Vis met Taratorsaus uit Egypte.
* 1 hele vis met stevig vlees, |
* 2 citroenen, |
* zeezout, |
*120 g pijnboompitten, amandelen of hazelnoten, |
* vergemalen zwarte peper, |
* 1 dikke snee witbrood, zonder korst, |
* olijfolie, |
* 1 of 2 grote tenen knoflook, |
Maak de vis goed schoon. Pel de knoflook en hak ze fijn. Wrijf de vis goed in met zout, peper en olijfolie. Kerf de vis enkele malen in met een scherp mes zodat de kruiderij goed kan intrekken. Snijd 1 citroen in schijfjes, schik ze op de vis en verpak deze in aluminiumfolie. Bak de vis circa 10 minuten in een op 180 ºC voorverwarmde oven, tot het vel gemakkelijk loslaat. Haal de vis uit de oven, ontvel hem voorzichtig en fileer hem maar bewaar kop en staart. Schik de filets tussen kop en staart op een schaal en decoreer rijkelijk met schijfjes citroen, geroosterd pijnboompitten of amandelsnippers, plakjes olijf, reepjes paprika, takjes verse koriander en dergelijke.
Saus:
Ontvlies de noten (week amandelen 5 minuten in kokend water en druk ze uit hun vliesjes; of rooster hazelnoten in een lauwe oven en wrijf de vliesjes eraf). Maal de noten of pijnboompitten fijn in een keukenmachine en pureer ze samen met het brood, de knoflook, ½ theelepel zout, het sap van de resterende citroen, kookvocht van de vis en nog 1½ dl water tot het een vrij gladde saus is. Voeg zo nodig wat extra water toe, zodat de saus wat dunner wordt. Maak de saus op smaak af en serveer hem in een kom bij de vis. (Voor 6 personen.)
|