Nijl móet de woestijn in bloei zetten
Door GERBEN VAN T HOF
ROTTERDAM/ASWAN - Of het nu de bouw van een duizelingwekkend hoge stuwdam betreft of de verplaatsing van duizenden jaren oude tempels: als het om grootschalige projecten gaat, weet Egypte van wanten.
FOTO ANP
De nieuwste megaoperatie is het Toshka-project.
Toshka mag gerust een project van faraonische omvang worden genoemd. Tot 2017 wordt in het uiterste zuiden van het land, op enkele tientallen kilometers van de beroemde tempels van Abu Simbel, ruim een half miljoen hectare woestijn omgevormd tot een immense lap landbouwgrond. Met het nieuwe akkerland hoopt Egypte de export van landbouwproducten zoals katoen, sperziebonen en aardbeien flink op te voeren.
Het landbouwgebied moet het leefgebied van zeker zes miljoen mensen worden.
De regering wil ze de komende tien jaar verhuizen naar nieuw te bouwen dorpen en steden, waarvan Toshka de grootste wordt. De volksverhuizing is bittere noodzaak omdat de Egyptenaren elkaar nu allemaal in de weg zitten op de vruchtbare gronden langs de Nijl. Hoewel de riviervallei vijf procent van de oppervlakte van Egypte beslaat, wonen bijna alle tachtig miljoen inwoners er. In 2050 zijn dat er naar schatting al bijna 160 miljoen.
Aan de oevers van het Nasserstuwmeer is een van de grootste waterpompstations ter wereld gerealiseerd. Het is een bouwkundig hoogstandje dat is vernoemd naar de Egyptische president Hosni Mubarak. Het Mubarak-pompstation slurpt water uit het meer en pompt het in een 54 meter hoger gelegen kanaal. De vaart voert het water via een driehonderd kilometer lang stelsel van irrigatiekanalen de woestijn in, richting de dorstige gewassen.
De agrarische sector is nu al een van de belangrijkste pijlers van de Egyptische economie. Twintig procent van de totale export kwam in 2006 voor rekening van de landbouw.
Door het warme klimaat in Egypte is van sommige gewassen meer dan één oogst per jaar mogelijk. Om dat voordeel uit te buiten zijn verschillende woestijngebieden de afgelopen jaren al geïrrigeerd.
In de Sinaï bijvoorbeeld is een enorm tuinbouwgebied aangelegd. Voor de teelt van de producten wordt water uit de Nijl gebruikt, dat onder het Suezkanaal door wordt aangevoerd. Ook de woestijn langs de snelweg tussen Caïro en Alexandrië veranderde de laatste jaren van een meedogenloos hete zandvlakte in groen akkerland. De verwachting is dat de oppervlakte landbouwgrond, door onder meer het Toshka-project, de komende jaren met ruim een kwart toeneemt, waardoor de export verder zal stijgen.
Er bestaat echter grote scepsis over de haalbaarheid van de irrigatieprojecten, onder meer door de hoge kosten die met het project zijn gemoeid. Alleen al voor het Toshka-project is voor de aanleg van kanalen, waterpompen, wegen en een elektriciteitsnet omgerekend bijna vijftig miljard euro nodig. Weliswaar betaalt de Egyptische overheid van dat bedrag een kwart - de rest komt van buitenlandse investeerders - maar dat is volgens economen voldoende om het toch al arme land in een liquiditeitscrisis te storen.
Ook milieudeskundigen uiten hun bedenkingen over het omvangrijke irrigatieproject. Voor de bevloeiing van de nieuwe landbouwgrond is jaarlijks naar schatting vijf tot negen miljard kubieke meter Nijlwater nodig. Onzeker is of die hoeveelheid wel beschikbaar is. Voor het onttrekken van water uit de Nijl is Egypte gebonden aan het zogenoemde Nijlverdrag. Daarin is vastgelegd hoeveel water elk van de tien landen, waar de rivier door stroomt, mag gebruiken. Juist nu Egypte meer water aan de Nijl wil onttrekken - met de huidige 55 miljoen kubieke meter per jaar is het land al grootverbruiker - hebben onder meer Soedan en Ethiopië laten weten de komende jaren ook meer rivierwater nodig te hebben.
Egypte kan niet teruggrijpen op voorraden regenwater, want neerslag is er vrijwel nooit. Met temperaturen die in de zomer kunnen oplopen tot vijftig graden Celsius verdampen juist grote hoeveelheden water, zeker als die over de woestijn worden uitgestort.
Toch bestaat in Egypte officieel geen twijfel over het Toshka-project. De overheid omschrijft het zelfs als Hét project van de 21ste eeuw. Net zoals de Hoge Aswandam Hét project van de 20ste eeuw werd genoemd.
|