‘Ze sloegen me hard met stokken. Ik probeerde mij te beschermen met mijn arm, maar dan braken ze die ook. Ze graaiden naar mijn borsten en naar mijn intieme delen. Ze trokken me aan mijn haar naar het ministerie van Binnenlandse Zaken, terwijl ze mij bepotelden waar ze maar konden.' Het overkwam de Egyptische journaliste Mona Al Tahawy op 23 november in Caïro. Al Tahawy getuigde over haar mishandeling tegenover ngo Human Rights Watch.

De bekende mensenrechtenorganisatie ziet in de incidenten met vrouwelijke betogers of journalisten een escalerend patroon van fysiek, psychologisch en soms seksueel geweld. Human Rights Watch roept de regerende Hoge Raad voor de Strijdkrachten (Scaf) op om de incidenten snel en op een transparante manier te onderzoeken.

‘Beelden van het Egyptische leger en van de politie die vrouwelijke betogers uitkleden, bepotelen en in elkaar slaan hebben de seksuele brutaliteit die Egyptische vrouwen in het openbare leven moeten ondergaan, in het daglicht gebracht', zegt onderzoekster Nadya Khalife.

Het voorbije weekend brak opnieuw geweld uit in Caïro, toen betogers slaags raakten met de Egyptische veiligheidsdiensten. Tussen vrijdag en dinsdag vielen 17 doden. Tijdens het weekend gingen ook beelden van activisten die mishandeld werden door leger en politie de wereld rond.

Volgens Egyptische vrouwenrechtengroepen werden ook minstens negen vrouwen gearresteerd. Sommige onder hen vertelden dat de veiligheidsdiensten hen fysiek hadden mishandeld en beledigd.

Vrouwenrechtenactiviste Salma al Naqqash spreekt van een bewuste intimidatiecampagne door de veiligheidsdiensten en door burgers, om vrouwen te doen afzien van hun recht om mee te betogen.

Een Egyptische kolonel reageerde overigens op de mishandeling van journaliste Mona Al Tahawy. ‘Ze klaagde dat ze was geslagen en seksueel was aangerand. Maar wat had ze verwacht? Ze had geen toestemming om daar als journaliste te zijn. Egypte bevindt zich in een gevoelige situatie. Wat ons betreft kon zij evenzeer een spion zijn.'