Mozes is werkelijk begaan met zijn volk. Als een Egyptenaar een Jood afranselt, slaat Mozes de Egyptenaar dood en vlucht naar de Sinaï. In de brandende braamstruik heeft hij een Godsontmoeting. Mozes stelt zich niet tevreden met een gelukkig leventje. Hij voelt zich sterk verbonden met zijn volk in slavernij. Mozes wil zijn volk bevrijden en weet dat God hem bijstaat. Maar Mozes krijgt geen zicht op de hulp van God en trekt zich terug. Dan laat God de staf van Mozes veranderen in een slang en weer in een staf. Een hoofdonderwijzer vertelde dat bij de opleiding werd geleerd dat slangenbezweerders in staat zijn een slang stokstijf te maken. Trouwens de wijzen van de farao konden het ook. Mozes gelooft er niet erg in en haalt als laatste uitvlucht aan dat hij geen goed spreker is. God zegt dat Hij zijn volk wil bevrijden en wel door de hand van Mozes. Mozes staat voor een onmenselijke taak maar doet het toch..
v.2 Het brandend braambos heeft een wetenschappelijke uitleg. De woenstijnplant Dietamnus albus L. zit vol kleine kanaaltjes met etherische olie. Bij aanraking met lucht ontstaat er zelf ontbranding. Mozes begrijpt het voorval niet en ziet er een teken in van Gods aanwezigheid. v.4 'Hier ben ik' is een bijbelse uitdrukking, waardoor een mens zich helemaal open stelt voor God. v.5 'Doe uw sandalen uit'. Niet alleen moslims voor een moskee maar ook christenen in India doen hun schoeisel uit voor zij een kerk of kapel binnen gaan. v.6 Mozes bedekte zijn gelaat. Joden meenden dat zij het aanschouwen van Gods heerlijkheid niet zouden overleven. Als Mozes van de berg terugkeert na de ontmoeting met God, konden de Joden de glans op zijn gelaat niet verdragen. v.12 Nadat Mozes het volk uit Egypte heeft geleid, zullen zij God op die berg vereren. Dat is achteraf. Aan dat teken heeft Mozes op dat moment niets. God vraagt geloof. v.13 Mozes vraagt naar de naam van God om te weten waartoe Hij in staat is. Zoals Adam een naam gaf aan de dieren, zo kende hij hen en had zicht op hen. Als de apostelen iemand genezen, kunnen zij dat niet uit zichzelf maar in naam van, in de kracht van Jezus. v.14 'Ik ben die Ik ben'. Nu weet Mozes evenveel ! Deze uitdrukking heeft een dubbele bodem : God is hoogverheven boven de mensen en is geen verantwoording schuldig. Anderzijds zal hij er zijn voor zijn volk en dat zullen de Egyptenaren later wel ondervinden. Dit is weer een duidelijke vraag naar geloof en vertrouwen.