Sfinx van Gizeh
De Sfinx van Gizeh is het grootste en meest bekende beeld van een sfinx ter wereld. Het staat bij de drie grote piramiden in Gizeh, waarvan de piramide van Cheops de bekendste is. Er bestaan nog veel onduidelijkheden over de sfinx, er zijn dan ook tal van theorieën over het ontstaan en de vorm. Ook zouden er nog ruimten onder de sfinx zijn, die nog niet zijn verkend.
Oorsprong Het is niet duidelijk wat de oorsprong en wie precies de makers waren. Pas in 1817 werd de sfinx helemaal uitgegraven door kapitein Giovanni Caviglia.
Opvallend aan de sfinx is dat het hoofd niet bij de rest past. Er is dan ook een theorie dat het oorspronkelijk een veel groter en ouder beeld was, wat door erosie zo was aangetast dat toen een nieuw hoofd is uitgehakt.
Het lichaam van de leeuw vertoont verticale goten, de meest waarschijnlijke verklaring is dat deze goten tekenen zijn van erosie door langdurige en hevige regenval. Er zijn onderzoekers die hebben uitgerekend hoe lang het geleden zou zijn, dat het zo lang geregend heeft. En dat was rond het jaar 10.500 voor Christus. Rond die tijd zou de sfinx volgens de theorie een leeuw zijn, die was gericht op het punt waar zijn evenbeeld aan de sterrenhemel s morgens opkwam. Maar de farao die bij de Sfinx ligt begraven was koning in het jaar 2551 voor Christus. Deze veronderstelling wordt overigens niet gedeeld door een meerderheid van archeologen.
De grote sfinx ten zuiden van de Grote Piramide, vlak bij de daltempels van de piramide van Chefren, was mogelijk bedoeld als de wachter van de dodenstad. Vermoedelijk is hij tijdens het bewind van Chefren uit een stuk rots gebouwd dat nog was overgebleven nadat de rest van de stenen al voor de Grote Piramide was gebruikt. De kop is nu ernstig beschadigd. Een theorie is dat de gelaatstrekken waarschijnlijk van Chefren zijn. De inscriptie op de grote granieten droomstèle tussen de voorpoten vermeldt hoe een prins, de latere Tutmoses IV, eens na de jacht bij de sfinx lag te slapen en droomde dat de sfinx hem toesprak en hem de troon beloofde als hij hem uit het zand zou graven. Ook staat er een woord op deze stèle welke bijna precies overeen komt met de naam Chefren. Echter deze letters zijn niet geschreven in een cartouche. Alle faraonamen uit het oude Egypte werden geschreven in een cartouche. Het is daarom zeer onwaarschijnlijk dat deze letters de naam van de bouwer van de sfinx bevatten. De Sfinx wordt door orthodoxe egypthologen geschat op ca 2620 v.C. De reden voor deze datering schuilt in het feit dat de Sfinx wordt toegeschreven aan Chefren. Verder is er geen enkele aanwijzing dat de Sfinx rond 2620 v.C. gebouwd is. Het probleem met de datering van stenen objecten schuilt namelijk in het feit dat er geen C-14 (koolstof) datering op verricht kan worden. Dit omdat koolstof alleen voorkomt in organismen welke ooit geleefd hebben.
|