Welke invloed had de mythe van Osiris op de feesten van de oude Egyptenaren?
Volgens de Egyptische mythologie heerste de god Osiris als koning over Egypte, toen hij door zijn jaloerse broer Seth vermoord werd en in stukken gesneden. Osiris' vrouw Isis zocht de stukken weer bij elkaar en wist hem tot leven te wekken. Daarna werd hij koning van het dodenrijk. Daarom geldt Osiris als hét symbool van de wedergeboorte: niet alleen de wedergeboorte van stervelingen na hun dood, maar ook de jaarlijkse wedergeboorte van de natuur.

De mythe van Osiris lag ten grondslag aan een landelijk festival, namelijk het Feest van de Landbouw dat jaarlijks gevierd werd. Het feest dat enkele weken bestreek, is beschreven in diverse bronnen, maar de bekendste is de papyrus Jumilhac (ca. 100 v. C.). De bron stamt uit een vrij late periode van het oude Egypte, maar het festival, of in ieder geval de uitgevoerde rituelen, bestond waarschijnlijk al veel langer.
Gedurende het festival werd o.a. een beeltenis van Osiris gevormd met graan of gerst en vervolgens besproeid. Het ontkiemen van het zaad werd geassocieerd met het tot leven komen van Osiris, nadat zijn ledematen (die volgens de mythe verspreid waren over heel Egypte) bijeen waren gebracht. Het bijeen brengen van die ledematen werd ook geassocieerd met dagen van het feest. Van de 19e tot en met de 30e dag werd er iedere dag een deel van het lichaam teruggevonden. Dat gebeurde niet letterlijk; het zullen waarschijnlijk rituele aangelegenheden zijn geweest. Op de laatste dag werd ook de djed- zuil, symbool voor de ruggengraat van Osiris, opgericht. Dit was wederom een symbool van het weer tot leven komen van Osiris.
Een ander beroemd feest is het Choiak ( of Khoiak) festival, dat van de 12e tot en met de 30e dag van de maand Choiak(4e maand) werd gevierd. De belangrijkste bron hierover is een Osiriskapel op het dak van de tempel van Dendera (ca. 100 n.Chr.). Aan het begin van dit feest werd er ook een beeltenis van Osiris gemaakt van graan of gerst. Nadat het besproeid werd, werd het gebalsemd en gekleed en uiteindelijk zelfs gewikkeld in zwachtels en begraven. Op de 30e werd ook hier de djed-zuil opgericht.
|