Faraonisch Egypte - Hoe is de natuur georganiseerd?
De natuurvisie in het oude Egypte werd gedomineerd door het geloof in een kringloop van leven, dood en wedergeboorte. In natuurverschijnselen als de jaarlijkse overstroming van de Nijl, en het dagelijks ondergaan en opkomen van de zon, werd deze kringloop herkend.
Eeuwig leven
De kringloop was een gevolg van een godenstrijd, die nooit definitief gewonnen kon worden door het goede of het kwade. Zo geloofden de Egyptenaren dat de zon iedere avond stierf. De hemelgodin Noet slikte hem in, waarna een nacht in de onderwereld volgde en de zonnegod strijd moest leveren met de machten van het kwaad. 's Ochtends werd de zon weer geboren. Het ochtendrood werd aangezien voor het bloed dat bij de geboorte vloeit.
De cartouche, een koord waarvan het einde aan het begin is gebonden, is het symbool van de eeuwigdurende kringloop. In Egyptische teksten is de naam van een farao vaak omcirkeld door een cartouche. Door de magische kracht die de Egyptenaren aan het hiëroglyf toekenden, zou de farao op deze manier van het eeuwige leven verzekerd zijn.
Stabiliteit
De enige natuur die de Egyptenaren kenden, was die van Egypte. En hier waren de natuurlijke omstandigheden eeuwenlang uiterst stabiel.
Er waren drie seizoenen van elk vier maanden: Droogte, Overstroming en Opkomen.
In de zomermaanden, wanneer de zon op zijn heetst is, leed Egypte honger en werden de mensen door besmettelijke ziektes bedreigd. De machten van de chaos deden een aanval. Maar dan kwam de Nijl, die alle leven mogelijk maakt. Nadat het land bevloeid was, werd gezaaid, en het land beleefde een wedergeboorte. Ieder jaar zag Egypte er weer uit als net na de schepping.
Het fenomeen kringloop was zo dominant in de Egyptische denkwereld, dat men vanzelf aannam dat alle levensvormen, dus ook de mensen, een kringloop moesten doormaken. De mens kwam na zijn dood voor een rechtbank die besliste of hij het dodenrijk mocht betreden. Osiris was de koning van het dodenrijk, nadat hij zelf eens was vermoord om daarna weer tot leven te komen. Zijn rijk bevond zich buiten de zichtbare hemel.
|