Ptah
Deze god was stadsgod van Memphis, waar men hem met verschillende andere goden (zoals Ptah-Sokar-Osiris en Ptah-Tatenen) verbond. In de scheppingsleer van het heelal van Memphis geldt hij als scheppergod en staat hij aan het hoofd van de Enneade. Hij wordt dan ook vaak typerend afgebeeld zittend aan een pottenbakkersschijf waarop hij wezens schept. Onder de Ramsessiden (19de/20ste dynastie) vormden Ptah samen met Amon en Re de grote rijkstriade. Het belang van deze god wordt duidelijk uit het feit dat talrijke kleinere cultussen voor hem in andere tempels waren ondergebracht. Zijn macht berust in zijn hart en zijn tong. Hij liet namelijk met zijn woorden de wereld ontstaan en door middel van zijn hartslag voorzag hij de schepping van een constante kosmische energie en levenskracht. Kunstenaars en ambachtslieden zagen in hem hun beschermheer en om die reden identificeerden de Grieken hem met Hephaistos. Om dezelfde reden werd Imhotep, bouwer van de trappiramide in Sakkara, gezien als zijn zoon. Ptah wordt mummie-vormig afgebeeld, met een kap op het hoofd en een scepter in de hand.
Quadesh
Een uit het Midden-Oosten afkomstige godin die tijdens het Nieuwe Rijk in Egypte werd ingevoerd en samen met de goden Min en Reshep een triade vormde. Ze was een godin van het seksuele genot en is doorgaans afgebeeld als een naakte vrouw met bloemen in haar handen, die op de rug van een leeuw staat.
Qebehsenuf
Zie zonen van Horus
Re, Re-Herachte (Ra)
De zonnegod Re met valkenkop trad al in het Oude Rijk op als Re-Herachte; als de morgenzon. Als bekendste godheid van het Egyptische pantheon was hij in de cultus en mythe in vele vormen aanwezig. Zo is de voorstelling van de cyclische baan van de zon, die de god in zijn bark (de boot heette mandjet) als dag- en nachtreis van elk twaalf uur voltrekt, synoniem met de eeuwige herhaling van de schepping en alle herscheppende krachten. De belangrijkste cultusplaats lag sinds het Oude Rijk in Heliopolis, de zonnestad. De heersers van de 5de dynastie lieten speciale gebouwen voor de Re-cultus, de zogenaamde zonnetempels, bij Aboesir bouwen. De indrukwekkende cultussymbolen zijn de obelisken, waarvan de vergulde toppen als zetel van de zonnegod werden geïnterpreteerd. Het waarschijnlijk beroemdste heiligdom van Re-Herachte werd onder Ramses II (19de dynastie) in Abu Simbel gebouwd. De opvallende relatie tot de god van elke heerser wordt weerspiegeld in de titulatuurbenaming zoon van Re.
Renenoetet
Bijnamen als heersers van de schuren onderstrepen het karakter van de als slang weergegeven godin als godheid van de vruchtbaarheid en de oogst. Bijzonder populair was de cultus van de godin in Fayoum in de 12de dynastie en in Thebe tijdens het Nieuwe Rijk.
Sachmet (Sechmet)
De godin met de leeuwenkop werd vooral in Memphis vereerd, waar ze samen met Ptah en hun gemeenschappelijke zoon Nefertemeen een godenfamilie vormde. Ze werd beschouwd als de dochter van Ra en was sterk verbonden met de dreigende ureaus. Ze had een nauwe relatie met de godin Moet in Thebe. Zo liet Amenophis III enkele honderden granieten beelden van Sachmet in Karnak opstellen. In de mythe vernietigt de godin, wier naam de machtige of 'de sterke' betekent, de vijanden van de zonnegod Re of Osiris. Tevens ondersteunt ze de koning in zijn strijd tegen nationale vijanden. Ze werd daarom gezien als godin van de oorlog. Naast haar strijdlustige en geweldadig karakter zag men in de godin tegelijkertijd de beschermpatroon van de geneeskunde en de artsen die hier en daar als priesters van Sachmet te boek staan.
Satet
Al vanaf het Oude Rijk werd Satet op het eiland Elefantine vereerd, waar ze samen met Choem en Anoeket een triade vormde. Het aan haar gewijde heiligdom werd tot in de Griekse-Romeinse tijd steeds weer uitgebreid. Als godheid van de cataracten bewaakte Satet de zuidelijke grens en gold als schenkster van het koele water dat uit Elefantine komt. De godin wordt afgebeeld met de kroon van Boven-Egypte met zijdelings bevestigde, omhoog staande gazellenhorens.
Selket (Serket)
De godin werd als schorpioen vereerd maar op de eerste plaats verschijnt ze als mens met een schorpioen op haar hoofd. Ze speelde in de religie een grote rol. Haar naam verwijst naar het vermogen van de keel om adem te halen. Samen met Isis, Nephthys en Neith beschermde ze de ingewanden en het gemummificeerde lichaam van de dode en was ook in die hoedanigheid aanwezig bij de koninklijke doodskist. Seshet
Het karakter van de godin maakt bijnamen zoals heerseres van de plattegronden en schriften duidelijk. Als procureur van de schrijf- en rekenkunst noteerde Seshet bij de kroning de regeringsjaren en jubilea van de heerser. Bovendien speelde ze sinds de vroegste tijd een grote rol in het ritueel van de tempelstichting, en wel bij het bepalen van de plattegrond van de tempel.
Seth
De god van de storm en het weer wordt vaak heerser van de woestijn en de vreemde landen genoemd en vertegenwoordigt al het kwade dat op de aarde aanwezig was. Waarschijnlijk was het dier van Seth in de vroegste tijden al zo gestileerd dat de zoologische determinatie ervan tot op de dag van vandaag niet duidelijk is. In de Osiris-mythe was Seth chaos, het wilde element, en vermoorde hij zijn broer Osiris omdat hij alleen verantwoordelijk gehouden wilde worden van het scheppen van de aarde. Daarna vocht hij tegen diens navolger Horus, zoon van Osiris, om de macht. Aan de andere kant was hij samen met Horus beschermgod met dezelfde rechten voor de koning. Samen gaven ze de koning de kronen van het land en knoopten ze in de symbolische voorstelling van de Vereniging van Beide Landen de nationale planten van Boven- en Beneden-Egypte voor de heerser aan elkaar.
Sjoe (Shu)
De god van de lucht Sjoe scheidde in de scheppingsmythe hemel (Noet) en aarde (Geb), nadat hij, samen met zijn zuster Tefnoet, uit de mond van de oergod Atoem werd geboren. Mensen en goden hebben lucht nodig, zodat de lichtbeuken in de tempels ook wel vensters van Sjoe werden genoemd.
Sobek
Deze god werd als krokodil of in de klassieke mengvorm met krokodillenkop vereerd. Tot de belangrijkste cultusplaatsen behoorde sinds het Middenrijk het oude Sjedet (Crocodilopolis) in de Fayoum en in de Grieks-Romeinse tijd Kom Ombo in Boven-Egypte. Overeenkomstig zijn levensruimte gold Sobek als vruchtbaarheidsgod en het water en werd hij ook als oer-scheppergod vereerd.
Sokar
De in de gedaante van een valk of met valkenkop afgebeelde god Sokar was oorspronkelijk de dodengod van de Memphitische necropool. Vanwege zijn nauwe relatie tot Ptah en Osiris werd hij tot in de Late Rijk als Ptah-Sokor-Osiris vereerd. Als god was hij ook heerser van de onderwereld. In het middelpunt van het Sokarfeest stond de optocht van een goddelijke cultusbark, de zogenaamde henoebark.
|