolkeneters. Op die planeet zijn er robots zonder een eigen wil en robots met een hart. De bedoeling van Willy Vandersteen ligt er vingerdik op : mensen hebben een hart nodig. Natuurlijk is geen Amerikaan of geen Rus gaan vragen hoe die ruimtekruiser de uiteinden van onze melkweg kon bereiken. Die vraag ligt helemaal buiten de bedoeling van het verhaal.
Ook in de bijbel staan onmogelijke verhalen. De vrouw van Lot werd in een zoutklomp veranderd. Wellicht had die zoutklomp de figuur van een vrouw. In de Beierse alpen wees een man enkele bergtoppen aan en zei : 'Kijk, de schone slaapster'. Het waren natuurlijk bergen maar er is niet veel fantasie nodig om er een vrouw in te herkennen.
De bijbel lijkt vol sprookjes te staan. Het komt er op aan de bedoeling van de schrijver te vinden en die hoofdgedachte altijd voor ogen te houden.
De twee tekeningen van Eva Schwimmer komen uit het boek "Hauffs Märchen" van de Deutsche Buch-Gemeinschaft. Firma Bertelsmann heeft de Deutsche Buch-Gemeinschaft overgenomen en verleent mij de toelating om ze bij dit artikel te voegen.